Geen katheder, geen massamenigte, geen grandeur. Voor een toespraak met zoveel gevolgen voor de moderne Europese geschiedenis verliep hij opvallend tam. Een kleine man sprak zittend vanachter een tafel, informeel gekleed in een gestreept overhemd zonder boord. De vooral oudere toehoorders konden hun aandacht er nauwelijks bijhouden. Continu wapperden ze met hun waaiers in de verzengende hitte. Na iets meer dan een half uur klonk er een wat plichtmatig applaus.
Toch was het daar, in het Roemeense Baile Tusnad (of Tusnádfurdo zoals de daar wonende Hongaarse minderheid het noemt), dat de Hongaarse premier Viktor Orbán in 2014 een nieuwe Europese staatsvorm aankondigde: de illiberale staat . Voorstanders noemen het een soevereine staat gebaseerd op traditioneel-christelijke waarden, een antwoord op de volgens Orbán falende Europese liberale democratieën. Tegenstanders spreken van een autocratisch politiek systeem. Na de tweede verkiezingswinst op rij kon Orbán Hongarije naar zijn hand zetten dankzij een absolute meerderheid in het parlement. Dus richtte hij zijn blik naar buiten. Orbán vond het tijd om zijn visie op de wereld te delen en begon een strijd tegen de liberalen.
En met succes. Het afgelopen decennium inspireerde het illiberalisme van Orbán omringende landen, leidde het tot felle botsingen met Brussel en gaf het opkomende radicaal-rechtse partijen in heel Europa een ideologische basis. En zijn invloed is ook buiten Europa merkbaar: de Amerikaanse presidentskandidaat Donald Trump noemt Orbán geregeld zijn trouwe Europese bondgenoot.
Sinds juli is Hongarije voorzitter van de Europese Unie en met zijn eerste daad, een zelf benoemde ‘vredesmissie’ langs de leiders van Oekraïne, Rusland en China, baarde Orbán opzien. De EU floot hem terug, terwijl de Hongaren een groot leider zagen optreden op het wereldtoneel. Sinds de verkiezingen voor het Europees Parlement, waar radicaal-rechtse partijen een recordwinst boekten, heeft Orbán de wind in de rug; hij ziet zijn wereldvisie in veel meer landen aanslaan.
Wat kondigde Orbán precies aan met zijn ‘illiberale democratie’ en welke uitwerking heeft deze in Hongarije?
De ideologie
Viktor Orbán tijdens een congres voor conservatieven in Hongarije (2022)We hebben het recept van een illiberale staat hier geperfectioneerd, en we willen het gratis uitdelen aan de conservatieve partijen in de rest van de wereld
De plek waar de nieuwe leiders van Hongarije worden opgeleid, lijkt op een hotel uit het communistische tijdperk dat ooit voorspoed kende maar nu is ingehaald door de tijd. Het Mathias Corvinus Collegium (MCC), verstopt tussen de heuvels van Boedapest, staat bekend als dé plek waar de ideologie van Orbán en zijn politieke partij Fidesz wordt verspreid. De Hongaarse regering pompte ruim anderhalf miljard euro in de universiteit.
Rodrigo Ballester lacht als hij de vraag krijgt of hier ‘de nieuwe Orbáns’ worden gecreëerd. De Spanjaard, die eerder EU-ambtenaar was in Brussel, geeft leiding aan de faculteit Europese Studies. „Dit is ons antwoord op de hegemonie van links in de academische wereld”, zegt Ballester. „Bovendien krijgen intellectuelen die elders worden gecanceld hier academisch asiel.”
De invloed van de universiteit reikt verder dan Boedapest. In het hele land heeft het MCC afdelingen opgericht. Voor kinderen vanaf elf jaar zijn er zomerkampen en weekendprogramma’s, voor volwassen die willen doorstuderen zijn er promotieplekken. Het MCC heeft bijna tienduizend studenten en sinds een paar jaar is er ook een eigen denktank in Brussel. Wat het doel daarvan is? Mensen voorzien van „intellectuele middelen” tegen diegenen die „ons de genderpolitiek door de strot willen duwen” en „ons verleden willen vernietigen”, zei denktank-directeur Frank Furedi recentelijk tijdens een evenement in Brussel.
