AI van eigen bodem begint in Groningen

Je ruikt het nog een beetje als je door de gangen loopt. De Groningse Niemeyer-fabriek stopte weliswaar in 2023, de geur van tweehonderd jaar shag en pijptabak is niet zomaar verdwenen. Hier, uit de as van de voormalige tabaksfabriek, moet de eerste Nederlandse AI-Factory verrijzen.

Dit wordt geen schuur vol computerservers met AI-chips, maar een plek waar softwareontwikkelaars, onderzoekers en start-ups werken aan kunstmatige intelligentie. In de voormalige bedrijfskantine prijkt nog reclame voor Samson, „een leeuw van een shag”. Over twee jaar is dit een broedplaats die algoritmes en AI-modellen oplevert. Ergens in de buurt – waar precies, is nog niet bekend – komen een supercomputer en een datacenter om alle gegevens op te slaan.

Nederland maakt vaart om een eigen AI-industrie te beginnen, een markt die nu wordt gedomineerd door grote Amerikaanse spelers. Terwijl het investeerdersgeld in Silicon Valley tegen de plinten klotst, moet er in Groningen eerst overheidsgeld bij. Voor de AI-Factory trekken meerdere ministeries, vooral Economische Zaken en Defensie, 70 miljoen euro uit. De noordelijke regio betaalt 60 miljoen en de EU draagt 70 miljoen euro bij – het besluit daarover wordt na de zomer verwacht.

Achterstand

Je zou denken dat een AI-centrum in de Randstad of Eindhoven thuishoort, waar al veel technische kennis zit. Maar Groningen heeft iets in te halen. De provincie leverde decennialang aardgas en kreeg er aardbevingen voor terug. Nu de gaskraan eindelijk dicht is, moet Groningen op zoek naar nieuwe economische activiteit.

„Onze achterstand geeft ons een voorsprong”, zegt Anne-Wil Lucas van de regionale ontwikkelingsmaatschappij NOM. Terwijl de rest van Nederland kampt met gebrek aan capaciteit op het stroomnet, is hier nog plek voor nieuwe aansluitingen voor bedrijven. Technische kennis levert de Rijksuniversiteit Groningen, waar ook ingenieurs afstuderen.

Een deel van de subsidiegelden voor de AI-Factory komt uit de herstelfondsen van Nij Begun, bedoeld om de schade van Groningse aardbevingen te compenseren. Best een lastig verhaal, vindt Lucas, dat je die middelen inzet voor „iets abstracts” als algoritmes. Maar nu de onberekenbare Trump in het Witte Huis zit, is het volgens Lucas makkelijker uit te leggen wat het strategische belang is van AI van eigen bodem.

Gezonde mensen

De AI-Factory wil kunstmatige intelligentie ontwikkelen voor de Grote Thema’s: energie, landbouw en zorg. Op de plek waar ongezonde tabak werd geproduceerd, gaan onderzoekers straks medische modellen ontwikkelen. Bijvoorbeeld met het Lifelines-project, dat al meer dan tien jaar data verzamelt van 167.000 mensen in Noord-Nederland. Gegevens van zieke én gezonde mensen, compleet met hun dna en voedingspatronen. Wiro Niessen, decaan van het Universitair Medisch Centrum Groningen: „AI kan uit die data destilleren wanneer en hoe iemand bijvoorbeeld een chronische darmziekte ontwikkelt, en of je dat zou kunnen voorkomen.”

„Patiëntengegevens zijn extreem gevoelig. Die data wil je niet bewaren op Amerikaanse servers”, zegt Ronald Stolk van de Rijksuniversiteit Groningen. Hij is de oprichtingsdirecteur van de AI-Factory en zijn stokpaardje is digitale soevereiniteit. Stolk weet dat Europese data niet immuun zijn voor buitenlandse wetten, ook al staan de datacenters in de EU. Via de CLOUD Act hebben Amerikaanse opsporingsdiensten in theorie toegang tot Europese gegevens. „Nederlandse bedrijven moeten hun intellectuele eigendom beschermen, en je wilt niet dat iemand daar de stekker uit kan trekken”, zegt Stolk. Dat is ook de reden dat Defensie geld steekt in de AI-Factory: met kunstmatige intelligentie kun je militaire drones en satelliettechniek moderniseren; die kennis wil het Nederlandse leger in eigen handen houden.

Datakolonie

In Groningen weten ze wat het is om een kolonie te zijn: ruim een halve eeuw was dit het wingewest voor Nederlandse welvaart. Nu dreigt Europa te veranderen in een Amerikaanse datakolonie, afhankelijk van hyperscalers als Microsoft, Google en Amazon en leunend op Amerikaanse AI-bedrijven als OpenAI en Anthropic. Die trainen hun AI-modellen op alle gegevens waar ze de hand op kunnen leggen, onder het mom van fair use.

Het Amerikaanse Google runt inmiddels twee grote datacenters, in Eemshaven en Winschoten. Die slaan data op en draaien clouddiensten, het zijn geen AI-datacenters die rekenwerk verrichten voor algoritmes. Google is welkom om mee te doen aan de AI-Factory in het Niemeyer-complex, maar op afstand. Als ‘soeverein’ project is het niet handig al te nauw samen te werken met de bigtechbuurman, vinden de Groningers.

De AI-Factory in Groningen is stap één, maar om echt los te komen van de Amerikaanse techhegemonie, wil de EU ook eigen AI-datacenters bouwen: gigafactories. Dit is het Europese antwoord op Trumps StarGate-project van 500 miljard dollar. De EU trekt 200 miljard euro uit voor AI, waarvan 20 miljard is bestemd voor de aanleg van vijf rekencentra vol snelle, peperdure Nvidia-chips. Het grootste deel van die investering moet van het bedrijfsleven komen.

Deze gigafactories zijn nog werk in uitvoering. Een eerste oproep leverde vorige maand 76 belangstellenden op. Vanuit Nederland doet onder andere serieondernemer Han de Groot samen met energiebedrijf Eneco en internetknooppunt ASM-IX een gooi naar het Europese subsidiegeld, voor een datacenter in Rotterdam. Daar zouden meer dan 100.000 AI-chips hun tanden moeten stukbijten op kunstmatige intelligentie.

Hoe realistisch zijn die plannen? De Groot denkt dat de eerste twee gigafabrieken sowieso in Frankrijk en Duitsland zullen starten – die landen steken nu eenmaal meer geld in hun eigen industrie. Nederland heeft minder diepe zakken, maar wel twee troeven: snelle dataverbindingen via de ASM-IX én een windmolenpark op zee dat makkelijk de 150 megawatt vermogen kan leveren om de hongerige AI-chips aan de praat te houden.

Als de vergunningen meezitten, kan zo’n datacenter binnen drie jaar beginnen. De Groot stelt wel twee eisen: hij wil het AI-datacenter in fases inrichten – afhankelijk van de vraag. En hij zou de deur graag openhouden voor de software van Microsoft, Amazon en Google. Soeverein ben je niet van vandaag op morgen, zegt De Groot. „Het gaat om fysieke controle. Nu gaat elke AI-vraag nog via een glasvezelkabel naar de VS en terug. Het belangrijkste is dat straks de aan-uitknop en de updateknop niet langer in Amerika staan.”


Hoe veilig is het nog om door Iran te fietsen? ‘Iedereen staat er op scherp’

Bij de ideale bestemming voor een fietsvakantie zullen niet veel mensen meteen aan Iran denken. Het land heeft bijna geen fietspaden, een zeer wisselend klimaat en een gevarieerd landschap, met drukke steden, bergen en woestijnen – en dat is nog los van het strenge regime. Toch is Iran een populaire bestemming voor fietsers, zegt de ervaren reiziger Jeroen Kleiberg, die het land twee keer bezocht. „Het landschap, de historie en de cultuur maken Iran een geliefde reisbestemming”, zegt Kleiberg.

Er is ook een praktische reden. „Als je naar de kaart kijkt is Iran eigenlijk de enige optie als je naar Centraal-Azië wil fietsen, of verder naar Japan of Singapore. De noordelijke route door Rusland is al jaren dubieus, de situatie in Afghanistan is instabiel”, zegt Kleiberg.

En dus blijft Iran over, voor wie het aandurft. „Fietsen in Iran is een bijzondere onderneming en vereist een avontuurlijke inzet, een goede conditie en behoorlijk wat flexibiliteit. Het is geen route voor beginners”, staat in het fietsblog Escaper Travels.

Dat er ook veiligheidsrisico’s kleven aan een fietstocht door Iran, werd deze week opnieuw bevestigd. Donderdag gaf de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken Abbas Aragchi in een schriftelijk interview met de Franse krant Le Monde toe dat de Frans-Duitse fietser Lennart Monterlos is opgepakt vanwege „het plegen van een misdaad”. Zijn familie had al sinds 16 juni niets meer van de 18-jarige vernomen. Om wat voor misdrijf het zou gaan, lichtte Aragchi niet toe.

‘Willekeurige arrestaties’

Monterlos begon op 13 augustus vorig jaar aan een fietstocht van Frankrijk naar Japan: 35.000 kilometer door 35 landen. Tussendoor keerde hij even terug naar huis, maar eind mei kwam hij aan in Iran. Hoewel zijn Instagrampagina inmiddels offline is, schrijven internationale media dat hij zijn volgers op het platform uitgebreid op de hoogte hield over zijn ervaringen. In zijn laatste bericht, op 15 juni, zou hij hebben verteld over zijn bezoek aan de duinen van Varzaneh, een woestijngebied in de provincie Isfahan waar het 40 graden was. Zodra zijn Iraanse visum zou verlopen, op 25 juni, wilde Monterlos zijn reis in Afghanistan vervolgen.

Maar na de duinen van Varzaneh bleef het stil. Zijn familie vreesde dat hij was omgekomen in de woestijn of dat hij was opgepakt. Nu blijkt hij al bijna een maand vast te zitten.

