In ruim vierhonderd dagen van Amsterdam naar Australië fietsen, met hier en daar een stukje per schip of vliegtuig. Op de mountainbike dwars door Duitsland, Midden- en Oost-Europa en Turkije; via Iran en Pakistan om Afghanistan heen; vanuit Nepal een vlucht naar Thailand; dan vanuit Indonesië per vliegtuig naar Noordoost-Australië en van daaruit nog naar Tasmanië fietsen, dat in het zuidoosten van het continent als een dikke druppel onder Australië hangt. Op 31 mei 2023 fietste grafisch vormgever Robin Héman (43) weg uit zijn woonplaats Amsterdam; op 7 juli 2024 landde zijn vlucht uit Melbourne (overstap op Kuala Lumpur) weer op Schiphol.
Héman heeft zijn hele reis in vier grote volgetekende hardcover-schetsboeken meegenomen naar het café in de Jordaan, waar hij laat zien: „Hier beet een hond twee gaatjes in mijn waterdichte fietstas; hier was ik mijn Iran-visum aan het plannen; dit zijn de grotwoningen in Cappadocië; hier moest ik een heel stuk omfietsen langs het Corbett-tijgerreservaat in India.” Want hij heeft niet alleen elke dag ongeveer honderd kilometer gefietst; hij heeft ook elke dag een tekening gemaakt over wat hij meemaakte.
Als je je zo’n dubbel doel hebt voorgenomen, en het is gelukt, voelt dat dan als een prestatie of als een ervaring? „Een ervaring, absoluut”, zegt Héman meteen. „Inderdaad word ik vaak gecomplimenteerd met de prestatie van het fietsen”, vertelt hij. „Maar achteraf denk ik: als je 100 kilometer kunt fietsen, kun je dat ook gewoon een jaar elke dag doen. Het is fysiek niet zo moeilijk. Ik denk dat mensen zichzelf soms onderschatten, wat dat betreft.” Hij nam laatst zijn moeder van 70 mee, fietsen naar Botshol: 25 kilometer heen, 25 terug. „Ze ontdekte dat dat best te doen was.”
Het dagelijks tekenen was onderdeel van die ervaring. „Het was wel een doel, een uitdaging”, zegt hij, „maar eenmaal onderweg voelt dat niet meer zo. Dan is het gewoon iets wat je doet.” Hij zoekt nog een uitgever voor zijn tekeningen.
Héman tekent zichzelf steevast met een muizenkoppie op een mensenlijf, en andere mensen meestal ook. „Toen ik mijn vriendin ontmoette, acht jaar geleden, had ik een muizenplaag thuis. Toen ben ik gaan tekenen wat die muizen deden. Gaandeweg ging ik ook ons dagelijks leven tekenen, met onszelf als muizen. Op een gegeven moment bedacht ik om dat op reis voort te zetten, als dagboek.”
Dat was ook omdat hij het tekenen, dat hij als kind al deed, „soms heel lang een beetje kwijt” was. Op de kunstacademie, de Rietveld in Amsterdam, deed hij geen beeldende kunst maar grafische vormgeving. „Het leek me een uitdaging om op mijn reis elke dag een tekening te produceren. Ik ben drie maanden voor vertrek al begonnen om een tekendagboek bij te houden, om daar vast aan te wennen.”
Eerste lekke band plakken langs de Donau in Roemenië; Compleet uitgeteld na Ankara in te zijn gefietst over drukke autowegen; Bergen: erlangs, eroverheen of eronderdoor?
Tekeningen: Robin Héman
En misschien ook om alvast te oefenen met fietsen tekenen, een klassiek moeilijk onderwerp? „Nee, ik heb geen moeite met technische dingen tekenen. Wat dat betreft ben ik wel een autist. Maar gezichten tekenen vond ik dus wel weer eng. Om het te laten lijken. Dat is ook een van de redenen dat ik muizen ben gaan tekenen.” Heeft hij echt een autismediagnose? Lachend: „Ja, ergens op het spectrum zit ik.”
Tijdens de reis zette hij zijn tekeningen op Instagram, maar daar was niet duidelijk hoe gróót ze zijn: ruim twintig bij twintig centimeter. Eén tot twee uur deed hij erover, soms langer. Hij tekende met penseel, zwarte inkt en water; in een contactlensdoosje had hij kleine hoeveelheden met water voorgemixte grijstinten zitten. „Die moest ik steeds opnieuw mixen. Als het heet was, verdampten ze door het doosje heen.”
