PVV, VVD, NSC en BBB willen „het strengste toelatingsregime voor asiel en het omvangrijkste pakket” voor migratie. Ook mikken de vier formerende partijen op lastenverlichting, voor middeninkomens en „mensen in de knel”.
Dat staat in een document waarmee PVV-Kamerlid Gidi Markuszower maandagochtend bij het betreden van het formatiegebied in de Tweede Kamer werd gefotografeerd door persfotograaf Dirk Hol. Daar zijn de vier formerende partijen vanaf maandag bijeen voor de laatste volledige formatieweek. Woensdag 15 mei moet duidelijk zijn of ze eruit zijn.
Met de gefotografeerde pagina lijken de vier formerende partijen alvast enkele belangrijke ingrediënten van het coalitieakkoord prijs te geven. Het gaat om de eerste pagina van een ‘hoofdlijnenakkoord 2024-2028’, met als ondertitel: ‘Bouwstenen voor doorbraken’, gedateerd op afgelopen vrijdag, 2 mei.
Het is onduidelijk of het document de inzet van de PVV betreft, of dat het een gezamenlijke tekst is. Op het gefotografeerde document staat een groot watermerk met daarop ‘PVV’.
De vier partijen, zo staat in de eerste zin, „willen een kabinet steunen dat alle mensen in Nederland houvast en hoop geeft. Niet alles is in één keer op te lossen, maar Nederland wacht op doorbraken”.
Uit de volgorde van onderwerpen van het akkoord valt af te leiden dat de onderwerpen die de partijleiders de afgelopen weken steeds weer herhaalden voor en na hun gesprekken met de informateurs ook de basis vormen van het akkoord. ‘Bestaanszekerheid en koopkracht’ worden als eerst genoemd. Daarna volgen: grip op migratie, wonen en volkshuisvesting, infrastructuur en openbaar vervoer. Het laatste leesbare hoofdpunt is „een goede toekomst voor landbouw en visserij”.
Lastenverlichting Als eerste concrete invulling van die beloften noemen de vier partijen „lastenverlichting vanaf 2025 vanaf PM [pro memorie, oftewel: nog te bepalen] miljard, gericht op werkenden met middeninkomens en voor mensen in de knel”. Dat is een opvallende belofte, gezien de waarschuwingen van ambtenaren in campagnetijd dat er weinig financiële ruimte is.
Geen van de partijen sprak zich in campagnetijd uit voor het zwaarder belasten van hogere inkomens. Mogelijk kiezen de formerende partijen er dan ook voor elders fors te bezuinigen, zoals bij de publieke omroep, de cultuursector of op ontwikkelingssamenwerking.
Het is niet voor het eerst dat details uit de formatie via een foto op straat komen te leggen. Na de Tweede Kamerverkiezingen van 2021 legde fotograaf Bart Maat de formatienotulen vast van verkenner Kajsa Ollongren, waaruit bleek dat over Kamerlid Pieter Omtzigt gesproken was.
Dat leidde tot een grote vertrouwenscrisis in de Tweede Kamer. Zo’n scenario lijkt nu onwaarschijnlijk: voor geen van de vier partijen staat iets pijnlijks in de tekst.
Lees ook PVV’er toont concept-akkoord: lastenverlichting en ‘strengste toelatingsregime voor asiel’
Er staan twee wolven op de dodenlijst. Of ze gedood worden, is de vraag. Ze zijn lastig te vinden.
