Wendy Walrabenstein (50) werkte vijftien jaar in de financiële wereld, op het laatst als directeur van de afdeling Ultra High Net Worth Individuals bij een dochter van Credit Suisse in Zwitserland. Ultra High Net Worth Individuals? De allerrijksten op aarde. Ze adviseerde over beleggingen en bankzaken.
Ze had nooit veel op met „gepoch over Porsches”, maar na de crisis van 2008 begon het haar echt tegen te staan. „De geldgraaierij ging gewoon door.” In 2012 nam ze ontslag. Ze ging terug naar Nederland, met haar man, ondernemer. Ze hadden sinds 1999 een relatie en het kwam door hem dat ze zich was gaan afvragen hoe je gezond oud kunt worden. Of hoe híj gezond oud kon worden. Hij is drieëntwintig jaar ouder dan zij.
Ze vertelt dat er in 2004 bij haar een lampje ging branden. „We waren voor ons werk naar Como verhuisd, in het noorden van Italië, en we wandelden veel in de bergen. In al die dorpjes zagen we tachtigplussers werken in hun moestuintjes. In die tijd beschreef de Belgische demograaf Michel Poulain de blue zones: streken in onder andere Italië en Griekenland waar mensen traditioneel leefden, veel groente en peulvruchten aten, veel bewogen en heel oud werden. Die zag ik daar dus.” In haar eigen omgeving, zegt ze, waren mensen van boven de víjftig al oud. Dikke buiken, stramme benen.
Haar man en zij gingen meer groente eten. Ze hielden op met de „bergen romige gorgonzola”. Een „goed bord pasta” voor lunch of diner, ja, dat wel. Maar niets tussendoor. Ze werden slanker, vooral rond hun middel. Hun bloedwaarden verbeterden. Haar man, 73 nu, is nog steeds gezond. Geen hoge bloeddruk, geen diabetes, geen verhoogd cholesterol. Hij slikt dus ook geen pillen, zoals de meeste mensen van boven de 65.
In Nederland, in 2012, begon Wendy Walrabenstein een moestuin. Ze ging ook haar eigen brood bakken, zuurdesembrood. Ze was zo veel met voeding en gezondheid bezig, zegt ze, dat ze besloot er haar werk van te maken. Ze was al econoom en nu begon ze aan de opleiding voeding en diëtetiek in Amsterdam. Toen ze klaar was opende ze een praktijk in Utrecht, waar ze mensen vooral plantaardig leerde eten. En in april 2017 begon ze een promotieonderzoek bij de reumatoloog Dirkjan van Schaardenburg, hoogleraar bij Amsterdam UMC.
Haar onderzoek, Plants for Joints, planten voor gewrichten, ging over een bevinding die was gepubliceerd in het medische tijdschrift The Lancet: mensen met reuma, een auto-immuunziekte waarbij de gewrichten ontstoken raken, kregen minder klachten als ze vooral plantaardig aten. Zou dit nogmaals aangetoond kunnen worden? Ze ontwikkelde met andere onderzoekers een leefstijlprogramma waarbij plantaardige voeding werd gecombineerd met beweging, ontspanning en betere slaap. Ze ging ook kijken of het hielp bij artrose.
Artrose, dat zijn de pijnlijke knieën en heupen waar zoveel mensen bij het ouder worden last van krijgen, 1,6 miljoen in Nederland. Het worden er snel meer en niet alleen doordat er steeds meer oude mensen zijn. „Door overgewicht en gebrek aan beweging begint het op steeds jongere leeftijd.” Het kraakbeen in de gewrichten raakt beschadigd en daar zijn geen medicijnen voor, alleen pijnstillers. Als het al te erg wordt: nieuwe heup of knie. De verwachting is dat over vijftien jaar 2,3 miljoen mensen in Nederland artrose hebben. Voor reuma zijn er wel medicijnen, maar die helpen niet altijd en hebben nare bijwerkingen. En ze zijn duur. Mensen met reuma – 270.000 in Nederland – of artrose kunnen vaak niet werken.
Voor haar onderzoek werden 77 mensen met reuma en 64 mensen met artrose willekeurig verdeeld over de groep die het leefstijlprogramma ging volgen en een controlegroep. Ze waren gemiddeld 60 jaar oud en hadden een BMI van 29, flink overgewicht. In vier maanden tijd kwamen ze tien keer bij elkaar voor kookworkshops, informatie over gezond en plantaardig eten, over beweging, ontspanning en slaap. Bij iedereen werd alles de hele tijd gecontroleerd. Ontstekingactiviteit, pijnklachten, bloedwaarden, gewicht, vetmassa, eet- en beweeggedrag.
En ja, het programma bleek goed te werken, boven verwachting. Significant minder gezwollen en pijnlijke gewrichten bij de mensen met reuma. Significant minder pijn en stijfheid bij de mensen met artrose. Afvallen deden ze ook, gemiddeld 4,3 kilo per persoon. De vetmassa nam met gemiddeld 3,3 kilo af, de tailleomvang met 4,3 centimeter. En: betere bloedsuiker- en cholesterolwaarden (LDL). Wendy Walrabenstein promoveerde eind januari en het leefstijlprogramma, Plants for Health, wordt dit jaar gelanceerd voor iedereen met reuma of artrose. En daarna, is het plan, ook voor mensen met obesitas, hart- en vaatziekten, neurodegeneratieve aandoeningen als alzheimer en parkinson, inflammatoire darmaandoeningen. „Gezond eten en veel bewegen, die conclusie kun je rustig trekken, helpt bij álle leefstijlgerelateerde ziekten.”
Waarom planten?
„Het hoeft niet perfect, en niet alle dierlijke producten zijn slecht voor je. Maar onderzoek suggereert wel dat planten, rijk aan vezels, het microbioom in de darmen verbeteren en de ontstekingswaarden in het bloed kunnen verlagen. Minder vlees eten is vooral goed omdat je dan vanzelf meer planten eet. Minder zout, minder vet, meer antioxidanten, meer vezels. In de Plants for Joints-groep kregen mensen twee keer zoveel vezels binnen als de mensen in de controlegroep.”
En houden ze de nieuwe leefstijl vol?
„Ja, ook boven verwachting. Maar je moet ze wel blijven stimuleren. Je kunt niet verwachten dat mensen in een of twee jaar hun leefstijl veranderen in een wereld die zo vol verleidingen is. Dan nog is dit programma voor mensen met reuma goedkoper dan ze levenslang medicijnen laten slikken. Of een nieuwe heup of knie voor mensen met artrose. Of een maagverkleining bij obesitas.”
Pillen slikken of een operatie vinden mensen gemakkelijker.
„En er wordt veel geld mee verdiend.” Ze vertelt over de keer dat ze met een collega naar een reumacongres in Kopenhagen ging. „Je ziet zo wie de onderzoekers zijn. Matig gekleed, rugzakken, alles voor de wetenschap. En dan kom je in de zaal waar farma zich presenteert. Alles mooi en duur, heerlijke koffie, een walhalla. Je denkt: het is vechten tegen de bierkaai. Maar nee. Farma is niet onze vijand. We moeten zorgen dat we ertussen komen te staan met onze interventieprogramma’s. Zakelijk aanpakken, ondernemerschap tonen, sociaal ondernemerschap.”
Farma en ook de voedingsmiddelenindustrie zijn meestal beursgenoteerd.
„En hebben maar één doel: waarde creëren voor de aandeelhouders. Het is pervers, maar dat zal niet snel veranderen. Dat maak ik niet meer mee.”