Het belangrijkste volgens Ballester, zelfbenoemd ‘wokebuster’ (sloper van het wokisme, ofwel „alles wat politiek correct is”), is dat op het MCC iedereen welkom is. „Niemand hoeft hier op z’n tong te bijten, zeker conservatieve mensen niet. Hier heerst ‘echte’ academische vrijheid”, zegt hij in Scruton, een café onderin het MCC in Boedapest.
Het café is genoemd naar Roger Scruton. Deze in 2020 overleden conservatieve Britse filosoof is een belangrijke inspirator van Orbán, net als van Thierry Baudet, en kreeg zelfs een hoge Hongaarse onderscheiding. Hij vond dat liberale samenlevingen op instorten staan door vergaande immigratie en individualisering. Massa-immigratie leidt volgens Scruton tot afkeer van de ‘eigen cultuur’, de focus op het individu staat een krachtige overheid in de weg.
Niemand hoeft hier op z’n tong te bijten, niemand wordt gecanceld, zelfs conservatieve mensen niet
Scrutons denkbeelden zijn de basis van Orbáns illiberalisme. „Die term weerspiegelt de conservatieve soevereine staat”, vertelt Ballester. „Dat landen niks opgelegd wordt door de Mark Ruttes van deze wereld – de liberalen.” Hij is een uitgesproken aanhanger van de EU als handelspartner, maar een tegenstander van een EU die ideologisch gebonden is. „De natiestaat zou het laatste woord moeten hebben over wetten en besluiten en niet de EU”, zegt Ballester. En dan gaat het vooral over thema’s als migratie en lhbti-rechten. De Europese Unie ziet hij, net als Orbán, als een verbond van goede buren met eigen gebruiken en gedachten en niet als evenknieën.
Lees ook
Gestileerde conservatief en stokebrand
Als student was het Orbán, die als studentenleider in 1989 dankzij een historische speech bijdroeg aan de val van het communistische bewind. Orbán werd door het Westen gezien als de nieuwe democratische leider van Hongarije. Let wel: als een liberale leider.
De uitwerking
Viktor Orbán in een interview met The Wall Street Journal (2013)Mensen zoals ik willen iets zinvols doen, iets buitengewoons. […] In een crisis kunnen instituties niet regeren. Wat nodig is, is iemand die de mensen vertelt dat risicovolle beslissingen genomen moeten worden. En iemand die zegt: volg mij. Sterke nationale leiders zijn nu nodig
Zsuzsanna Szelényi weet nog goed hoe vol bewondering ze was voor de jonge Viktor Orbán. Na de eerste vrije Hongaarse verkiezingen in 1990 werd ze verkozen tot parlementariër voor de nieuwe partij Fidesz, opgericht door studenten zoals zijzelf. Aan het roer stond Orbán. Een moedige jonge democraat, vond Szelényi toen.
Vier jaar later stapte ze uit de partij, net als honderden anderen. Fidesz kwam in opspraak vanwege mogelijke corruptie, maar Orbán overwon de kritiek en begon de partij naar zijn hand te zetten. „Het bullebakkenkarakter van Orbán zorgde mede voor mijn vertrek. Hij was toen al dezelfde persoon als nu: een zeer ambitieuze leider, die zijn mening doorduwt. Hij is strategisch, maar heeft slechts één doel: overwinnen. Anderen wantrouwt hij”, vertelt Szelényi, die in 2014 kort terugkeerde in het parlement als oppositielid. Nu is ze directeur van een democratische leiderschapsacademie aan de Central European University (CEU) – de universiteit van de Amerikaanse-Hongaarse filantroop George Soros die deels uitweek naar Wenen nadat Orbán de oorlog verklaarde aan de CEU en Soros. Een propagandacampagne en strenge wetgeving zorgden ervoor dat studenten werden uitgescholden en er werken onmogelijk werd.
„Orbán gelooft dat conflicten zijn politiek vooruithelpen”, zegt Szelényi, die een boek over Orbáns politiek schreef: Tainted Democracy. „Zijn karakter gedijt goed in onzekere tijden en crises. En we leven nu in een wereld die chaotischer is, waar de ene crisis de andere opvolgt. Daarin kan hij goed manoeuvreren.”
