N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Democratie De premier Benjamin Netanyahu wilde het Israëlische parlement meer macht geven, ten koste van het Hooggerechtshof. Honderdduizenden mensen gingen in de afgelopen weken de straat op tegen de plannen te protesteren.
Premier Benjamin Netanyahu draait de omstreden hervormingen van de rechterlijke macht in Israël waarschijnlijk terug. Dat melden Israëlische media. Naar verwachting geeft de premier maandagochtend een persconferentie. De beleidsplannen van Netanyahu, waarin hij het parlement meer macht wilde geven, kregen veel kritiek: al wekenlang gaan Israëliers de straat op om te protesteren.
De nieuwe wetgeving zou de macht van het Hooggerechtshof flink inperken, en daarmee de democratie in het land ondermijnen. Tegenstanders zijn onder meer bang dat de huidige rechtse regering nieuwe, zeer conservatieve wetten door het parlement zal loodsen als Netanyahu’s beleidsplannen doorgaan. De Israëlische president Isaac Herzog riep het parlement maandagochtend op om het wetgevingsproces onmiddellijk stop te zetten. „Kom nu tot bezinning! Dit is geen politiek moment, dit is een moment voor leiderschap en verantwoordelijkheid”, schreef hij op Twitter.
Zondag ontsloeg Netanyahu zijn defensieminister Yoav Gallant, nadat die zaterdag kritiek had geuit op de hervormingen. In een televisietoespraak noemde Gallant Netanyahu’s plannen een „gevaar voor de nationale veiligheid”. Tegenstanders zagen het ontslag als de zoveelste keer dat Netanyahu de democratische grenzen overschrijdt.
Als reactie op het ontslag waren er zondagavond opnieuw massale protesten in onder meer Tel Aviv en Jeruzalem. Demonstranten blokkeerden onder andere een snelweg bij Tel Aviv, meldt The Jerusalem Post. In Jeruzalem verzamelden demonstranten zich voor Natanyahu’s woning en het parlementsgebouw. Ook riepen tegenstanders van Netanyahu op tot massale stakingen. Zo kondigden tientallen dokters aan hun werk maandag neer te leggen en houden universiteiten hun deuren vanaf maandag tot nader order gesloten. De grote vakbond Histadrut komt maandagochtend met een verklaring.
Omdat Nederlanders steeds minder naar traditionele ‘lineaire’ televisie kijken en steeds vaker naar streamingdiensten, dreigen ze minder geïnformeerd te raken over wat er in de wereld gebeurt. Dat stelt het Commissariaat voor de Media in de Mediamonitor 2024, een jaarlijks rapport over trends in mediagebruik dat deze maandag is gepubliceerd.
„Internationale sociale media en streamingdiensten bepalen steeds meer hoe we informatie consumeren, terwijl het huidige Nederlandse aanbod onder druk staat”, stelt de voorzitter van de toezichthouder, Amma Asante, in het rapport. „Hoe zorgen we ervoor dat betrouwbare en relevante informatie zichtbaar en toegankelijk blijft?”
In een begeleidend persbericht noemt het Commissariaat deze ontwikkeling „zorgelijk omdat Nederlandse televisiezenders niet alleen burgers informeren, maar ook een verbindende rol spelen in de samenleving. Streamingdiensten kunnen deze functies niet overnemen, omdat zij geen nieuws en actualiteiten aanbieden, en slechts een beperkt Nederlands aanbod hebben.’’ Streamingdiensten bieden vooral films en series aan.
Sociale media zouden een grotere rol kunnen spelen bij het informeren van burgers, „maar alleen als betrouwbare journalistiek beter zichtbaar en vindbaar wordt. Dit vraagt om gerichte actie van zowel wetgevers als mediabedrijven.’’
Nog geen twee uur
In 2013 keken Nederlanders gemiddeld nog bijna drie uur per dag naar lineaire televisie (programma’s die bekeken worden op het moment waarop ze worden uitgezonden). Tien jaar later is dat nog geen twee uur, stelt het rapport.
