‘Praat bij suïcidale gedachten niet alleen met lotgenoten. Zo kom je in een negatieve spiraal terecht’, zeggen deze onderzoekers

Hoewel het aantal mensen dat zelfmoord pleegt al jaren nauwelijks verandert, heeft het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vorig jaar het hoogste aantal zelfdodingen onder jonge vrouwen tussen de 10 en 30 jaar geregistreerd sinds het begin van de meting in 1950. In 2024 maakten 117 jonge vrouwen een eind aan hun leven, terwijl dat er een jaar eerder 78 waren, en in 2022 104. Om de metingen te corrigeren voor de bevolkingsgroei, formuleert het CBS het zo: tussen 2000 en 2004 overleden 2,7 jonge vrouwen op de 100.000 inwoners van Nederland door zelfdoding, tussen 2020 en 2024 was dat verdubbeld tot 4,7 op de 100.000. En ook bij jonge mannen komt zelfdoding steeds vaker voor. In totaal kwamen in 2024 1.849 mensen om het leven door zelfdoding.

Soms zijn pieken in suïcidecijfers goed te verklaren, legt Renske Gilissen uit. Ze is hoogleraar suïcidepreventie aan de Universiteit Leiden. Na de wereldwijde economische recessie van 2008, bijvoorbeeld, steeg het aantal zelfdodingen. Maar de laatste stijging, die onder jonge vrouwen, heeft niet zo’n duidelijke katalysator.

„Sowieso is er zelden één reden, één oorzaak van een geval van zelfdoding”, zegt Gilissen, die voor Stichting 113 Zelfmoordpreventie onderzoek naar suïcide doet. Dat beaamt haar collega Lizanne Schweren, die zich in haar onderzoek onder meer richt op de relatie tussen suïcidaliteit en andere doodswensen, zoals euthanasie bij ondraaglijk psychisch lijden. „Het is een opeenstapeling van factoren,” zegt ze. „Nu zien we al een tijd lang wel dat het niet zo goed gaat met de mentale gezondheid van jonge mensen.”

Bij jonge vrouwen horen we vaak dat ze veel langdurige psychische problemen hebben

Renske Gilissen
hoogleraar suïcidepreventie (Universiteit Leiden)

Stichting 113 doet nabestaandenonderzoek, vertelt Gilissen, waarbij na een suïcide met familieleden van de overledene wordt besproken wat eraan vooraf is gegaan. „Bij jonge vrouwen horen we vaak dat ze veel langdurige psychische problemen hebben. Persoonlijkheidsproblemen, bijvoorbeeld, of autisme. En dat het lastig was om daarbij goede zorg te vinden.”

Een klein deel van de jonge mensen die overleden door zelfdoding, had zich aangemeld voor een euthanasieprocedure, zegt Schweren. En het zijn relatief vaker vrouwen die aan dat proces beginnen.

Negatieve spiraal

Wat Gilissen in gesprekken met nabestaanden hoort, is dat de manier waarop jongeren over hun suïcidale gedachten praten is veranderd. De gesprekken die ze erover hebben zijn „negatief”. Ze voeren die vooral met leeftijdsgenoten die zich óók niet goed voelen. „In vriendengroepen, op school, maar ook onderling als ze opgenomen zijn in de ggz, of via sociale media. Ze zoeken vooral lotgenoten op die net als zij suïcidale gedachten hebben of zichzelf beschadigen. Zo kom je in een negatieve spiraal terecht.”

„Het is belangrijk voor jongeren om te weten dat dat soort gesprekken niet per se helpen. Praat er alsjeblieft over met je mentor of je ouders, met andere volwassenen. Niet alleen met leeftijds- of lotgenoten,” zegt Gilissen. Voor docenten en medewerkers van ggz-klinieken is het belangrijk om niet alleen te praten met het kind dat suïcidale gedachten heeft, maar met de hele vriendengroep om diegene heen. En check als ouder af en toe waar je kind online naar kijkt.

Lotgenoten zijn volgens Gilissen door sociale media makkelijker te vinden dan ooit. Er worden video’s gedeeld met hashtags waar je op kunt zoeken op TikTok, er worden groepen aangemaakt waarin ervaringen worden gedeeld. Zoals voornamelijk jonge vrouwen competitieve video’s delen over eetstoornissen, over hoe weinig calorieën ze die dag hebben binnengekregen, is er ook een sfeer van competitie in video’s over suïcidale gedachten en zelfbeschadiging. „Daar komt de druk bij van aan een bepaald beeld moeten voldoen, dat andere mensen op hun kanalen weer delen,” zegt Gilissen. Maar, sociale media verklaren niet alles – „sommige jongeren helpt het ook: je maakt er makkelijker vrienden door, over de hele wereld”.

Suïcidaliteit is een combinatie van kwetsbaarheid en externe stressfactoren, onderstreept Gilissen. „Dat kan ook prestatiedruk op school zijn, onzekerheid over de toekomst, oorlogsdreiging, het klimaat, de woningmarkt.”

UWV en schuldhulpverlening

Hoewel de stijging onder jongeren sterk is, vindt het grootste aantal zelfdodingen plaats onder een andere groep: mannen tussen de 50 en 70 jaar. „Het is een fase waarin mensen terugkijken op hun leven tot dan toe”, zegt Gilissen. Ze vragen zich af of ze eigenlijk wel tevreden zijn. Mensen die leven van een uitkering, bijvoorbeeld, of alleenstaanden, zijn risicogroepen. „Mensen in die situatie kunnen zich nutteloos voelen, eenzaam. En zich dan afvragen: waarom ben ik hier eigenlijk?”, zegt Gilissen.

Jonge vrouwen zoeken vaak professionele hulp, mannen van middelbare leeftijd niet

Renske Gilissen
hoogleraar suïcidepreventie (Universiteit Leiden)

Omdat die risico’s bekend zijn, worden naast psychologen en psychiaters nu ook andere beroepsgroepen opgeleid om gesprekken over zelfdoding te voeren. Het gaat bijvoorbeeld om medewerkers van uitkeringsinstantie UWV, van de schuldhulpverlening en bedrijfsartsen. Dat is nodig, juist náást de geestelijke gezondheidszorg, zegt Gilissen. „Jonge vrouwen zoeken vaak professionele hulp, mannen van middelbare leeftijd niet.”


Lees ook

‘We weten heel weinig over de mensen die sterven door suïcide’

Een reizend kunstwerk van Sazza (Saskia Stolz) om aandacht te vragen voor het thema zelfdoding bij jongeren.

Bij Stichting 113 merkt Gilissen dat er vaak nog schaamte is om te praten over suïcidale gedachten. „Ook omdat anderen vaak het gevoel hebben niet te weten wat ze moeten zeggen tegen iemand met suïcidale gedachten en daarom het gesprek niet durven aan te gaan.” De stichting biedt een training aan als onderdeel van hun Vraag Maar-campagne. „Eigenlijk zou iedereen een gesprek over zelfmoord moeten kunnen voeren.”

Denk je aan zelfdoding? Neem 24/7 anoniem en gratis contact op met 0800-0113 of chat op 113.nl.