
Het land dat het ding lanceerde bestaat allang niet meer, maar de wereld krijgt deze week te maken met de terugkeer van een ruimtevaartuig dat in 1972 door de Sovjet-Unie de lucht werd ingeschoten. „Er is een goede kans dat de landingsmodule gewoon in één stuk op aarde valt. Hij is immers ontworpen om de afdaling in de Venus-atmosfeer te overleven”, zegt Marco Langbroek, satellieten-spotter en lector Space Situational Awareness aan de TU Delft.
Langbroek houdt de positie van Kosmos 482, een oude Venus-sonde, bij op zijn blog, aan de hand van radarmetingen van de Amerikaanse ruimtevaartstrijdkrachten. Met in Delft ontwikkelde software is het moment van terugvallen te voorspellen. Op het moment dat dit artikel gepubliceerd werd (maandagmiddag 5 mei), is dat 10 mei 21:05 uur Nederlandse tijd plusminus 1,5 dag.
Smelten en verbranden
„Het precieze moment verandert nog voortdurend, afhankelijk van nieuwe metingen van de positie en de atmosfeer”, zegt Langbroek. Wanneer, en vooral waar, Kosmos 482 landt, daarover is pas enkele uren van tevoren iets zinnigs te zeggen. „De kans is het grootst dat hij in zee valt, maar het kan ook op land zijn.”
De meeste terugvallende ruimtevaarttuigen smelten en verbranden helemaal: door hun snelheid van duizenden kilometers per uur, worden ze gloeiend heet. Maar Kosmos 482 is juist ontworpen om zo’n reentry te overleven in de dichte atmosfeer van Venus. De landingsmodule is een stevige bol van zo’n 500 kilo, ongeveer een meter in diameter. De titanium buitenkant zal tijdens de gloeiende afdaling wel flink afbladderen.
De landing zal een flinke klap zijn. Het lijkt Langbroek extreem onwaarschijnlijk dat de parachute na ruim vijftig jaar nog werkt. Maar helemaal uitgesloten is het ook weer niet. „Bij de Russen weet je het nooit. De batterijen zijn zeker leeg, maar als het systeem mechanisch was, heb je kleine een kans dat hij het zelfs zonder batterijen doet.”
Echt gevaarlijk is het relatief kleine projectiel niet, schat Langbroek. „Het fascinerende vind ik dat het een soort tijdcapsule is, met Sovjet-ruimtevaarttechnologie van meer dan een halve eeuw geleden.” De Sovjet-Unie had dan wel de race om mensen op de maan te zetten verloren, maar in 1970 voerde de ruimtesonde Venera-7 (‘Venus’ in het Russisch) de eerste succesvolle landing op een andere planeet uit.
Geen geringe prestatie, want de atmosfeer van onze buurplaneet bleek ongenadig. Aan een parachute afgedaald door dichte wolken van zwavelzuur, registreerden de meetinstrumenten een temperatuur van 475 graden Celsius en een druk van 92 bar. Venera-7 hield het 23 minuten vol.
Hoogste punt van de baan
Aan dat succes was een lange reeks mislukkingen voorafgegaan. Venera-1 raakte in 1961 oververhit voordat hij langs Venus schoot, net als Venera-2. Venera-3 crashte op het oppervlak, de batterij van Venera-4 raakte op voor de landing, en Venera-5 en -6 implodeerden door de hoge druk.
Na Venera-7 had ook Venera-8 in 1972 succes, en inmiddels waren de Sovjets overgegaan tot het lanceren van meerdere sondes van hetzelfde ontwerp, om de kansen te vergroten. Kosmos 482, gelanceerd op 31 maart 1972, was vermoedelijk een exacte kopie van Venera-8, maar bleef steken in een baan om de aarde. Vanwege de mislukking kreeg hij zijn weinigzeggende naam, verdere inlichtingen werden niet verstrekt.
Wel was met hulp van telescopen en radarbeelden te zien hoe de langgerekte baan van de landingsmodule rond de aarde in een halve eeuw gestaag kromp. Het apogee, of hoogste punt van de baan, was vlak na de lancering 9710 kilometer, maar op 1 mei 2025 was daar nog maar 340 kilometer van over, met nog maar dagen te gaan.
In de autobiografie van de Sovjet-raketpionier Boris Tsjertok (1912-2011) mijmert hij over Venera-1, die nog altijd als ruimteschroot door het zonnestelsel suist. „Als op een dag onze nazaten het ruimtepuin in het zonnestelsel opruimen, en ze vinden Venera-1, zullen ze een vlag van de Sovjet-Unie vinden, en het in een museum plaatsen, niet ver van het goud van de Scythen’, voorspelt hij zelfverzekerd.
Of Venera-8 ook een Sovjetvlag aan boord had, wordt heel misschien deze week duidelijk.
