Het doel van het razendsnelle offensief van rebellen in Syrië is om hoofdstad Damascus te veroveren en president Bashar al-Assad af te zetten. Dat zei rebellenleider Abu Mohammed al-Jolani in een vrijdag gepubliceerd interview met CNN. Inmiddels naderen de rebellen het strategische cruciale Homs.
Syrië zou niet moeten worden geregeerd door individuen, zegt Jolani in het interview met CNN. In plaats daarvan zou er „een door het volk gekozen raad” moeten komen. Ook moet een nieuwe overheid de rechten van minderheden in het religieus en etnisch diverse Syrië in de wet verankeren, aldus de militieleider. Veel toelichting op hoe dit vorm zou moeten krijgen, gaf hij niet.
Jolani leidt Hayat Tahrir Al-Shan (HTS), de belangrijkste militie binnen een coalitie van strijdgroepen die bezig is met een ongekende opmars richting Zuid-Syrië. Nadat rebellen vorige week Aleppo en donderdag de stad Hama op regeringstroepen veroverden, staan ze nu aan de poorten van Homs. Het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten meldt dat duizenden mensen de stad en het dreigende oorlogsgeweld ontvluchten.
Homs ligt op de weg naar Damascus en verbindt de hoofdstad met havenstad Latakia. Als Homs valt heeft het Assad-regime geen toegang meer tot de Middellandse Zee. Ook verontrustend voor Assad zijn berichten uit de Daraa-regio ten zuiden van Damascus. Het Syrisch Observatorium voor Mensenrechten meldt dat daar lokale gewapende groepen militaire posities en overheidsinstanties aanvallen.
Gematigd en tolerant leider
Jolani’s woorden van nu contrasteren met zijn daden uit het verleden en passen bij zijn transformatie. Als twintiger vocht hij nog met de radicaal-islamisten van Al-Qaida in Irak, om daarna leiding te geven aan diens aftakking Jabhat Al Nusra in Syrië. Maar de afgelopen jaren presenteerde Jolani zich als leider van HTS als een gematigd en tolerant bestuurder van Idlib en omgeving, een stad in het noordwesten van Syrië waar zijn militie al vijf jaar de baas is. Christenen mochten onder meer hun kerken herbouwen en terugkeren naar eerder onteigend land.
In die regio bracht HTS enige stabiliteit en dienstverlening, maar tegelijkertijd was er weinig ruimte voor oppositie en protesten. Mensenrechtenorganisaties trokken aan de bel over het vermeend neerslaan van demonstraties en marteling van dissidenten: een smet op het blazoen dat Jolani zo zorgvuldig probeert op te poetsen.
In het interview zegt Jolani dat incidenten van misbruik in de gevangenissen van HTS niet plaatsvonden „op orders of aanwijzingen” van het leiderschap van de groep. Betrokkenen bij deze incidenten zijn ter verantwoording geroepen, verzekerde Jolani. Ook zei de 42-jarige Syriër door de jaren heen inderdaad te zijn veranderd: „Een twintiger heeft een andere persoonlijkheid dan een dertiger, veertiger of vijftiger.” Dat is alleen maar menselijk, aldus Jolani.
Geloofwaardiger als alternatief
Veranderd of niet, de Verenigde Staten hebben nog wel een prijs van 10 miljoen dollar op het hoofd van Jolani staan. Ook staat zijn organisatie HTS op de Amerikaanse terreurlijst. Wel is het zo dat met de verovering van Aleppo en Hama, en de opmars richting Homs en Damascus, Jolani zich makkelijker kan presenteren als een geloofwaardig alternatief voor president Assad.
Verschillende analisten wijzen erop dat de rebellen waarschijnlijk zelf ook door hun eigen succes werden verrast. Hun oorspronkelijke doelen zouden een stuk dichter bij huis en minder ambitieus zijn. Maar nu het ze zo voor de wind gaat, lijkt Jolani in het interview met CNN een volgende stap te maken, van gematigde lokale bestuurder naar de leider van een populaire nationale verzetsbeweging. Vrijdag kreeg hij al een zetje van de Turkse president Recep Tayyip Erdogan, die tegen journalisten zei te hopen dat „de Syrische oppositiegroepen” hun opmars tegen de overheidstroepen zullen voortzetten.
Tienduizenden mensen maken zich op voor een anticorruptiedemonstratie in de Servische hoofdstad Belgrado. Bij de demonstratie worden meer dan 100.000 mensen verwacht, wat het de grootste demonstratie maakt sinds de protesten in november begonnen.
De directe aanleiding voor de protesten was de instorting van het dak van een pas gerenoveerd treinstation in Novi Sad afgelopen november, waarbij vijftien mensen omkwamen. Betogers beschuldigen de overheid van corruptie en gebrekkig toezicht op bouwprojecten.