Tussen 2013 en 2023 is het aantal mensen dat op een willekeurige dag via televisiezenders met nieuws en actualiteiten in aanraking komt fors gedaald. Bereikten nieuws en actualiteiten in 2013 dagelijks op die manier nog 26 procent van de jongeren van 13 tot 19 jaar, tien jaar later was dat nog maar 9 procent. Het aandeel van de 20- tot 34-jarigen waarvoor dit geldt, daalde in dezelfde periode van 42 naar 19 procent.
Tegelijk is het gebruik van sociale media sterk gegroeid. Maar: „Op sociale media is maar een klein deel van de content die je ziet afkomstig van Nederlandse journalisten en ook op de grote videostreamingsdiensten domineert Amerikaans aanbod – met uitzondering van Videoland.’’
Eerder dit najaar waarschuwde het Commissariaat al dat jongeren door het sterk gegroeide gebruik van sociale media „de waardevolle en kwalitatieve informatie die nieuwsmerken te bieden hebben niet meer tegenkomen of gebruiken, terwijl ongecheckte, ongeredigeerde berichten wel vrijelijk de ronde kunnen doen op sociale media”.
Televisiepakket
Al enkele jaren daalt het aantal mensen dat een abonnement heeft op een zogeheten ‘televisiepakket’ (een samengesteld aanbod van televisie- en radiozenders dat wordt geleverd door distributeurs als Ziggo, KPN en Delta). Daarnaast, of in plaats daarvan, zijn mensen abonnementen op streamingdiensten gaan afsluiten.
Weliswaar zijn er nog altijd meer gebruikers van een televisiepakket dan van streamingdiensten, maar er vindt een duidelijke verschuiving plaats. In de „leeftijdsgroep rond de dertig jaar die verhuist of het ouderlijk huis verlaat” nemen mensen vaker dan in andere leeftijdsgroepen géén abonnement meer op een televisiepakket, maar wél op een betaalde streamingdienst.
Inmiddels gebruikt ruim 70 procent van de ruim tweeduizend mensen die zijn ondervraagd voor de peiling van de Mediamonitor een betaalde streamingdienst – via een eigen abonnement dan wel met de inloggegevens van iemand anders. In de groep 20 tot 34 jaar gebruikt bijna tweederde zelfs meer dan twee streamingdiensten.
De populairste streamingdienst in Nederland is Netflix, waarvan bijna twee derde van de ondervraagden gebruik maakt. Op de tweede plaats staat Videoland, waar meer dan een kwart van de Nederlanders gebruik van maakt.
Videoland is onderdeel van RTL Nederland, waarop mediabedrijf DPG (in Nederland eigenaar van onder meer het AD, de Volkskrant en Qmusic) in december vorig jaar een bod uitbracht van 1,1 miljard euro. Die overname wacht nog op goedkeuring van de Autoriteit Consument en Markt, die zich over de mogelijke gevolgen voor de pluriformiteit van het nieuwsaanbod laat adviseren voor het Commissariaat voor de Media.
Lees ook
Commissariaat voor de Media: Nieuwsmedia moeten meer aanwezig zijn op Instagram en TikTok
In de steppe van Kazachstan en Rusland ligt een 1500 kilometer lange oliepijplijn waar dagelijks tientallen miljoenen liters olie doorheen stromen. De Russische president Vladimir Poetin is verwikkeld in een stille strijd met westerse aandeelhouders om de macht over deze strategische pijplijn. Verslaggever Carola Houtekamer onderzocht met Karlijn Kuijpers het optreden van de Russen en legt uit dat olie de levensader is van Poetins oorlog in Oekraïne.
Heb je vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze ombudsman via [email protected].
Kijk door je oogharen en je ziet een klein land kleiner worden. De succesvolle sectoren uit het verleden worden in snel tempo verwijderd of uitgekleed: maakindustrie, doorvoer en handel, de landbouw – alles moet minder. Gooi die koeien, hoogovens en distributiecentra eruit en het zal goed komen. Misschien. Maar er bestaat geen welvaart, noch beschermde natuur, zonder economie.