De eerste is een wolf waarover in Gelderland al jaren een discussie woedt, Het dier, naar zijn genetische code aangeduid als wolf GW4655m en inmiddels bijgenaamd ‘Hubertus de Martelaar’, was onderwerp van een reeks langdurige rechtszaken over de vraag of de provincie de wolf met een paintballgeweer mocht verstoren, nadat hij, niet schuw, meermaals bezoekers van Nationaal Park De Hoge Veluwe had benaderd. Schieten met verf kwam er uiteindelijk niet van. Tot begin dit jaar een vrouw tijdens het hardlopen in haar linkerheup werd gebeten, en de provincie uiteindelijk, opnieuw na een rechterlijke uitspraak, toestemming kreeg de ‘probleemwolf’ te doden. Maar GW4655m is zoek. „De wolf is niet meer gesignaleerd op Gelders grondgebied”, laat een woordvoerder van de provincie weten. De faunabeheereenheid, de organisatie waar het afschieten van de wolf aan is toevertrouwd, heeft hem niet in het vizier gekregen. Het slimste wat de wolf kan doen, is de grens naar een andere provincie oversteken. „Want daar stopt onze bevoegdheid”, aldus de Gelderse woordvoerder.
Onvoorspelbaar gedrag
De andere wolf is Bram. Ofwel wolf GW3237m. Deze leeft in de provincie Utrecht en heeft daar meermaals bezoekers de stuipen op het lijf gejaagd – alsmede vele columnisten in beweging gezet. Wat heet: ruim een jaar geleden verwondde het dier een meisje op landgoed Den Treek bij Leusden licht; elders op de Utrechtse Heuvelrug werd een kind eveneens licht verwond; in mei dit jaar werd eveneens op Den Treek een vrouw in haar bovenbeen gebeten; en deze week werd bij de Pyramide van Austerlitz een jongetje naar het schijnt besprongen, gebeten en meegesleurd, wellicht ook door Bram.
Bram valt inmiddels in de zwaarste categorie, H, die luidt: „Wolf reageert agressief op mensen zonder provocatie; wolf doodt mensen”
Hoe dan ook, het bijtincident in mei op Den Treek was voor de provincie Utrecht voldoende aanleiding een vergunning af te geven voor het doden van deze ‘probleemwolf’, die sinds een rechterlijke uitspraak van vorige week onherroepelijk is geworden. Als reden voor het verlenen van de afschotvergunning aan de Faunabeheerseenheid Utrecht geldt dat het dier „gevaarlijk” is. Dat wil zeggen: de wolf vertoont „onvoorspelbaar en risicovol gedrag ten opzichte van mensen”, schrijft de provincie in een toelichting bij de vergunning op gezag van een bureau, EcoNatura, dat de bijtincidenten heeft onderzocht. „De dreiging voor de openbare veiligheid kan in dit stadium niet langer als verwaarloosbaar worden beschouwd.” Volgens de interventierichtlijn uit het bestuurlijke Wolvenplan 2025 valt Bram inmiddels in de zwaarste categorie, H, die luidt: „Wolf reageert agressief op mensen zonder provocatie; wolf doodt mensen.” Ook de Zoogdiervereniging adviseerde eind mei al een wolf „zo snel mogelijk uit de populatie te verwijderen” mits deze als bijter kon worden aangewezen. Dat laatst is gebeurd.
Lees ook
Hoe te handelen als u oog in oog staat met een ‘probleemwolf’? De staatssecretaris weet het
Alleen bij daglicht schieten
Een wolf afschieten is echter geen sinecure, en is binnen de provinciale vergunningen aan vele voorwaarden gebonden. Zo zal de operatie in het geval van Bram uit Utrecht moeten worden uitgevoerd „buiten het zicht van publiek” door twee of drie „specifiek daartoe aangewezen personen”. Om Bram „zorgvuldig te kunnen identificeren”, mede op basis van bekende uiterlijke kenmerken, zal dit team bij daglicht tussen „één uur voor zonsopgang en één uur na zonsondergang” te werk gaan. De schutters zullen het dier „niet zichtbaar en hoorbaar” benaderen en mogen daarbij „geen voer- of lokmiddelen” inzetten. Vervolgens zal het dier met een kogelgeweer worden „uitgenomen”. Bij het aanvragen van de vergunning kondigde de Faunabeheereenheid Utrecht al aan, welk type geweer precies zal worden gebruikt: „een kogelgeweer met ten minste een getrokken loop en kogelpatronen van een kaliber van ten minste 6,5 millimeter waarvan de trefenergie ten minste 2.200 joule op 100 meter afstand van de loopmond bedraagt”. Zo mogelijk, aldus de aanvraag, „zal aanvullend gebruik worden gemaakt van een geluiddemper”.
