Schiphol mocht luchtvaartmaatschappijen hogere havengelden rekenen

Schiphol mocht de tarieven fors verhogen die luchtvaartmaatschappijen moeten betalen voor de faciliteiten op het vliegveld. Dat heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) dinsdag bepaald.

Het CBb deed uitspraak in een beroepsprocedure die was aangespannen door luchtvaartmaatschappij KLM en de internationale branche-organisatie IATA. Zij zijn het oneens met de aanzienlijk hogere havengelden in 2022, 2023 en 2024.

Schiphol verhoogde de tarieven met respectievelijk 9, 12 en 14,8 procent. Zo wil de luchthaven verliezen verrekenen door de daling van het aantal vluchten en passagiers door Covid-19. Luchtvaartmaatschappijen betalen voor de diensten die zij gebruiken op een luchthaven, zoals beveiliging.

Machtspositie

De Autoriteit Consument & Markt (ACM) bepaalde eerder dat de tariefsverhogingen niet in strijd zijn met de Wet luchtvaart en daarop gebaseerde regels. KLM en IATA stelden dat de verrekening van coronaverliezen door Schiphol leidde tot tarieven die niet meer redelijk zijn.

Het CBb, het hoogste beroepsorgaan in Nederland in dit soort geschillen, noemt de verhogingen weliswaar „zeer aanzienlijk”, maar niet onredelijk. Schiphol maakt geen misbruik van zijn machtspositie, aldus het CBb. Dat zou blijken uit een vergelijkend onderzoek naar tarieven van Schiphol en andere luchthavens.

Luchtvaartmaatschappijen berekenen de verhogingen door aan hun passagiers. Dat leidt tot duurdere vliegtickets. Die worden de komende jaren naar verwachting sowieso duurder, omdat luchtvaartmaatschappijen hogere kosten moeten maken voor emissierechten, personeel en materieel.

KLM vindt de uitspraak van het CBb teleurstellend. „De verliezen die Schiphol heeft gemaakt tijdens de Covid-periode worden volledig verhaald op de luchtvaartmaatschappijen”, zegt een woordvoerder. „Dit zou een gedeeld ondernemersrisico moeten zijn.”

Schoner vliegen

De havengelden vormen de belangrijkste bron van inkomsten voor Schiphol. In 2023 kreeg de luchthaven bijna 1,16 miljard euro aan havengelden binnen, 63 procent van zijn inkomsten. In 2022 was dat nog 901 miljoen euro. De luchthaven mag de tarieven niet lukraak verhogen; de stijging wordt bepaald volgens een strikte procedure. Schiphol mag hier geen winst op maken.

De luchthaven gebruikt de havengelden sinds 2021 ook om schoner vliegen te stimuleren. De stilste en schoonste vliegtuigen betalen minder (45 procent van het basistarief); de meest lawaaiige en vervuilende toestellen betalen fors meer (180 procent van het basistarief).

Ook de komende jaren wordt een stijging verwacht van de havengelden. Bij de presentatie van de jaarcijfers van Schiphol in februari stelde financieel directeur Robert Carsouw dat de luchthaven duurder wordt voor luchtvaartmaatschappijen omdat het vliegveld veel achterstallig onderhoud heeft. Hoeveel de havengelden stijgen, is nog niet bekend.