Pleidooi om de leeftijd te verlagen van de screening op darmkanker

De startleeftijd voor het bevolkingsonderzoek naar darmkanker moet worden vervroegd van 55 naar 50 jaar, vindt de Maag Lever Darmstichting. Dat is ook de Europese aanbeveling; in andere Europese landen en ook internationaal is dit al gebruikelijk. De stichting overhandigt daarvoor dinsdag een petitie aan het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Meer dan 50.000 mensen hebben die ondertekend.

Nu krijgt iedereen tussen 55 jaar en 75 jaar om de twee jaar een paarse envelop in de brievenbus, met de oproep om wat ontlasting op te sturen. Als daar bloedspoortjes in zitten, volgt een coloscopie: een maag-darm-leverarts onderzoekt de binnenkant van de darm met een camera op een flexibele slang. Ieder jaar krijgen 12.000 mensen de diagnose darmkanker. In 2022 stierven 4.500 mensen aan de ziekte. Drie vragen over een verlaging van de beginleeftijd voor de darmkankerscreening.

1
Waarom wijkt Nederland af van de Europese aanbeveling?

Het bevolkingsonderzoek darmkanker is in Nederland in 2014 geïntroduceerd voor mensen tussen 55 jaar en 75 jaar. Daarbij is afgeweken van de aanbeveling van de Europese Gezondheidsraad om te beginnen vanaf 50 jaar. De belangrijkste reden was dat er te weinig capaciteit was om coloscopieën uit te voeren. Daarom is de invoering ook in fases gegaan: jaarlijks werden nieuwe leeftijdsgroepen toegevoegd, pas sinds 2019 wordt de volledige leeftijdsgroep opgeroepen.

„Die coloscopiecapaciteit is nu voldoende”, zegt Manon Spaander, maag-lever-darmarts in het ErasmusMC. Toch adviseerde de Gezondheidsraad in 2022 opnieuw om de beginleeftijd op 55 jaar te houden, maar met een proef uit te zoeken of screening vanaf 50 jaar zinvol is.

2
Hoeveel levens zou screening vanaf 50 jaar redden?

In 2022 overleden 161 mensen tussen 50 en 54 jaar aan darmkanker, Bijna 700 mensen tussen 50 en 54 jaar kregen de diagnose darmkanker. Bij 65 procent van hen, zo’n 455 personen, was de kanker al uitgezaaid – je merkt vaak pas in een later stadium dat je ziek bent. Uitzaaiingen bij darmkanker kunnen zich beperken tot de lymfeklieren in de buurt van de tumor, maar ze kunnen ook in de lever zitten, het buikvlies, de longen, of in lymfeklieren verder weg van de tumor. „De overlevingskans bij uitgezaaide darmkanker ligt tussen 10 tot 30 procent”, zegt Spaander. „Bij een beperkte uitzaaiing kunnen we wel beter behandelen dan vroeger, maar niet meer genezen.”

Door ook die jongere leeftijdsgroep op te roepen, zal darmkanker vaker in een vroeg stadium ontdekt worden. „Dan is het meestal goed te genezen. De behandeling is vaak ook minder zwaar.”

Het bevolkingsonderzoek loopt nog te kort om te kunnen vaststellen of het inderdaad sterfte aan darmkanker voorkomt. „Dat gaan we nu onderzoeken. Maar we vinden meer mensen met kanker in een vroeg stadium, dat maakt aannemelijk dat je ook minder sterfte krijgt”, aldus Spaander.

Het effect valt of staat bij de opkomst. De laatste drie jaar geven steeds minder mensen gehoor aan de oproep voor het bevolkingsonderzoek. De opkomst is nu 57 procent, bij de introductie was dat nog 70 procent. Hoe dat komt is niet duidelijk.

3
Zijn er nadelen aan het verlagen van de screeningsleeftijd?

Een screening onder grote groepen gezonde mensen levert altijd fout-positieve uitslagen op: een aanwijzing voor kanker die bij nader onderzoek loos alarm blijkt. Het bloed in de poep komt dan bijvoorbeeld door een aambei. Dat levert onnodige onrust op bij deze mensen, en ze moeten een vervelend kijkonderzoek ondergaan. „Voor deze leeftijdsgroep nemen we aan dat dit hetzelfde is als voor 55-jarigen: zo’n 3 tot 4 op de 10 positieve uitslagen blijken achteraf fout”, aldus Spaander. Ze verwacht een geringe toename van darmkankergevallen – en daarmee kosten – als de leeftijdsgrens wordt verlaagd naar 50 jaar. „Je voorkomt hiermee juist darmkanker bij de mensen vanaf 55 jaar.”