Voilà. Overigens vormt het afschieten van de wolven volgens de provincies geen bedreiging voor het voortbestaan van de populatie. Zo heeft de provincie Utrecht zich door deskundigen laten adviseren. „Daaruit volgt dat zowel de overlevingskans van de welpen als de cohesie binnen de roedel in stand kan blijven na afgifte van deze omgevingsvergunning, ondanks het wegvallen van een ouderdier.”
Lees ook
Als we de wolf tegenkomen, dan zien we wel’, klinkt het op de Heuvelrug
Noorwegen, Ierland en Spanje besloten ertoe in 2024: erkenning van de Palestijnse staat. Nu volgen Canada, waarschijnlijk het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. Vier vragen over de erkenning van landen.
1Wat is ervoor nodig om een land te erkennen?
Elk land afzonderlijk kan bepalen welke landen het als zodanig erkent. Een erkenning is dus van het ene aan het andere land. Bij de recente steunbetuigingen worden de in 1967 door de Verenigde Naties erkende grenzen erkend als Palestijnse staat gezien: Gaza, de Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem. Die gebieden worden door ruwweg driekwart van de landen als Palestijnse staat erkend; Nederland behoort tot de minderheid die dat niet doet.
Er zijn regels voor wanneer een gebied een land kan zijn. Zo moet er een duidelijk grondgebied zijn, een vaste bevolking, effectief gezag en de capaciteit om internationale relaties te onderhouden. Dat zijn de ‘Montevideo-criteria’: internationale afspraken die in 1933 zijn gemaakt.
Israël voert het argument aan dat de Palestijnse staat niet aan die criteria voldoet, omdat de Palestijnen geen effectief gezag over hun grondgebied hebben. Maar die kritiek is niet houdbaar, zegt hoofddocent internationaal strafrecht Marieke de Hoon van de Universiteit van Amsterdam. ,,Er zijn veel landen geweest die wél erkend werden, ook al voldeden ze niet aan die criteria, vooral rondom de dekolonisatie.” Daar voegt ze aan toe: ,,Israëls schendingen van het internationaal recht destabiliseren Palestina al decennialang, waardoor juist Israël het argument niet mag inroepen dat het de Palestijnen aan effectief en stabiel gezag ontbreekt.”
Ook al erkent een aanzienlijk deel van de wereld de Palestijnse staat, het gebied is geen lid van de Verenigde Naties. Wel is Palestina sinds 2012 een waarnemend niet-lidstaat. Onder de 193 landen die wel VN-lid zijn, steunt een meerderheid de erkenning van de Palestijnse staat. Maar voor toetreding tot die internationale gemeenschap is goedkeuring van de VN-Veiligheidsraad nodig, waar de Verenigde Staten een veto kunnen uitspreken.
Een land kan overigens onderdeel zijn van de VN en tegelijk niet door alle leden erkend worden: Israël bijvoorbeeld, wel lid, wordt door ruim twintig lidstaten niet erkend.
2Waar committeert een land zich aan als het een ander land erkent?
Zo’n erkenning tussen landen is in eerste instantie vooral een besluit dat de twee landen op gelijke voet staan. Kushtrim Istrefi, hoofddocent internationaal en Europees recht aan de Universiteit Utrecht: ,,Erkenning van een staat betekent in principe alleen dat: dat je verklaart dat je erkent dat een land bestaat.”
