Studenten Beveiliging binnenboord houden valt niet mee. ‘Als het niet leuk is, haken ze af’

Reportage

Beroepsonderwijs Het aantal scholieren dat kiest voor het mbo daalt gestaag. Tegelijk groeit de vraag naar beveiligers. Op de mboRijnland doen ze er veel aan om studenten Beveiliging binnenboord te houden. „Ben je wakker jongen?”

Mbo-studenten Beveiliging 2 krijgen EHBO-les.

Mbo-studenten Beveiliging 2 krijgen EHBO-les.



Foto Olivier Middendorp

In het lokaal van Irbis Wieffering gebeurt van alles. Bij de deur voeren een student en een lerares een gesprek. In de banken zitten twee studenten onafgebroken naar hun telefoon te kijken. Onderuitgezakt, rustig, afwezig. Ze hebben oortjes in. De anderen kijken naar hun laptop of naar Wieffering die heel kalm aan zijn bureau zit. Hij draagt een beveiligingspak van de opleiding.

De studenten moeten vandaag nadenken over de beveiliging van een vip die door een menigte loopt. Docent Wieffering laat een scène zien op het grote scherm: zangeres Céline Dion loopt over een rode loper tussen een oververhit publiek. Iedereen wil haar aanraken. Het eindigt in lichte chaos – twee keer struikelt Dion bijna over haar lange jurk, één beveiliger loopt haar voor de voeten, de ander geeft zélf handjes aan het publiek. De opdracht, zegt Wieffering: schrijf in het Engels, alsof je Céline Dion bent, hoe je vindt dat je beveiligingsteam vanavond werkte. „In het Engels meneer?” Ja, knikt hij.

En dan pakt Wieffering zijn telefoon. Het is 11.20. Hij belt iemand. „Zeg, ben je wakker jongen? Je hebt vanmiddag examen. Je moet dus komen. Op tijd. Met je oortjes én je ID. Niet vergeten. Je oortjes en je ID.”

Later krijgt de klas een andere opdracht: schrijf een beveiligingsplan voor de rode loper met Céline Dion in het Engels. „Denk aan de zeven W’s. Wie. Wat. Waar. Wanneer. Waarmee. Waarom. Welke.”

Overal beveiligers

De opleiding Beveiliging aan mboRijnland in Leiden leidt jongeren op voor de nieuwe werkelijkheid. Overal zijn beveiligers nodig. Winkels, concertzalen, evenementen, musea, azc’s, ziekenhuizen, bedrijfsterreinen, ggd’s. Polarisering merken beveiligers dagelijks in het werk. Bedreigingen aan het adres van bekendheden – dat verschaft ook werk. Overlast, anonieme wijken, legere winkelcentra – werk voor handhavers. Volle bossen en natuurgebieden – extra beveiligers voor Staatsbosbeheer. En er is nog een oorzaak voor de groei van de beveiligingsbranche, zoals Irbis Wieffering het zegt: „De mensen willen risicoloos leven.”

Het is allemaal goed nieuws voor Wieffering, een van de vakdocenten Beveiliging op deze school. Hij werkt al decennia in de beveiliging en heeft ook een eigen bedrijf, Irbis Secure Solutions. Hij houdt van zijn vak en vat zijn strategie dagelijks samen voor de studenten: „Vriendelijk als het kan, streng als het moet.” Goeie studenten mogen bij zijn bedrijf stage lopen en krijgen er soms na afloop ook een baan.

Voor de hele opleiding, gevestigd aan de rand van een woonwijk in Leiden, betekenen de ontwikkelingen goed nieuws. Want de aantallen nieuwe mbo-studenten dalen gestaag, (van 165.000 in 2018 tot 151.000 in 2022) doordat er steeds minder kinderen worden geboren. En doordat een steeds groter aandeel van de scholieren naar hbo of universiteit gaat. Tegelijk is de vraag naar beveiligers in twee jaar tijd met 20 procent gestegen.Tijdens de coronapandemie stopten veel beveiligers, vertelt Wieffering, en ná de pandemie groeide de vraag explosief.

Mensen met een beveiligingsopleiding zijn dus gewild. Hendrik de Knegt, projectmanager Veiligheid van de Leidse opleiding: „Het veiligheidsvak is populair onder jongeren maar om als opleiding overeind te blijven, proberen we ook andere klanten te trekken.” Gemeenten bijvoorbeeld. „Den Haag heeft veertig nieuwe boa’s nodig. De gemeente betaalt de opleiding – de werving is net begonnen. Boa’s worden binnen tien weken klaargestoomd. Dat is het basale werk: letten op parkeren, afval op straat, fietsen, overlast. Hanggroepouderen op het station.” Hanggroepouderen? „Ja, die hebben niks te doen en gaan zich daar verzamelen.” Zoetermeer en Leiden hebben ook belangstelling voor boa’s.

