Twee kinderen uit Overijsselse Dalfsen, die sinds maandagochtend werden vermist, zijn i n de nacht van maandag op dinsdag gevonden in de Belgische stad Oudenaarde. Dat heeft de politie bekendgemaakt. Het gaat om een 11-jarig meisje en een 6-jarige jongen, zus en broer. Zij verkeren „in goede gezondheid”.
Onbekend is hoe de twee kinderen in de Oost-Vlaamse stad zijn terechtgekomen. In verband met het onderzoek wil de politie geen verdere details bekendmaken.
De kinderen werden maandagochtend voor het laatst gezien bij het treinstation van Dalfsen. De politie ging uit van een ontvoering „binnen de relationele sfeer”. Vanwege „grote zorgen” over het welzijn van de twee, werd maandag een Amber Alert uitgevaardigd. Dat alert is dinsdagochtend ingetrokken. Een dergelijk bericht wordt landelijk uitgestuurd als een kind vermist wordt en de politie denkt dat hij of zij in levensgevaar is.
Sinds de mens op twee benen is gaan staan, zijn we in wezen altijd onderweg. Maar wandelen, lopen voor plezier en ontspanning, is pas een recente ontwikkeling. Waarom zijn we gaan wandelen? Wie waren deze eerste wandelaars? En wat maakt wandelen zo aantrekkelijk voor zoveel mensen?
Heb je vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze redactie via [email protected].
In Egypte is met grote ergernis gereageerd op een nieuwe theorie die antwoord geeft op de prangende vraag: hoe werden de wereldberoemde piramides nou écht gebouwd? Een team van Italiaanse wetenschappers maakte eind maart in een persconferentie bekend dat ze onder de piramide van Chefren mysterieuze schachten hebben gevonden, die zouden leiden naar kamers zeshonderd meter onder de grond.
Het Khafre Research Project SAR Technology, zoals het collectief zich noemt, geeft op zijn Facebook-pagina verdere uitleg. SAR staat voor synthetic-aperture radar, een techniek waarbij met behulp van door satellieten verzamelde radarbeelden een driedimensionale weergave van een stuk aarde kan worden gemaakt. Deze techniek hebben de Italianen gecombineerd met gegevens die ze verkregen door binnen de piramide de grond de scannen met zogeheten ground penetrating radar of bodemradar.
Volgens de onderzoekers bevinden zich onder de piramide van Chefren in totaal acht verticale schachten, opgesteld in twee rijen van vier, van noord naar zuid. Rondom deze pilaren zou een spiraalvormige structuur naar beneden lopen, als een soort trap. Hieronder zouden zich nog meer structuren bevinden. Er zou misschien zelfs sprake zijn een ondergrondse stad, of van de mysterieuze Hallen van Amenti, een voorportaal van de onderwereld in de Egyptische mythologie.
De piramide van Chefren staat op het beroemde plateau van Gizeh, in de buurt van de Egyptische hoofdstad Caïro. Het is de op een na grootste piramide hier, en de graftombe van farao Chefre. Het bouwwerk werd rond 2570 voor Christus voltooid en reikt tot ongeveer 140 meter de lucht in. Toen archeologen er in de negentiende eeuw naar binnen gingen, troffen ze een lege grafkamer aan.
Het nieuwe onderzoek naar deze laatste rustplaats is gedaan door Corrado Malanga, Filippo Biondi en Armando Mei. In diverse media wordt geschreven dat zij verbonden zouden zijn aan de universiteiten van Pisa en Strathclyde (Glasgow), maar een korte zoektocht op internet leert dat ze met deze instituten niets (meer) te maken hebben. Hun bevindingen zijn ook nog niet gepubliceerd in een artikel in een peerreviewed tijdschrift.
Malanga schreef eerder een boek over buitenaardse wezens, dus het is weinig verrassend dat zijn nieuwste ontdekking stuitte op enige scepsis onder archeologen. De luidste stem in het koor van critici is Zahi Hawass, de voormalige Egyptische minister van Oudheden die met zijn markante hoed een bekende verschijning vormt in menig documentaire over de tijd van de farao’s. Op zijn Facebook-pagina maakt hij de kachel aan met het werk van de Italianen.