De demonstranten roepen president Aleksandar Vucic op om verantwoordelijkheid te nemen voor de ramp en af te treden. Vucic, die sinds 2017 aan de macht is, beweert dat buitenlandse inlichtingendiensten achter de protesten zitten om hem ten val te brengen. Hij heeft gewaarschuwd hard op te treden als de situatie escaleert en verklaarde enkele dagen eerder: „Jullie zullen me moeten doden als jullie me willen vervangen.”
Ook aanhangers van de regering hebben zich gemobiliseerd in de stad, wat de vrees voor confrontaties vergroot. De Europese Unie en de Verenigde Naties riepen vrijdag de Servische regering op om het recht op vreedzaam protest te respecteren.
Joep Wennemars heeft voor een grote stunt gezorgd door bij de WK afstanden in Hamar de wereldtitel op de 1.000 meter te veroveren. De 22-jarige schaatser troefde met 1.08,05 Jenning de Boo en titelverdediger Jordan Stolz uit de Verenigde Staten af. De Boo pakte het zilver in 1.08,21, Stolz het brons met 1.08,26.
Het is voor Wennemars zijn eerste medaille op een WK. De Boo won een dag eerder de 500 meter door Stolz te verslaan. Wennemars was in de zevende rit de eerste die onder het baanrecord van 1.08,16 van olympisch kampioen Thomas Krol dook.
Kjeld Nuis moest daarna de pijn van zijn voetblessure verbijten bij de start en lag achter op Cooper McLeod, de winnaar van brons op de 500 meter. Hij bleef steken op 1.08,98. Dat was uiteindelijk goed voor de zevende tijd.
De Boo was sneller weg dan Ning Zhongyan maar bleef na een lastige kruising waar de Chinees hem voor moest laten gaan, steken op een tijd boven die van Wennemars.
Stolz had een langzamere opening en eerste ronde dan Wennemars en leek zich terug te knokken in de slotronde. De Amerikaan die de afgelopen twee WK’s de 1.000 meter won, kon de achterstand op Wennemars niet meer goedmaken en eindigde ook achter De Boo. (ANP)
Tekst en uitvoering: Tom van Kalmthout Muziek: Bart Rijnink
Het lied ‘Voor een meisje’ van Ron van Zalmsaus (Tom van Kalmthout) is ontstaan vanuit een jarenlange frustratie. Van Kalmthout: „Die ik en denk ik veel jongetjes hadden. Ik viel op oudere meisjes en die vielen op nog oudere jongens. Ik was een jongetje zonder enig haartje ergens anders dan op mijn hoofd. Meisjes waren een kop groter en hadden borsten. Het was overduidelijk dat ze totaal onbereikbaar waren.”
Het lied is een mix van kleinkunst, vol met interessant rijm, en rap. „Cabarap, noemde iemand het. Vreselijk woord, maar goed, ik snap het wel. Ik heb altijd een gigantische voorliefde gehad voor rap en kleinkunst. Rap was mijn middelbare school. Kleinkunst is wat ik op toneelschool heb leren kennen door Jurrian van Dongen. Maar kleinkunst is vaak truttig. Rap is slordig en meestal ook niet correct gerijmd. Door het samen te voegen krijg je dus dit rare dingetje.”
De eerste versie van het lied was jaren geleden al geschreven, met Yannick van de Velde, voor de eerste voorstelling van hun duo Rundfunk. „Maar we kwamen erachter dat we met elkaar vooral scènes wilden maken. Dus ik heb lang niets met het lied gedaan. Totdat corona kwam, de theaters dichtgingen en ik thuis zat. Toen ben ik het met Bart Rijnink gaan produceren. Hij is een soort AI-machine. Je gooit er iets in en hij vertaalt dat naar wat muzikaals. We wilden uiteindelijk de sfeer grijpen van zo’n mannenkroeg, waar ik een beetje beschonken op tafel klim en ga vertellen over de struggle die wij mannen meemaken.” Grappend: „Want dat is natuurlijk echt geen kattenpis.”
https://youtu.be/4umQ5q-uL7I
Lied 2 De Constructie
Tekst en uitvoering: Manu van Kersbergen Muziek: M. van Kersbergen, T. van Zutphen, B.Pleij, A. Smit, L. de Bruijn
Toen Manu van Kersbergen bezig was met het schrijven van een nieuwe voorstelling, viel hem de zin ‘in den beginne was het woord’ in. „Ik weet ook niet waar die vandaan kwam. Misschien nog een vage herinnering aan mijn eigen katholieke opvoeding.”