Het idee voor de fietstocht ontstond in 2021, toen Héman een feest gaf voor zijn veertigste verjaardag (een jaar uitgesteld wegens corona). Zijn zes jaar jongere zus Giulia was er niet bij, die woonde in Australië. Een vriendin van Giulia opperde om naar India te gaan fietsen. „Voor een goed doel, om de ezeltjes te helpen”, vertelt Héman „Toen zei ik: misschien kunnen we dan gelijk doorfietsen naar Giulia, als we toch die kant opgaan.”
Het was geen serieus idee, zegt hij, maar bij hem bleef het in zijn hoofd hangen. Héman had een paar jaar daarvoor zijn vaste contract als vormgever bij NRC opgezegd, juist omdat hij nog wilde reizen. Als freelancer kon dat. Hij had een goede financiële buffer. „Dus ik dacht: waarom niet? Maar de grap is wel: toen ik ergens halverwege was, is Giulia terugverhuisd naar Europa.” Ze heeft acht jaar in Australië gewoond en hij heeft haar daar uiteindelijk dus nooit opgezocht.
‘Er is een hele wereld aan fietsdocumentatie’
Voor hij aan zijn tocht begon, was Héman trouwens helemaal geen fanatieke fietser. „Ik was van de grote wandelreizen. Dan ging ik bijvoorbeeld een maand wandelen in de Pyreneeën of de Rocky Mountains.” In zijn eentje. „Ik hou erg van het soort simpele, overzichtelijke leven dat je dan hebt. Heel basaal. Je snuift gewoon de natuur op.”
Zijn wandeltocht in 2014 in Hongarije, het land waar zijn moeder geboren is, heeft hem nog „eventjes beroemd” gemaakt, vertelt hij. „Ik had de gewoonte om mijn telefoon op vliegtuigmodus te zetten om de batterij te sparen. Lekker rustig. Maar dat had ik dus iets te lang gedaan, iets van een week. Aan het eind van die week belde ik mijn moeder en die was… eh… totaal verrast. Toen bleek dat zij mij als vermist had opgegeven en dat ik all-over het Hongaarse nieuws was.” „Nederlander week zoek door vliegtuigmodus mobieltje”, kopte het Algemeen Dagblad.
Voor de reis naar Australië besloot hij dus de mensen thuis goed op de hoogte te houden via Instagram en reisblogsite Polarsteps. „En ik dacht: voor de afstand naar Australië is het misschien prettiger om de fiets te nemen dan te wandelen.”
Om zich voor te bereiden bekeek hij documentaires over fietsers op Netflix en las hij blogs van fietsreizigers. „Bijvoorbeeld van Henk van Dillen, een Rotterdamse jongen die in 2015 naar Singapore is gefietst. Er is een hele wereld aan fietsreisdocumentatie. In Turkije ontmoette ik een fietser die vroeg: zit je al in de Go East-appgroep? Dat bleek dus een WhatsApp-groep voor fietsers die in de richting China of Zuidoost-Azië rijden. Er zaten 900 mensen in op dat moment. En er waren nog specifiekere appgroepen voor bepaalde landen. Dat was echt een verrassing. Er werden handige tips uitgewisseld, bijvoorbeeld over fietswinkels in verre oorden en over visa-aanvragen. Met dat laatste had ik nul ervaring.”
Een van de lastigste momenten op zijn reis had met een visum te maken. Héman had in Teheran zijn paspoort bij de Indiase ambassade ingeleverd om alvast een visum voor India aan te vragen, maar dat bleek twee weken te duren. „En ondertussen was mijn Iraanse visum aan het verlopen. Nee, ik was niet per se heel gestrest, maar het waren wel twee rare weken van wachten in Teheran.” Het kwam uiteindelijk op zijn verjaardag, 7 oktober, allemaal goed. „Een wonderbaarlijke dag. Hamas deed zijn aanval, zoals we allemaal weten. En ik had ook nog een date met een Iraans meisje.” Want waar hij niet over tekende: zijn relatie thuis had intussen de groeiende afstand niet overleefd.
