Russiche huurlingengroep Wagner zegt Bachmoet ‘in juridische zin’ te hebben veroverd
De leider van de Russische huurlingengroep Wagner Groep Jevgeni Prigozjin heeft zondag via Telegram laten weten dat ze de Oekraïense stad Bachmoet in „juridische zin” hebben veroverd. Dat schrijft persbureau Reuters.
Het huurlingenleger zou de Russische vlag hebben gehesen op het gemeentehuis van de stad. „Vanuit een juridisch oogpunt is Bachmoet ingenomen”, aldus Prigozjin in een geluidsopname. „Dit is het Wagner-privéleger, dit zijn de mannen die Bachmoet hebben ingenomen. Wettelijk gezien is het van ons.”
Oekraïense functionarissen hebben nog geen bevestiging gegeven dat Bachmoet in Russische handen is gevallen. Eerder op de avond bedankte de Oekraïense president Zelensky alle soldaten die vechten in Avdiivka, Maryinka en Bachmoet. „Vooral in Bachmoet.”
In de stad, die in het oosten van Oekraïne ligt, woeden al maandenlang hevige gevechten. Het oosten en zuidoosten van Bachmoet zijn in handen van Rusland. Bij de strijd vallen aan de Oekraïense kant veel slachtoffers, waardoor binnen en buiten Oekraïne discussie is ontstaan of het nog wel verstandig is om de stad te blijven verdedigen.
Een vliegtuig is zondagmiddag neergestort nabij het vliegveld London Southend. Het vliegtuig was onderweg naar Lelystad, aldus de Britse krant The Guardian. De crash vond plaats vlak na het opstijgen, volgens Britse media zorgde de impact met de grond voor een grote vuurbal.
De politie van Essex, een graafschap gelegen tussen Londen en de Noordzee, spreekt op Facebook van een „ernstig ongeluk”. Alle hulpdiensten zijn inmiddels ter plaatse. Een omliggende rugby- en golflcub wordt ontruimd. The Guardian schrijft dat het om een Beechcraft B200-model gaat, een klein model met propellers dat doorgaans ruimte biedt aan zo’n negen passagiers.
Via de iPhone bereikten me oproepen om vooral online een handtekening te zetten onder een petitie voor het behoud van Vitesse, zo’n beetje de allerlaatste stuiptrekking om toch nog je zin te krijgen. De KNVB had de licentie ingetrokken, niet omdat ze er nu niet goed bezig zijn, maar vanwege alle foute eigenaren uit het recente verleden. Een onrecht dat helaas alleen in Vitesse-gebied nog uit te leggen is.
Met dat eenzame gevoel in de achterzak reed ik met mijn oudste dochter op de fiets van Amsterdam naar een huisje in het bos bij Velp. In twee etappes. Ze vroeg regelmatig wanneer we in Vitesse-gebied waren. Ik liet dat even na Utrecht beginnen. Helemaal in de geest van voormalig voorzitter Karel Aalbers die ooit de punt van een passer in Arnhem plantte en een dusdanige cirkel trok dat het Ruhrgebied ook nog onder het Vitesse-gebied viel. Hij kwam zo uit op ongeveer 12 miljoen potentiële supporters.
Het is heilzaam om met de fiets door Nederland te trekken. Bij familiehotel ‘Het Rechthuis’ bij Naarden kregen we ondanks dat we er geen gasten waren gewoon te drinken en praatte de eigenaresse mijn dochter over de eerste inzinking heen. Ze stond in de keuken af te wassen toen we aankwamen en vertelde dat ze het aantal kamers hadden verminderd, ze mikten sinds kort op een hoger segment. Op het internet vond ik later een tien jaar oude foto van de vrouw, een witte gebreide trui op een rode broek, met haar man en toen nog twee kleine kinderen, duidelijk nog niet op de hoogte van de hoeveelheid werk in het verschiet.
Aan het eind van de bar hing een Ajax-shirt aan het plafond, voor mijn dochter reden voor een nieuwe inzinking omdat we zelfs nog lang niet aan de randen van het Vitesse-gebied waren.
Een dag later stond in een weiland een bord met de tekst dat er in Brummen geen plaats is voor asielzoekers. Het maakte somber. Als ze zelfs in het vriendelijke, van Veluwse welvaart haast uit elkaar spattende Brummen zo vatbaar zijn voor het gehits dat ze er ongastvrij van worden dan is er een onderstroom boven gekomen waarvan ik het bestaan nog niet kende. Ik kende de inwoners als literatuur-, vogel en bomenliefhebbers, waar we vroeger graag tegen sportten omdat je er altijd van won. Ze hielden van wandelen, maar bewegen met een bal was te moeilijk. En nu willen ze hun bossen voor zichzelf houden. Wat gelukkig nooit verdwijnt is de weldaad die je overvalt als je met goed gezelschap op de fiets tussen die bomen rijdt.
Marcel van Roosmalen schrijft op maandag en donderdag een column.