Hij zocht op wat de zin betekende en kwam uit bij het evangelie van Johannes waar staat: ‘In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God.’ Hij gebruikte de zin voor zijn lied ‘De Constructie’. Maar in dit lied gebeurt het tegenovergestelde. Daar schept het woord God. „Taal schept verhalen, archiveert ook, breekt en zet vast. Taal creëert de werkelijkheid. Die is er niet, behalve als we die in taal vastleggen. Het lied is daarmee de kern geworden van mijn voorstelling De Herontdekking van de Hemel. Die gaat erover dat ik als schrijvende performer altijd taal als vanzelfsprekend gereedschap heb ingezet, zonder erbij stil te staan wat die taal doet.”
‘De Constructie’ begint met een koor. „Symbolisch gezien was het koor altijd de brug naar de hemel. In samenzang naar boven reiken.”
Daarna zingt/rapt/woordkunst Van Kersbergen over wat het woord schiep: verwachting, grootheidswaan, hiërarchie, intolerantie, repressie, begrenzing, dominantie, verwarring, onderscheid, abstractie, relevantie, aanbidding, verbeelding en discrepantie.
Er zit geen oordeel in de tekst, benadrukt Van Kersbergen. Niet over god of over de mens. „Heel af en toe krijg ik een berichtje op Instagram dat ik de Bijbel zo niet mag gebruiken, maar gelukkig zijn veel andere religieuze mensen daar goed tegen bestand. Die zijn ook op zoek naar nieuwe interpretaties.”
https://youtu.be/depIOBYHpaY
lied 3Ledikant
Tekst, muziek en uitvoering: Arjen Lubach
Arjen Lubach geeft geen interviews aan schrijvende pers. Dit interview is een uitzondering, omdat hij de nominatie een leuke aanleiding vindt. Het interview vond plaats via de mail. Zijn genomineerde lied, ‘Ledikant’, gaat over de hypocrisie van de Nederlanders.
Het lied lijkt te gaan over de dikke ik van Nederlanders. Waarom?
„De Nederlander – ikzelf niet uitgezonderd – neemt graag anderen de maat, maar verliest soms wel uit het oog dat ‘ie zich ook zelf schuldig maakt aan inconsequent gedrag. Dat is frustrerend èn grappig. Het liedje is eigenlijk een ode aan die hypocrisie. Wie inziet dat hypocrisie in kleine dingen zit, oordeelt misschien voorzichtiger over anderen.”
Heb je nog gepuzzeld met het perspectief?
„Het liedje zingen vanuit het jij-perspectief maakt het meteen heel chagrijnig. Ik wil ook niet doen alsof ik losgezongen ben van het gedrag van de Nederlander. Als ik wil invoegen op de snelweg ben ik boos als mensen me er niet tussen laten. Als anderen willen invoegen ben ik boos dat ze er tussen willen.”
Heb je ons gedrag zien veranderen?
„In vergelijking met vroeger is het natuurlijk fijn dat we gestopt zijn met slavernij, gedwongen huwelijken, heksenvervolging, kinderarbeid, kiesrechtbeperking etcetera, tegelijkertijd zijn we de afgelopen decennia weer een stukje asocialer geworden. Het maakt me verdrietig als ik lees dat medisch personeel in ziekenhuizen hun naamkaartjes afdoen, uit angst bedreigd te worden door patiënten of familie. Of dat nieuwsorganisaties uit voorzorg hun logo’s van satellietwagens halen. Ik weet gewoon niet hoe dat tij weer te keren is.”
Wat frustreert jou het meest?
„Als ik MOET kiezen, zou ik zeggen: hoe we onze ogen sluiten voor de machine die is gebouwd om dieren te kunnen eten. Mensen die wel boos zijn vanwege verwaarloosde honden, maar dan ’s avonds een karbonade naar binnen werken. Politici die vlees eten zo belangrijk vinden dat zelfs volksgezondheid, leefbaarheid en dierenwelzijn ondergeschikt raken.”
https://youtu.be/K3V60ZHfNPw
Lied 4 God heeft een vraag
Tekst, muziek en uitvoering: Lisa Ostermann
Na de winst van de Poelifinario voor beste cabaretprogramma in de categorie engagement voor haar Makkelijk in de omgang is Lisa Ostermann nu genomineerd voor een lied uit die show, waarin god de mensheid toespreekt. Niet boos, maar verwonderd dat we het nog zo lang vol hebben kunnen houden, terwijl we eigenlijk maar een experiment waren: de laatste diersoort die God bedacht, waar hij op de ‘restjesdag van de schepping’ alle eigenschap-ideeën die hij nog over had in heeft gestopt.fo
„De mensheid staat momenteel niet in een positief daglicht door alle oorlogen en het kapot maken van de planeet. Maar toch vind ik mensen geweldig omdat we altijd hoop houden, hoe afschuwelijk dingen ook zijn. Of grappen maken, hoe kut alles ook is. We zijn als het orkest van de Titanic, we blijven doorgaan.
