N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Reportage
VVD-congres Op een congres in Apeldoorn uitten VVD’ers hun woede over het gebrek aan plannen van het kabinet tegen migratie. En Dennis Wiersma zei sorry.
Klaas Kwint (66), een VVD’er uit Alphen aan den Rijn, staat bij de microfoon en kijkt naar Mark Rutte. Zijn stem trilt. „Kom jij eens op voor je eigen mensen, man.” Rutte zit tussen andere VVD-leden, op het congres van zijn partij in Apeldoorn, zaterdagmiddag. Hij zegt iets terug, maar niemand kan hem verstaan. Klaas Kwint ook niet. Maar die wíl het ook niet horen. „Nee”, roept hij naar Rutte. „Niks jij.”
De partijtop wist dat het zou gebeuren. Op dit congres zou je de woede zien onder VVD’ers over de grote aantallen asielzoekers die naar Nederland komen, en over het gebrek aan plannen bij het kabinet-Rutte IV om daar iets tegen te doen. In het najaar, toen op een VVD-congres werd gestemd over de spreidingswet van de ‘eigen’ staatssecretaris Eric van der Burg, had de partijtop er nog alles aan gedaan om een nee tegen die wet te voorkomen: partijprominenten waren opgetrommeld om bij de microfoon te pleiten voor een ja.
Deze keer liet de VVD het komen zoals het kwam. In de onderhandelingen met vooral D66 en de ChristenUnie, over kabinetsplannen om de migratie te beperken, zal het zo goed als zeker de VVD alleen maar kunen helpen als zo veel mogelijk leden opgewonden en boos zijn. Kijk naar onze kiezers, kan Rutte zeggen: ze pikken het niet langer.
Kom jij eens op voor je eigen mensen, man
Ministers met vakantie
Tegen de gewoonte in had Rutte geen eigen speech voorbereid, fractievoorzitter Sophie Hermans ook niet. In plaats daarvan lieten ze de VVD’ers praten bij de microfoon, en zíj reageerden. Het ene na het andere partijlid wees Rutte op zijn belofte in het najaar, dat de komst van asielzoekers „substantieel” ingeperkt zou worden. Dáárom, vonden veel VVD’ers, hadden ze het goed gevonden dat de spreidingswet er kwam, waardoor gemeenten gedwongen kunnen worden om asielzoekers op te nemen. Toen een VVD’er zei dat Rutte helemaal niets had gedaan om zich aan zijn belofte te houden, reageerde hij fel. „Dát laat ik niet over mijn kap gaan.”
Rutte begon over zijn reizen door Europa, over de gesprekken in het kabinet en hij zei dat Rutte IV nog voor het zomerreces met maatregelen komt. Sophie Hermans beloofde dat ook. „Onze betrokken ministers”, zei ze, „mogen pas met vakantie als het rond is.” Achterin de zaal zei staatssecretaris Van der Burg tegen zijn medewerker dat zíj dus konden in juli, alleen de ministers moesten blijven.
Door de deadline die de VVD hiermee aan zichzelf en de andere regeringspartijen oplegt, neemt de druk op het – toch al wankele – kabinet verder toe. Het CDA wil voor de zomer ook nog opnieuw onderhandelen over de stikstofplannen. Betrokkenen beseffen dat het riskant kan zijn om het allebei aan te laten komen op de laatste weken voor de zomer, als niet alleen de druk, maar ook de vermoeidheid onder de politici toeneemt. „Je struikelt”, klinkt het in Rutte IV, „nooit over een muur. Je struikelt over een drempel.”
Het past ook niet bij de tactiek die Rutte al heel lang graag toepast: de tijd zijn werk laten doen, jezelf geen deadline opleggen als het niet écht hoeft. Maar blijkbaar vindt hij dat het deze keer niet anders kan. In Apeldoorn zei hij dat „het draagvlak” voor de opvang van asielzoekers op het spel staat. „En dat draagvlak is van belang voor wat ik wil. Dat we netjes met vluchtelingen omgaan.”
‘Tot het uiterste gaan’
Rutte leek weinig te moeten hebben van het idee dat de VVD maar beter uit het kabinet kan stappen. „Als de grootste partij van Nederland, en over een paar dagen zijn we dat al dertien jaar, hebben we de verantwoordelijkheid om tot het uiterste te gaan voor de stabiliteit van Nederland. En al helemaal nu het oorlog is in Europa. In Europa kijken ze ook naar Nederland voor leiderschap.”
Hij zei dat hij dacht dat het kabinet er wel uit zou komen. Maar als het niet anders kon, zei hij ook, dan moest het maar, zo’n crisis. „Er moet wel iets gebeuren tegen de instroom.”
Een paar kilometer verderop, ook in Apeldoorn en ook op zaterdag, kwam de ChristenUnie bij elkaar voor een congres. CU-leider Mirjam Bikker zei daar op zaterdagochtend tegen journalisten dat Nederland volgens haar de komst van 70.000 asielzoekers per jaar „op dit moment goed kan dragen, als rijk land”. Alleen als er jarenlang zulke aantallen kwamen, lag het anders, vond ze. Ze zag, zei ze ook, niets in „ideeën met een hoog páts-gehalte” zoals het opzeggen van het VN-vluchtelingenverdrag, wat VVD’er Henk Kamp had geopperd. Mirjam Bikker zei een paar keer hoe belangrijk het was om „mensen in nood te helpen” en „de mens achter de vluchteling te blijven zien”. Vooral dat maakte VVD’ers in Apeldoorn boos. Alsof zíj dat niet deden, zei een van hen bij de microfoon. Rutte knikte. Maar hij vond dat zijn partijgenoten niet „op dat andere congres” moesten reageren.
Naar Suriname
De VVD’ers hadden ook wel genoeg aan zichzelf. Lang niet alle leden vonden dat ze hun boosheid konden uiten zoals ze zich hadden voorgenomen. In het halve uur dat Hermans voor hun vragen had uitgetrokken, kregen de leden bij de microfoon te horen dat ze konden gaan zitten: de microfoon kwam wel bij hén. Maar dat gebeurde niet. Een VVD’er uit Amstelveen die wel bij de microfoon bleef staan, kreeg de kans om met een idee te komen dat ze zelf „out of the box” noemde: „Waarom sturen we de migranten niet naar Suriname? Daar is ruimte genoeg, en daar spreken de mensen ook Nederlands.” In de zaal werd gelachen, niemand nam het serieus.
Het werd wel helemaal stil toen het in Apeldoorn over VVD-minister Dennis Wiersma ging, en zijn woedeuitbarstingen tegen medewerkers. Een oud-Tweede Kamerlid, André Bosman, vroeg bij de microfoon naar de sociale veiligheid in de VVD: was daar genoeg aandacht voor? Wiersma zelf kwam daarna naar voren om „sorry” te zeggen. Het nieuws over hem, zei hij, had ook een „uitstraling” op de partij. En hij zei: „Ik heb mijn les geleerd. Het zal niet nog eens gebeuren.”