Oud-president van Honduras veroordeeld tot 45 jaar cel vanwege drugssmokkel naar de VS

Juan Orlando Hernández, die tweemaal president van Honduras was, is woensdag veroordeeld tot 45 jaar gevangenisstraf en een miljoenenboete door een rechter in New York. De rechter acht bewezen dat Hernández drugsgeld aannam en met prominente drugsbazen samenwerkte om voor honderdduizenden kilo’s aan cocaïne naar de Verenigde Staten te smokkelen.

In maart van dit jaar was Hernández al schuldig bevonden door een jury. In 2022 werd Hernández aangehouden in zijn thuisland, enkele maanden na het einde van zijn tweede presidentstermijn, vanwege een uitleveringsverzoek door de Amerikanen. Live op de Hondurese televisie werd het huis van de president omsingeld en werd hij geboeid meegenomen en naar de VS gebracht.

Volgens de rechter werkte Hernández vanaf 2004, ruim voor zijn presidentschap, samen met drugshandelaren uit onder meer Mexico, Venezuela en Colombia. Hij zou miljoenen dollars aan steekpenningen hebben aangenomen en die gebruikt hebben om onder meer zijn presidentiële verkiezingscampagnes mee te financieren. In ruil voor dat smeergeld, hielp hij handelaren bij de smokkel van drugs en wapens van en naar de Verenigde Staten.

Banden met ‘El Chapo’

De rechter acht ook bewezen dat zowel Hernández als zijn broer Tony, die in 2021 werd veroordeeld tot levenslang in de VS vanwege drugssmokkel, nauwe banden onderhield met de Mexicaanse drugsbaron Joaquín ‘El Chapo’ Guzmán. Zo zou Guzmán, die inmiddels óók een levenslange gevangenisstraf in de VS uitzit, ruim een miljoen dollar aan de broer van de Hondurese ex-president betaald hebben.

„Het is alsof ik met gebonden handen in een diepe rivier ben gegooid”, zei Hernández in de rechtbank, die zijn vervolging politiek gemotiveerd noemde. Volgens de oud-president is het betalen van drugsgeld aan politici en partijen in zijn thuisland een veelvoorkomend fenomeen, maar heeft hij nooit steekpenningen aangenomen en is hij onschuldig.