Lees ook

Iran verdenkt Franse docenten van spionage voor Israël, Frankrijk spreekt van ‘gijzeldiplomatie’

Foto’s van de twee docenten  hangen  bij de Nationale Assemblee in Parijs. Foto Betrand Guay/AFP

Volgens het Franse ministerie van Buitenlandse Zaken beoefent Teheran ‘gijzeldiplomatie’: door westerlingen op te pakken en van spionage te verdenken, hoopt Iran gevangenen te kunnen ruilen of druk te zetten op het Westen, bijvoorbeeld om de sancties te verlichten of onderhandelingen over Irans nucleaire programma te beïnvloeden.

Frankrijk raadt zijn inwoners al langer af naar Iran te reizen, vanwege „het risico op willekeurige arrestaties” en heeft die oproep na het nieuws van donderdag weer herhaald. Twee andere Franse burgers, de docenten Cécile Kohler en Jacques Paris, zitten al meer dan drie jaar vast in Iran. Vorige week maakte Teheran bekend hen te verdenken van spionage voor de Israëlische geheime dienst Mossad.

Onbegrepen land

Kleiberg noemt de arrestatie van Monterlos „verdrietig”. Tijdens zijn bezoeken aan Iran heeft hij geen bedreigende situaties meegemaakt, hij heeft er ook geen andere fietsers over gehoord. Specifieke voorbereidingen voor zijn veiligheid trof Kleiberg niet. „Natuurlijk weet je dat er een risico is. Maar Iran is in mijn beleving een van de meest onbegrepen landen. Het beeld dat wij hier krijgen is zo anders dan wat je daar ziet: iedereen was aardig, zocht contact, veel mensen wilden op de foto – zelfs politieagenten – en nodigden mij thuis uit.”

Grafisch vormgever Robin Héman, die ook voor NRC werkt, fietste in vierhonderd dagen van Amsterdam naar Australië en maakte tekeningen van zijn reis.Tekening Robin Héman

Robin Héman

Héman kwam terug met vier grote volgetekende hardcover-schetsboeken. Deze tekening maakte hij bij zijn vertrek uit Teheran. Tekening Robin Héman

Robin Héman

Héman tekende iedere dag tijdens zijn reis.Tekening Robin Héman

Robin Héman

Op dag 102 probeert Héman al fietsend een gesprek te voeren in Tabriz, in het noordwesten. <p> Tekening Robin Héman</p>

Robin Héman

Op dag 107 van zijn reis wordt Héman door Rahil en haar familie uitgenodigd in Yazd, een plaats in het midden van het land.Tekening Robin Héman

Robin Héman

„Er is altijd veel ruimte op de Iraanse wegen”, schreef Héman bij deze tekening.Tekening Robin Héman

Robin Héman

Ook grafisch vormgever Robin Héman, die vorig jaar van Nederland naar Australië fietste, zei in een interview in NRC „totaal geen dreiging in de zin van sociale onveiligheid of geweld” te hebben meegemaakt tijdens zijn reis. In Iran werd hij zeer gastvrij ontvangen, vertelde Héman, en uitgenodigd om te komen logeren. Uiteindelijk ging Héman naar een stel met een amandelboomgaard net buiten Teheran, waar hij hielp met de oogst.

Lees ook

Robin Héman fietste van Nederland naar Australië: ‘Tekenen hielp me het ijs te breken’

Robin Héman

Tijdens zijn meest recente reis, in 2018, fietste Kleiberg in een maand vanuit het noordwesten naar de grens met Turkmenistan in het noordoosten, zijn tent achterop, als onderdeel van zijn tocht langs de Zijderoute. „Mijn fietstocht begon in Koerdistan, een regio waar de situatie gespannen is. Maar wat ik zag was helemaal niet gespannen: er waren vooral Iraanse toeristen, veel vrouwen zonder hoofddoek, die dansten en zaten te picknicken.”

Vanwege de vele vooroordelen die in Nederland heersen én de positieve verhalen van andere fietsers, heeft Floor Pekelharing al jaren de wens om naar Iran te fietsen. Een vertrekdatum heeft ze nog niet, maar het plan krijgt steeds meer vorm. Vrijdagochtend stuurden verschillende vrienden het nieuws over de arrestatie van Monterlos naar haar door. Het is lastig, zegt ze: „Iran wordt omschreven als een gevaarlijk land, maar ook geroemd om zijn gastvrijheid en de mooie bergen. Waar vertrouw je op?”

Iran wordt omschreven als een gevaarlijk land, maar ook geroemd om zijn gastvrijheid en de mooie bergen. Waar vertrouw je op?

Floor Pekelharing
wil met de fiets naar Iran

Kleiberg zou op dit moment niet door het land fietsen. „De dreiging hing al een tijd in de lucht, maar de Israëlische en Amerikaanse bombardementen hebben de situatie veranderd. Iedereen in Iran staat op scherp en het wantrouwen naar buitenlanders is toegenomen, want iedereen zou een spion kunnen zijn.” Het zou Kleiberg ook niet verbazen als de gastvrije opstelling van Iraniërs ten opzichte van toeristen veranderd is, omdat veel westerse landen hun steun hebben uitgesproken voor de bombardementen van Israël en de Verenigde Staten.

Pekelharing heeft haar plannen niet afgeschoten door het nieuws. „Ik wil gewoon gaan fietsen en zie wel hoever ik kom, de beste informatie krijg je van de mensen die je onderweg tegenkomt. Dit is voor mij een van de argumenten in een al ingewikkelde risico-afweging.”


Waarom het preutse prinsesje Charlotte uit Sex and the City nu ineens zo populair is

Nieuw licht op gedane zaken is altijd opwindend. Daar stond het, met grote letters in het Amerikaanse tijdschrift Rolling Stone: „Charlotte York is het coolste en meest herkenbare personage van Sex and the City.”

De hitserie van 94 afleveringen, oorspronkelijk uitgezonden tussen 1998 en 2004, heeft vier hoofdpersonages: Carrie Bradshaw, Miranda Hobbes, Samantha Jones en Charlotte York. Charlotte, gespeeld door Kristin Davis, was eerder nooit de publiekslieveling. Nu wel. Gen Z’er Alaina Demopoulos schreef in The Guardian dat de „onderschatte steunpilaar” van de groep de wijste van het hele stel is. Volgens modetijdschrift Glamour is 2025 hét jaar van het Charlotte-kapsel.

Sinds de originele serie een tweede leven kreeg op de streamingdiensten – samen met het vervolg And Just Like That… (2021) – wordt ‘meisjesmeisje’ Charlotte op socialemediakanalen geprezen om haar positieve blik en vrouwelijkheid. „Ze is precies zoals ik”, echoot het op TikTok. Of: „Charlotte leeft haar leven als een romcom. Wat een icoon!” „Ik zit in mijn Charlotte York-fase”, schrijft de Deense influencer Freya Bryndorf op Instagram. Sommige filmpjes oogsten een half miljoen likes. Meesurfend op al die nieuwe belangstelling, besloot actrice Kristin Davis in januari de podcast Are You a Charlotte? te beginnen.

Buitenbeentje

Toen de HBO-serie Sex and the City in 1998 het licht zag, was het ingetogen personage Charlotte een buitenbeentje. The New York Times zette haar weg als een „traditionele vrouw, die doodsbang is dat ze geen man kan vinden en vervolgens oud en alleen achterblijft”. Net als bij een kind bevolken sprookjesachtige, maar vaak onrealistische ideeën over de toekomst de wereld van Charlotte. Ze kent maar één doel: het huwelijk. Onvermoeibaar speurt ze cocktailbars, huisfeestjes en countryclubs af op zoek naar de perfecte echtgenoot.

Cynthia Nixon, Kristin Davis, Kim Cattrall en Sarah Jessica Parker in 1999, tweede seizoen van Sex and the City, 1999.

Foto Paramount Pictures

Als eerste-generatiekijker wilde je beslist geen Charlotte zijn. Haar preutse, statusgerichte personage paste niet bij het postfeminisme dat de show destijds zoveel succes bracht: die draaide geheel om de seksuele escapades en de garderobes van de vier vrolijke, vrije New Yorkse vrouwen.

Bij Gen Z (geboren tussen 1997 en 2012) lijkt dat anders. Deze jongere kijkers identificeren zich met Charlotte, haar klassieke wereldbeeld en haar zweverige hartstocht.

Waarom? De droom die Charlotte najaagt lijkt veel onbereikbaarder voor deze generatie. Haar ‘lang en gelukkig’ is een anachronisme. Al jaren neemt in het Westen het aantal mensen zonder partner toe, het is de bevolkingsgroep die het hardst stijgt. Scandinavische landen als Zweden staan in de top van de ‘sololanden’, maar ook in Nederland is de liefde steeds vaker een nevenkwestie.

Deze ‘singleficatie’ zorgt dat de vraag naar geschikte woningen toeneemt. Alleen zijn die er amper, onder meer omdat de maatschappij nog steeds ingericht is op het klassieke gezin. En de huizen die er zijn, zijn vaak onbetaalbaar. Ruim 10 procent van de jongeren in de Europese Unie spendeert 40 procent van hun inkomen aan hun huis. De weelde aan late etentjes, Cosmopolitans en Upper East Side-appartementen die voorbijkomen in Sex and the City is voor Gen Z’ers onhaalbaar en onbetaalbaar.

De genderkloof komt daar nog bij. Algoritmes duwen jonge mannen en vrouwen tegengestelde kanten op. Dat maakt relatievorming moeilijker, want manfluencer Andrew Tate en feministisch actrice Emma Watson tref je nu eenmaal niet snel samen op een kussen. Mannen stemmen vaker rechts; vrouwen stemmen juist (veel) progressiever dan voorgaande generaties. Deze trend staat haaks op het Oilily-conservatisme van Charlotte, een ‘tradwife light’ uit een Republikeins gezin.

Puppy-ogen

Het lijkt paradoxaal dat juist een generatie vol progressieve jonge vrouwen die brave, conservatieve Charlotte verheerlijkt. Waarom blijven deze vrije vrouwen achter Charlottes puppy-ogen, witte kraagjes en hallucinante droomwereld aanlopen?