Aan die erkenning zijn geen directe verplichtingen verbonden, het betekent vooral dat er van alles mogelijk wordt, zegt Istrefi. ,,Je kunt onderhandelen, verdragen sluiten met elkaar. Zónder die erkenning is dat niet mogelijk, dan heb je dat recht niet. Dus erkenning van een staat betekent: mogelijkheden.”
3Wat heeft de Palestijnse staat concreet aan erkenning?
De genocidale oorlogsvoering in Gaza wordt niet tegengehouden met erkenning. De nieuwe erkenningen betekenen ook niet dat de Palestijnse staat méér staat wordt, want zo werkt het niet.
De erkenning betekent wel dat er bijvoorbeeld diplomatiek verkeer en vertegenwoordiging tot stand kunnen komen tussen landen, dat er ambassades gevestigd kunnen worden, dat een Palestijns paspoort geldig is. Die internationale relaties zijn er al, via permanente vertegenwoordigingen. Maar met erkenning, zegt De Hoon, ,,komen die verhoudingen op een gelijkwaardig niveau, en mogen de posten ambassade heten”.
Palestina kan, aan een land dat het erkent, vragen om ondersteuning voor zelfverdediging. Het kan verdragen sluiten met een ander land. Maar Istrefi verwacht niet dat dat zal gebeuren. ,,Ten eerste: omdat landen met erkenning geen verplichting aangaan om defensiesteun aan te bieden. Het is een keuze. Ten tweede: landen hebben er geen belang bij om zo ver te gaan in een strijd tegen een land dat ze nog steeds als bondgenoot beschouwen.”
Het helpt Palestina wel om een staat te zijn, zegt Göran Sluiter, hoogleraar internationaal strafrecht aan de Universiteit van Amsterdam. Voor internationale conflicten, dus als er twee landen bij betrokken zijn, of meer, zijn de regels strenger dan voor een ‘intern’ conflict. ,,Het Internationaal Strafhof heeft al gezegd: we zien dit conflict als een combinatie van internationaal gewapend conflict en een intern conflict”.
Voor de toekomst, nog onbepaald wanneer precies, kunnen bilaterale relaties met andere landen helpen om hulp te krijgen bij de ontwikkeling van het land. Misschien, zegt Istrefi, ,,helpen goede relaties ook om een voedingsbodem te bieden voor niet-Hamas-krachten”.
4Met welk doel komen landen dan nu met erkenning?
Je kunt het een kantelpunt noemen, zegt Marieke de Hoon. Al zal de rest van de wereld nu niet meteen tot erkenning overgaan – de Verenigde Staten al helemaal niet. ,,Maar het is wél zo dat veel landen die traditioneel Israël hebben gesteund, nu besluiten dat de maat vol is.” En dus overgaan tot erkenning van de Palestijnse staat.
Een reden voor landen om dat niet te doen, was dat ze vertrouwden op het proces naar een tweestatenoplossing. ,,Maar ook voor 7 oktober was er kritiek op in hoeverre Israël zich nou daadwerkelijk inzet voor die oplossing”, zegt De Hoon. ,,Een aantal staten die daarop wachtten besluit nu: we draaien het om, we erkennen de Palestijnse staat eerst, om Israël verder onder druk te zetten.” Een drukmiddel dus, om de uithongering van de Gazaanse bevolking door Israël te doen stoppen en een staakt-het-vuren af te dwingen.
De erkenning van een staat kán tot veel meer leiden, maar experts in het internationaal recht zien die mogelijkheden niet direct ten volle benut worden. Kushtrim Istrefi: ,,De vraag wat die erkenning betekent is heel complex. Het kan veel betekenen. Hoe ik het zie: de timing is hier belangrijk.”