„Eerst liet ik god bozer zijn. Zo van, jullie waren een tijdelijk experiment, waarom zijn jullie niet uitgestorven, ik verveel me mega. Ik wilde zeggen dat god onder de indruk is van ‘hoop’ en niet snapt hoe we eraan komen. Maar mijn vriend zei: ‘Ik snap niets van dat lied’. Toen ben ik opnieuw begonnen.”
Waar de meeste goden iets verlangen van de mensheid, doet deze dat niet. Vanuit die lage verwachtingen groeit er een liefde voor de mens in het lied. „Zo van, jullie zijn in alle oenigheid geweldig. Maar God zegt ook: ‘Er is geen ontkennen meer aan, de aarde wordt te warm, jullie sterven uit. Sinds ik dat besef, kan ik nergens anders meer aan denken want ik ben aan jullie gehecht geraakt. Dus leer mij alsjeblieft hoe ik kan blijven hopen.’”
https://youtu.be/kn_w7wT_L-U
Lied 5Het land van melk en honing
Tekst: Flip Noorman Muziek en uitvoering: Flip en de Noormannen
Wat opvalt aan het lied ‘Het land van melk en honing’ van Flip Noorman is hoe zijn rauwe, diepe stem contrasteert met het engelengezang van sopraan Vera van der Bie, die in het refrein het requiem In paradisum deducant te angeli zingt: ‘Moge engelen u geleiden naar het paradijs.’
Het lied wordt in Noormans voorstelling Animal Farm, gebaseerd op het boek van George Orwell, gezongen vanuit het personage raaf Mozes. „Die staat in het boek voor de Russische kerk die het volk meehelpt te onderdrukken door te zeggen: als je hard genoeg werkt en je niets aantrekt van hoe zwaar het leven echt is, kom je in het beloofde land. Ik heb gekozen dat idee naar het hier en nu te trekken. Om vanuit de populisten van nu, die de wereld van 1950 voorschotelen, te zingen over het land van ooit. Of eigenlijk een land van nooit, want het heeft naar mijn idee nooit bestaan.
„Ik vond het spannend om te schrijven. Ik kruip vaak in de huid van karakters waar ik het niet mee eens ben, maar dat zijn vaak uptempo-nummers. Ik kan daar ironie in kwijt. Ballads waren een plek waar ik altijd oprecht moest zijn van mezelf. Nu moet ik een volk verleiden tot een hemel waar ik niet in geloof.”
Noorman grapt wel eens dat het voor zijn programma goed is dat Trump en Wilders zijn gekozen „Het lied wordt nu beter begrepen. Maar eigenlijk was de voorstelling een aanklacht tegen liberale kapitalisten. Ook onder Biden en Rutte werd een gedeelte van de wereld misbruikt voor onze rijkdom. We halen enorm veel kleren uit sweatshops. Er werken mensen in lithiummijnen voor onze telefoontjes. Onze wereld is al veel langer heel oneerlijk verdeeld.”
https://youtu.be/AQ4rZ_wQkPk
Lied 6Levenslied
Tekst, muziek en uitvoering: Piet van Eeghen
Het liedje ‘Levenslied’ van Piet van Eeghen was in het maakproces een bokswedstrijd tussen vorm en inhoud, vertelt de cabaretier. Daar merk je niets meer van, het valt juist op hoe goed de inhoud en de vorm elkaar ondersteunen.
Het lied begint in een driekwartsmaat waar Van Eeghen overheen zingt met de tekst: „Al het mooie gaat in drieën.” Om daarna te zingen: „Het leven, voor de rest, is stressvol tijdverdrijf. Het gaat dan niet in drieën, maar van: 1-2-3-4-5.” En dan verandert het ritme en voel je als luisteraar de stress toenemen. Je gaat op reis, in de onrust van je eigen hoofd.
IIn de vijfkwartsmaat zingt Van Eeghen over over de dagelijkse stress. De zevenkwartsmaat die volgt, gaat over de ellende in de wereld. De elfkwartsmaat gaat over de wereld in je hoofd, waar de dagelijkse problemen en de wereldse problemen samen komen in een brij van gedachten en niet-logische vragen.
„Het lied is ontstaan toen ik achter mijn piano een vijfkwartsmaat speelde, zonder tekst en bijbedoeling. Ik voelde hoe onrustig ik daar van werd. Alsof ik twee koppen koffie op had. Daarna speelde ik een zevenkwartsmaat en die voelde heel dwingend, het gevoel dat je geen seconde hebt om te ademen. Ik wilde daar iets mee doen. Eerst speelde ik alle ritmes door elkaar, maar ik merkte dat het publiek houvast nodig had om het lied te begrijpen.”
Van elfkwartsmaat keert het lied weer terug naar vijfkwartsmaat. „In de basis leven we denk ik in een vijfkwartsmaat. Af en toe wordt die doorbroken door een driekwartsmaat. En de laatste tijd iets vaker als we de krant openslaan door een zevenskwartsmaat.”