Zou het kunnen dat jongeren dagdromen nodig hebben? Gen Z is een generatie die moeilijk aansluiting lijkt te vinden bij de maatschappij. Ze zijn idealistisch (denk aan thema’s als het klimaat), maar zien hun ideeën niet terug in de politiek. Dit voedt politieke apathie. Slechts 12 procent van de Amerikaanse jongeren heeft vertrouwen in het parlement. Een luttele 15 procent vertrouwt de media.

Of het nu gaat om de huizenmarkt, mentaal welzijn of sociale armoede: Gen Z wordt weinig gehoord. Cultuurcriticus Rayne Fisher-Quann (geboren in 2001) spreekt in The New York Times van opkomend ‘Gen Z-nihilisme’. Door ideële en financiële tegenslag denkt deze generatie allang niet meer dat ‘normale dingen’ als een huis en een partner mogelijk zijn. Wat ligt dan meer voor de hand dan maatschappelijke onthechting en escapisme?

Kristin Davis, circa 1986.

Foto Getty Images

En dan herkennen Gen Z’ers zich nog in Charlottes terughoudendheid qua seks („mannen trouwen niet met het ‘up the butt’-meisje”). Deze generatie is conservatiever. Jongeren worden steeds moralistischer over seks, blijkt bijvoorbeeld uit een recente enquête van The Times. De Gen Z-generatie begint later met seks en heeft minder behoefte aan naakt op tv.

Het personage Charlotte, eerder verguisd om haar preutsheid, past daar wonderwel bij. Kuis of niet, zij wil als vrouw zelf haar seksleven kunnen begrenzen. Je kunt deze seksuele omslag zien als herpakte autonomie, schrijft journalist Sophie Gilbert in The Atlantic: „Deze generatie hunkert weer naar echte intimiteit.”

De nieuwe generatie vindt Charlottes zachte ziel niet verwerpelijk, maar ontwapenend. Wat maakt het uit dat zij haar leven romantiseert? Dat ze zich al zwijmelend verzet tegen de morsige realiteit waarin het vinden van een liefdespartner lastiger is dan ooit? Smachtende Charlotte belichaamt de onvervulbare verlangens van hun generatie.

Ja, slecht nieuws en tegenslagen zijn alomtegenwoordig. En nee, op Park Avenue (waar Charlotte resideert) zullen Gen Z’ers niet snel belanden. Maar zijn de onvervalst hartstochtelijke dromen van Charlotte niet gewoon verrukkelijk?


Kleptomaan of hysterisch? Een ziektebeeld kan iemand reduceren tot een label, laat Fiona Tan in Rijksmuseum zien

Het olieverfschilderij Portret van een kleptomaan (1820-1824) van Théodore Géricault toont een man met een rommelig baardje en een stuurse mond. Het meest intrigerend zijn de ogen, die naar een punt rechts achter de kijker staren. Hierdoor is het onmogelijk om contact te maken of tot zijn innerlijk door te dringen. Zien we zijn obsessieve neiging om te stelen? Of komt het door het label ‘kleptomaan’ dat we geneigd zijn dat erin te zien?

Dit schilderij vormt het uitgangspunt van de door Fiona Tan gecureerde expositie Monomania. De Nederlandse kunstenaar (1966) raakte gefascineerd door ‘de kleptomaan’ en probeert te ontrafelen wie hem zijn label heeft gegeven.

Het portret is onderdeel van de reeks Les Monomanes (‘monomanie’ was in de 19de eeuw een term voor mentale ziekte): tien portretten door de Franse schilder Géricault (1791-1824). De ontstaansgeschiedenis is omgeven met mysterie. Veertig jaar na Géricaults overlijden herontdekte dokter Adolphe Lachèze de helft van de reeks op een zolder (de overige worden als verloren beschouwd). „Ze zijn authentiek, heel goed geschilderd, lelijk en extreem moeilijk om te verkopen”, schreef een kunstcriticus in die tijd. Lachèze had een ronkend marketingverhaal nodig om de schilderijen te verkopen. Zo ontstonden titels als Portret van een kleptomaan, Een gokverslaafde vrouw en Kinder-kidnapper.

Théodore Géricault, ‘Portret van een kleptomaan’ (1820-1824). Foto Hugo Maertens/ Museum voor Schone Kunsten Gent

Het beestje een naam geven, is een poging om grip te krijgen op de geest. Tegelijkertijd was de opkomst van de psychiatrie een krachtig middel waarmee werd bepaald wie en wat normaal was en wat als krankzinnig gold, zoals filosoof Michel Foucault in Geschiedenis van de waanzin in de 17de en 18de eeuw (1961) beschreef.

De expositie Monomania is een mix van geschiedenis, wetenschap en kunst. Fiona Tan dook ervoor in de collectie en archieven van het Rijksmuseum en nam de verbeelding van mentale ziektes en psychiatrie onder de loep. Zo zien we een plattegrond van de eerste psychiatrische inrichting, en verschillende methoden waarop artsen probeerden vat te krijgen op de geest.

Een verloren vrouw

Een ziektebeeld kan iemand reduceren tot een label, zoals in het geval van het portret van ‘de kleptomaan’. Maar ze kunnen iemand ook vrijspreken van verantwoordelijkheid.

Intrigerend is de rechtszaak van de huishoudelijke hulp Henriette Cornier in 1825. Op haar zevenentwintigste stond ze terecht voor het onthoofden van het negentien maanden oude kind van haar bazin. Het verhaal werd breed uitgemeten in de pers. Omdat er geen afbeeldingen van Cornier zijn overgebleven, wordt het verhaal gereconstrueerd aan de hand van rechtbankverslagen, krantenberichten en de analyse van psychiater Etienne-Jean Georget. Georget, nu beschouwd als een van de grondleggers van de psychiatrie, liet drie experts als getuige optreden. Hij bepleitte samen met de experts dat Cornier leidde aan monomanie. Ze zou dus niet onder het strafrecht moeten vallen. Het werd de eerste zaak waarin een persoon werd gevrijwaard van verantwoordelijkheid door een mentale ziekte. Cornier werd veroordeeld tot levenslang, anders was ze onder de guillotine beland.

Corniers levensverhaal wordt aangrijpend verteld in de begeleidende publicatie, waarin wordt uitgelegd hoe destijds met name vrouwen en mensen uit de arbeidersklasse vanwege hun leefomstandigheden een groter risico liepen als ‘mentaal ziek’ te worden gediagnosticeerd. Cournier werkte al vanaf haar twaalfde als huishoudelijke hulp. Ze was op haar twintigste getrouwd en gescheiden, daarna raakte ze twee keer zwanger en moest beide baby’s afstaan voor adoptie. „Ik ben een verloren vrouw”, riep ze tijdens haar arrestatie.

Edvard Munch, ‘Staand naakt met rood haar’, 1902. Foto Rijksmuseum

Vrouwen hadden in de 19de eeuw weinig rechten. In die krappe bewegingsruimte kon het een uitdaging zijn niet door te draaien, en daardoor als ‘hysterisch’ of ‘melancholiek’ te worden bestempeld. De tentoongestelde witte kanten doopjurken (1800-1900) werken daardoor als babyspoken. Eronder liggen gehandwerkte merklappen uit de vorige eeuw: bezigheidstherapie voor huisvrouwen. Vervolgens zoomt Tan in op de criminele klasse, aan de hand van politiefoto’s van zakkenrollers die actief waren op de Wereldtentoonstelling in 1889. Zij krijgen elk een gefictionaliseerd audioverhaal. Vooral het verhaal door schrijfster Sacha Bronwasser bij de foto van Emelie Olzewska beklijft: in kort bestek weet ze een ontroerende liefdesgeschiedenis neer te zetten. Het verhaal dat door Fiona Tan is geschreven, balt het thema van de expositie veelzeggend samen: een foto is altijd een momentopname die nooit volledig lijkt samen te vallen met wie je echt bent. Het is een constructie.

Gelaat

Wat weten we van wat er werkelijk achter iemands gelaat schuilgaat? Tan speelt in meer zalen met het idee van zien en gezien worden. Dat benadrukken ook Japanse en Javaanse maskers met hun uitvergrote emoties en gelaatstrekken (1600-1800), die werden gedragen bij theaterstukken. In een fotografisch zelfportret bedekt Tan met zo’n masker ook haar eigen gezicht. Niet alleen de ziel van de ‘kleptomaan’ blijft ondoordringbaar door zijn masker, ook haar eigen wezen wordt door een masker afgedekt, lijkt ze hiermee te willen zeggen.

Franz Xaver Messerschmidt (1736-1783), een van de 64 beelden met grimassen waarvoor de beeldhouwer zelf model stond.Foto Rijksmuseum/ Albertine Dijkema

De kleine zaal met cyaan-blauwe afdrukken van kant (een fotografisch proces) blijken een subtiele voorbode van Tans eigen videowerk Janine’s Room. Tan maakte het als sluitstuk voor de expositie. In een loop zien we Janine. Ze doet onderzoek naar de menselijke geest in een kamer die is volgestouwd met boeken. Ze leest er de verhalen van gediagnosticeerde mensen. Neerdalend zand symboliseert de ongrijpbaarheid van de materie. Maar door de hoge mate van contemplatie – Janine doet het rustig aan, valt in slaap, droomt – krijg je niet het idee dat er iets op het spel staat, dat ze een urgentie voelt. Dat is een gemiste kans. Waar de historische verhalen van Cornier en de kleptomaan zo aangrijpend zijn, lijkt Janine’s Room een ivoren toren die is losgezongen van de wereld.

Een diagnose kan houvast bieden om ons gedrag te verklaren voor onszelf en aan anderen. Tegelijkertijd herinneren de portretten en verhalen ons eraan, hoe tijd- en trendgevoelig mentale ziektebeelden zijn. En dat er nu eenmaal een machtsverschil is tussen arts en patiënt, tussen kijker en geportretteerde. Monomania is een oefening in empathie, voorbij het label en het eerste gezicht.