De studenten van niveau 2 komen vandaag uit Leiden, Katwijk, Waddinxveen, Leidschendam, Nieuw-Vennep. Ze dragen grote zwarte jassen, mooie sneakers, hebben oortjes in en veel tatoeages. Met de fiets komen ze, de scooter en de bus. Ze deden eerder de mavo of vmbo-beroeps of -kader. De een mag niveau 2 in één jaar doen (versneld), de ander doet er twee of drie jaar over.

Motivatie is alles. In het gewone tempo van twee jaar maakt 75 procent van de studenten de opleiding af. Van de versnellers (1 jaar) haalt 90 procent het diploma.

Mentaliteit

Boven in de examenruimte zit Karen Vroegop. Vanochtend nam ze het examen Wet & Regelgeving af voor niveau 2. De studenten vinden dat onderwerp „saai en moeilijk”, vertelt ze. Er zijn, bleek meteen, 23 studenten gezakt en 6 geslaagd. „Daarin is echt iets veranderd de laatste jaren. Vroeger haalde 80 procent alle toetsen in één keer, nu 40 procent.”

Wat is er veranderd? De mentaliteit, zegt Vroegop. „Veel studenten hebben een houding van ah joh, komt allemaal wel. Als het niet leuk is, of spannend, haken ze af.”

Les aan de opleiding beveiliging van het mboRijnland.


Foto Olivier Middendorp

De volgende dag zit die groep bij Wieffering in de klas. Sem glundert van trots. Hij heeft Wet & Regelgeving gisteren gehaald. Alla, die naast hem zit, niet. Die kwam niet opdagen. Wieffering: „Waarom ging je niet Alla? Je bent nu je eerste poging kwijt. De tweede poging betalen wij nog en daarna moet je het zelf betalen.” Alla haalt zijn schouders op. „Komt goed meneer.” Binnenkort, waarschuwt Wieffering de groep, moeten ze ook de toets Veiligheid en Borging maken. „En die is nog moeilijker.”

De deur klapt open. Wieffering: „Zo! Daar is Gianni. Wat dacht je: ik ga maar achteruit op mijn scooter?” „Ja sorry meneer, dat ik te laat ben. Ik ging nog hard maar nu heb ik een boete.”

In het hele mbo is uitval van studenten een zorg: elk jaar beginnen minder studenten op het mbo en vertrekken er 23.000 zonder diploma. Op de huidige 151.000 nieuwe studenten is dat ongeveer 15 procent. Jongeren zonder havo-, vwo- of mbo-2-diploma hebben geen ‘startkwalificatie’ en gelden feitelijk als ongeschoold. Maar veel van deze startkwalificatieloze schoolverlaters konden en kunnen door de bloeiende arbeidsmarkt toch werk vinden. Deze verlaters kosten de opleidingen wel geld.

De opleiding doet er dan ook veel aan om studenten bij de les te houden. Hebben ze problemen, dan kunnen ze bij Wieffering of een andere mentor terecht. Die zorgen dat ze hun examens niet vergeten, de deadline voor een stageverslag halen, de trein niet missen naar een belangrijke excursie. Ook Karen Vroegop belt en appt haar studenten als ze zich zorgen over hen maakt. Tijdens de pandemie ging de school sneller open dan andere scholen. „We spreidden de klassen over twee lokalen. Ze trokken het echt niet om thuis te blijven.”

Sommige studenten hebben het moeilijk. Wouter (21, niveau 3) bijvoorbeeld. Hij kwam van de mavo, begon aan mbo Zorg maar vond dat „niks” omdat hij autistisch bleek te zijn. Hij wilde graag naar de politieacademie, maar kwam niet door de screening omdat ze hem „te depressief” vonden om met een wapen rond te lopen. „Mijn opa had net een CVA [beroerte] gehad en daar worstelde ik mee.” Inmiddels gaat het beter met Wouter – hij vindt de opleiding Beveiliging leuk.

Duiventil

Er is veel vraag naar beveiligers, tegelijk is de arbeidsmarkt heel flexibel. Werkgevers bieden minder zekerheid dan vroeger maar veel van deze jongeren willen die ook nog niet. Ze werken om geld te verdienen, wanneer het ze uitkomt. Beveiligingsbedrijven mogen dus blij zijn als ze iemand, net opgeleid, twee jaar vasthouden. En de tekorten zijn groot. Schiphol liep van de zomer wekenlang vast doordat er te weinig beveiligers waren. Met de krokusvakantie lijkt dat nu weer te gaan gebeuren.

