In Aourir, een dorp langs de Marokkanse kust, vlak boven de stad Agadir, tuft een gebutste Britse camperbus langzaam de stoffige buitenplaats op van garage Izikki Chez Ali. Het terrein is bezaaid met schroot; overal autobanden en hopen staal. Verfdampen maken de lucht zwaar.
Niet voor het eerst rolt er vandaag een Europeaan binnen. Het erf is een soort duiventil voor campers – ze komen en gaan, bestuurd door toeristen die hun huis op wielen willen laten oplappen.

Garage-eigenaar Ali Elmouden schudt de Brit breed lachend de hand. Samen lopen ze een rondje om de gehavende bus. „Ik wil het graag laten spuiten in een beige Sahara-kleur”, zegt de Brit. Elmouden kijkt bedenkelijk maar antwoordt toch: „No problem.” Even later staat de camper in een wachtrij tussen een dozijn andere voertuigen met Europese nummerplaten.
Een van die campers is van mij. Mijn bus, een Mercedes Benz 609D uit 1988, staat al dagen in de rij. Want ik ben niet alleen naar Marokko gekomen voor de surfspots, zoals Taghazour en Imsouane, maar ook om mijn bus een tweede leven te geven. Er zijn tientallen garages in Marokko die gespecialiseerd zijn in het repareren van campers. Veel daarvan zitten langs de kust in Aourir, Tamraght en Mirleft, maar ook in het binnenland, zoals in Tafraout.
Ieder jaar trekken duizenden camperaars uit Europa naar Marokko om te overwinteren; de grote rederijen DFDS en GNV vervoerden er vorig jaar zo’n 5.400. Onder hen veel (gepensioneerde) Fransen – Frans is de tweede taal in het land – maar ook veel avonturiers die op doorreis zijn naar zuidelijk Afrika en (kite)surfers. Ze rijden in expeditievoertuigen, luxe campers, oldtimers en omgebouwde bestelbussen.
De meeste toeristen komen voor roestreparaties en een frisse nieuwe kleur. Ook mijn bus wil ik zo’n behandeling geven; de vele roestplekken zorgen voor lekkages.
Ali Elmouden bestiert zijn garage in Aourir al 28 jaar. Hij is het hele jaar open, in de winter is hij vooral druk met Europese klanten. Deze winter kregen zo’n veertig campers een „Marokkaanse make-over”. Iets minder dan vorig jaar, „vanwege de overstromingen in Spanje”, denkt Elmouden. Hij heeft twaalf mensen in dienst, zeven dagen per week, ook nu tijdens de ramadan.

Lekkende voorruit
„Waarom Europeanen hier komen? Wij doen reparaties die ze in Europa niet willen doen. Als bijvoorbeeld een bumper of een portier stuk is, repareren wij het. Neem jouw portier”, wijst hij naar mijn bus. „In Nederland is het, vanwege het hoge uurloon, goedkoper om dat te vervangen. Wij vinden dat zonde van het materiaal.”
De Amerikaanse straatmuzikant Cory Blackslee (38) – halflang haar, vlassig baardje – leunt tegen een marineblauwe Mercedes Sprinter uit 2006 zonder voorruit. Een monteur in een blauwe overall peutert met een keukenmesje het achtergebleven rubber uit het frame. In de bus staat een akoestische piano. In de zomer trekt hij als een hedendaagse troubadour Europa door, in de winter verblijft hij in Marokko, nu voor het vijfde jaar op rij.
„Boven het raam zit roest en een kleine lekkage”, zegt Blackslee. „Ik hoorde van andere reizigers dat het supergoedkoop was om zoiets hier te laten repareren.” Een nieuw raam, nieuwe remschijven en een nieuwe schokdemper kosten hem 460 euro. „In Europa zou dit misschien wel het drievoudige zijn.”
Voor de bus van Blackslee strompelt een puppy met te korte voorpoten. „Mo, mo, mo”, roept Sebastian Schuster (33) – tatoeages, muts – terwijl hij zijn hand uitsteekt. De Duitser heeft een sabbatical, en adopteerde het hondje in Marokko. Terwijl hij moet wachten op de papieren om de puppy mee te kunnen nemen over de grens, staat zijn Mazda 626 uit 1991 op kratjes. „Nieuwe remschijven, een verflaag over de gehele bus en een nieuw rek op het dak”, somt hij op. Hij is ongeveer 1.600 euro kwijt. „Het gaat alleen een beetje traag. Het werktempo en de werkstructuur zijn anders – ik ben hier nu al vijftien dagen.”