Tientallen PKK-strijders verbranden hun wapens, ‘zeer symbolische’ stap richting ontwapening

Zo’n dertig strijders van de Koerdische Arbeiderspartij (PKK), de groep die in mei besloot zichzelf op te heffen, hebben vrijdag een aantal van hun wapens verbrand. Dat is te zien op beelden die internationale persbureaus hebben gepubliceerd. Op een plek in de bergen bij de stad Sulaymaniyah, gelegen in de autonome Koerdische regio van Noord-Irak, zouden enkele tientallen PKK-strijders een voor een hun geweer in een bassin hebben gegooid. Vervolgens werd deze hoop in brand gestoken.

Onder de PKK’ers die hun wapen inleverden, bevonden zich volgens persbureau AFP ook vier commandanten. Een aanwezige journalist van Al Jazeera noemt de ceremonie een „zeer symbolische” stap richting ontwapening van de PKK. Bij de plechtigheid waren zo’n driehonderd personen aanwezig. Persbureau AP benadrukt dat menig journalist geen teostemming kreeg om verslag te doen van de gebeurtenis.

In de strijd tegen Turkije laveerde de PKK, opgericht in 1978, jarenlang tussen geweld en diplomatie. Het ene moment werd opgeroepen tot een wapenstilstand, het andere moment mislukten onderhandelingen en werden aanslagen gepleegd. In vier decennia tijd zijn bij de strijd tussen Koerden en Turken zo’n veertigduizend personen gedood.

Vraag is of met de symbolische wapenverbranding ook de overige PKK-strijders hun wapens zullen inleveren – en in hoeverre dat een opmaat naar Turks-Koerdische verzoening is. Daar is er de kwestie of de Turken de Koerden ruimte zullen bieden om zichzelf in de toekomst te ontplooien.

Lees ook

Nadat de PKK had aangekondigd zich op te heffen, trok NRC naar Diyarbakir, vaak beschouwd als de hoofdstad van de Turkse Koerden. Een verzoening is daar nog ver weg

Een barricade in de binnenstad van Diyarbakir in oktober 2015, toen Turkse troepen een operatie uitvoerden tegen de PKK. Foto Anadolu / AFP


Pogacar wint zevende etappe in de Tour en neemt gele trui over van Van der Poel

Tadej Pogacar heeft vrijdag de zevende etappe van de Tour de France in Mûr-de-Bretagne gewonnen. Mathieu van der Poel van Alpecin-Deceuninck moest de gele trui afstaan aan de Sloveen van UAE Team Emirates. Pogacar won in de sprint van Jonas Vingegaard van Visma-Lease a Bike.

Het peloton vertrok vanuit Saint-Malo voor een heuvelachtige rit van 197 kilometer naar Mûr-de-Bretagne. Van der Poel won vier jaar geleden in de finishplaats voor het eerst een Tourrit en veroverde daar zijn eerste gele trui. Nu raakte Van der Poel in dezelfde plaats zijn trui kwijt. Van der Poel kon niet meesprinten om de zege.

Van der Poel had aan zijn ploeggenoten van Alpecin-Deceuninck gevraagd om de etappe zoveel mogelijk te controleren. Dat lukte. Al waren er wel verschillende ontsnappingen. Aan het begin plaatste Wout van Aert van Visma-Lease a Bike een aanval, maar de Belg werd op 177 kilometer van de streep ingehaald. Later probeerde Van Aert opnieuw weg te komen. Weer tevergeefs.

Eindsprint

Na ruim een uur koers slaagde een groepje van vijf renners erin een gat te slaan. De Fransen Ewen Costiou (Arkéa-B&B Hotels) en Alex Baudin (EF Education-EasyPost) kregen samen met de Brit Geraint Thomas (INEOS Grenadiers), de Oostenrijker Marco Haller (Tudor Pro Cycling Team) en de Spanjaard Iván García (Movistar) een maximale voorsprong van 1.40 minuut. Haller moest als eerste passen. Maar ook de vier anderen werden uiteindelijk ingerekend door het peloton.

Op 12 kilometer van de finish begon een grote groep met renners onder wie vrijwel alle toppers aan het slot van de etappe. Van der Poel moest in het zicht van de finish afhaken en moest toezien hoe hij de leiding in het klassement kwijtraakte. Pogacar won zijn tweede etappe deze Tour.


Haar ex blijft maar tegen haar procederen, op kosten van de staat

„Triiiiing, triiiiing.” Overdreven hard speelt sociaal advocaat Dick Brouwer (65) op kantoor in Ede het eerste contact met zijn cliënte Nadia na. „Ik doe geen familierecht, dus sla mij maar over. Ik heb daar totaal geen verstand van”, zo zegt Brouwer haar.

Maar dan vertelt Nadia dat haar ex-man in korte tijd vijftien juridische procedures tegen haar voerde. Dat die procedures haar financieel aan de rand van de afgrond hebben gebracht. En dat ze geen advocaat meer kan vinden die haar nog wil bijstaan omdat ze de rekening niet kan betalen.

Zo veel procedures? Dat lijkt Brouwer sterk. Dan zou er iets grondig mis zijn met het rechtssysteem. Met de telefoon in zijn hand kijkt hij op naar de zwart-witfoto van Martin Luther King aan de muur. „Ik dacht: ik ben verdomme toch niet voor niets advocaat geworden.” Vanwege zijn getroebleerde jeugd doet Brouwer nooit familierechtszaken, maar de vrouw aan de andere kant van de lijn raakt hem. „Kom maar langs”, antwoordt hij. „Maar dan wil ik wel dat je alle beschikkingen, arresten en vonnissen meeneemt.”

Brouwer valt bijkans van zijn stoel als Nadia de week daarop haar dossier laat zien. In twee jaar tijd blijkt ze inderdaad in vijftien juridische procedures met haar ex-partner verwikkeld te zijn geraakt. Het kostte haar ruim 50.000 euro aan advocatenkosten, terwijl haar ex-man, die een uitkering ontvangt, nagenoeg gratis procedeerde. Hij komt namelijk in aanmerking voor een ‘toevoeging’ vanwege zijn lage inkomen: een advocaat op kosten van de staat.

„Een gemiddelde crimineel komt minder vaak bij de rechtbank dan ik”, zegt Nadia met een zure glimlach. „Daar ben ik heel erg boos over, maar ik heb de afgelopen jaren geleerd om dat niet toe te laten. Het kost alleen maar negatieve energie.” Voor de gelegenheid is ze naast Brouwer aangeschoven achter diens donkerhouten bureau vol dossiermappen.

De twee willen graag hun verhaal doen om aandacht te vragen voor een weeffout in het rechtsstelsel. Een waarvan volgens hen veel rechters en andere advocaten ook niet op de hoogte zijn. Die weeffout schept de mogelijkheid tot ‘juridische stalking’, waarbij de ene procespartij de andere eindeloos achternazit en op kosten jaagt.

Gevlucht voor haar man

Nadia’s verhaal begint in 2019, vertelt ze. Drie maanden zwanger van haar tweede kind vertrekt ze met haar driejarige dochter, naar haar ouders – zo’n 75 kilometer verderop. Die plaats blijft, net zoals haar achternaam, op verzoek van Nadia onvermeld. Ze wil de privacy van haar jonge kinderen en carrière in de ambtenarij beschermen.

„Eigenlijk ben ik gevlucht”, vervolgt Nadia. Ze is mishandeld en voelt ze zich thuis niet meer veilig. In de buurt van haar ouders vindt ze, mede dankzij haar zwangerschap, snel een eigen huis.

De ex-man accepteert het vertrek niet. Vanaf dan volgen de juridische procedures elkaar snel op. „De eerste rechtszaak startte hij in januari 2020. Hij eiste dat ik met de kinderen zou terugverhuizen omdat ik zonder zijn toestemming was verhuisd”, zegt Nadia. „Dan neem je een advocaat in de arm, want je krijgt een brief van de rechtbank dat je verplicht bent met advocaat te verschijnen.” Dat geldt voor alle procedures binnen het familierecht.

De man verliest de zaak. Maar daarbij blijft het niet. „Daarna gingen de rechtszaken over alles wat je maar kan bedenken”, vertelt Nadia. Nadat ze de echtscheiding aanvraagt, eist hij dat de rechter hem het volledige gezag over de kinderen toekent. Hij procedeert meermaals over de partner- en kinderalimentatie die Nadia hem moet betalen. Via een kort geding vecht hij de verdeling van de zorg- en opvoedtaken en de feestdagen- en vakantieregeling aan. Ook probeert hij via de rechter vakantiegeld van zijn ex toegekend te krijgen om met de kinderen op vakantie te kunnen.

Ondertussen richt de man zich ook op Nadia’s omgeving. Hij daagt haar werkgever voor de rechter om haar jaaropgave te bemachtigen om te controleren of ze wel genoeg alimentatie betaalt. Dat zorgt voor bijzonder veel ongemak op haar werk. Tevens dient hij klachten in tegen de kinderopvang en een medewerker van de vrouwenopvang. De verloren zaak over het terugverhuizen probeert hij in Marokko – het stel is tevens voor de Marokkaanse wet getrouwd – over te doen. Daar eist hij dat Nadia op straffe van een dwangsom wordt verplicht met de kinderen weer bij hem in te trekken. Tevergeefs.

Ongelijke strijd

Een zware conflictscheiding dus. De strijd is echter verre van gelijk. Terwijl Nadia ruim 250 euro per uur aan haar advocaat kwijt is en haar advocatenkosten binnen twee jaar de 50.000 euro passeren, procedeert haar ex-man vrijwel gratis. Omdat zijn jaarinkomen lager is dan 33.200 euro komt hij voor gesubsidieerde rechtsbijstand in aanmerking en betaalt de Raad voor Rechtsbijstand zijn advocaten. Per zaak hoeft hij ‘slechts’ een eigen bijdrage van een paar honderd euro te betalen. En omdat in de familierechtspraak zelden een kostenveroordeling wordt uitgesproken – het vergoeden van de griffiekosten en een deel van de advocatenkosten van de tegenpartij – loopt hij bij verlies geen financieel risico.

