Strafzaak tegen coffeeshophouder na dertien jaar gestaakt

Na een strafrechtelijk onderzoek dat dertien jaar duurde, heeft de rechtbank in Breda maandag een einde gemaakt aan de vervolging van de Brabantse oud-coffeeshopeigenaar Johan van Laarhoven.

Het Openbaar Ministerie (OM) is door de rechters op eigen verzoek niet-ontvankelijk verklaard in de verdere vervolging wegens, onder meer, het witwassen van crimineel geld en handel in soft drugs. Justitie heeft in het strafproces tegen de oprichter in Tilburg en Den Bosch van vier coffeeshops van The Grass Company en twintig andere verdachten en bedrijven een overeenkomst gesloten, zo maakte zij twee weken geleden bekend.

De partijen zijn het eens geworden over de betaling van geldboetes (van 20.000 tot 375.000 euro), het vervullen van werkstraffen (in totaal 460 uur) en terugbetaling van in totaal 7,75 miljoen euro als wederrechtelijk verkregen voordeel. Omdat de verdachten al aan de verplichtingen (boetes en taakstraffen) hebben voldaan, vervalt volgens het OM het strafvorderlijk belang bij de vervolging.

De strafrechtketen kampt met een hoge werkdruk en forse voorraden

Charles Wiegant
officier van justitie

De rechtbank verklaarde vandaag akkoord te gaan met het ongebruikelijke verzoek van het OM – om alsnog te stoppen met een strafzaak die al onder de rechter is – omdat de zaak „uitzonderlijk” is gezien de lange duur en het grote beslag dat de zaak legt op mensen en middelen van de rechterlijke macht. De rechtbank zegt geworsteld te hebben met een „dilemma”. Transparante rechtspraak is volgens de rechters in het belang van de samenleving maar het is ook belangrijk dat „gezocht wordt naar een wijze van afdoen van zaken die de rechtspraak niet meer dan nodig belast. Daardoor ontstaat er ruimte om meer strafzaken af te doen”.

Rechtshulpverzoek

De strafzaak tegen Johan van Laarhoven (64 jaar) kreeg nationale bekendheid toen hij in 2014 in Thailand werd gearresteerd. Van Laarhoven werd samen met zijn Thaise echtgenote opgepakt in de badplaats Pattaya waar hij sinds 2008 rentenierde. De aanhouding volgde nadat het OM in Breda een brief stuurde waarin werd gevraagd een strafzaak in Thailand te beginnen. Eerder zond het OM al een rechtshulpverzoek naar Thailand waarin onder meer werd gevraagd Van Laarhoven telefonisch te tappen. Het OM vroeg om informatie in een onderzoek dat sinds 2011 in Nederland liep tegen Johan en zijn broer Frans wegens vermoedens van witwassen van drugsgeld en grootschalige belastingontduiking.

Door de Thai werd Van Laarhoven daarna beschouwd als een grote witwasser van drugsgeld. Van Laarhoven werd in Thailand veroordeeld tot een gevangenisstraf van 75 jaar en er werd, aldus de rechtbank, voor 6 miljoen euro aan vermogen in beslag genomen. Na interventie van toenmalig minister Ferd Grapperhaus (Justitie en Veiligheid, CDA) die in 2019 – tegen de zin van het OM – afreisde naar Thailand om bij de autoriteiten aan te dringen op zijn vrijlating, mocht Van Laarhoven in 2020 – na vijf jaar detentie – naar Nederland vertrekken om zijn straf hier uit te zitten. Hij zat hier een half jaar vast.

‘Voortdurende berechting’

Het OM wil om „proceseconomische redenen” nu van de strafzaak af. „De strafrechtketen kampt met een hoge werkdruk en forse voorraden. Het is daarom geenszins denkbeeldig dat de vervolging van deze strafzaken nog vele jaren zou duren met alle beslag op de zittingscapaciteit in een toch al overvolle agenda van de strafrechtketen van dien”, zei officier van justitie Charles Wiegant twee weken geleden. De strafzaak is het OM boven het hoofd gegroeid. In 2019 oordeelde ook de Nationale ombudsman al dat het OM „onzorgvuldig” had gehandeld bij de vervolging van Johan van Laarhoven.

Volgens Wiegant moet de strafzaak ook worden gestaakt omdat „een voortdurende openbare berechting” een te zware wissel trekt op de verdachten vanwege „de grote maatschappelijke belangstelling” van de politiek en de pers „die het strafproces op de voet volgen”. De rechtbank noemt deze zaak van de „buitencategorie”. De manier waarop het OM heeft gehandeld is volgens de rechters niet voor herhaling vatbaar.

De rechtszaken in deze kwestie zijn overigens niet afgelopen. Johan van Laarhoven is nog bezig met een civiele procedure waarin hij schadevergoeding eist van de Staat der Nederlanden wegens de „onrechtmatige behandeling” die hem door justitie ten deel is gevallen. Volgens zijn advocaat Jan Sneep eist Van Laarhoven niet alleen „een flinke som geld” maar ook „genoegdoening voor het leed dat hem is aangedaan”.


Lees ook

Coffeeshopbaas Johan van Laarhoven na zes jaar vrij

De advocaat van Johan van Laarhoven, Geert-Jan Knoops (rechts), bij een kort geding.