N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Menselijke evolutie Een kleine mensachtige die 300.000 jaar geleden leefde had ‘modern gedrag’, zeggen archeologen. Maar er zijn ook twijfels.
In de moeilijk toegankelijke Rising Star-grot in Zuid Afrika zijn ingekraste lijnpatronen gevonden. Ook zijn er aanwijzingen voor vuurgebruik en begrafenissen gevonden die net als de graveringen in verband worden gebracht met de enig bekende bewoner van die grot: de ongewone Homo naledi (ca. 300.000 à 200.000 jaar oud). Deze H. naledi was een tijdgenoot van de moderne mens Homo sapiens die ca. 300.000 jaar geleden ontstond. De vondst van naledi baarde in 2015 groot opzien door zijn combinatie van relatief moderne anatomische kenmerken met juist primitieve eigenschappen, zoals zijn vooruitstekende gezicht, de kromme vingers die meer geschikt lijken voor bomen klimmen, en vooral de kleine herseninhoud (600 cc, niet groter dan van een gorilla, tegenover 1.300 cc van H. sapiens). De onderzoekers van de Rising Star grot, onder leiding van Lee Berger (Universiteit van Witwatersrand) beschrijven maandag hun vondsten in drie publicaties in Biorxiv (1, 2, 3).
Modern gedrag
Lee Berger en zijn team, onder wie ook de archeoloog John Hawkes (University of Wisconsin) zien in hun ontdekkingen een bewijs dat ‘modern gedrag’ zoals vuurgebruik en vooral begravingen en doelbewuste graveringen niet per se hoeven samen te hangen met een grote herseninhoud, zoals die van Homo sapiens en de neanderthaler. „Het creëren van betekenis is niet voorbehouden aan de niche van mensachtigen met een groot brein”, schrijven ze. Rotstekeningen en begravingen gelden in de archeologie als sterke aanwijzingen voor symbolisch denken.
Een probleem bij de vondsten is wel dat nog niet vaststaat of al deze handelingen door H. naledi zijn verricht, ook al is hij de meest voor de hand liggende ‘dader’. De graveringen zijn nog niet gedateerd en ook het vuurgebruik is niet uitgebreid genoeg beschreven, benadrukt de Nederlandse archeoloog Wil Roebroeks desgevraagd per mail. Verder zijn ook de aanwijzingen voor naledi-begrafenissen volgens Roebroeks „mogelijk” maar „nog niet overtuigend”. Mogelijk is er altijd veel, aldus Roebroeks.
En de afgelopen decennia zijn er al zoveel verrassingen geweest op het gebied van menselijke evolutie, „dat het niet eens meer onverwacht zou zijn als mensachtigen met een klein brein als Homo naledi óók graveringen zouden maken of hun doden begraven”, schrijft Roebroeks. „Maar evengoed moet er dan wel stevig bewijs voor zijn. Wat ik nu zie, is alleen indirect bewijs. Er kunnen ook later Homo sapiens in de grot zijn geweest, al hebben we daar nu nog niks van gevonden.”
De oudst bekende begrafenissen tot nu toe zijn zo’n 100.000 jaar oud, door Homo sapiens en neanderthalers. Van de ruim 400.000 jaar oude ‘Put der beenderen’ (‘Sima de los Huesos’) in Spanje wordt wel vermoed dat de vele lichamen van vroege neanderthalers daar bewust in zijn gedeponeerd, maar algemeen aanvaard is dat idee niet.
Direct na de vondst van de H. naledi-botten in de Rising Star Grot in 2015 werd ook al geopperd dat die lichamen daar begraven zouden zijn, vooral omdat het onwaarschijnlijk werd geacht dat de skeletresten daar door roofdieren of stromend water terecht konden zijn gekomen.
Relatief kleine archeologen
De grot is alleen bereikbaar via een nauwe tunnel die alleen in ‘superman-positie’ is te doorkruisen: met een arm langs het lichaam en de andere vooruitgestoken. Een andere flessehals is nog geen 20 cm breed. Een groot deel van het onderzoek ter plaatse is dan ook verricht door relatief kleine archeologen, de underground astronauts van wie Hannah Morris, Marina Elliott, Becca Peixotto, Elen Feuerriegel en Alia Gurtov (alle Universiteit van de Witwatersrand) ook bij de huidige onderzoeken betrokken zijn. Lee Berger heeft zelf maanden op dieet gestaan voor hij vorig jaar voor het eerst zelf is afgedaald. Zelfs voor de kleine H. naledi – ongeveer 150 cm lang – moet het geen eenvoudige doortocht zijn geweest, zeker zeulend met een dood lichaam.
Vergelijkbare bewuste krassen als nu gevonden zijn in de Zuid-Afrikaanse ‘naledi-grot’ zijn ook bekend van Homo sapiens, uit de Zuid-Afrikaanse Blombosgrot, ca. 100.000 jaar oud. En er is óók een mosselschelp uit Java, waarop een Homo erectus al een half miljoen jaar geleden een soort zigzaglijntje kraste, een ontdekking van Wil Roebroeks zelf en José Joordens uit Leiden.
Eerder vuurgebruik
Vuurgebruik door mensen is veel ouder dan de naledi-grot, waarschijnlijk 400.000 jaar oud, al zijn er ook wel oudere inschattingen, tot twee miljoen jaar geleden. De aanwijzingen voor het vuurgebruik door naledi zijn overigens nog niet uitgebreid beschreven. In hun concluderende stuk volstaan Lee Berger en zijn collega’s met een verwijzing naar een internet-nieuwsbericht over een lezing van Berger, waarin ook wordt vermeld dat het gevonden brandhout nog niet goed is onderzocht.
Berger en zijn team hebben in de grot ten minste twee plekken met verstoorde grond gevonden met daarin een lichaam van een Homo naledi, dat ter plekke onverstoord ontbonden lijkt te zijn, met skeletmateriaal op de juiste anatomische positie, bedekt door een paar centimeter sediment. Ze vermoeden nu zelfs dat hun eerdere vondsten van skeletmateriaal van naledi in de grot wel eens afkomstig zou kunnen zijn van andere begrafenissen. Maar volgens Roebroeks is de analyse door het ontbreken van een gedetailleerde ‘micromorfologische’ analyse van het sediment nog niet overtuigend.
De geometrische patronen en krassen die door door H. naledi zouden zijn gemaakt zijn gevonden op een pilaar tussen twee ruimtes in de grot. De lijnen zijn tussen de vijf en vijftien centimeter lang. Opvallend is dat de oppervlakten ter plaatse ingesmeerd lijken te zijn met kleurstof of sediment, om de tekens beter uit te laten komen. De bijna vijftig krassen lijken op een samenspel van hashtags: ‘#’. Ook verderop in de grot zijn vergelijkbare tekens gevonden, maar die zijn nog niet goed onderzocht.
Lees ook over H. naledi: Wij zijn de laatste overlevenden uit het grote mensengezin (2017)