Dat dit misbruik in de hand kan werken, schetste toenmalig minister voor Rechtsbescherming Franc Weerwind (D66) vorig jaar maart in een brief aan de Tweede Kamer. „Gesubsidieerde rechtsbijstand mag niet dienen als een onnodige escalatie van strijd in scheidingsprocedures.” Hij stelde de kwestie van (financiële) ongelijkheid te hebben besproken met de Nederlandse orde van advocaten, de Raad voor Rechtsbijstand en de rechtspraak, maar een oplossing kwam uit die gesprekken niet. Op basis van toevoegingen en het aantal procedures konden volgens de minister geen conclusies worden getrokken over welke procedures noodzakelijk zijn en welke als onnodige escalatie worden ingezet.

Het dossier van Nadia. „Een gemiddelde crimineel komt minder vaak bij de rechtbank dan ik.”

Foto Dieuwertje Bravenboer

„Het systeem is heel slecht ingericht op voorkomen van deze vorm van misbruik na scheiding”, constateert Ariane Hendriks, docent familierecht aan Tilburg University. Ze schreef met familierechtadvocaat Ingrid Vledder een boek over intieme terreur, een ernstige vorm van partnergeweld, dat na de zomer verschijnt. Ook juridisch misbruik, zoals bij Nadia, wordt daarin uitgelicht.

Hendriks, voormalig advocaat, wijst erop dat het familierecht heel kwetsbaar is voor juridisch misbruik. „Het familierecht biedt eindeloos mogelijkheden om rechtszaken te starten, over de omgangsregeling met de kinderen, het aanpassen van alimentatie, een vakantie in het buitenland en ga zo maar door.”

Volgens haar is aan de voordeur daar weinig aan te doen: mensen hebben het recht naar de rechter te gaan. Maar als een zaak eenmaal aanhangig gemaakt is, kan de rechtspraak wel degelijk ingrijpen. Hendriks’ ervaring is dat rechters zelden uitzoomen en vaak alleen naar de ene zaak op hun bureau kijken. „Rechters zouden er veel alerter op moeten zijn of er sprake is van een patroon van juridisch misbruik.”

Is dat het geval, dan dient de rechter „het gedrag van de pleger te begrenzen”, bijvoorbeeld door wél een proceskostenvergoeding op te leggen en veel sneller dan nu gebeurt het gezamenlijke gezag te beëindigen, als een ouder dat misbruikt om onnodige rechtszaken te starten. „Begrip tonen voor het slachtoffer is ook belangrijk. Nu worden ouders door rechters vaak aangesproken alsof ze er allebéí voor zorgen dat er zo veel rechtszaken zijn.”

De advocaat of de huur

Begrip ervaart Nadia maar weinig binnen de rechtspraak. Ze heeft een serieuze baan, twee jonge kinderen en worstelt tegelijk met de spanning die de juridische procedures teweegbrengen.

Begin 2022 wordt het haar te veel. Op donderdag is er een zitting in hoger beroep in de echtscheidingszaak en de maandag daarop een kort geding – waar ze wel zonder advocaat mag verschijnen. „Dan kom je die donderdag na de rechtszaak uitgeput thuis, moet je vrijdag stukken typen om jezelf te verweren en maandag weer verschijnen. Je hebt niet eens ruimte om bij te komen.”

Ze legt haar hart op tafel en vertelt de rechter dat zij een uitgeputte alleenstaande jonge moeder tegenover zich heeft. „Ik zei: ‘Ik kan het niet uitleggen op verjaardagsfeestjes dat ik elke maand bij de rechtbank moet verschijnen’.” De rechter kijkt haar verwonderd aan en zegt dat ze dan maar een advocaat moet nemen. Ook informeert ze sceptisch hoe moe Nadia echt is. „Ik stond hier”, beeldt Nadia met haar handen uit. „En zij heeft mij eraf geduwd. De volgende dag heb ik mijn manager gebeld en me ziekgemeld.”

De keuze was: of de advocaat betalen of de huur

Eind 2022 moet Nadia een keuze maken: of de advocaat betalen of de huur. Ze is inhoudelijk tevreden over haar advocaat, maar hij is zakelijk. „De factuur moest steeds op tijd betaald zijn, anders stopte alle hulp.”

Ten einde raad belt ze met advocaten in haar regio en vraagt of die iets voor haar kunnen betekenen. Nadia verdient meer dan 33.200 euro bruto per jaar en komt dus niet voor gesubsidieerde rechtsbijstand in aanmerking. Haar pro bono bijstaan zien de ongeveer tien advocaten die ze belt niet zitten.

En dan neemt Dick Brouwer op. Bij hem raakt haar verhaal een gevoelige snaar. Nadat ze elkaar hebben ontmoet, besluit hij haar gratis bij te staan. „Dick is voor mij een cadeautje”, zegt Nadia dankbaar, terwijl ze naar Brouwer kijkt. „Zonder advocaat voelt het echt heel onveilig.”

Brouwer wordt al snel zelf ook onderdeel van het juridische conflict. Nadia’s ex-man is een procedure gestart voor een bijdrage in de kosten voor de verzorging en opvoeding van de kinderen, die ook bij hem verblijven. In het verweerschrift waarmee Brouwer begin 2023 reageert, schetst hij de rechtbank het bredere perspectief van Nadia’s situatie. Hij spreekt van „een tsunami aan procedures” die de ex-man „gelijk een stalinorgel” op zijn cliënte afvuurt. Dat Nadia’s ex verzoekt om een bijdrage in de kosten, vindt Brouwer niet te rijmen met de reizen die de man de afgelopen jaren maakte naar de Canarische Eilanden, Londen, Barcelona, België en Marokko. „Waarschijnlijk heeft de man nog wat behoefte aan wat extra benzinegeld om zijn reisjes wat verder uit te breiden. Bovendien is de vliegtaks iets verhoogd”, schrijft de advocaat.

Brouwer belandt door deze woorden voor de tuchtrechter. De ex-man dient namelijk vier tuchtklachten in – ook voor tuchtklachten is gesubsidieerde rechtsbijstand beschikbaar. Tot Brouwers ontzetting, krijgt de man nog deels gelijk ook. In maart 2024 wordt hij door de driekoppige Raad van Discipline berispt, omdat hij zich onnodig grievend heeft uitgelaten. Ook wordt hem kwalijk genomen dat hij niet de-escalerend optrad, zoals advocaten bij familiezaken behoren te doen.

„Ik heb toen wel even op het punt gestaan om te stoppen”, vertelt Brouwer. Dat een rechter en twee collega-advocaten hem tuchtrechtelijk veroordelen, terwijl hij – een tikje vilein – een bredere misstand aankaart, vindt hij onverteerbaar. Net zozeer als dat van hem werd verwacht dat hij zich de-escalerend opstelde in een zaak die al volledig was geëscaleerd door toedoen van de tegenpartij. „Maar toen heb ik opnieuw gedacht: ik ben toch niet voor niets advocaat geworden.”

Niet ingericht op detecteren van misbruik

Brouwer zet de hulp aan Nadia door. Nadat een rechter al eens constateerde dat het Nadia’s ex-man te doen lijkt „om het frustreren van de vrouw door telkens een nieuwe procedure tegen haar te starten”, dient Brouwer een klacht in bij de Raad voor Rechtsbijstand, die steeds een toevoeging aan haar ex-man verleent. Stopt die vergoeding van de advocatenkosten, dan stoppen de procedures, zo redeneren Nadia en hij.

Brouwer vertelt dat het systeem van de Raad voor Rechtsbijstand niet is ingericht op het detecteren van misbruik. Zo lang een cliënt zich met een relevante rechtsvraag bij een advocaat meldt en niet boven de inkomensgrens uitkomt, geeft de Raad vrijwel automatisch een toevoeging af. Dan valt het ook niet op als iemand, zoals de ex-man van Nadia, meer dan tien advocaten verslijt.

De Raad stelt desgevraagd in 2024 in totaal 82 meldingen van misbruik van gesubsidieerde rechtsbijstand te hebben ontvangen. Daarop is één melding gegrond verklaard en de gesubsidieerde rechtsbijstand met terugwerkende kracht ingetrokken. Vragen over individuele gevallen – en dus de zaak van Nadia – wil de Raad niet beantwoorden.

Achter de schermen ontvangt Brouwer in november 2024 wél een reactie. „Wij zien de constante procedures waar [Nadia] in wordt betrokken als een voortdurende vorm van geweld”, schrijft een medewerker van de Raad. Maar in plaats van de gesubsidieerde rechtsbijstand aan de ex-man te stoppen, komt de Raad met een andere oplossing.

Bij hoge uitzondering krijgt Nadia eveneens een toevoeging en worden Brouwers kosten voor vijf procedures betaald . „Het is goed dat de Raad de situatie als een voortdurende vorm van geweld kenmerkt, maar dit is natuurlijk geen oplossing voor het probleem”, fulmineert Brouwer. „En bovendien is het zeer arbitrair: waarom niet tien procedures? Of drie?”

Nadia’s ex-man stelt zich ondertussen van geen kwaad bewust te zijn. Afgelopen februari verscheen hij op suède schoenen en in vlotte spijkerbroek, gele trui en met gebruind gezicht bij het Hof van Discipline in Utrecht waar Brouwer beroep tegen zijn tuchtrechtelijke veroordeling had ingediend. De man ontkende alle aantijgingen aan zijn adres. Samen met zijn advocaat lichtte hij toe dat juist hij het slachtoffer is. „Meneer procedeert niet om te procederen, maar voor een gerechtvaardigd doel”, benadrukte zijn advocaat. Verwijzend naar de verhuizing van Nadia stelde hij dat „ouders dat soort dingen behoren te overleggen”.

