Overheid draait op voor de kosten van de sloop van kerncentrale Dodewaard

Ontmanteling De staat moet tot 150 miljoen euro bijdragen aan de ontmanteling van Dodewaard. Daarmee komt een eind aan een jarenlange strijd tussen de staat en de oude aandeelhouders.

De kerncentrale in Dodewaard werd in 1997 stilgelegd. Vanaf 2045 zal de centrale worden gesloopt.

De kerncentrale in Dodewaard werd in 1997 stilgelegd. Vanaf 2045 zal de centrale worden gesloopt.

Foto Merlin Daleman

De staat gaat de ontmantelingskosten van de voormalige kerncentrale Dodewaard voor zijn rekening nemen. Daarmee komt een eind aan een jarenlange strijd tussen de overheid en de oude aandeelhouders, de energiebedrijven Uniper, Engie, Nuon (tegenwoordig Vattenfall) en EPZ.

In een brief aan de Tweede Kamer schat staatssecretaris Vivianne Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat, CDA) de kosten – met het huidige prijspeil – op 243 tot 334 miljoen euro. De daadwerkelijke kosten voor de schatkist bedragen naar verwachting 80 tot 150 miljoen. Dat kan hoger uitvallen als de bergingskosten voor het radioactieve afval tegenvallen. De centrale in de Betuwe wordt pas vanaf 2045 volledig gesloopt, zoals in 1997 is afgesproken, omdat dan de straling tot een veilig niveau is afgenomen.

Voor de ontmanteling is sinds 1969 tot de sluiting geld opzij gelegd door Gemeenschappelijke Kernenergiecentrale Nederland (GKN), de eigenaar van de centrale in Dodewaard. Die was destijds, zoals alle energiecentrales, indirect in handen van provincies en gemeenten. Maar al jaren is duidelijk dat het spaartegoed ontoereikend is. Na een klacht van documentatiecentrum Laka had de Raad van State dit voorjaar het kabinet nog gewaarschuwd dat er onvoldoende geld voor de sloop beschikbaar was.

Lees ook dit stuk over kerncentrale Dodewaard: Wie vult de pot van de verlaten centrale?

Einde aan onderhandelingen

Met het besluit van Heijnen is een einde gekomen aan onderhandelingen die al sinds 2017 liepen. De staat neemt voor 1 euro de aandelen GKN over van eigenaar Nederlands Elektriciteit Administratiekantoor (NEA). NEA op zijn beurt, eigendom van de vier genoemde energiebedrijven, draagt het gespaarde vermogen van 75 miljoen over aan de staat. Daarnaast beschikt GKN over zo’n 87 miljoen euro aan andere middelen.

Heijnen schrijft de Kamer voor deze weg te hebben gekozen omdat „het onzeker is of via juridische weg de aandeelhouders (…) met succes kunnen worden aangesproken ter voldoening van de resterende kosten van de ontmanteling”. Omdat de aandeelhouders de resterende kosten niet voor hun rekening nemen zou de kerncentrale tijdens de ontmanteling – van 2045 tot 2055 – niet meer aan haar verplichtingen kunnen voldoen. Dan zouden de kosten, schrijft de staatssecretaris, alsnog op het bordje van de overheid komen. Op deze manier „zal de staat de overheidsbijdrage aan de ontmantelingskosten zo laag mogelijk weten te houden”.

De bedoeling is dat COVRA uiteindelijk de volledige eigenaar van de kerncentrale in Dodewaard wordt. Dit bedrijf, volledig in handen van de staat, is verantwoordelijk voor de verwerking en eindberging van radioactief afval in Nederland.