Uitslagen Amerikaanse verkiezingen

Onderstaande grafieken en kaarten worden gevuld met live-uitslagen van persbureau AP.

Presidentsverkiezingen


De Amerikaanse presidentsverkiezingen zijn getrapt: niet degene met de meeste stemmen (de ‘popular vote’) wint, maar de kandidaat met de meeste kiesmannen. Elke van de 50 staten heeft een vaststaand aantal kiesmannen te vergeven, afhankelijk van het aantal inwoners van de staat. In totaal zijn er 538 kiesmannen, wat betekent dat een kandidaat er minstens 270 nodig heeft om tot president verkozen te worden. Wie die drempel passeert, wint het Witte Huis.


In nagenoeg alle staten geldt dat degene met de meeste stemmen alle kiesmannen krijgt. Alleen Nebraska en Maine verdelen hun kiesmannen op een afwijkende manier. Zij kennen twee kiesmannen toe aan de winnaar in hun staat, en één aan de winnaar van elk district (in Nebraska drie districten, in Maine twee).

Swing states

Door dit getrapte kiesstelsel kunnen deze verkiezingen, zoals de laatste twee keer het geval was, bepaald worden door enkele tienduizenden kiezers in een handvol zogenoemde swing states. Dit jaar lijkt de strijd beslist te worden in een zevental van zulke electorale sleutelstaten.


Congres

Tegelijk met de presidentsverkiezingen wordt ook gestemd voor een nieuw Congres. Elke twee jaar worden alle 435 zetels van het Huis van Afgevaardigden en een derde van de honderd zetels in de Senaat opnieuw verdeeld.

In de vorige samenstelling hadden de Republikeinen een klein overwicht in het Huis.


De Democraten hebben een al even flinterdunne meerderheid (51-49) in de Senaat. De onafhankelijke senatoren Bernie Sanders uit Vermont en Angus King uit Maine moeten dit jaar op voor herverkiezing. Zij stemmen redelijk trouw mee met de Democraten.