De politieke twist tussen coalitiepartijen PVV, VVD en BBB en het kabinet over het twee weken eerder vrijlaten van gevangenen is dinsdag beslecht in het voordeel van de regering. Voor de tweede week op rij staakten in de Tweede Kamer de stemmen over een motie die Justitie-staatssecretaris Ingrid Coenradie (PVV) gebood haar noodplan niet uit te voeren. Daarmee is de motie definitief niet aangenomen.
Voor Coenradie ligt daarmee de weg open om gedetineerden maximaal twee weken eerder vrij te laten. Zelf zou ze de „rotmaatregel” liever ook niet nemen, vertelde Coenradie de afgelopen weken aan iedereen die het wilde horen. Maar ze staat nu eenmaal met haar „rug tegen de muur”.
Het is crisis bij de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI). Sinds 2012 zijn er in Nederland 26 gevangenissen gesloten en verdwenen er zo’n 2.600 voltijdsbanen bij DJI. Omdat Nederland strenger straft en het aantal veroordeelden de afgelopen jaren groeide, is er voor veel van hen nu geen plek in de cel. Ruim vierduizend veroordeelden lopen vrij rond in afwachting van het ondergaan van hun celstraf. Ook voor duizenden mensen die hun taakstraf niet uitvoerden of een boete niet betaalden en daarom vervangende hechtenis moeten ondergaan, is geen cel.
Acht op een cel
Afgelopen december werd de situatie zo penibel dat Coenradie ‘code zwart’ uitriep: zowel de gevangenissen en huizen van bewaring, als de cellen op het politiebureau zitten vol. Daardoor is er geen doorstroom mogelijk. Wordt er geen lucht gecreëerd, dan moeten verdachten die door de politie worden gearresteerd weer worden vrijgelaten.
Terwijl op termijn nieuwe (nood)gevangenissen soelaas kunnen bieden, moest Coenradie voor nu kiezen tussen twee kwaden. En omdat ze het vrijlaten van verdachten uit politiecellen nog onwenselijker achtte dan het twee weken eerder vrijlaten van een specifieke groep gedetineerden, koos zij voor het laatste.
Dit tot woede van haar eigen PVV, die strenger straffen en een zo sober mogelijk gevangenisregime voorstaat. ‘No way’, zo viel partijleider Geert Wilders zijn staatssecretaris publiekelijk af. PVV-Kamerlid Emiel van Dijk opperde om desnoods acht gevangenen samen op een cel te plaatsen als ze maar niet eerder vrij kwamen. Dat Coenradie de afgelopen maanden alle mogelijkheden had onderzocht om nog celruimte te winnen, maakte op de PVV, VVD en BBB onvoldoende indruk. Dat zij het vanwege de veiligheid van het personeel onverantwoord achtte om nog meer personen samen op een cel te zetten dan al gebeurt, evenmin.
Lees ook
Hoe PVV-beloftes botsen met de werkelijkheid
De drie coalitiepartijen schaarden zich vorige week achter een motie van BBB-Kamerlid Marieke Wijen-Nass om het vroeger-vrijlaat-plan niet door te voeren. Het komt niet vaak voor dat coalitiepartijen een bewindspersoon op dergelijke wijze klem proberen te zetten, zeker niet een bewindspersoon uit de eigen partij. En hoewel Coenradie voor de vervroegde vrijlating formeel geen instemming van de Kamer nodig had, zou een tegenstem haar en het kabinet en in lastig parket hebben gebracht.
Dankzij politieke rugdekking van oppositiepartijen als PvdA-Groenlinks, SP, D66, CDA en coalitiepartner NSC komt het niet zo ver. Zij brachten allemaal stemverklaringen dat zij ook niet willen dat gevangenen eerder vrij komen, maar zien dat Coenradie – met de veiligheid van het personeel in gedachten – geen andere keuze heeft. CDA’er Derk Boswijk was niet de enige die het ‘pootje haken’ van Coenradie „onverantwoord en onvolwassen” noemde.
Lees ook
Wilders matigt zijn toon over de volle gevangenissen, en over Coenradie
