Polen trapt af als EU-voorzitter maar vecht om eigen burger en grens

Polen heeft de tijdgeest mee, maar de tijd tegen. Als nieuwe EU-voorzitter koerst het land op meer veiligheid en hogere defensie-uitgaven, muziek in de oren van de net aangetreden Europese Commissie. Maar het zes maanden durende voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie valt samen met de strijd om het presidentschap in eigen land.

In mei kiest Polen een nieuwe president, als aan de tweede en laatste ambtstermijn van Andrzej Duda (van Recht en Rechtvaardigheid; PiS) een einde komt. Een moment waar premier Donald Tusk van Burgercoalitie (KO) naar uitkijkt. Hij hoopt op een president van dezelfde politieke kleur: prodemocratisch en pro-EU.

Nu zit de conservatieve-nationalistische Duda de liberale regering-Tusk – sinds december 2023 in het zadel – herhaaldelijk in de weg met zijn vetorecht. Zo zette hij onder meer een streep door de benoeming van enkele door Tusk voorgestelde diplomaten. Bovendien zucht Polen nog altijd onder het achtjarige PiS-bewind, waarbij nationale instituties, de rechtspraak en publieke media een steeds conservatiever en autocratischer karakter kregen.

Reden genoeg voor fluisterende stemmen in de stille Brusselse wandelgangen. Hoeveel aandacht zal Tusk hebben voor het EU-voorzitterschap terwijl de toekomstige koers van Polen op het spel staat? En dat terwijl een stevigere leidende hand in Brussel zeer gewenst is gezien alle uitdagingen op onder meer internationaal vlak waarmee de EU zich geconfronteerd ziet.

Opvolger van Hongarije

Polen neemt het voorzitterschap bij de EU-raad – dat samen met het Europees Parlement toeziet op wetgevings- en begrotingsbeleid – over van buurland Hongarije. Dat was een voorzitterschap met „een slechte staat van dienst”, zo schetst Tomasz Zając, EU-analist bij het Poolse instituut voor Buitenlandse Zaken (PISM). Veel lidstaten stonden niet achter het aanvoerderschap van de nationalistische Hongaarse leider Viktor Orbán, die herhaaldelijk beticht wordt van autocratische trekken, van het ondermijnen van EU-waarden en die te afhankelijk van Rusland is.

Orbán werd in Brussel op de vingers getikt voor het gebruik van het voorzitterschap voor zijn eigen politieke doeleinden. Terwijl de diplomatieke interesse in de Hongaarse agenda verstomde, beperkte het Europees Parlement de voortgang van wetgevingsbesluiten die door de Hongaren werden toegejuicht. „Er liggen veel onafgemaakte kwesties die door Polen moeten worden overgenomen”, aldus Zając. Het is een lastige erfenis, maar biedt volgens hem ook „een kans”.

Het tweede voorzitterschap van Polen, dertien jaar na het eerste en twintig jaar na de toetreding tot de EU, valt samen met politieke instabiliteit in Duitsland en Frankrijk. Met name binnenlandse strubbelingen – Duitsland kiest op 23 februari een nieuw parlement, in Frankrijk trad in december de tweede regering binnen een half jaar aan – belemmeren de van origine sterke pijlers van de EU.

Dat is lastig, want juist nu is daadkracht nodig, meent Polen. Zeker op het gebied van Europese defensie. Warschau voelt als geen ander de dreiging van Rusland en loopt dan ook in de voorhoede als het gaat om steun aan Oekraïne.

Polen spendeerde in 2024 zo’n 4 procent van het bruto binnenlands product aan defensie en „koerst af op 5 procent in 2025”, zo stelde Radoslaw Sikorski, de Poolse minister van Buitenlandse Zaken deze zomer. „De eeuwige vrede na de Koude Oorlog is voorbij. Verhoudingsgewijs zijn we, naast de VS, de nummer één in defensieuitgaven in de NAVO.”

Polen heeft, niet verrassend, dan ook ‘veiligheid’ als belangrijkste strategische thema aangeduid voor zijn voorzitterschap. Premier Tusk wijst daarbij op zeven dimensies: militair, economisch, energie, civiel (inclusief grensbescherming), informatie, voedsel en gezondheid. Polen wil de ontwikkeling van defensie op EU-niveau stimuleren, zonder eerst voldoende financiering te garanderen, en het debat over het verhogen van de EU-financiering voor defensie vooruit stuwen.

De financiering van defensie-infrastructuur aan de oostgrens (de ‘East Shield’, op de grens van Polen met Wit-Rusland, of de Baltische verdedigingslinie) en de ontwikkeling van een eigen Europees lucht- en raketverdedigingssystemen zijn daarbij strategische doelstellingen van Polen.

Ook wil Polen de Europese kijk op de defensie-industrie verruimen. Waar de EU het vergroten van het concurrentievermogen van haar eigen defensie-industrie verkiest, pleit Polen er al langer voor om het gemakkelijker te maken voor buitenlandse defensiebedrijven om toegang te krijgen tot EU-geld.

Nieuwe cyclus in Brussel

Een van de taken van het voorzitterschap is om te kiezen welke onderwerpen prioriteit moeten krijgen, om deze vervolgens uit te onderhandelen. Analist Zajac wijst op een mogelijk „beperkte” bijdrage van Polen, met name omdat de EU momenteel aan het begin van een nieuwe institutionele cyclus staat. De doelen die de recent aangetreden Commissie heeft gesteld, moeten veelal nog verder worden uitgewerkt.

Maar ondanks de institutioneel ongelegen timing in Brussel en politieke uitdagingen op nationaal niveau, heeft Polen de wind mee. Het land wordt gezien als een van de groeilanden van Europa. Het bbp is de afgelopen drie decennia, na de ineenstorting van het communisme, bijna verdrievoudigd, becijferde Eurostat. Ook dit decennium wordt er groei verwacht.

Aan Donald Tusk nu de taak om het voorzitterschap in goede banen te leiden. Hoewel de doorgewinterde Europese politicus – hij was voorzitter van de Europese Raad van 2014-2019 – in eigen land van tegenstanders de bijnaam ‘Brusselse handlanger’ kreeg toebedeeld, is hij in het huidige geopolitiek klimaat misschien nu wel de man die de EU nodig heeft.