Dan valt het ook niet op als iemand tien advocaten verslijt

Snikkend reageerde de ex-man op Brouwers claim dat Nadia niet bij de zitting aanwezig was omdat ze angst heeft voor haar ex. „Dat zijn misleidende bewoordingen”, vertelde hij met hoge stem, verwijzend naar soortgelijke uitingen die Brouwer ook bij het gerechtshof en de klasjuf zou hebben gedaan. Zijn kinderen haalt hij al jarenlang iedere vrijdagmiddag op. Bij dat scenario past Nadia’s angst helemaal niet. „Ik heb hier oprecht last van, vanuit mijn hart.”

In april, als de uitspraak volgt, krijgt niet de ex-man, maar Brouwer gelijk. Van onnodige polarisatie is volgens ’s lands hoogste tuchtrechter geen sprake. Brouwer had wellicht andere bewoordingen kunnen kiezen, maar zijn woorden waren correct en functioneel in het kader van de belangenbehartiging van zijn cliënte „mede gezien het tot dan toe grote aantal gevoerde procedures en de impact van die procedures op cliënte”.

Brouwer is tevreden met die uitspraak, maar vindt het nog steeds onverkwikkelijk dat hij in eerste aanleg werd veroordeeld. En bovendien lijkt Nadia’s ex-man het weinig te deren. Begin juni stond Brouwer wéér voor de tuchtrechter omdat de man opnieuw een tuchtklacht – vergezeld van 178 pagina’s toelichting – tegen hem indiende.

Brouwer hoopt de stortvloed aan procedures te stoppen door de vlucht naar voren te nemen. Zo is hij een zaak gestart tegen de ex-man over vermeend verzwegen vastgoed in Marokko. Bovenal hopen hij en Nadia dat rechters die dit soort zaken op hun bord krijgen, leren om niet naar de individuele zaak kijken, maar naar het patroon van juridisch misbruik daarachter. „Ik vind dat het rechtssysteem mij in de steek heeft gelaten”, zegt Nadia fel. De juridische procedures beheersen haar leven al jaren. „Het voelt alsof ik aangeschoten wild ben, een makkelijke prooi voor een rancuneuze ex.”


Wet Leg is nóg eigenzinniger, Justin Bieber legt raspend zijn hart en ziel op tafel

Nieuw album Wet Leg is zowel ingetogener als uitbundiger

Hester Chambers en Rhian Teasdale van Wet Leg onthaalden de argeloze luisteraar zo’n drie jaar geleden op bruisende gitaarliedjes met laconieke zangpartijen. Hun weerbarstige houding en teksten kwamen voort uit hun wereldbeeld: voor de twee vriendinnen van Isle of Wight die tijdens de lockdown een eerste single uitbrachten, zou nooit roem of een muzikale carrière in het verschiet liggen.

Niemand was verbaasder dan het duo zelf dat ze met hun muziek aanhang verwierven en razendsnel het muzikale wereldtoneel betraden. Met het titelloze debuut-album wonnen ze twee Grammy’s, verschillende Brit Awards en een Ivor Novello voor beste songschrijver. Ze speelden op de grote internationale festivals, van Lowlands tot Coachella en Glastonbury.

De twee staan bekend als grappig en tegelijkertijd emotioneel. Beide polen zijn weer terug op het tweede album Moisturizer, maar dit album is tegelijkertijd ingetogener én uitbundiger dan hun debuut.

Van een duo groeide Wet Leg uit tot vijftal en dit grotere gezelschap leidde tot uitbreiding van de sound: meer lagen en meer ornamenten op een manier die de oorspronkelijke ruigheid vooral accentueert. Nog iets maffer, hoekiger en eigenzinniger razen de vijf nu door twaalf nummers met ieder een eigen signatuur.

Op dit tweede album springt de muziek van lieftallig, zoals ‘Davina McCall’, naar dromerig, zoals ‘Pond Song’. In andere liedjes slaan ze hun nagels uit, met de stekelige gitaarpartijen en Teasdales vinnige zangstem die wordt doorkruist door dwarse geluiden. Elk nummer krijgt extra glans doordat er iets eigens is toegevoegd, een sirene die klinkt als een kermende koe, een ruig ontsporende gitaarsolo in het in aanleg kalme ‘Don’t Speak’, een blikken fluit, een gierende swarmatron (analoge synthesizer). Het album eindigt met het sobere ‘U and me at home’ waarin Rhian Teasdale nu eens niet staccato of vinnig klinkt, maar vol en romig in een prachtige ballade.

Het is een album vol odes geworden, van een lofzang op huiselijkheid (‘U and me at home’), Big Brother (‘Davina McCall’) en op hun geliefden: zoals ‘CPR’ en ‘Don’t Speak’ (gezongen door Hester Chambers, gericht aan partner en Wet Leg-gitarist Joshua Mobaraki) of ze verwijzen naar popculturele helden als Pokémon en Shakira.

Een enkel liedje klinkt bekend. Zo heeft het springerige ‘Catch These Fists’, met zijn korte-baanwendingen, echo’s van debuutsingle ‘Chaise Longue’. Maar de andere nummers klinken fris en overrompelend.

Naar verluidt heeft gitarist Chambers last van podiumvrees. Elke avond voordat ze op moet, zegt Teasdale tegen haar: „Voel de angst en ga toch.” Dat helpt.

Nu de band na een relatief rustige periode weer op tournee gaat, zoals onlangs langs grote festivals Down The Rabbit Hole en Werchter, zal Chambers, vertelde ze in interviews, zich weer opmaken voor een leven in de openbaarheid. Misschien was dit aanleiding voor de albumtitel. Die staat voor ‘vochtinbrengend, verzorgend en self care’ – maar heeft, zoals vaker bij Wet Leg, een spottende ondertoon.


Justin Biebers ‘SWAG’ is mierzoet, maar stiekem ook heel lekker

Kent u Justin Bieber nog? U weet wel, die Canadese jongen die rond 2010 bekend werd via YouTube, miljoenen tieners wereldwijd deed tollen op hun benen en de ene na de andere nummer 1-hit scoorde: ‘Baby’, met een oorwurmgehalte van 100%. Die jongen is er nog steeds, is pas 31, en komt nu uit het niets met SWAG, zijn zevende studioalbum en zijn eerste werk sinds Justice uit 2021. Het is een muzikaal antwoord op de geruchten over zijn mentale gezondheid die de laatste jaren rondgingen.

Een filmpje waarin Bieber in huilen uitbarst op de vraag van een interviewer naar Billie Eilish, die eveneens op jonge leeftijd doorbrak, ging recentelijk viraal. Eilish zou hem altijd mogen bellen, omdat hij haar zou willen beschermen tegen alles waar hij zelf op jonge leeftijd doorheen heeft moeten gaan. De zorgen van fans werden nog eens flink aangewakkerd door zijn verschijningen in de roddelpers, waarin hij vaak high overkwam, met gekke gebaren en vervreemdend brede grijnzen. Hij zou ruzie hebben gehad over geld met zijn manager, zijn huwelijk zou op de klippen zijn gelopen en hij postte vreemde berichten op zijn sociale media. Tot overmaat van ramp werd hij in 2022 gediagnosticeerd met het Ramsay Hunt syndroom, waardoor de helft van zijn gezicht door een virus verlamde. Toppunt van de zorgen om Bieber was een video van een paar maanden geleden, waarin hij woest reageert op de paparazzi: „I’m a dad. I’m a husband. It’s not clocking to you that I’m standing on business.” Die video werd een meme op het internet. Hij quotte de meme letterlijk op ‘Standing On Business’, een intermezzo met comedian Druski.

Hoe vervelend het leven in zo’n intense spotlight moet zijn, is moeilijk voor te stellen. Maar wat al helemaal niet is voor te stellen, is de hoeveelheid muzikaliteit die Justin Bieber alleen al in zijn kleine teen heeft zitten. Muziek van alle markten: het album begint met een jaren tachtig tropical syntwave uit Miami, op ‘All I Can Take’, en gaat dan over op indie en softrock in ‘Daisies’. Op ‘Go Baby’ adresseert hij de geruchten over zijn huwelijk. Op emotionele wijze moedigt hij zijn vrouw aan, die een eigen make-uplijn heeft en telefoonhoesjes maakt. „Cry on my shoulder, whenever you need.” Op een korrelige iPhone-opname, ‘Glory Voice Memo’, blijkt het muzikale gevoel van zijn teen door zijn hele lijf te zitten. Als een ervaren gospelzanger, met een oneindig geloof in zijn maker, legt hij raspend zijn hart en ziel op tafel voor de Lieve Heer. De slow jam ‘Devotion’ met gospelzanger Dijon, is onvervalste r&b, en klinkt als het beste werk van Robin Thicke. Het is allemaal mierzoet, maar stiekem ook heel lekker. Dat komt echt door zijn gebroken stem. Dit wil overigens niet zeggen dat SWAG nu per se een uitzonderlijk muzikaal hoogtepunt is, daarvoor schiet het te veel alle kanten op, maar het laat wel zien dat een talent als dat van Justin Bieber eens per generatie voorbijkomt. Door alle roddels zou je dat bijna vergeten.