Wat wordt dan het nieuwe Nederlandse verdienmodel? Hightech-industrie en -diensten, zo orakelen velen. Opnieuw: misschien. Het is zeker dat er geen toekomst is zonder goedgeschoolde, creatieve mensen. Goed om dit bij de behandeling van de begroting (lees: bezuinigingen) op Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in de Kamer in het achterhoofd te houden. De bewindslieden zwaaien namelijk al met de kaasschaven want ‘helaas, keuzes zijn nodig’. Tegen de bezuinigingen protesteren staf en studenten. Uiteraard. Maar ook bij hen, net als bij politici, ontbreekt een langetermijnvisie. Roepen dat er geld bij moet is even kortzichtig als zeggen dat het minder kan.
Ondertussen barst het Nederlandse hoger onderwijs wel uit zijn voegen. Delen zijn verworden tot een beroepsopleiding met vage vaardigheden. Groepswerkstukken of het afschaffen van cijfers (behalve zelfbeoordelingen) werken alleen in een strikt leerkader. Studenten met weinig focus en minder vaardigheden om zelfstandig te leren, de goede niet te na gesproken, zijn kwetsbaar in hun keuzes, wisselen vaak en geven op. Persoonlijke groei wordt verward met leren (vandaar dat actievoeren vaak een aantrekkelijk onderdeel vormt van het studentenleven). Het gebrek aan verdieping is het gevolg van overbelaste en onderbetaalde docenten en steeds algemenere vakken. Niet toevallig is de deeltijdhoogleraar in opmars.
Het onderliggende probleem is tweevoudig. Universiteiten worden gefinancierd op basis van het aantal studenten, en niet het belang van vakgebieden. Anders gezegd, de vraag vanuit de studenten drijft het systeem, niet die van de maatschappij. Dat leidt tot te veel studenten in sommige studies en te weinig studenten in de talen, exacte en ingenieursrichtingen. Daarnaast is de administratieve druk geëxplodeerd, zowel binnen de universiteiten als vanuit het ministerie. Verwacht niet van universiteitsbestuurders en raden van toezicht dat zij iets kunnen doen om de situatie te veranderen. Ze zitten collectief gevangen in een verdeel- en heersbewind waarin de overheid als kruidenier de centjes verdeelt, regeltjes maakt en controleert.
Een heel onderwijsstelsel veranderen kan natuurlijk niet in één keer. Maar er moet dringend ruimte komen voor minder bedilzucht en nieuwe benaderingen. Binnen universiteiten, die je niet allemaal over één kam kunt scheren, en daarbuiten. Selectie aan de poort, verregaande differentiatie en concentratie voor voldoende kritische massa. Het huidige stelsel oplappen moet begeleid worden door experimenten met volledig nieuwe instellingen met een beperkt aantal opleidingen en hoge private financiering (inclusief beurzen voor geselecteerde studenten).
Lees het bovenstaande niet als een pleidooi voor meer bèta’s. Deze regering heeft minder internationale ambities, maar Nederland zal altijd een open economie blijven met grote culturele invloeden van buitenaf. Het zal al zijn diplomatieke en soft power in moeten zetten om zijn economie en veiligheid te waarborgen binnen een mogelijk zwakkere EU. In een multipolaire wereld, meer gedomineerd door China en het mondiale zuiden dan door de VS, zijn academische reflectie en dus geesteswetenschappen en kunsten noodzakelijk om bruggen te bouwen.
Toekomstig hoger onderwijs vraagt om een plan dat beschermt tegen kwaliteitsverlies en irrelevantie, de weg wijzend naar een dynamisch leersysteem voor een economie die grote veranderingen zal kennen en waarin kunstmatige intelligentie en sociale media domineren. Daarvoor is niet alleen een visie op een toekomstig verdienmodel leidend, maar een visie op een evenwichtige open samenleving.
Louise O. Fresco is wetenschapper, bestuurder en schrijver (louiseofresco.com).