Vijf Gouden Kalveren had de Nederlandse filmmaker Rudolf van den Berg thuis staan. Een voor zijn documentaire Sal Santen Rebel (1982), de andere vier voor speelfilms, waaronder drie boekverfilmingen: Bastille (1984, naar Leon de Winter), De avonden (1989, naar de onverfilmbaar geachte klassieker van Gerard Reve) en de Arnon Grunberg-verfilming Tirza (2010). Andere bekende films van hem zijn de Tweede Wereldoorlogfilm Süskind (2012), horrorfilm De Johnsons (1992) en de thriller Zoeken naar Eileen (1987), opnieuw naar een roman van De Winter. Naast het maken van documentaires en speelfilms werkte hij sporadisch ook voor televisie. Zo regisseerde hij enkele afleveringen van het familiedrama Oud geld (1999, naar scenario’s van Maria Goos). Zaterdag overleed hij onverwacht aan een hartstilstand. Kort voor zijn overlijden had Van den Berg net de opnames van zijn film over Spinoza afgerond.
Joodse onderwerpen
De op 6 januari 1949 geboren Van den Berg studeerde in 1975 af als politicoloog. Een jaar later debuteerde hij als documentairemaker met de poëtische film De Algerijnse tijden, over de nasleep van de Algerijnse Onafhankelijkheidsoorlog tussen 1954 en 1962. In 1979 volgde De plaats van de vreemdeling, een onderzoek naar wat het betekent om Joods te zijn. Het was een omstreden documentaire waarvan de uitzending bijna verboden werd omdat de film antisemitisch zou zijn. Twee in de documentaire opgevoerde personen spanden een rechtszaak aan om hem te verbieden, maar daar ging de rechter niet in mee: de strekking van de film was niet tegen het bestaansrecht van de staat Israël gericht, oordeelde de rechtbank. Van den Berg maakte meerdere films over joodse onderwerpen, waaronder de al genoemde Sal Santen Rebel. Deze eigenzinnig vormgegeven documentaire gaat over de links-revolutionaire joodse auteur Sal Santen, een Trotskist die onder meer hulp verleende aan Algerijnse vrijheidsstrijders en daarvoor werd veroordeeld. In Van den Bergs film kijkt hij verbitterd terug op de verwording van zijn oude idealen.
Lees ook
‘Ik ken die angst voor de leegte’
In 1984 debuteerde Van den Berg als speelfilmmaker met Bastille, over een joodse man die geobsedeerd raakt door zijn persoonlijke geschiedenis, met vergaste ouders en een verdwenen tweelingbroer. Over zijn voorkeur voor joodse onderwerpen zei Van den Berg in 1984 in NRC: „Mijn monomane keuze voor de joodse thematiek lijkt beperkt maar het hele universum zit daarin verscholen.” Via zijn films zocht hij naar het antwoord op wat Joods-zijn was, „maar ik kom er niet achter”. Ook Gouden Kalf-winnaar Süskind (2012) gaf geen antwoord op die vraag. Deze film gaat over de voor de Joodsche Raad werkzame Walter Süskind, hoofd van de Hollandsche Schouwburg – de plek waaruit Amsterdamse Joden in de Tweede Wereldoorlog werden gedeporteerd. Süskind werkte mee met de Duitsers maar wist ook zo’n duizend joodse kinderen te redden.
Hoofdrolspeler Nyncke Beekhuyzen en Rudolf van den Berg tijdens de opname van een scene van de oorlogsfilm Süskind. Foto Levin den Boer/ ANP
Innerlijke benauwdheid
Omdat enkele persoonlijke projecten niet doorgingen, werkte Van den Berg soms als vervanger van andere regisseurs. Dit was het geval bij De Johnsons (1992), een horrorfilm die inmiddels geldt als cultklassieker. In een laat stadium raakte hij ook betrokken bij de derde verfilming van Friedrich Dürrenmatts thriller Das Versprechen, in 1996 door Van den Berg verfilmd als The Cold Light of Day. Hierin maakt een politie-inspecteur (Richard E. Grant) jacht op een kindermoordenaar, waarbij hij een klein meisje als levend lokaas gebruikt.
Hoewel deze en andere films in opdracht van anderen waren, pasten ze toch (vrij) naadloos in zijn oeuvre, vertelde hij in een interview met de Filmkrant: „De film moet een raakvlak hebben met mijn eigen fascinaties en obsessies. Door zijn innerlijke benauwdheid werd De avonden echt een film van mij. Hij gaat dan wel niet over de joodse identiteit, maar het gaat wel over onuitspreekbare innerlijke angsten en paniek. Het gevoel van: ‘O God, wat moet ik in de wereld’. Ik ben trots op De avonden, juist omdat het zo’n moeilijke film was om te maken.” NRC-recensent Joyce Roodnat vond Frits van Egters (de antiheld uit De avonden, gespeeld door Thom Hoffman) naadloos passen in Van den Bergs oeuvre dat draait om eenzame buitenstaanders op zoek naar een thuis en uiteindelijk naar zelfacceptatie.