Het gaat hier niet om een geïsoleerde beoordeling van statelijkheid. Zo ziet het Verenigd Koninkrijk bijvoorbeeld af van erkenning als Israël overgaat tot een staakt-het-vuren. Onder meer de mensenrechtenorganisatie The Rights Forum vindt dit problematisch: ,,Het VK maakt van het bestaansrecht van Palestina een politiek drukmiddel en het recht op zelfbeschikking van Palestijnen voorwaardelijk. En de bal ligt uiteindelijk ook nog eens bij Israël. Dat is geen zelfbeschikking.”
De manier waarop landen nu hun erkenning of mogelijke erkenning van Palestina rechtvaardigen, zegt Istrefi, is dus eerder een vorm van straf of sanctie voor wat Israël in Gaza doet dan een gevolg van wat Palestijnen hebben gedaan om die erkenning te verkrijgen. ,,De erkennende landen zeggen in de kern: ‘deze verschrikkingen worden niet langer geaccepteerd.’”
‘Neemt ze ook cadeaus aan?” vraagt een fan in gele trui zacht aan de organisatie van Asian Pride. Hij wacht deze donderdag op zijn beurt om Nymphia Wind (echte naam Leo Tsao) te ontmoeten. In een neongele pruik torent zij, winnares van het zestiende seizoen van het populaire tv-programma RuPaul’s Drag Race, in The Social Hub dankzij haar megahakken boven iedereen uit.
Tijdens de Canal Parade deze zaterdag staat Wind op de boot van Asian Pride. Die bestaat sinds 2022, zegt John Tjong Tjin Joe, een van de organisatoren. „We begonnen ermee om de zichtbaarheid van de Aziatische gemeenschap in Nederland te vergroten.” De boot is volgens hem bedoeld voor bewustwording van de problemen van lhbti’ers in Azië, maar ook van anti-Aziatisch racisme in Nederland en binnen de queergemeenschap zelf. Een op de drie Aziatische Nederlanders ervaart weleens discriminatie, bleek vorig jaar uit onderzoek van de Universiteit van Amsterdam en Fontys Hogeschool in Tilburg.
Na een jaar moeite doen, heeft Asian Pride Nymphia Wind (30) weten te strikken. Ze sluit perfect aan bij de doelstelling van de organisatie. Als eerste Oost-Aziatische winnares van RuPaul’s Drag Race levert ze een belangrijke bijdrage aan de zichtbaarheid van Aziatische lhbti’ers in het Westen. Ze werd geboren in de Verenigde Staten, groeide op in Taiwan, en verhuisde in 2022 voor haar deelname aan de show naar New York.
Taiwan staat bekend als lhbti-vriendelijk, het land legaliseerde in 2019 als eerste in de regio huwelijken tussen mensen van hetzelfde geslacht. Wind kon naar Pride Amsterdam komen dankzij geld van de Taiwanese overheid. Haar aanwezigheid is dan ook in het voordeel van Taiwan, volgens organisator Tjong Tjin Joe. Hij noemt Wind „een ware ambassadeur” voor het land.
Terwijl de vrijwilligers druk bezig zijn met de voorbereidingen voor de meet-and-greet – bananengoodiebags op de juiste plek, bekers bubble tea in nette rijen – beantwoordt Wind wat vragen.
Je hebt van geel jouw themakleur gemaakt en gebruikt bananen als symbool in je act. Twee dingen die soms negatief worden gekoppeld aan Aziatische mensen, maar tegenwoordig ook door hen weer tot iets positiefs worden gemaakt. Wat betekent het voor jou?
„Het begon vooral als grapje. Rond 2020 besloot ik uit te gaan volledig gekleed in geel en mezelf ‘banana’ te noemen, en dat bleef hangen. Het is leuk om zo een soort cult om je heen te verzamelen, in een thema. Zo ben ik ‘banana buddha’ geworden: het is dus zeker ook een verwijzing naar mijn Aziatische wortels.”
Je gebruikt daarnaast veel Aziatische elementen in je kostuums en optredens. Waarom doe je dat?