Hiphop
Yaya Bey
Do It Afraid

Afkomstig uit Brooklyn, en zes albums verder, heeft Hadaiyah ‘Yaya’ Bey al verschillende genres uitgeprobeerd, van hiphop tot r&b. Het nieuwe Do It Afraid is gevarieerd en warmbloedig. Haar honingzoete stem kronkelt, wordt begeleid door stroeve elektronica en soepele ritmes, of door een swingend salsa-orkest. Het levert fraaie combinaties op. (HC)

Pop
Beatie Wolfe & Brian Eno
Luminal

Ambientmagiër Brian Eno maakte samen met kunstenares-vocalist Beatie Wolfe twee albums, één ambient (Lateral), één gezongen (Luminal). De eerste is iets vlak, de tweede verrassend door de klassieke songstructuren, gecombineerd met de fraaie elektronische soundscapes, herkenbaar als typisch ‘Eno’. Wolfe zingt zoekend, maar aangenaam. (HC)

Rock
Wavves
Spun

De Californische rockband Wavves bedacht twee manieren om fans zorgeloos de zomer door te loodsen. Naast hun negende album Spun, waarop de zonnige en bij vlagen melancholische kauwgomballenpoppunk/surfrock het gat opvult dat Weezer al decennialang niet meer gevuld krijgt, lanceren ze tegelijkertijd hun eigen wietmerk. Als de kruiden van Wavvy Supply Co. net zo goed werken als de melodieën van ‘So Long’ en ‘Goner’ wordt het een endless summer. (Frank Provoost)

Klassiek
Signum Quartett
A Dark Flaring

Acht decennia scheiden het oudste (1939) en jongste (2018) strijkkwartet op A Dark Flaring – een duister geflakker – van het Signum Quartett. Het album bevat zes stukken van Zuid-Afrikaanse componisten, allemaal met een eigen verhaal over verleden en toekomst van het verscheurde land. Het oudste heet simpelweg ‘String Quartet’, het jongste ‘(rage) rage against the’. Intense en betekenisvolle muziek. Datzelfde geldt ook voor de vertolkingen. (Joost Galema)

Klassiek
Concierto Ibérico o.l.v. Juan González Martínez
Fandango – Inspiración

Vrouwenveroveraar Casanova vond de fandango de meest verleidelijke dans die hij kende. Het spel van armen, schouders en heupen met gitaar en castagnetten inspireerde de vijfkoppige oudemuziekgroep Concierto Ibérico tot een aanstekelijk historisch eerbetoon met werk van elf componisten uit de 17de en 18de eeuw. Waarschuwing: stilzitten wordt lastig. (JG)


Von der Leyen wekt weerstand met dominante bestuursstijl en coulance voor autocraten

Ursula von der Leyen is niet makkelijk van haar stuk te brengen. Daarvoor is de Commissievoorzitter, die sinds 2019 leiding geeft aan het dagelijks EU-bestuur, te pragmatisch, te ervaren en te zeker van haar positie. Maar voor het eerst in ruim vijf jaar tekenen zich wel scheuren af in haar zorgvuldig opgebouwde machtsbasis.

Deze week werd een motie tegen haar ingediend in het Europees Parlement. Die werd weliswaar met een ruime meerderheid verworpen – met 360 van de 553 stemmen – maar blijft een niet eerder vertoond blijk van openlijke afkeuring. Bij steun van een tweederde meerderheid had de volledige Commissie moeten opstappen.

Gebrek aan transparantie is het voornaamste verwijt aan Von der Leyen. Aanleiding voor de motie was ‘Pfizergate’, een Europees schandaal waarbij zij cruciale sms-berichten over een miljardendeal voor coronavaccins weigerde vrij te geven. Het Europees Hof oordeelde in mei dat zij daarmee transparantieprincipes had geschonden.

Volgens Von der Leyen – die tijdens haar verweer maandag in Straatsburg weigerde toe te geven dat ze iets fout had gedaan – was de motie, ingediend door een Roemeens lid van de fractie Europese Conservatieven en Hervormers (ECR), „een poging van extreemrechts om de democratie en Europa te ondermijnen”.

Voor veel andere fracties – de liberalen, de groenen, de sociaal-democraten – was het feit dat de motie uit radicaal-rechtse hoek kwam reden genoeg om tegen te stemmen. Maar dat betekent niet dat het in de Brusselse wandelgangen niet borrelt rondom ‘VDL’. „Als ze zo doorgaat, kan er een moment komen dat wij ook een motie van wantrouwen tegen haar indienen”, stelt Lara Wolters, lid van de Progressieve Alliantie van Socialisten en Democraten (S&D).

Vijf redenen voor de onvrede over Commissievoorzitter Von der Leyen.

1Bestuurlijke dominantie

Von der Leyen is de schakel tussen de Europese Raad van de regeringsleiders en het dagelijks bestuur van de Europese Unie. Daarin stuurt ze 27 Eurocommissarissen aan, veelal met een ‘top-down’-benadering die steeds vaker wordt aangeduid als een ‘presidentiële aanpak’.

„Ze heeft structuren ingesteld die sterk centralistisch werken. We horen verhalen van Commissarissen die pas een minuut voordat ze in een plenaire vergadering moeten spreken, de gecorrigeerde spreektekst terugkrijgen van de mensen van Von der Leyen. Absurd”, zegt Gerben-Jan Gerbrandy, Europarlementariër voor D66.

De dominante toon viel ook op in het debat van maandag. Von der Leyen sprak hierin over de Europese Commissie als van „mijn college” en „het team achter mij”.

De houding van Von der Leyen zit veel Brusselse politici volgens Europarlementariër Wolters „heel hoog”. „Ze betrekt nog maar een klein groepje mensen bij haar voorstellen. Eurocommissarissen, stakeholders en experts – ook van buiten de Commissie – staan veelal buitenspel.”

D66’er Gerbrandy: „Waar de Commissie vaak een neutraal baken was in de politieke strijd tussen het Parlement en de Raad, wordt die rol onder Von der Leyen verspeeld. Dat ondermijnt het gezag van de Commissie op gevaarlijke wijze.”

2Het klimaatbeleid

Onder de Commissie-Von der Leyen-I (2019-2024) stond vergroenen hoog in het politieke vaandel. De ambitieuze Klimaatwet – met als doel klimaatneutraliteit voor 2050 door terugdringing van broeikasgassen – en de daaraan ontleende Green Deal werden opgetuigd om de Europese economieën duurzamer te maken.

Maar de weerstand tegen strikt klimaatbeleid neemt toe. Bij het recent voorgestelde klimaatdoel voor 2040 – een CO2-reductie van 90 procent – bouwde de Commissie een marge van 3 procent in. Via zogeheten carbon credits kunnen landen de CO2-vermindering ook buiten de EU bewerkstelligen.

Ursula von der Leyen.

Foto Guillaume Horcajuelo

Het doel moet nog worden goedgekeurd door de Raad en het Parlement. Waar de versoepeling de één een doorn in het oog is, vindt de ander deze niet ver genoeg gaan. Het tussendoel van 90 procent is voor Sander Smit, Europarlementariër van BBB, nog altijd onacceptabel. „Klimaatactie werkt alleen mondiaal. Anders is Europa het braafste jongetje van de klas, maar staat ze straks met lege handen: zonder productie, zonder voedsel.”

Veel linkse, groene en sociaaldemocratische politici zien juist in een voortzetting van ambitieus klimaatbeleid een kans om concurrerend te blijven én te voldoen aan wetenschappelijke adviezen.

Deze week werd bekend dat de Patriotten – met klimaatsceptische partijen zoals Le Pen’s Rassemblement National, Vlaams Belang en de PVV – de onderhandelingen zullen leiden over het klimaatdoel voor 2040, tot ontsteltenis van links en het groen denkende midden. De klimaatstrijd staat daarmee op scherp – met een sleutelrol voor de verdeelde christen-democraten, Von der Leyens politieke familie.

3Draghi’s prioriteiten

Von der Leyen schakelde oud ECB-president Mario Draghi in voor een rapport over de concurrentiepositie van Europa, dat haar politieke agenda grotendeels vormgeeft. Als de EU het niet wil afleggen tegen de VS en China, moet ze volgens Draghi inzetten op krachtige industrieën, innovatie en bovenal Europese eenheid.

„Europa moet meer en meer gaan optreden als één staat”, stelde Draghi tijdens een toespraak in Brussel in februari. En: „Het Europese antwoord moet snel komen, we hebben de factor tijd niet aan onze kant.” Volgt de EU haar standaard wetgevingsprocedures, die al snel zo’n twintig maanden duren, dan is het beleid „mogelijk al achterhaald” voor het van kracht wordt.

Von der Leyen probeert gevolg te geven aan Draghi’s aanbevelingen door beleid te versimpelen en democratische procedures te versnellen – wat moeizaam gaat op politiek gevoelige dossiers zoals klimaat, en in andere gevallen volgens sommigen ten koste gaat van de zorgvuldigheid. „Scoren voor de bühne”, aldus Europarlementariër Gerbrandy. „Het hoge tempo waarmee regels worden vereenvoudigd, resulteert veelal in kwalitatief slechte oplossingen.”

4Opstelling inzake Gaza-oorlog

Bij een debat over de Europese verantwoordelijkheid ten aanzien van de Gaza-oorlog liepen de gemoederen deze week hoog op.

„Het uitblijven van Europese actie richting Israël is het morele failliet van Europa”, zegt Europarlementariër Thijs Reuten (GroenLinks-PvdA). „Het kostte Von der Leyen drie weken om na [de Hamas-aanval op] 7 oktober [2023] empathie voor de slachtoffers in Gaza te tonen. Twee jaar verder blijft ze aankomen met Israëls recht op zelfverdediging, zo ook weer bij de recente aanval van Israël op Iran.”

De Gaza-oorlog is in veel lidstaten een zeer gevoelig onderwerp – en dat werkt door in de Commissie en het Parlement. Maar volgens Reuten begint het uitblijven van een duidelijk Europees standpunt hierover ook andere dossiers „te infecteren”. „De wereld en burgers begrijpen niet hoe het kan dat Europa wél reageert op de Russische agressie in Oekraïne, maar zero positie pakt als het gaat over mensenrechten in het algemeen.”

5Omgang met autocraten

Het zijn geopolitiek turbulente tijden. Hoe te dealen met grootmachten China en de VS, maar ook: hoe om te gaan met extreemrechtse invloeden? „Autocraten – of het nou Poetin is, de Wit-Russische leider Loekasjenko, de Servische Vucic, Erdogan of Netanyahu – hebben respect voor duidelijke standpunten. Daarbij moet je op het geopolitieke schaakbord stevig en duidelijk zijn. Ook richting China en de VS”, stelt Reuten.