Andere vervelende en soms gevaarlijke dingen die hij meemaakte, kwamen wel in zijn tekeningen terecht. In Pakistan moest Héman als buitenlander door politie vergezeld worden, dus liftte hij een keer ’s avonds met ze mee in een pick-uptruck die plankgas over onverlichte wegen ging, met tegenliggers die uit het niets opdoken. In de bergen in India reed hij met zijn fiets een greppel in toen een inhaalmanoeuvre misliep; hij kneusde of brak een sleutelbeen en enkele ribben (hij nam drie dagen rust). In Bangkok lag hij tien dagen in bed met koorts en hoofdpijn. En hij had in totaal vijftien lekke banden (die heeft hij niet allemaal getekend).
Theepauze op een Pakistaanse politiepost; Portret van vier Pakistaanse agenten van een van de de politie-escortes richting Karachi; Oudejaarsavond met hostelgenoten in Kathmandu.
Tekeningen: Robin Héman
‘In hoeverre is die autismediagnose een vastliggend feit? Kan ik beter worden in sociale interacties?’
„Maar dreiging in de zin van sociale onveiligheid of geweld heb ik totaal niet meegemaakt”, vertelt hij. „Wat dat betreft voelde de reis heel veilig. Ik had heel oké contact met iedereen.” In Iran werd hij voortdurend op de thee gevraagd. Toen hij een tekening van zichzelf op Instagram zette, peinzend over wat hij twee weken in Teheran moest doen terwijl hij op zijn paspoort wachtte, nodigden verschillende mensen die hij al had ontmoet hem uit om te komen logeren. Hij ging naar een stel dat net buiten Teheran een amandelboomgaard had en hielp met de oogst.
Regelmatig was de reis een intens sociaal gebeuren. Héman zocht dat ook op: „Ik wilde mezelf uitdagen om meer contact te maken met vreemde mensen. Ik wilde onderzoeken: in hoeverre is die autismediagnose een vastliggend feit en in hoeverre kan ik beter in worden in sociale interacties?”
En? „Ja, ik heb wel iets meer zelfvertrouwen, denk ik.” Tekenen in het openbaar hielp ook. „Dan kwamen er mensen kijken en in het begin vond ik dat heel eng. Later werd het eigenlijk steeds leuker. Het hielp het ijs te breken. En bij een taalbarrière heb je door die tekeningen iets waar je doorheen kunt bladeren. Je kunt laten zien wat je aan het doen bent.”
Zijn wandelreizen waren minder sociaal. Wat is het dan uiteindelijk wat hij zoekt op zijn reizen – of misschien wel in het leven? „Zo, dat is wel een vraag”, zegt hij. „Maar wel iets waar ik al bezig mee was. Een van de redenen om zo’n reis te maken, is…” Hij zoekt naar woorden. „Interactie met de tastbare werkelijkheid. Gewoon het gevoel van te leven, eigenlijk. Wat de klassieke romantici dan de zoektocht naar het sublieme noemen. Naar de ultieme ervaring, waarbij je je hele zenuwstelsel als het ware open spreidt om de wereld tot je te nemen.”
Het sublieme zat in de ontmoetingen
Heeft hij dat op deze reis ervaren? „Bij vlagen, maar ik vind het moeilijk om er specifieke momenten uit te plukken. Tijdens mijn wandeltochten, tijdens onweer in de bergen bijvoorbeeld, had ik meer dat gevoel van connectie met de natuur. Maar je zou kunnen zeggen dat die politieauto in Pakistan ook kwalificeert. Omdat je dan ook helemaal in het moment zit.” Hij denkt even na. Dan: „Een fietstocht is al met al toch meer een sociaal-culturele ervaring. Misschien zat het sublieme hem hier in de ontmoetingen met bijzondere mensen.”
Toch wordt zijn eerstvolgende reis minder sociaal. Die vindt plaats in zijn hoofd: hij gaat een ruimte-fietstocht maken. Althans, die gaat hij tekenen. „Het leek me een grappig idee”, zegt hij, „om het dagboek in fictie voort te zetten.” En een ruimtereis biedt de gelegenheid om lekker (in zijn eentje) te experimenteren met tekenen.
Wind mee onderweg van de Aboriginal wandschilderingen in Carnarvon Gorge naar Injune, 150 km verderop; Regen en sneeuw op het Central Plateau op Tasmanië; Een aangereden kangoeroe gezelschap houden in afwachting van de Wildlife Rescue in de buurt van Premer, New South Wales.
Tekeningen: Robin Héman