Tante Kee: mooie locatie, maar niet heel opwindend

Op de pont in Kaag, wiegend op het water op weg naar restaurant Tante Kee, moet ik denken aan de film The Menu. Tante Kee ligt op een eiland, net als het restaurant in The Menu, met de Britse acteur Ralph Fiennes in de rol van sadistische chef. De film was een hit, waarschijnlijk mede omdat die de foodie- en influencercultuur onbarmhartig op de hak neemt; en daar valt meer dan genoeg mee te spotten. Maar goed, dit is geen filmbespreking, maar een stuk over mijn bezoek aan Tante Kee. En dat is gelukkig geen nachtmerrie-achtige ervaring, zoals in The Menu.

Het restaurant is vernoemd naar de vrouw die rond 1930 een pannekoekenrestaurant begon in hetzelfde pand waar het huidige Tante Kee is gevestigd. Pal aan het ’s Gravenwater, waar plezierbootjes gemoedelijk voorbij varen of aanleggen voor een maaltijd in het restaurant. Dit soort idyllische locaties herinneren me er altijd weer aan hoeveel aangename plekken Nederland heeft die je het gevoel geven ver weg te zijn.

We krijgen een tafel op het terras middenin de ongenadige zon en moeten vragen om een plek in de schaduw. Hierna neemt een zeer sympathieke jongeman de bediening over en verandert de wat afstandelijke ontvangst in een hartelijke sfeer.

Tante Kee is van Raymond Reeb en Kim Edwards. Sinds 2003 zijn zij de eigenaren van het restaurant dat aangesloten is bij de Jeunes Restaurateurs Europe, een vereniging van jonge restauranthouders en chefs, die door Michelin worden aangeraden. Grote troef is de locatie op het eiland en het terras dat direct, en zeker op de warme zondag dat wij er zijn, een vakantiegevoel oproept.

Doordeweeks serveert het restaurant een vast menu en op zondag doorlopend een viergangen-keuzemenu (79,50 inclusief water en koffie of thee). Daarnaast zijn er bij het aperitief diverse hapjes te bestellen, waaronder oesters, misschien wel de feestelijkste manier om een maaltijd te beginnen. De wijnkaart bevat, naast de huiswijnen (7 euro per glas), ‘serieuze’ wijnen van 28 euro per glas. Dat is nogal een verschil. Tussen die 7 en 28 euro ligt een wereld aan wijnen om te ontdekken, maar mijn tafelgenoot is zeer te spreken over de huiswijnen.

IJs van groene kruiden

De kennismaking met de keuken komt in de vorm van een kleine amuse van getoaste brioche met vegetarische filet americain gemaakt van tomaat. Dat zie je steeds vaker in restaurants; vleesloze herinterpretaties van klassiekers. De geraspte boerenkaas en crème van bieslook geven het luchtige hapje wat volle ziltigheid en kruidige frisheid.

Ook aangenaam fris is een gerecht met plakjes makreel met saus en schuim van jalapeño en kropsla en ijs gemaakt van groene kruiden. Makreel kan met zijn vettige, sterke smaak zwaar zijn en een gerecht domineren, maar dat is hier niet het geval. De makreel is opvallend licht en zacht en alle smaken in dit gerecht zijn mooi in evenwicht. Alleen het ijs heeft qua structuur meer weg van kruimelige, samengeperste boter dan ijs zoals we dat kennen; ofwel romig of in sorbetvorm.

De stijl van Tante Kee is klassiek, maar uitgevoerd volgens de hedendaagse trends en technieken: een heilbot wordt geserveerd met beurre blanc van paling en lavas en met krokante aardappel en witte kool. Het is, net als alle andere gerechten, degelijk, maar niet uitzonderlijk. De keuken leunt zwaar op tried and tested elementen die laagdrempelig zijn en de meeste gasten wel lekker zullen vinden, zoals bijvoorbeeld die beurre blanc-saus in verschillende variaties en een vegetarisch gerecht met asperges, gebakken ei en knapperige velderwtjes. Daar kun je je geen buil aan vallen, maar heel opwindend is het ook weer niet.

Hetzelfde geldt voor de hoofdgerechten: een roodbaars met asperge en gnocchi en een parelhoen met witlof en knolselderij met een saus op basis van hoisin die te zoetig en peperkoek-achtig is. Nu hoort Chinese hoisinsaus zoetig te zijn, dat is ook de charme van de saus, maar deze heeft iets ongeraffineerds waardoor de zoete bijsmaak overheerst en blijft hangen.

Dit wordt goedgemaakt met een vrolijk, zomers dessert van mango en kokos dat past bij het warme weer en het zonlicht dat onophoudelijk in het water reflecteert. Dat dessert, kaas of zoet, moesten we overigens meteen aan het begin kiezen, dat is behoorlijk rigide.

Restaurants als deze vind ik het moeilijkst om te beoordelen, omdat ik eigenheid of een verhaal mis. Eigenlijk is de locatie het verhaal, de keuken blijft achter. Tante Kee houdt het veilig; het restaurant is trendvolgend, braaf. Het zou allemaal wat geïnspireerder kunnen. De chefs mogen zichzelf gerust uitdagen om de dertien-in-een-dozijnstijl – om het wat oneerbiedig te stellen – te ontstijgen. Dat dwingt de locatie eigenlijk ook af en zou de prijs ook meer rechtvaardigen.