Oordoppen
Schuster kampeert, net als de meeste andere toeristen, gewoon in zijn bus in de garage. „Ik moet er bovenop zitten, anders kan het werk dagenlang stil liggen. Dat is de cultuur denk ik. Mijn geduld wordt echt op de proef gesteld”, lacht hij. Ook Blackslee kampeert al tien dagen in de garage. „Het is zeker de minst mooie plek waar ik ben geweest in Marokko. Oordoppen zijn een must. Maar het leuke is dat ik hier allerlei reizigers heb ontmoet.”
De Nederlandse Laura Visser (39) – petje, rugzak – is het garageterrein opgesloft. Ze komt een vriend bezoeken die in de garage verblijft. Visser werkt online als juriste voor Nederlandse softwarebedrijven en woont in haar Ford Transit bus uit 2011. Eerder heeft ze onderhoud laten uitvoeren bij garage Dorf, op loopafstand van de Elmoudens garage. „Ik heb wat roest en wat krassen, ontstaan door boomtakken, laten wegwerken. En ze brachten een nieuwe ondercoating aan. In totaal was ik 180 euro kwijt. In Nederland had ik al eens zo’n reparatie laten doen voor 650 euro – toen waren ze de helft vergeten.”
Na een plensbui blijkt dat de nieuwe voorruit toch niet waterdicht is
Elmoudens garage blijkt een plek waar mensen van verschillende nationaliteiten en achtergronden elkaar ontmoeten, een tijdje samenleven en vrienden worden. Overdag drinken ze samen koffie, helpen ze de monteurs, roken ze en delen ze verhalen.
„Sommigen verblijven liever in een hotel of gaan terug naar Europa”, zegt Elmouden, „om een paar weken later terug te keren als hun voertuig gereed is. Maar iedereen is welkom. Ze kunnen kosteloos in de garage verblijven. Ik zie het als mijn plicht om gastvrij te zijn. Ze zijn als broeders, ongeacht hun ras of geloof.”
Even later wordt het donker; er valt een bui . Na een korte plensbui blijkt dat de nieuwe voorruit van Blackslee niet waterdicht is. De Amerikaan loopt met gebogen hoofd rond. „Het ziet ernaar uit dat ik nog even moet blijven”, zegt hij teleurgesteld. „De monteur zegt dat de lijm nog een paar dagen moet drogen.” Blackslee is blij dat hij er nu achterkomt. „Als ik al weg zou zijn, zou ik een probleem hebben.”


Foto’s Abdellah Azizi
Onderhoudsgarantie
Volgens Bianca Pouw, woordvoerster van de Nederlandse Kampeerauto Club, is de garantie bij het doen van onderhoud in het buitenland iets om op te letten. „Van onze leden horen wij ook dat de reis naar Marokko gecombineerd wordt met onderhoud aan voertuigen. Als er schade ontstaat door een ondeugdelijke reparatie, kan dat van invloed zijn op de verzekering.”
Paul de Waal, directeur communicatie bij brancheorganisatie BOVAG, beaamt dit. „In Nederland heb je reparatiegarantie bij garages die aangesloten zijn bij BOVAG. Dat is lastig als je in Marokko verhaal wil halen. Als het gaat om fabrieksgarantie, dan geldt daarvoor meestal de voorwaarde dat reparatie en onderhoud volgens fabrieksvoorschriften is gedaan. En dat moet je kunnen aantonen. Het lijkt me goed om zo’n klus in Marokko in elk geval goed te documenteren.”
Sebastian Schuster hoort dat het nog vijf dagen duurt voor de nieuwe remschijven arriveren. „Een kleine week langer dan gepland. Maar de papieren voor Mo zijn er ook nog niet.”


Foto’s Abdellah Azizi
