‘Overdaad aan bewijs’ tegen verdachten kunstroof Assen. Dacische schatten vermoedelijk nog terug te vinden

Tegen de hoofdverdachten van de kunstroof uit het Drents Museum ligt een „overdaad aan bewijs”, dat zei het Openbaar Ministerie vrijdagochtend tijdens de eerste pro-formazitting in de rechtbank in Assen. Het OM vermoedt dat de gestolen Dacische schatten nog terug te vinden zijn.

De 35-jarige Bernhard Z. en de 36-jarige Douglas W. uit Heerhugowaard waarvan het OM eind januari de identiteit bekendmaakte, blijven langer vastzitten. In het onderzoek, dat nog loopt, is volgens het OM ruime bewijslast voor de betrokkenheid van de mannen bij de roof. Ze worden, samen met één andere man, als hoofdverdachten gezien. In totaal zijn er zeven verdachten, waarvan er nu drie in detentie zitten.

Het OM gaf bij de zitting een uitgebreide toelichting op de stand van het onderzoek naar de kunstroof, mede vanwege de grote politieke, bestuurlijke en maatschappelijk onrust die de kunstroof teweeg heeft gebracht, in Nederland en Roemenië.

Volgens het OM zijn de helm van Cotofenesti en de drie Dacische armbanden waarschijnlijk gestolen met de bedoeling ze door te verkopen. Of er een externe opdrachtgever achter zit, valt nog niet te zeggen. Dat de verdachten geen informatie delen over de mogelijke vindplaats van de objecten, kan volgens het OM leiden tot strafverzwaring. Als de stukken niet gevonden worden, kan de schade verhaald worden op de dieven. De verzekeringswaarde van de vier stukken is 5,7 miljoen euro.

Bewijs

In de eerste openbare zitting geeft het OM een waaier aan bewijs voor de betrokkenheid van de twee mannen die ervan verdacht worden in de nacht van vrijdag 24 januari op zaterdag 25 januari met een zwaar explosief ingebroken te hebben bij het Drents Museum, en de Dacische schatten gestolen te hebben. De werken kwamen uit de tentoonstelling Dacia – Rijk van goud en zilver, met bijna zevenhonderd geleende objecten uit Roemenië.

Het OM heeft het dna van de verdachten onder andere gevonden op kleren in een weggegooide tas. In diezelfde kleding zaten glassplinters die „met de grootst mogelijke waarschijnlijkheid” afkomstig zijn van de opgeblazen deur en twee vitrines uit het Drents Museum. De glassplinters zijn ook gevonden in een gehuurd vakantiehuisje, nabij Borger. De politie heeft ook achterhaald dat één of meerdere verdachten op meerdere momenten en plekken online heeft gezocht naar informatie over het Drents Museum, waaronder een plattegrond. Daarnaast heeft het bewijzen van huur van auto’s, bankafschriften van een tankstation en aankoop van telefoons.

De museumdeur die opgeblazen werd was heel stevig, blijkt uit onderzoek. De kracht van het explosief heeft volgens het OM die van een vuurwerkbom Cobra 6 of 8 „ver overstegen”.

Het Openbaar Ministerie bevestigt dat er undercoveragenten zijn ingezet in de zaak

In de rechtbank werd de „consequent zwijgende proceshouding” van de twee hoofdverdachten benoemd. De mannen lieten zich ook vrijdag niet inhoudelijk uit over de zaak. Ze uitten wel kritiek op hoe het onderzoek verloopt: de 35-jarige Bernhard Z. zegt dat zijn familie „heel erg last heeft” van de foto die van hem is gedeeld. De andere verdachte zegt dat hij midden in de nacht bezoekers heeft gekregen in zijn cel, die zich voordeden als vertegenwoordigers van het OM.

Undercover

Het Openbaar Ministerie bevestigt tijdens de zitting dat er undercoveragenten zijn ingezet in de zaak. Al vroeg in het onderzoeksproces hebben agenten contact opgenomen met een 20-jarige man die op een bouwmarkt in Assen is gesignaleerd. Hij zou daar de moker en hamer hebben gekocht die bij de inbraak zijn gebruikt. De agenten deden zich voor als potentiële kopers voor de gestolen kunstschatten. Volgens De Telegraaf boden de agenten vier ton voor de objecten. De 20-jarige man werd gearresteerd op 23 april, en heeft in een getuigenis gezegd dat hij de derde uitvoerder van de kunstroof is.

Hij wijst de 36-jarige man die vrijdag in de rechtbank zit, volgens het OM aan als ‘het brein’ achter de zaak, die alles gepland heeft. Het ‘brein’ zou in de nacht van 25 januari vertrokken zijn met de vier gouden objecten, om ze ergens op te bergen. Hij zegt vrijdag „onschuldig” te zijn.

Aanvankelijk zou vrijdag besloten worden over de verlenging van de detentie van drie verdachten. Maar de derde is begin mei vrijgelaten. Hij blijft verdachte in de zaak, maar het OM concludeert dat hij „niet betrokken is geweest bij de uitvoering van de kunstroof in het museum”. Hij had in de ogen van het OM een ondersteunende rol.


Lees ook

Lees ook In Roemenië stond de gestolen helm van Cotofenesti op de voorkant van schoolboeken

De vitrine met de helm van Cotofenesti in het Nationaal Historisch Museum van Roemenië in 2022 Foto: Cristian Cristel / Xinhua / eyevin

Tamelijk ongebruikelijk, was dat het Openbaar Ministerie eind januari besloot naam en foto van twee verdachten bekend te maken. Volgens minister van Justitie en Veiligheid David van Weel (VVD) konden de twee mannen kiezen: de vindplaats van de gouden objecten delen, of hun privacy opgeven. Een „schandpaaltactiek” die doet denken aan „afdreiging”, aldus advocaten in NRC. Toch woog het belang zwaar genoeg, volgens minister Van Weel: „We willen de kunstschatten zo snel mogelijk terug hebben. Daarbij speelt tijd ook een rol”, zei de minister tegen RTL.

Een volgende zitting in de zaak zal plaatsvinden op 30 juli. Dan komt ook de zaak van de 20-jarige verdachte voor het eerst openbaar aan de orde.