N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Bijscholing Na nog geen twee jaar schaft het kabinet het STAP-budget af. Mensen zullen zich nu minder bij- of omscholen, vrezen experts.
Van de automonteur die aan de slag wil als installateur van zonnepanelen tot de zorgmedewerker die zich wil verdiepen in rouwverwerking: de afgelopen anderhalf jaar konden ze via de regeling Stimulering Arbeidsmarkt Positie (STAP) 1.000 euro aanvragen om een bij- of omscholingscursus te volgen.
Maar binnenkort is dat alweer verleden tijd. Minister Karien van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid, CDA) haalde twee weken geleden in de Voorjaarsnota per 2024 een streep door het STAP-budget – tot verrassing van opleiders én uitvoeringsorganisatie UWV. Zij blijven achter met de vraag: komt er een alternatief?
Sinds de invoering ervan werd de STAP-regeling regelmatig bekritiseerd, omdat omstreden cursussen als ‘leren manifesteren’ en ‘bitcoinexpert worden’ op kosten van de belastingbetaler werden aangeboden. Ook verhoogden sommige cursusaanbieders hun tarieven tot de hoogte van het subsidiebedrag, ontdekte RTL Nieuws. Tegelijk zou het budget te laag zijn om een volwaardige opleiding te volgen, en klonk er kritiek op de relatief kleine subsidiepot – wat leidde tot een loterij voor aanvragers.
Maar de regeling helemaal wegbezuinigen – dat gaat te ver, vindt de Tilburgse hoogleraar arbeidsmarkt Ton Wilthagen. „Er mist een visie: hoe dan wel? Er is straks geen systeem meer waarmee mensen zich op een laagdrempelige manier kunnen bij- of omscholen. En dat gaat Nederland, gezien de vergrijzing en technologische ontwikkelingen, wel nodig hebben.”
Nederland heeft, gezien de vergrijzing, een regeling voor bijscholing hard nodig
Bovendien waren er al maatregelen genomen om de regeling te verbeteren. Zo werden dubieuze cursussen geweerd en kwamen er maxima voor het aantal inschrijvingen per cursus.
Subsidiepot snel leeg
Eric Verduyn, directeur onderwijs van Salta Group, met werkmaatschappijen als NCOI en LOI de grootste Nederlandse aanbieder van opleidingen voor werkenden, noemt het besluit „politiek handig”. „Geen politicus die zich na de kritiek hard zal maken voor het behoud. Terwijl STAP bewust was begonnen als ‘lerende regeling’, die onderweg aangepast zou worden. Daar was iedereen van op de hoogte.”
Het STAP-budget kwam er vorig jaar om meer mensen toegang te geven tot om- en bijscholing. Daarvoor trok het kabinet toen 160 miljoen euro uit; dit jaar kwam er 10 miljoen meer.
Voorheen kon je onderwijskosten die een werkgever niet vergoedde, aftrekken van de belasting. Daarvan maakten in de praktijk vooral rijkere, theoretisch opgeleiden gebruik. Zij waren in staat – meer dan bijvoorbeeld zzp’ers en praktisch geschoolden – een studie voor te schieten.
Met STAP lukte het een grotere groep tot onderwijs te verleiden, becijferde het UWV. Praktisch geschoolden wisten het budget te vinden. Van de STAP-aanvragers in de eerste ronde van dit jaar had een derde deel middelbaar beroepsonderwijs als hoogst afgeronde opleiding. Sinds 2022 vroegen meer dan 250.000 mensen de subsidie aan. Meestal was de pot enkele uren na de opening van een aanvraagronde alweer leeg.
Die populariteit vindt onderwijsdirecteur Verduyn een goed teken, zelfs als een deel van de aanvragers kiest voor een opleiding met geringe aansluiting op de arbeidsmarkt. Het grootste verlies voor zijn Salta Group is volgens hem niet zozeer het mislopen van cursisten, maar dat minder mensen nu „een positieve leerervaring” zullen krijgen door afschaffing van het STAP-budget. „Als opleider hebben we geen exclusief aanbod gemaakt voor STAP, dus we weten ook niet hoeveel extra inschrijvingen de regeling opleverde. Ik ben er vooral heilig van overtuigd dat cursisten sneller zouden terugkomen, als ze hadden gezien dat leren leuk en nuttig is.”
Ook zonder STAP zijn er nog volop regelingen die om- en bijscholing faciliteren. Zo kan de werkgever een opleiding (deels) vergoeden als hij deze nodig vindt om de werknemer beter te laten functioneren. Het UWV biedt eveneens ondersteuning aan mensen die een geschikte plek zoeken op de arbeidsmarkt. Daarnaast telt Nederland 35 Leerwerkloketten, die onder meer leerwerktrajecten en arbeidsadvies bieden.
Wilthagen onderscheidt verder een „lapwerk aan subsidieregelingen”, maar acht die te marginaal om te zorgen voor een „vitale leercultuur” in Nederland.
Individuel leerrecht
Hoe het kabinet scholing dan wel zou moeten stimuleren? Zonder extra geld wordt dat lastig, denkt Wilthagen. Liever ziet hij dat het kabinet mogelijkheden schept voor permanente loopbaanontwikkeling door onderwijs en training. Daarvoor grijpt Wilthagen terug naar een voorstel van de commissie-Borstlap, die adviseerde over de toekomstige arbeidsmarkt, en de Sociaal-Economische Raad om het ‘individuele leerrecht’ in te voeren. Dat komt erop neer iedere Nederlander recht heeft op een zelfde onderwijsbudget. Wie een universitaire mastergraad behaalt, heeft dat potje in principe opgebruikt; wie een (goedkopere) vakopleiding voltooit, heeft nog budget over voor een cursus.
Lees ook dit opiniestuk: De STAP-regeling is goud waard, hou die in stand
Ook Verduyn is enthousiast over leerrechten, dat hij „het ultieme alternatief” voor STAP noemt. „Steeds als geld wordt vrijgemaakt voor mensen met behoefte aan scholing, zien we dat nieuwe doelgroepen worden bereikt, zoals praktisch opgeleiden en zzp’ers. Het verkleint de kansenongelijkheid.”
Verduyn verwijst naar een studie van SEO Economisch Onderzoek uit 2020, die concludeert dat onderwijskosten voor de staat – ongeacht individuele of institutionele regelingen – ruimschoots gecompenseerd worden door de extra belastinginkomsten waartoe ze leiden.
Een woordvoerder van Sociale Zaken kan nog niets zeggen over alternatieven voor de STAP-regeling, behalve dat minister Van Gennip er „spoedig” duidelijkheid over zal verschaffen. Dan zal ook blijken of de drie resterende aanvraagrondes voor STAP-budget die dit jaar waren gepland, er toch nog komen.