In oktober 2021 viel tijdens een bijeenkomst met werkgevers uit de regio het kwartje. Projectmanager De Knegt: „Ze zeiden allemaal ‘we begrijpen niet hoe het komt maar er gaat iets niet goed. Er is geen personeel’.” Sindsdien gaat die ontwikkeling steeds harder. Jonge beveiligers veranderen steeds van baan. „Het is een duiventil.”

Extra mensen opleiden gebeurt hier in Leiden via de bbl, de beroepsbegeleidende leerweg. De student werkt in de praktijk en leert bij op het mbo. De Knegt: „Dan weet je als werkgever dat je in elk geval, gedurende de twee jaar van de opleiding, iemand in huis houdt.”

De studenten op niveau 3, die al stages en banen achter de rug hebben, zijn heel serieus. Zij weten wat ze willen en ze zijn niet bang – een les over de beste kogelwerende vesten vinden ze volkomen normaal. Ze leren hoe ze moeten kijken: „Iemand kan áltijd iets bij zich hebben”, zegt Wieffering. En ze leren gedrag te duiden van mensen die ze aanspreken op de overtreding van een regel. Er is A-gedrag, dan zegt de aangesproken persoon sorry of verzint een smoesje. B-gedrag, dan verzet de persoon zich tegen de regel: „Wat stom dat we hier niet mogen lopen.” Bij C-gedrag keert de persoon zich tegen de beveiliger: „Wat moet je nou banenpooler? Nepagent.” En D-gedrag: de aangesproken persoon richt zich fysiek tegen de beveiliger. Dát is het moment om de portofoon te gebruiken en collega’s te roepen.

De stages die ze liepen waren indrukwekkend. Yang Yang, een grote jongen, werkte als beveiliger bij winkelketen Zara. „Daar wordt veel gestolen. Ik heb al meegemaakt dat toen ik iemand erop aansprak, ze de racismekaart trokken.” Ja, zegt Wieffering, dat zullen jullie wel vaker meemaken.

Docent Irbis Wieffering probeert de aandacht van zijn klas in Leiden vast te houden.


Foto Olivier Middendorp

Talitha, een extravert meisje dat concentratie afwisselt met danspasjes, werkte op Schiphol, North Sea Jazz-festival, bij een concert van The Weeknd en staat in het stadion bij een thuiswedstrijd van Feyenoord. „Dat laatste is leuk, meer sfeer.”

Rene (26) („onze beste student”, roept Talitha) is aan de slag bij het Rijksmuseum van Oudheden. Hij werkt soms al 24-uurs diensten. Nicole (24) werkt bij Center Parcs. „Ik heb een heel dronken vrouw van het park af moeten krijgen. Dat was wel pittig.” Justin, 17 nog maar, werkt bij het Mauritshuis. Sinds twee demonstranten zich vastplakten aan het Meisje met de Parel in dat museum, kijken zijn collega’s kritischer naar het bezoek.

Esmée („bijna 17”), gaat drie dagen per week stage lopen bij de Cruise Terminal in Rotterdam. Ze tobt nog of ze haar Cortina-fiets wel elke keer bij de trein kan parkeren, want die zijn populair en worden gestolen. „En de fietsenstalling is meestal vol.” Ze komt van de mavo en wil na niveau 2 misschien naar de politieacademie. Haar familie bestaat uit veel dienders. Trots laat ze een foto zien van haar ooms die bij de brandweer werken.

Wieffering heeft maar één echte zorg op het ogenblik: de studentenscreening, die zo streng en tegelijk willekeurig is. De wet dateert uit 1993 en is volgens de docent hopeloos verouderd. De politie keurt iedere beveiligingsstudent voordat die op zijn eerste stage gaat. Antecedenten zijn een no-go. „Maar de eenheidschef gaat erover, waardoor je in bijvoorbeeld Den Haag andere eisen hebt dan in Amsterdam.” De ene keer, zegt Wieffering, wordt een student afgewezen omdat hij een keer dronken op de fiets heeft gezeten. De andere keer niet. Mensen met een status, die asielzoeker waren, mogen pas acht jaar na het verwerven van de status een beveiligingsopleiding volgen. „Je moet acht jaar officieel in Nederland zijn. Dat is absurd lang.”