Hij ziet vanuit Straatsburg juist verzoeningspolitiek (‘appeasement’) richting autocratische leiders – zie de bereidwilligheid van Von der Leyen om migratiedeals te sluiten met de Tunesische president Kais Saied, of het beoogde vrijgeven van bevroren miljarden voor het Hongarije van premier Orbán. „‘Laten we niet te hard zijn, want dadelijk breekt de pleuris uit.’ Maar met dit soort types vergroot zo’n houding juist de kans dat de pleuris uitbreekt”, verzucht Reuten.

Die ambigue houding jegens autocraten past in de ogen van veel parlementariërs bij de flirt die Von der Leyen en de Europese Volkspartij zijn aangegaan met radicaal-rechtse partijen – door geregeld met hen mee te stemmen. „Je kan extreemrechts niet normaliseren”, zegt ook Wolters. Of in de woorden van Bas Eickhout, covoorzitter van De Groenen, tijdens het debat over de motie van wantrouwen tegen Von der Leyen: „Op die manier voed je het beest – en het beest zal je uiteindelijk opeten.”


Niet de mens, maar de computer beslist bij nieuwe AI-gestuurde wapensystemen

Op een beeldscherm in een raamloze, geheel zwarte ruimte zwermen twee blauwe en twee roze vliegtuigjes om elkaar heen als in een computerspel. Af en toe laat een van de vliegtuigen een blauw of roze staafje los – dat zijn de raketten waarmee de vliegtuigen elkaar proberen af te schieten.

„De roze vliegtuigen worden door onze software bestuurd”, zegt een ingenieur van het Duitse defensietechnologiebedrijf Helsing, „en de blauwe door menselijke piloten”. Een tot dan toe onzichtbare deur schuift open. Erachter zijn de grijze kruinen te zien van twee mannen in een vliegsimulator. Volgens de ingenieur „zeer ervaren gevechtspiloten, oud-militairen”.

Op het scherm van de simulator schieten wolkenflarden links en rechts voorbij, de zon schijnt verblindend fel op de overkapping van de cockpit. Een paar minuten en manoeuvres later hebben de blauwe vliegtuigjes op het beeldscherm, de piloten in de simulator dus, de vijandige raketten weliswaar weten te ontwijken, maar hun munitie is op. De roze vliegtuigen hebben nog een paar raketten achter de hand. Het spel is afgelopen: de machine wint.

Helsing, gevestigd in München, ontwikkelde een zelf-lerend besturingssysteem voor gevechtsvliegtuigen. In mei en in juni voerde het bedrijf in samenwerking met Saab twee testvluchten uit in een Gripen, het gevechtsvliegtuig van Saab, waarbij de software het ongeveer een kwartier lang overnam van de piloot in de cockpit. Het besturingssysteem ‘Centaur’ wordt getraind in een vliegsimulator en komt al gauw op zo’n miljoen vlieguren, zegt Stephanie Lingemann, hoofd van de luchtdivisie van Helsing. Een ‘echte’ piloot komt in zijn carrière misschien op zo’n vijfduizend uur, volgens Lingemann. De menselijke piloten komen er bij het opleiden van de Centaur niet aan te pas; de bijdrage van de twee oud-militairen beperkt zich tot de evaluatie van de software – in dit geval dus door vast te stellen dat ze van de Centaur verliezen.

Surveillance onder water

Vier jaar geleden werd Helsing opgericht als softwarebedrijf voor de wapenindustrie. Met behulp van AI moeten wapensystemen vrijwel volledig geautomatiseerd kunnen worden, is het idee. De drie oprichters, die op hun hoofdkantoor een handvol journalisten ontvangen, benadrukken vaak dat het hen erom te doen is de democratie te verdedigen. „We maakten ons zorgen over Europa”, zegt oprichter Gundbert Scherf. „We willen AI inzetten om onze democratieën te beschermen.” Als het in Europa over autonome systemen gaat, aldus Scherf, gaat het altijd over de risico’s daarvan en hoe de autonomie in te perken. Scherf: „Maar te veel terughoudendheid kan ook een risico zijn.”

Het bedrijf richt zich op land, lucht, zee en de ruimte, en toont in München de systemen die ze voor die eerste drie domeinen hebben ontwikkeld. Over de maritieme afdeling zegt Scherf: „We moeten weten wat er onder het wateroppervlak gebeurt. Rusland heeft daarin veel geïnvesteerd, ook omdat het weet dat wij daar in de afgelopen decennia veel hebben laten liggen.”

Voor „onderwater-surveillance” ontwikkelde het bedrijf een model dat is getraind op geluiden onder water, dat naar eigen zeggen veertig keer sneller en negentig keer accurater is dan mensen die sonar interpreteren.

„Onze missie is het digitaliseren van de oceaan”, zegt hoofd van de maritieme tak Amelia Gould. Daarvoor implementeerde het bedrijf software in zogenaamde ‘gliders’, een soort zwevende en ongemotoriseerde onderwaterdrones, die geluidsgolven uitzenden en opvangen, en de informatie dan naar een satelliet sturen. „Met een netwerk van honderd of ook duizend gliders kun je een barrière vormen om belangrijke infrastructuur te beschermen.” Bij het Engelse Plymouth staat de eerste fabriek voor de gliders van Helsing gepland.

De software-gestuurde drones kunnen zelfstandig navigeren en een doelwit identificeren

Kamikazedrone

Verreweg de belangrijkste tak voor Helsing zijn de drones, vallend onder de afdeling ‘land’. Van het eerste model HF-1 zijn bijna tweeduizend stuks aan Oekraïne geleverd. Van het nieuwe model HX-2, een ‘kamikazedrone’, gaan vooralsnog zesduizend exemplaren naar het front. In München wordt een filmpje getoond van een drone in de lucht in Oekraïne, die met veel vaart in een gebouwtje vliegt dat vervolgens explodeert, een man rent weg.

„Geen enkele andere partij produceert op deze schaal drones voor Oekraïne, althans niet van dit kaliber”, zegt oprichter Torsten Reil. Simpelere en goedkope drones, die vanaf een afstand te besturen zijn en waarvan er dagelijks een paar honderd worden gebruikt, zijn steeds moeilijker inzetbaar omdat dergelijke drones door verstoringen van het elektromagnetische veld (in dit geval door Rusland) onbestuurbaar worden. De software-gestuurde drones van Helsing kunnen zelfstandig navigeren en een doelwit identificeren. Over de prijs van de drone wil Helsing niets zeggen, behalve dat de HX-2 goedkoper is dan een soortgelijk model uit Rusland, de Lancet, die zo’n 30.000 dollar per stuk kost.

Reil vindt het belangrijk om te benadrukken dat de drones van Helsing weliswaar autonoom functioneren, maar dat een aanval uit ethische overwegingen altijd door een mens moet worden goedgekeurd. „We hebben intern veel discussies over hoe autonoom onze systemen kunnen zijn”, zegt Reil. „Van het begin af aan proberen we onze ethische spier te trainen. In werkgroepen hebben we het over ethische dilemma’s en vragen. In het begin waren dat fictieve scenario’s, inmiddels zijn het vaak échte scenario’s. Zo willen we ervoor zorgen dat we beter nadenken over zulke vaak complexe dilemma’s. En ook als het management dan een beslissing neemt waar niet iedereen het mee eens is, zijn de argumenten voor het besluit tenminste voor iedereen inzichtelijk.”

Kamikazedrone HX-2, getoond door mede-oprichter van softwarebedrijf Helsing.

Foto Jens Kalaene/ANP

Snelle computers

Over de drones wordt bij Helsing meermaals benadrukt dat de mens steeds ‘in the loop’ is, en dat geldt ook voor het besturingssysteem van het gevechtsvliegtuig, de Centaur. Dat neemt niet weg dat juist in de lucht de situatie zo snel kan veranderen – bijvoorbeeld door meerdere inkomende raketten – dat het systeem de beslissingen moet nemen. De piloot zou simpelweg te langzaam zijn, volgens een van de ingenieurs van Helsing.

De oprichters van Helsing zijn ervan overtuigd dat oorlogsvoering in toekomst steeds meer geautomatiseerd zal worden, en omdat de mens het aflegt tegen snelle computers, is het maar beter om hierin als Europees bedrijf voorop te lopen, stellen ze.

Toen het bedrijf begin 2021 werd opgericht, zegt Reil, was er nauwelijks een investeerder te vinden die met hen wilde praten. Spotify-oprichter Daniel Ek was één van de weinigen, inmiddels is Ek ook bestuursvoorzitter. Na een investeringsronde in juni, waarbij Helsing 600 miljoen ophaalde (waarvan het grootste deel weer van Ek), wordt de waarde van het bedrijf op zo’n 12 miljard euro geschat.

In Duitsland werd jarenlang gediscussieerd of de Bundeswehr mocht beschikken over bewapende drones. Een meerderheid van de Bondsdag was daar tegen: de drempel om van afstand over te gaan tot geweld, zonder als militair zelf gevaar te lopen, zou te laag zijn. Die „asymmetrie” wordt door Helsing juist geroemd, die zou de kansen voor het succesvol verdedigen van de democratie vergroten.

Nadat Rusland in februari 2022 Oekraïne was binnengevallen, is het drone-debat in de Bondsdag begraven. De Bundeswehr gaf Helsing in 2023 de opdracht om de software voor de Eurofighter te ontwikkelen. „Er is nauwelijks een debat over autonome wapensystemen”, zegt Reil. „Niet in de maatschappij, niet in de politiek. Er zouden best wat meer vragen mogen worden gesteld.”

Hoewel het onwaarschijnlijk is dat Helsing lang bij zulke vragen stil zou staan. Hun belangrijkste ingenieurs werkten voorheen bij Meta of bij Palantir (het Amerikaanse AI-defensiebedrijf), en daar, zo zeggen zij zelf, stond het voorop om „dingen gedaan te krijgen” zonder vragen te stellen. „We moeten snel zijn. We need to keep moving all the time”, zegt het hoofd van de onderzoeksafdeling Antoine Bordes, voorheen bij Meta. „We moeten bouwen zoals de Amerikanen, maar dan beter.”