Straks ook nog een nieuwe Frankenstein-bruid: ons onstilbaar verlangen naar monsters

Bevangen door de ‘sensatie van angst’ schrok de Engelse schrijver Mary Shelley in de zomer van 1816 in het huis van Lord Byron op de oever van Het Meer van Genève wakker. Ze had de beroemdste nachtmerrie aller tijden. Die leverde het verhaal van het Monster van Frankenstein op, over een levend wezen gecreëerd uit dood mensenvlees; zijn intelligentie en normaliteit; en uiteindelijk zijn wraak op een wereld die haar hand lelijk heeft overspeeld.

Mary’s ‘sensatie’ werd na de publicatie van Frankenstein, or, The Modern Prometheus de onze, haar woorden onverminderd waarschuwend: „Frightful it must be; for supremely frightful would be the effect of any human endeavour to mock the stupendous mechanisms of the Creator of the world.” ( De effecten van de spot drijven met de „wonderbaarlijke werken van de Schepper” zullen „uiterst angstaanjagend” zijn.)

De wetenschap heeft ons mensen modern gemaakt, sinds Prometheus het vuur van de goden stal. Maar tegen welke prijs? Hoe ver durven we gaan met het smeden van het menselijk lichaam? Wat zijn de implicaties van onze verloren onschuld? En van het buitensluiten van de Ander?

Mary Shelley’s geest waart rond

Vér gaat onze fixatie op het gruwelverhaal van het Monster in een wereld van onbegrensde mogelijkheden. Sla de krant maar open. Dat stukje over een jongere die een transitie-operatie ondergaat of het nieuws dat wetenschappers weer eens een doorbraak hebben gedaan in orgaantransplantatie of meer te weten te zijn gekomen over hoe ons DNA werkt – de geest van Shelley waart rond in zulke verhalen.

https://youtu.be/o1Izq-E3o7Y?si=RBYIImXQm82QIRMh

Zo uitzonderlijk rijk is haar roman dat het Monster meer dan tweehonderd jaar later het onderwerp is van wat je gerust een collectieve obsessie kunt noemen. Constant recyclen kunstenaars, schrijvers en filmmakers het verhaal. In de komende tijd kunnen we uitkijken naar The Bride van Maggie Gyllenhaal, een remake van James Whale’s klassieker Bride of Frankenstein (1935), en waarschijnlijk als klap op de vuurpijl Frankenstein van Guillermo del Toro, meester van moderne monsterfilms zoals The Shape of Water (2017), over een visdraak à la Creature from the Black Lagoon (1954).

Frankenstein-verhalen zijn om van te gruwen, maar vaak ook om te lachen. Wie kan ooit Gene Wilder als Frederick Frankenstein in Mel Brooks’ Young Frankenstein (1974) vergeten? „Stand back, for the love of God! He’s got a rotten brain!” Of Frankenstein Conquers the World (1965) van Ishirō Honda. In Hiroshima bestuderen nazi’s hart van het Monster. In de jaren na de atoombom-explosie groeit een jongen uit tot een monster, Frankenstein, dat het opneemt tegen een verwoestend Godzilla-achtig wezen. Frankenstein wint, maar wordt verzwolgen door de aarde waarna wetenschappers concluderen: je kunt die beter begraven laten.

Bella’s onblusbare levenslust

Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Veruit de meest curieuze van de nieuwste reeks Frankenstein-verschijningen is de roman Poor Things van de Schotse schrijver Alasdair Gray, waarin de malle wetenschapper een beeldschone vrouw, Bella, samenflanst om seks mee te hebben, maar dan samen met alle andere mannen in haar omgeving slachtoffer wordt van háár onblusbare lust voor het leven. Het boek is nu ook verfilmd door de eigenzinnige Griekse cineast Yorgos Lanthimos met Emma Stone in de hoofdrol.

De film (vijf ballen in NRC) gooit hoge ogen bij de komende Oscar-uitreiking, en maakt van alles los. Zo kopte The Guardian: „Ze is vastgebonden en gemuilkorfd en dat moet grappig zijn: is Poor Things een feministisch meesterwerk – of een mannelijke seksfantasie?”

Even tussendoor: de vraag zelf is grappig. Want compleet irrelevant voor wie het boek leest. Dat is trouwens een vloek die ook op Shelley’s bronverhaal rust. Zelfs auteur Elizabeth Kostova geeft in haar inleiding bij de prestigieuze Frankenstein-editie van Penguin Classics Deluxe toe dat zij de oorspronkelijke roman nooit blijkt te hebben gelezen.

Terug naar Bella. Ze is geschapen door Godwin Baxter (Frankenstein), een man die misschien zelf niet helemaal origineel is aangezien hij alles wat hij weet over het monster-maken geleerd heeft van zíjn vader, die ook al in de weer was met lichaamsdelen, bliksemschichten en het animeren van dood vlees.

https://youtu.be/51DK6Chvfwc?si=Et6t0uZ8bs_f7smT

Maar is Bella nou een mannelijke fantasie? We kunnen het haar zelf vragen. In ieder geval is zij net zoals het Monster van Shelley de slimste, meest normale ‘mens’. Ze krijgt van romancier Gray de kans om haar kant van het verhaal te vertellen. „Het is allemaal schijn-gothic!” schrijft Bella, althans Lady Victor(ia) ‘Vicky’ Blessington zoals ze in de echte wereld heet. Waarna ze de mannen in het verhaal ervan beschuldigt hetzelfde verhaal bij elkaar hebben verzonnen. Poor Things. Teveel Victoriaanse literatuur gelezen.’

Niet alleen Shelley en Edgar Allan Poe maar ook losgeslagen horror- en sciencefictionschrijvers zoals Robert Louis Stevenson, Arthur Conan Doyle, H.G. Wells en H. Rider Haggard.

Genadeloos haalt Vicky onze obsessie met man en Monster onderuit. Hiermee laat auteur Gray ons wel in het duister. Want is Vicky nou creatuur, het resultaat van romantische hersenspinsels? Of simpelweg vrouw? Lezer, schrijft Victoria, besluit zelf. In ieder geval laat het verhaal verzonnen door Shelley terwijl Byron elders in z’n villa lag te snurken zien: wij mensen kunnen niet zonder dat monster.