PBL: klimaatdoel voor het eerst haalbaar, maar wel enorme inspanning nodig

Doorrekening Als alles meezit en alle plannen van het gevallen kabinet snel worden uitgevoerd, zou Nederland in 2030 het klimaatdoel kunnen halen van 55 procent minder uitstoot van broeikasgassen.

Dat de PBL-prognose positiever is dan vorig jaar komt mede door plannen van het demissionaire kabinet om elektrisch rijden goedkoper te maken.
Dat de PBL-prognose positiever is dan vorig jaar komt mede door plannen van het demissionaire kabinet om elektrisch rijden goedkoper te maken. Foto Peter Hilz / ANP

Voor het eerst lijkt het klimaatdoel van het demissionaire kabinet-Rutte IV ook daadwerkelijk haalbaar. Dan moet wel alles meezitten en alle plannen van het gevallen kabinet, rijp en groen, uitgevoerd worden. Maar het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) klinkt dit jaar mild positief bij zijn jaarlijkse doorrekening van de plannen van de regering om klimaatverandering tegen te gaan.

In 2030 moet Nederland 55 procent minder broeikasgassen uitstoten dan in 1990, zo staat in de Klimaatwet die vlak voor de zomer werd aangepast na instemming van de Eerste Kamer. De wet bevatte tot voor kort een lager doel: 49 procent minder broeikasgassen . Het hogere doel ligt nu binnen de bandbreedte die het PBL voor 2030 inschat. In 2030 zou, als alle huidige plannen doorgaan, de uitstoot met ergens tussen de 46 en 57 procent kunnen dalen. Als alles meezit, wordt het 57 procent. Als alles tegenzit, 46 procent. Het PBL hield bij die berekening geen rekening met de val van het kabinet.

Voorgaande jaren klonk het PBL somberder. Elk jaar raamt het planbureau of het kabinet de klimaatdoelen gaat halen. Deze raming wint de laatste jaren aan invloed. Zo was vorig jaar de conclusie dat er extra plannen nodig waren om 55 procent te halen. De klimaatrekenmeester kwam toen uit op 41 tot 52 procent reductie als alle plannen van het kabinet daadwerkelijk door zouden gaan. Nederland stoot nu 31 procent minder broeikasgassen uit dan in 1990.

Vorig jaar zeiden we dat er nieuwe plannen nodig waren. Nu niet

Pieter Hammingh onderzoeker bij het PBL

Nieuwe klimaatplannen

Het grote verschil met vorig jaar zit in de klimaatplannen die het inmiddels demissionaire kabinet-Rutte IV dit voorjaar presenteerde. Toen nam de coalitie zich bijvoorbeeld voor elektrisch rijden goedkoper te maken, het isoleren van huizen te stimuleren en producenten van plastic in 2030 te verplichten een kwart van hun plastic te hergebruiken. Samen met nieuw Europees beleid levert dat in 2030 een grotere vermindering op van de hoeveelheid broeikasgassen die Nederland uitstoot. „Vorig jaar zeiden we dat er nieuwe plannen nodig waren. Nu niet”, zegt Pieter Hammingh, onderzoeker bij het PBL.

Belangrijk voorbehoud is wel dat al die plannen ook echt doorgaan. Ze moeten „snel en ambitieus” worden ingevoerd, maant het PBL. En dat is zeer de vraag nu het kabinet is gevallen en een deel van de plannen op losse schroeven staat. Na de verkiezingen treedt een nieuw kabinet aan dat mogelijk meer of minder ambitie heeft om klimaatverandering tegen te gaan, en plannen nog kan terugdraaien of veranderen.

Het PBL waarschuwt dat elke vertraging een risico is omdat 2030 al over zeven jaar is en beleid tijd kost om uit te voeren. „Grote uitdaging zit in het vertalen en daadwerkelijk realiseren van alle plannen. Die moeten van papier naar praktijk”, zegt Jaco Stremler, sectorhoofd bij het PBL. Een belasting wijzigen kan snel, maar een wet wijzigen kost zo drie of vier jaar.

De enorme inspanning die nodig is, wordt duidelijk als je kijkt naar het recente verleden. Om 55 procent te halen in 2030 moet de uitstoot drie keer zo snel dalen als in de afgelopen dertig jaar, aldus Stremler.

Rekeningrijden

Het PBL rekent deze keer een deel van de niet volledig uitgewerkte plannen mee, mits er volgens het planbureau genoeg concrete aanknopingspunten zijn. Dat leidt tot de gekke situatie dat rekeningrijden volgens het PBL een vermindering van de uitstoot oplevert in 2030 (0,5 tot 2,5 megaton broeikasgassen minder op een totale reductie van tussen de 35 en 61 megaton), terwijl dit kabinet er nog niets over heeft besloten. Rekeningrijden is al jaren politiek zeer omstreden.

Veel plannen voor de landbouw beoordeelt het PBL als onvoldoende uitgewerkt. De daling van de uitstoot blijft in die sector achter bij de klimaatdoelen.

Ook als alle plannen van het huidige kabinet „snel en ambitieus” worden uitgevoerd, is het zeer onzeker of het echt lukt. De uitstoot van broeikasgassen in Nederland is sterk afhankelijk van het weer (een warme winter leidt tot minder energieverbruik), van de economische groei of krimp, en de prijzen en ontwikkelingen op de Europese energiemarkt. Een extra knelpunt is hoe snel het lukt het elektriciteitsnet te verzwaren. Dat is belangrijk voor bedrijven die hun productieprocessen willen elektrificeren. Ook maakt het uit of de verduurzamingsplannen van grote uitstoters als staalbedrijf Tata wel of niet doorgaan.

Lees ook: Wolkenfabriekjes en ruimtespiegels als laatste redmiddel voor het klimaat