Raad van State buigt zich over de tijgermug in tractorband

Elke band die nat is, is er één te veel. Wilfred Reinhold, de man achter de stichting Platform Stop invasieve exoten, maakte maandagmiddag zijn punt bij de Raad van State. Elke natte band die wordt geïmporteerd, waarschuwt Reinhold, kan de perfecte omstandigheden bieden voor de eitjes van exotische muggen.

Reinhold begon het platform zo’n twintig jaar geleden. Het was makkelijker om vanuit een stichting rechtszaken te voeren dan als individu, maar hij runt het platform min of meer in zijn eentje. Terwijl andere mensen misschien blij zijn met de introductie van ‘nieuwe’ diersoorten, ziet Reinhold (en met hem meer mensen) een probleem: die nieuwkomers brengen het lokale ecosysteem uit balans. De invasieve exoot waarvoor hij maandag in geruite blouse naar Den Haag is gekomen, is de tijgermug.

Plasje water

Reinhold richt zijn pijlen op de bandensector. Nederlandse bedrijven importeren gebruikte banden uit het buitenland om ze door te verkopen. Het gaat om het zwaardere werk: banden voor tractoren en vliegtuigen. Die moeten droog worden geïmporteerd, want als er een plasje water in blijft liggen, kunnen eitjes van de tijgermug zich daarin ontwikkelen tot larve en uiteindelijk tot een volwassen tijgermug. En dus vraagt Reinhold om nog strengere handhaving bij bandenbedrijven.

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, de instantie die de ‘invoer’ van muggen in de gaten houdt, handhaaft al streng. In het muggenseizoen, afhankelijk van het weer ongeveer vanaf april tot aan november, komt de NVWA op controle bij de bandenbedrijven. Elke twee weken, om te kijken of er sporen van tijgermuggen zijn. En er worden mugvallen neergezet. Ook bij het lossen vinden controles plaats, om te zien of de banden nat het land in komen. Naast banden wordt bijvoorbeeld ook de import van de Lucky Bamboo-plant streng gecontroleerd.

Een woordvoerder merkt op – „in het bredere kader van de tijgermugbestrijding” – dat het probleem niet „de invoer van enkele natte banden bij bedrijven is”.

De woonwijken, daar ziet de NVWA een opkomst van de mug. In grote delen van Europa is de mug al gevestigd, en dus nemen reizigers per ongeluk eitjes of muggen mee in auto’s, aanhangwagens, caravans en souvenirs. Tot nu toe was het een redelijk jaar: bij slechts twee bandenbedrijven zijn tijgermuggen aangetroffen, tegenover dertien andere locaties. Een stuk beter dan 2023, toen het om negen bandenlocaties ging (en ruim dertig andere locaties).


Lees ook

Pas op, in die leuke gieter uit Zuid-Frankrijk zit mogelijk een tijgermug

In Leersum inspecteert de NVWA tuinen op eitjes of larven van de tijgermug. Raldi Bakker (rechts) inspecteert de tuin van Walter van Aalst (links). Arjan Stroo (midden), entomoloog, kijkt mee.

Tijgermuggen kunnen vervelend zijn. De steek kan pijn doen, maar dat hoeft niet. In landen waar de muggen veel voorkomen kunnen ze infectieziekten overdragen op mensen, zoals dengue en chikungunya. Maar in Nederland is de mug niet gevestigd en is de kans op zulke ziekten nog „verwaarloosbaar klein”.

Voor wie de mug wil herkennen: ze zijn zwartwit en „vrij klein”, aldus de NVWA. Vrij klein betekent: ze passen makkelijk op een muntje van tien cent. Gewone muggen zijn iets groter.

Andere landen

De concrete reden waarom Reinhold maandag bij de Raad van State zit? Hij beklaagt zich over het optreden van de NVWA bij een bedrijf waar twee natte banden werden aangetroffen. De inspectie houdt – geen beleid, maar een gedragsregel – aan dat één of twee procent van de banden nat mag zijn. Bij de beoordeling wordt gekeken naar de voorgeschiedenis van een bedrijf: is het een ‘veelpleger’ of worden de banden anders altijd droog geïmporteerd?

Reinhold vindt dat natte banden altijd tot sancties moeten leiden, ook als het er maar één is, of twee. De rechtbank in Amsterdam was het eerder niet met hem eens. Over zes weken, of iets langer, vanwege de zomer, zal hij horen hoe de Raad van State erover denkt.

De bandenbedrijven waar de afgelopen jaren tijgermuggen zijn aangetroffen, verwijzen door naar Arie Verhoef van VECO, de branchevereniging voor banden- en wielenbedrijven. Verhoef vindt de zaak bij Raad van State „zonde van de tijd en energie”. De bandenbedrijven werken al sinds 2009 samen met de overheid aan tijgermugpreventie. Zo proberen ze Nederland „schoon te houden van de mug”. Het zijn de andere landen waar het probleem ligt, ziet hij. Duitsland, België, Frankrijk, ga dáár eens kijken. „Als onze leden in Duitsland vertellen dat de NVWA elke twee weken komt kijken, dan kijken de Duitsers of ze water zien branden.”