„Ik denk dat Taiwanezen het Westen kunnen verheerlijken, omdat we het gelijkstellen aan vrij, en Aziatische cultuur als onderdrukt. Maar dat is niet het hele verhaal. Taiwanezen neigen over het hoofd te zien wat we zelf hebben.
„Daarom verwerk ik Taiwanese natuurlijke en culturele elementen in mijn outfits. Ik haal inspiratie uit Peking-opera, of inheemse invloeden. In een aflevering van Drag Race presenteerde ik mezelf als een wolkengodin, met elementen van Taiwanese inheemse diersoorten, zoals het Formosaanse luipaard en de Mikado-fazant.
Je begon met drag in het Verenigd Koninkrijk, toen je daar de mode-academie deed.
„ Ik groeide op in Taiwan en Hongkong. Ik deed wel al aan cross-dressing, die transformatie had voor mij iets magisch. In het VK leerde ik door het Britse uitgaansleven drag zoals dat in het Westen wordt gedaan pas echt kennen. Ik begon de vrijheid te waarderen die zware make-up je kan bieden, je kunt een nieuwe identiteit creëren.”
Was die mogelijkheid er niet in Taiwan?
„De scene in Taipei [de hoofdstad] was toen ik met drag begon nog heel klein. Dat terwijl Azië wel vormen van drag kent: Japanse geisha’s doen eigenlijk ook aan drag. Inmiddels is de scene in Taiwan heel levendig, maar wel met een duidelijke invloed vanuit de Verenigde Staten, met nadruk op het uitgaansleven.
Waarom vind je het belangrijk dat er juist in het Westen meer representatie van Aziatische culturen komt?
„Toen ik jong was, vond ik het niet leuk om er Aziatisch uit te zien. Ik kreeg in Taiwan veel van Amerikaanse media mee, en daarmee de boodschap dat wit beter is, met al die westerse gezichten. Ik heb dat nog steeds een beetje, in mijn privéleven. Daar werk ik nog steeds aan die zelfacceptatie.
„We houden ons stil omdat onze culturen meer de nadruk leggen op terughoudendheid, verlegenheid. Maar zo kunnen we niets veranderen aan het gebrek aan representatie in het Westen. Daarom is het belangrijk dat we uit onze schulp kruipen en de kanten van Aziatische culturen laten zien waar we trots op zijn.”
In The Social Hub staat inmiddels een dj te draaien voor een groep dansende mensen in cowboyhoeden. Maar de documentaires die Asian Pride vandaag vertonen, zijn net zo goed drukbezocht.
Hoe vind je het dat er tijdens Pride dingen georganiseerd worden die niet alleen om feesten draaien?
„Ik denk dat het heel goed is als er meer ruimte komt voor verlegen mensen om ook aan Pride mee te doen, mensen die misschien niet zo van clubben houden. Mijn drag-persona vertegenwoordigt mijn extraverte kant, maar ik ben zelf ook meer een combinatie van introvert en extravert.
„Het is bovendien goed om meer te doen dan feesten tijdens Pride. In een van de documentaires deze screening, Sotong, zag ik dat in Maleisië cross-dressing illegaal is en gay zijn strafbaar. Dat maakt me des te dankbaarder dat ik drag kan doen, maar het doet me ook beseffen dat de strijd nog niet voorbij is.”
Het thema van Amsterdam Pride is LOVE. Asian Pride gebruikt het als gelegenheid om aandacht te vragen voor de openstelling van het huwelijk; in veel Aziatische landen kunnen mensen van hetzelfde geslacht niet trouwen. De 22 vrijwilligers van Asian Pride gaan tijdens de Canal Parade in trouwkleding passend bij hun eigen culturele achtergrond de boot op, met bijvoorbeeld Chinese, Maleisische of Indonesische gewaden. Nymphia Wind staat er zaterdag verkleed als bruidsboeket.
Lees ook
Taiwan viert pride op grote schaal, maar niet zonder weerstand