Ten eerste hebben zij zonder officiële toestemming onderzoek gedaan naar Chefrens graf. Daarnaast is er volgens Hawass helemaal geen bodemradar gebruikt voor het onderzoek binnen in de piramide. Hij noemt de door de Italianen gepresenteerde conclusies dan ook „zonder wetenschappelijke grond”. Uit eerder onderzoek blijkt dat de piramide rust op in de rotsen uitgehakt fundament van ongeveer acht meter diep. Daaronder bevindt zich niets, aldus Hawass.
Van spreeuwenzwermen tot haringscholen, van wolvenroedels tot processierupsprocessies: dieren die zich in groepen verplaatsen zijn verre van zeldzaam. Elke soort heeft daarbij zo z’n eigen strategie om botsingen te vermijden. De Egyptische klapneusvleermuis doet het met behulp van echolocatie. En dat is indrukwekkender dan het klinkt, schrijven Duitse en Israëlische biologen deze week in PNAS, omdat de dieren zich bevinden in een lawaaierige situatie die de onderzoekers omschrijven als ‘cocktailpartynachtmerrie’.
De Egyptische klapneusvleermuis (Rhinopoma microphyllum) leeft in Noord-Afrika en het Midden-Oosten en behoort zoals zijn naam al weggeeft tot de familie van de klapneusvleermuizen, gekenmerkt door hun dunne, onbehaarde ‘muizenstaart’ en klepvormige neusgaten. Zo’n afwijkende neus is onder vleermuizen overigens niet héél gek: er bestaan ook hoefijzerneuzen, bladneusvleermuizen en varkensneusvleermuizen.
Elke avond vliegen de Egyptische klapneuzen met soms wel tweeduizend dieren tegelijk hun grotten uit om in het nachtelijk duister te jagen op insecten. Dat doen ze net als andere vleermuizen op basis van echolocatie: ze zenden hoogfrequente, voor mensen onhoorbare geluiden uit en kunnen op basis van de weerkaatsing bepalen waar hun prooi zich bevindt. Ook voor andere plaatsbepalingen komt echolocatie van pas, bijvoorbeeld om niet tegen een rotswand of een medevleermuis aan te botsen.
Een nachtmerrieachtige borrel
Maar wat als tweeduizend vleermuizen tegelijk langs weerkaatsende rotswanden hun grot uitvliegen? Al die echolocatiesignalen tegelijkertijd zouden voor een kakofonie van geluiden moeten zorgen, waardoor de vleermuizen hun eigen echo’s niet meer zouden kunnen verstaan, met een hoop botsingen als gevolg. De lawaaierige setting, waarbij achtergrondrumoer de informatie verhult die je écht wilt horen, vergelijken de biologen met een nachtmerrieachtige borrel.
Onderzoeken focusten zich tot nu toe vooral op labexperimenten met vleermuizen, in veel lagere aantallen. Voor een betrouwbaarder beeld hingen de biologen voor het huidige artikel daarom een microfoon op bij de uitgang van een grot én voorzagen ze enkele vleermuizen van mini-microfoontjes. De gegevens voerden ze in een computermodel in, zodat ze konden simuleren hoe de vleermuizen zich verspreidden tot ze zich enkele kilometers buiten de grot bevonden.
Uit de resultaten bleek dat de vleermuizen zelfs in zulke grote aantallen nauwelijks gehinderd worden door het lawaai. In de buurt van de grot, wanneer ze dus nog heel dicht opeengepakt vliegen, zenden de vleermuizen extra veel echolocatiesignalen uit, die bovendien hoger, korter en zwakker zijn. Dat klinkt tegenstrijdig – gaat een zwak signaal niet juist nog sneller verloren in het achtergrondlawaai? – maar zorgt er over het algemeen juist voor dat de juiste echo’s bij de juiste buren terechtkomen en verder voor weinig overlast zorgen. Bovendien spreiden de vleermuizen zich al snel zodanig uit door de lucht dat het rumoer gauw afneemt en de kans op een botsing nihil is. Wel blijven ze over meerdere kilometers nog als groep vliegen, maar dan dus in een ‘lossere’ zwerm.