Hoe kan de rekening omlaag voor mensen met een warmtenetaansluiting ? En bij wie moeten de hoge aanlegkosten van een warmtenet worden neergelegd? Niet bij de groep die daar het minste geld voor heeft, zei de Tweede Kamer woensdag met één stem. Maar hoe krijg je dat voor elkaar?
Er is de laatste tijd veel onrust ontstaan over warmtenetten. Dit jaar werden de vaste kosten voor een aansluiting flink duurder en werden gebruikers verrast door een hoge energierekening. Ook bleek in verschillende steden dat plannen voor nieuwe warmtenetten financieel niet haalbaar waren, waarna warmtebedrijven in onder andere Amsterdam en Utrecht zich terugtrokken.
Deze woensdag debatteerde de Kamer opnieuw over warmtenetten. Aanleiding was een nieuwe wet die moet regelen dat gemeenten de mogelijkheid krijgen om een wijk aan te wijzen die op den duur van het gas af gaat. „Een bevoegdheid, geen plicht”, benadrukte demissionair minister van Binnenlandse Zaken Hugo de Jonge.
Daarop volgde een hele trits plannen en ideeën om warmtenetten goedkoper te maken. Moet wellicht de energiebelasting voor warmtebedrijven omlaag (CDA, CU en SGP)? Of hebben „kwetsbare huishoudens” dit jaar recht op financiële tegemoetkoming (GL/PvdA, NSC en SP)? Of moet er een gemeentelijk „loket” komen waar burgers terechtkunnen als hun warmte duurder is uitgepakt dan gas, zodat zij „hun recht kunnen halen” (NSC)?
Dat laatste voorstel kon op chagrijn rekenen van CDA-leider Bontenbal. „Dit is totaal onuitvoerbaar. Je kunt niet dertig jaar lang voor iedereen die schade lijdt compensatie regelen. U belooft iets dat we never nooit niet kunnen waarmaken.” Ook andere partijen waren kritisch. „Zo’n procedure werkt de zelfredzame burger in de hand”, zei Pieter Grinwis (CU).
In reactie liet NSC-kamerlid Wytske Postma weten „iets te willen doen voor mensen die nu met hun rug tegen de muur staan”, maar te worstelen met de vorm. Zo verwoordde ze in feite het dilemma van de gehele Kamer in dit debat. De nieuwe warmtewet die de tarieven van warmtenetten op een andere manier berekent, laat namelijk op zich wachten.
Lees ook
TNO: Nederlanders betalen veel meer voor warmte uit warmtenetten dan inwoners van andere landen
Wel lijkt de Kamer nu te willen onderzoeken hoe de laagste inkomens kunnen worden gesteund. Ook is klimaatminister Rob Jetten (D66) positief over een plan om toezichthouder ACM, vooruitlopend op de nieuwe warmtewet, te laten beginnen met het verzamelen van meer data bij energiebedrijven, zodat er beter inzicht komt in hoe duur een warmtenet werkelijk is.
Eerder deze week vroegen de gemeente Amsterdam, Vattenfall en de lokale woningcorporaties het Rijk om financiële steun om het warmtenet daar betaalbaar te krijgen voor de laagste inkomens. Dit leidde in het debat tot zichtbare irritatie bij Jetten, die liet weten met deze partijen in gesprek te willen, maar niet per se de portemonnee te willen trekken. „Ik blijf erop duwen dat ze het lokaal met elkaar oplossen.” Volgens de VVD en GL/PvdA ontbreken echter de juiste „randvoorwaarden” voor gemeenten voor de ontwikkeling van warmtenetten, zoals subsidies en de nieuwe warmtewet.
‘Ingewikkeld verhaal’
Voor PVV en de BBB zijn de hoge kosten van warmtenetten aanleiding om op de rem te trappen. „We vinden het een ingewikkeld verhaal worden”, zei Henk Vermeer (BBB). „Van warmtebedrijven horen we dat er geen rendement is, en voor burgers is het niet betaalbaar. Wat zijn we hier eigenlijk aan het doen?”
De PVV ziet meer heil in warmtepompen, waarover klimaatwoordvoerder Barry Madlener zich liet ontvallen er ook een in huis te hebben. „We willen te snel en te veel. Moeten we niet eerst de problemen oplossen voordat we nieuwe warmtewetten aanleggen?”. Hij pleit ervoor dat Nederlanders zelf kiezen welke energiebron ze gebruiken en vreest dat het Rijk te veel vraagt van gemeenten.
Lees ook
Zelfs voor de zuinigste man van Nieuwegein is het warmtenet duur
Opvallend genoeg liet zowel de VVD als CU doorschemeren dat de rol van warmtenetten waarschijnlijk niet zo groot zal worden als zij zelf in 2019 onder kabinet-Rutte III hadden afgesproken in het Klimaatakkoord. Daarin was afgesproken dat een half miljoen woningen in 2030 zouden zijn aangesloten op een warmtenet, later oplopend tot een derde van alle woningen. Inmiddels rekent CU-kamerlid Grinwis op „de helft”, omdat meer mensen overstappen op warmtepompen.
De Kamer stemt in de komende twee weken over het wetsvoorstel en over de voorstellen rondom betaalbare warmtenetten.