PVV-kiezer: ‘Wij wilden Wilders aan de macht’

Peter van Dijk (38), eigenaar van een bloemenexportbedrijf in Alkmaar, stemt naar eigen zeggen al jaren op Wilders. Dat de partij van zijn favoriete politicus bij de vorige Kamerverkiezingen ineens de grootste van allemaal werd, smaakte dan ook even zoet. Maar nu de PVV op de drempel van de macht staat valt het hem allemaal wat tegen. Hij heeft nog geen spijt van zijn stem zegt hij, maar Wilders moet nu wél „zijn kloten laten zien”. Volgens Van Dijk doet Wilders veel te veel water bij de wijn. „Tuurlijk, je moet een coalitie vormen, maar hij moet nu gewoon zeggen: óf jullie gaan eens wat inleveren, óf er komen nieuwe verkiezingen.”

Van Dijks twijfels over Wilders’ optreden begonnen bij zijn draai rondom Oekraïne: „Ik vind materieel sturen prima, maar we moeten absoluut geen militairen gaan sturen.” Volgens hem laat Wilders’ draai daar ruimte voor bestaan. Over de anti-Islamvoorstellen die al tijdens de campagne in de ijskast verdwenen oordeelt hij milder: „Ik had sowieso al niet gedacht dat dat zou lukken.”

Voor PVV-stemmer Henriëtte Braber (44) in het Groningse Sappemeer is de desillusie over Wilders’ manoeuvres zo groot dat ze verwacht dat ze de volgende keer dat er een stembiljet op de mat valt de envelop ongeopend laat. „Het Nederlandse volk heeft gesproken, maar er wordt wéér niet geluisterd. Wij wilden Wilders aan de macht, we stemden massaal op hem, en nu wordt hij nóg geen premier. Waarom stemmen we eigenlijk nog?”

De concessies die Wilders aan de onderhandelingstafel deed voeden de argwaan bij Braber. „Hij zei in de verkiezingstijd A, nu zegt hij op sommige punten ineens B. Dan denk ik: is hij soms gebrainwasht ofzo?

‘Teken van zwakte’

Een vijftiger op Urk, met wie NRC eerder sprak tijdens een NRC-buurtonderzoek, wil niet met zijn naam in de krant, „omdat het hier een klein dorp is, waar iedereen elkaar kent.” Tijdens de Rutte-jaren stemde hij steevast VVD, „want die man heeft ons toch door al die crises gesleept.” Maar op 22 november vorig jaar kruiste hij voor het eerst PVV aan, in de hoop dat zijn stem een rem op de migratie zou opleveren: „Een stop hoeft van mij niet, maar het mag wel minder.”

Het besluit van Wilders om het premierschap op te geven in ruil voor een rechts ‘programkabinet’ levert gemengde gevoelens op. „Als hij helemaal niet zou meeregeren, dan zou mijn stem tevergeefs geweest zijn. Maar het oogt toch als een teken van zwakte dat hij zijn gooi naar het premierschap nu al opgeeft. Al siert hem ergens wel dat hij dit opgeeft om iets voor het land te kunnen betekenen.”

Anders dan Alkmaarder Peter van Dijk gelooft de Urker vishandelaar niet in nieuwe verkiezingen. „Dan zal hij nog met dezelfde partijen om tafel moeten. Dat lost het probleem dus niet op.”

Gaandeweg het gesprek geeft Van Dijk overigens aan óók de voordelen te zien van Wilders’ keuze voor de Tweede Kamer in plaats van het kabinet. „Zo kan hij toezicht houden op de partij. We hebben eerder met FVD gezien waar het toe leidt als je daar te weinig aandacht aan geeft. Bovendien: een premier die permanent beveiligd moet worden lijkt me niet erg handig.”

Eén terugtrekkende beweging van de PVV kan hem zelfs wel bekoren. Het wetsvoorstel om stemmen onmogelijk te maken voor mensen met een dubbel paspoort zou Peter van Dijk namelijk zélf raken. „Ik heb ook een paspoort van Tsjechië. Daar zou ik namelijk ooit wel naar toe willen emigreren. Daar is minder censuur, woke en sociale onderdrukking.”