Het moet helemaal anders in de top van de ambtenarij, als het aan minister van Binnenlandse Zaken Judith Uitermark (NSC) ligt. De Algemene Bestuursdienst (ABD), een poule van topambtenaren die om de paar jaar van functie veranderen, moet meer „rechtsstatelijk besef” en inhoudelijk vakmanschap worden bijgebracht, en de dienst wordt mogelijk ook fors ingekrompen. Oftewel, Uitermark wil versoberen én verbeteren, maar gaat dat wel samen?
De Tweede Kamer gaat donderdag over de hervormingsplannen van de ABD in debat. De plannen van minister Uitermark zijn in lijn met de brede bezuiniging van het kabinet op de Rijksoverheid. Ieder ministerie moet de komende jaren structureel 22 procent aan budget inleveren voor een „efficiëntere en effectievere” overheid, zo schreef het ministerie van Binnenlandse Zaken eerder. Dat zal niet gaan zonder het personeelsbestand in te krimpen.
NSC-minister Uitermark heeft de ABD in het vizier omdat de dienst onder vuur kwam te liggen na de Toeslagenaffaire. Onder leiding van topambtenaren op het ministerie van Financiën werd een grootschalige fraudejacht op toeslagenouders geopend. Toenmalig NSC-leider Pieter Omtzigt stelde in het verkiezingsprogramma van 2023 daarop zelfs voor om de ABD compleet op te doeken. Topambtenaren moesten alleen nog worden geselecteerd op basis van „affiniteit” en „(ervarings-)deskundigheid” op het betreffende beleidsterrein.
Ook het roulatiesysteem binnen de ABD kreeg steeds meer kritiek. Topambtenaren worden geacht eens in de zeven jaar te wisselen van functie. Zo wordt de uitwisseling van kennis en contacten tussen ministeries warm gehouden, is het idee. Dat roulatiesysteem werkte echter iets te goed. Nog geen derde van de topambtenaren bleef in zijn vorige functie een periode van vijf jaar zitten. Hierdoor kampten de ministeries met een gebrek aan ervaring, bleek uit een analyse van NRC in 2020. De angst bestond dat hierdoor ook vakinhoudelijke kennis op de departementen te snel verloren ging.
Lees ook
Onervaren topambtenaren zijn funest voor kwaliteit bestuur
Uitermark onderzoekt nu meerdere scenario’s om de ABD te versoberen. In het meest vergaande scenario wordt de dienst teruggebracht van in totaal 1966 topambtenaren naar nog maar 716. De minister wil de ABD tegelijkertijd hervormen om na meerdere overheidsschandalen „het vertrouwen van de burger in de overheid terug te winnen”, schreef Uitermark eerder. Door bij het opleiden van topambtenaren meer te focussen op „rechtsstatelijk besef, vakinhoudelijke kennis en ambtelijk vakmanschap”, denkt de minister dit te kunnen bereiken.
‘Probleem dat niet bestaat’
Deskundigen zijn kritisch en sceptisch over de plannen van Uitermark. Mirko Noordegraaf, hoogleraar bestuurskunde aan de Universiteit Utrecht, stelt dat de focus bij de ABD al veel minder ligt op het snel rouleren van topambtenaren. De gemiddelde verblijfsduur van topambtenaren is sinds 2019 inderdaad enigszins verbeterd, blijkt uit een evaluatie van een visitatiecommissie. In 2019 zaten topambtenaren gemiddeld 4,3 jaar op hun plek, in 2023 was dat gestegen naar 4,7 jaar.
„Kijk bijvoorbeeld naar Kim Putters”, zegt Noordegraaf. Putters mocht twee jaar langer dan gebruikelijk, van 2013 tot 2022, directeur blijven van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP). „Het laat zien dat het roulatiesysteem niet meer die harde grenzen van vroeger kent”, aldus Noordegraaf.
Bovendien is de ‘nieuwe’ nadruk op ambtelijk vakmanschap en inhoudelijke kennis volgens deskundigen te simpel: het doet tekort aan de kwaliteit van de ABD. „Niemand zal hierover zeggen: wat een slecht idee, daar ben ik op tegen”, zegt oud-topambtenaar Roel Bekker, onder meer voormalig secretaris-generaal bij het ministerie van Volksgezondheid. Maar het wekt volgens hem de suggestie dat binnen de topambtenarij op dit moment een gebrék aan kennis en vakmanschap is.
Ik ben nog nooit een topambtenaar tegengekomen die geen idee had hoe de rechtsstaat werkt
Ten onrechte, zegt Noordegraaf. „Voor goed leidinggeven heb je niet alleen vakinhoudelijke kennis nodig.” De hoogleraar onderzocht in 2020 in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken de staat van de ABD. Op zijn advies is een uitgebreide aanpak voor de selectie van topambtenaren uitgerold: er wordt niet alleen naar vakinhoud gekeken, maar ook of de persoon in de context van de functie past. Een topambtenaar in de jeugdzorg zou bijvoorbeeld zowel kennis van jeugd als van relaties met gemeenten moeten hebben.
De extra focus op rechtsstatelijk besef doet bij experts ook de wenkbrauwen fronsen. „Het is een oplossing voor een probleem dat niet bestaat”, zegt Martijn van der Steen, bijzonder hoogleraar bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit. Hij was hoofdonderzoeker van de visitatiecommissie die de ABD in 2023 evalueerde. „Ik ben nog nooit een topambtenaar tegengekomen die geen idee had hoe de rechtsstaat werkt, of niet wist hoe wetgevingsprocessen werken.”
Dat betekent volgens hem en Noordegraaf niet dat er niets te verbeteren is. Zo heeft de dienst een slag te slaan als het gaat om diversiteit, zeggen ze. Hoewel de genderbalans al iets verbeterd is – in 1995 was nog maar 3 procent van de ABD’ers vrouw, in 2023 was dit 46 procent – blijft de werving van topambtenaren met diverse culturele achtergronden nog achter. Daar ligt volgens Van der Steen een grote uitdaging voor de ABD. „Maar een versoberingsronde gaat dat niet oplossen.”
Cosmetische ingreep
De deskundigen zien de plannen van Uitermark vooral als een cosmetische ingreep: van buitenaf lijkt er veel te veranderen, zonder dat er wezenlijk iets verbetert. Zo blijft het onduidelijk hoeveel geld de versobering zal opleveren. De ambtenaren die straks mogelijk niet meer onder de ABD vallen, verliezen namelijk niet hun baan.
Volgens Martijn van der Steen zijn de opbrengsten onduidelijk, maar staat er door de hervormingsplannen wel iets op het spel, namelijk de wisselwerking tussen beleid en uitvoering. Topambtenaren die nu rouleren tussen ministeries en uitvoeringsorganisaties als DUO nemen hun kennis en ervaring mee als zij van functie wisselen. Maar als deze ambtenaren straks geen deel meer uitmaken van de ABD, valt deze vanzelfsprekendheid volgens Van der Steen weg. Terwijl minister Uitermark in de aankondiging van de hervormingsplannen stelde dat uitvoering juist centraal moet staan in het werk van topambtenaren.
Van der Steen vindt Uitermarks plannen dan ook vooral paradoxaal. „Ze wil het vertrouwen van de burger terugwinnen, maar die burger gaat er weinig van merken als topambtenaren alleen een dagje een extra module rechtsstatelijk besef krijgen.”
Lees ook
Hoge ambtenaren bezorgd over samenwerking met politiek, topoverleg bij Rutte