Lees ook
‘Mijn naam is Viktor Orbán, ik word de volgende premier van Hongarije’
Na Szelényi’s vertrek maakte de partij een ruk naar rechts. Daar viel electoraal wat te halen. De ooit liberale middenpartij werd een populistische beweging met conservatief-christelijke waarden. Hun studentenkloffie ruilden de parlementsleden in voor maatpakken met stropdassen. Het Verdrag van Trianon kwam centraal te staan in hun politieke campagnes – de opdeling van Hongarije in 1920, toen het land na de Eerste Wereldoorlog tweederde van zijn territorium verloor en drie miljoen Hongaren opeens onder buitenlands bewind leefden.
En dat sloeg aan. De Hongaren hebben al decennia het gevoel dat ze een eiland zijn in Europa. Ze zijn geen Slaven en geen Germanen, hun taal lijkt op geen enkele taal van de omringende landen. En de opdeling na Trianon zorgde voor een landelijk trauma dat tot de dag van vandaag voelbaar is. De twee wereldoorlogen, gevolgd door ruim vier decennia communisme, maakten de twintigste eeuw voor Hongarije tot misschien wel de slechtste ooit.
Maar, zegt Szelényi, Orbán won pas echt aan politieke macht na de financiële crisis die begon in 2008. Hongarije werd extra hard getroffen en moest van het IMF genadeloos bezuinigen vanwege hoge schulden. Daar begon Hongarijes strijd tegen de liberale buitenlandse overheden, die volgens Orbán niet in staat waren om de crisis op te lossen. Vervolgens kwam de Europese migratiecrisis in 2015. Ook die gebruikte Orbán voor politiek gewin. Nu zet hij in op de oorlog in Oekraïne – hij presenteert zich als vredestichter, maar zonder daadwerkelijk plan, en beschuldigt de westerse landen ervan dat zij door wapens te leveren aan Oekraïne de oorlog alleen maar willen voortzetten. Hongarije blijft zaken doen met Rusland en Orbán bezocht een paar maanden geleden de Russische president Vladimir Poetin voor zijn ‘vredesmissie’.
De ‘illiberale democratie’ van Orbán is volgens Szelényi een democratie waarin de meerderheid het voor het zeggen heeft, waar de natiestaat centraal staat en niet het individu. Ze is gebaseerd op een christelijke identiteit, heeft een traditionele rolverdeling tussen man en vrouw en voert een populistische politiek die zich richt tegen een ander; de vijand van buiten. Dat kan de migrant zijn, de joodse filantroop George Soros, of ‘de corrupte elite in Brussel’.
De keerzijde
Viktor Orbán tijdens een EU-hoorzitting na vragen over geld uit EU-ontwikkelingsfondsen dat zijn schoonzoon ontvingEcht, wat maakt het uit wat jullie zeggen? De Hongaren hebben ons met tweederde meerderheid weer aan de macht gebracht, dat is het enige dat telt
Als Bálint Magyar de term ‘illiberale democratie’ hoort, lacht hij schamper. De oud-minister van Onderwijs en tegenwoordig onderzoeker aan de door Orbán gehate CEU-universiteit, pakt meteen een van zijn de onderzoeken uit de kast in zijn kleine kantoortje en begint aan een college van een uur. „Een illiberale democratie? Dat is een contradictio in terminis”, zegt Magyar. „Een democratie kan niet illiberaal zijn, want dan is het geen democratie meer.”
Volgens Magyar is het probleem dat Hongarije vergeleken wordt met westerse liberale democratieën. Met een eerlijk kiessysteem, goed functionerende onafhankelijke instituties en politici die het belang van hun kiezers volgen. „Fidesz werkt niet vanuit een ideologie, maar op basis van informele relaties. Er is in veel postcommunistische regimes, zoals Hongarije, geen strikt onderscheid tussen politici en ondernemers.” Ondernemers beïnvloeden de politiek en politici zijn vaak ook ondernemer, aldus Magyar: „Als je niet rijk bent, heb je geen macht en als je geen macht hebt, blijf je niet rijk.”
In veel postcommunistische regimes is er geen strikt onderscheid tussen politici en ondernemers: ondernemers beïnvloeden de politiek en politici zijn vaak ook ondernemer
Magyar laat er geen misverstand over bestaan: „Hongarije is niets anders dan een maffiastaat.”
