Randstedelingen trekken naar het oosten om in rust te ‘Drentenieren’


Reportage

Zuidwest-Drenthe Wie vertrekt uit de Randstad, vestigt zich vaak niet ver daarbuiten. Een dorp in Zuidwest-Drenthe lijkt het antwoord te bieden op de vraag hoe die spreiding beter kan.

Het Drentse Dwingeloo, in de gemeente Westerveld. Er verhuisden altijd al veel Randstedelingen naar deze regio, maar zij zijn nu ook jonger.
Het Drentse Dwingeloo, in de gemeente Westerveld. Er verhuisden altijd al veel Randstedelingen naar deze regio, maar zij zijn nu ook jonger.

Foto Kees van de Veen

‘Mensen vragen nog weleens: ‘Hoe is het internet?’ Vijf jaar geleden zat je hier bij wijze van spreken nog op een PTT-draadje en kon je niet met z’n allen tegelijk bellen en internetten. Nu ligt hier overal glasvezel. In Utrecht nog niet.”

De vraag aan makelaar Gerben Zandbergen was: wat maakt de Drentse dorpen Havelte, Dwingeloo en Diever zo’n populaire verhuisbestemming? Afgelopen zomer maakte het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) bekend dat er voor het eerst meer mensen de Randstad hadden verlaten dan ernaartoe verhuisden. De meesten kozen voor een gemeente rondom de Randstad, Culemborg in Gelderland bijvoorbeeld of Schouwen-Duivenland (Zeeland). Nog op overzichtelijke reisafstand van werk in de Randstad, wellicht.

Maar het CBS-kaartje kende buiten die schil nog één andere gemeente waar acht of meer nieuwe Randstedelingen per duizend inwoners waren bijgekomen: Westerveld, in het zuidwesten van Drenthe. Als de Randstad groeit en elders in het land de bevolking juist krimpt, heeft Westerveld dan het recept voor hoe betere spreiding kan worden bewerkstelligd?

Het beeld dat het kapitaalkrachtige ouderen zijn die vrijstaande boerderijtjes kopen klopt echt niet meer

Woorden die makelaar Gerben Zandbergen en zijn collega Wouter Fehse altijd horen als Randstedelingen een huis zoeken: rust en ruimte, versus drukte en weinig vierkante meters. Hun makelaardijen liggen aan weerszijden van de Dorpsstraat van Havelte – samen met Dwingeloo en Diever de grootste dorpskernen in Westerveld. „Balkonnetje is leuk, maar een tuin van een paar vierkante meters is leuker”, zegt Fehse.

Drentenieren

Er verhuisden altijd al veel Randstedelingen naar deze regio. Gekscherend werd die ontwikkeling ‘Drentenieren’ genoemd – kapitaalkrachtige ouderen die van het geld van de verkoop van hun appartement in Utrecht, Noord-Holland of Zuid-Holland in Drenthe vrijstaande boerderijtjes kochten. Maar dat beeld klopt allang niet meer, zeggen beide makelaars. „Het zijn mensen met kinderen, en eind-twintigers. Boerderijtjes blijven in trek, maar ook de tussenwoningen en twee-onder-een-kappers zijn gewild”, zegt Fehse.

Sommige Randstedelingen kwamen jaren geleden al voor werk. Maar de hoge huizenprijzen in de Randstad, het krappe woningaanbod daar en vooral corona heeft de aantrekkingskracht van dit deel van Drenthe vergroot. „De glasvezel is echt belangrijk geweest voor het thuiswerken”, zegt makelaar Zandbergen. Hij is ook regiovoorzitter van de Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM) en vertelt: „De prijzen stegen hier de afgelopen twee, tweeënhalf jaar sommige kwartalen procentueel harder dan in Amsterdam.”

Dat merkte mevrouw Winters (uit privacy-overwegingen geeft ze liever niet haar voornaam), die een kringloopwinkel in Amstelveen had, een „te groot” huis in het Utrechtse Leersum, en vooral luidruchtige buren. Ze kwam vorig jaar in de gemeente Westerveld wonen. „We zochten hier midden in de gekte, het was ook hier overbieden”, vertelt ze. Een boerderijtje „is het helaas niet geworden”, wel een opknaphuis in het dorp Darp.

Ze vindt Drentenaren „minder onbeschoft” en zegt: „Het gehaaste is hier eraf. Als je hier bij de supermarkt afrekent, wachten ze tot je alles op de lopende band hebt neergezet.” Wat ze mist? Niets: „Internet is je grote vriend. Ze bezorgen tot aan de deur.”

Reuring

Jaap Ruiter mist heel soms weleens reuring: „Vooral in de winter.” Hij staat geparkeerd op de Brink van Dwingeloo. De brink is het centrum van het dorp, hier een groene wei met bomen en huizen rondom. Hij laat de achterklep open terwijl hij heen en weer loopt tussen zijn auto en de slager. Niemand die enige acht slaat op wat hij in de kofferbak heeft liggen.

Hij zegt: „De dorpse mentaliteit, dat je ’s avonds op je buren kunt vertrouwen, en dat iedereen je kent. Dát is waarom ik niet meer terug zou willen naar de Randstad.” De eerste maanden na de verhuizing naar Drenthe, nu ruim dertig jaar geleden, dacht hij weleens: ‘Wat heb ik mijn gezin aangedaan?’ „Zo stil was het. Maar laatst was ik in Amsterdam. Wat een volk, wat een drukte.”

„Laat het hier maar rustig blijven”, zegt Tobias van der Vlerk. Hij kwam twaalf jaar geleden naar Havelte, er was „zat werk” voor een dierenarts. Hij vertelt hoe hij de Bosatlas opensloeg: „Je bent hier zo op de snelweg.” De drie Westerveldse dorpen hebben veel eigen voorzieningen, maar theater en bioscoop in Meppel of Steenwijk zijn ook dichtbij.

Weinig nieuwe woningen

Die bereikbaarheid geldt minder voor andere Drentse regio’s, zegt makelaar Zandbergen. Westerveld ligt gunstig voor de auto, bus en trein. „Je bent zo in Meppel en dan in Amsterdam.”

Het verbaast hem dat er weinig wordt geïnvesteerd in nieuwe woningen, terwijl de vraag er volgens hem wel is. „Kijk naar de verdeling van de bouwopgave: 230.000 nieuwe woningen in Zuid-Holland, 13.000 in Drenthe. Terwijl er hier ruimte zat is. En dan wordt over investeringen in het ov gezegd dat er te weinig bevolkingsaanwas is.”

Zandbergen zegt: „We hebben hier jarenlang discussies over vergrijzing en leegloop gehad. Maar je zag wat er in coronatijd gebeurde. Poef – alles verkocht.”

Waar wonen we in 2050? p 10-11


Lees ook: Ambitieuze bouwambities. Maar zijn ze ook haalbaar?