Orbán is een van de rijkste dan wel de rijkste man van Hongarije, schrijft Paul Lendvai in de biografie Orbán. Alleen pronkt hij niet met dure spullen, woont hij in zijn ouderlijk huis en staat zijn handtekening niet onder schimmige deals. Wel is bekend dat zijn schoonzoon rijk is geworden dankzij EU-gelden, dat zijn school- en studievrienden bijna alle openbare aanbestedingen winnen en dat de burgemeester van zijn geboortedorp, eens een bijna failliete gasfitter, nu een van de rijkste mensen in Hongarije is. „De corruptie wordt centraal georganiseerd vanuit de overheid”, zegt Magyar. „Politici, burgemeesters en ambtenaren die niet meedoen, worden tegengewerkt.”
Inmiddels heeft Fidesz, Orbáns partij, het politieke systeem zo veranderd dat oppositie voeren bijna onmogelijk is. Dankzij het door Fidesz aangepaste kiesstelsel leveren stemmen buiten de steden relatief veel zetels op in het parlement. Buiten de steden krijgt Fidesz de meeste stemmen. Sinds de coronacrisis is er in Hongarije sprake van een noodtoestand, waardoor het parlement grotendeels buiten spel staat in de wetgeving. Bovendien is een groot deel van de onafhankelijke media, de rechtspraak en controlerende instituties door Orbán weggedrukt.
Al lijkt Orbán nu voor het eerst met een serieuze uitdager te maken hebben: Péter Magyar. De ex-man van voormalig Fidesz-minister Judit Varga, die maar één missie heeft: de gevolgen van de corruptie onder Orbáns regime laten zien.
Orbáns Europa
Viktor Orbán in een kerstinterview (2023)In 1989 dachten we dat Europa onze toekomst was. Vandaag weten we dat wij de toekomst van Europa zijn. We willen niet meer uit de EU, we willen de EU veroveren
Zijn gevecht met buitenlandse leiders omschreef Orbán zelf als een ‘pauwendans’. Onhaalbare eisen stellen, provoceren, dreigen en daarna de westerse leiders alsnog het gevoel geven dat Hongarije is gezwicht. Terwijl hij ondertussen op enkele punten zijn zin heeft doorgedrukt. Zoals een pauw zijn veren laat zien en daarmee zijn tegenstander afschrikt.
Zijn grootste wapen is het vetorecht dat Hongarije heeft als EU- en NAVO-lid. Daar dreigt Orbán vaak mee. Europese hulp aan Oekraïne? Dreigen met veto. Controle op de Hongaarse rechtsstaat vanuit de EU? Dreigen met veto over de gehele zevenjarige EU-begroting. Humanitair migratiebeleid? Veto.
De EU heeft geen controle over Orbán. Hoewel de afgelopen jaren verschillende boetes zijn uitgedeeld en er miljarden euro’s aan EU-gelden zijn ingehouden, weet Orbán continu de Europese leiders op de knieën te krijgen.
Toch is dat niet het hele verhaal. Hongarije is voor een groot deel financieel afhankelijk van de EU-fondsen. Bovendien wil een meerderheid van de Hongaren in de EU blijven. En in sommige gevallen is Hongarije meer pro-EU dan andere landen, zegt Ballester van het MCC. „Jullie Nederlanders zijn de lastpakken als het gaat om EU-uitbreiding. Hongarije wil graag uitbreiden, Nederland niet. Dus wie is Europeser op dit gebied? ”
De vraag is hoe lang Orbáns pauwendans blijft werken. De Hongaren voelen de miljoenenboetes en miljarden euro’s aan bevroren tegoeden. Daarnaast raakte Hongarije sinds de oorlog in Oekraïne Polen kwijt als sterke vetopartner. Al kreeg Orbán het kleinere Slowakije ervoor terug, waar de populist Robert Fico opnieuw aan de macht kwam.
Met de winst van radicaal-rechts in Europa lijkt Orbán nu de politieke wind mee te hebben. Maar de partijen verschillen zoveel van elkaar, dat ze in drie verschillende Europese allianties opereren in het Europees Parlement.
Ballester heeft hoop dat de Hongaren de liberalen in Europa kunnen temperen, dat het parlement politiek veelkleuriger wordt én dat de macht verschuift van het liberale westen naar het conservatieve midden. Precies daar waar Hongarije opgesloten ligt, tussen West- en Oost-Europa.
Ook Szelényi, de medeoprichter van Fidesz, heeft hoop. „De basale hoop dat geen enkel regime eeuwig standhoudt.”
Lees ook
over Orbán in het Europees Parlement
Lees ook
Breekt hij de greep van Orbán op Hongarije?