Leden van een nog officieel op te richten ‘presidentiële overgangsraad’ in Haïti hebben woensdag beloofd de openbare orde in het door bendegeweld geteisterde land te herstellen. Dat gaat de raad, zo staat in een eerste officiële verklaring, wanneer actief doen door onder meer een premier te benoemen. De verklaring kan worden beschouwd als een teken dat de raad zijn taken binnenkort daadwerkelijk gaat uitvoeren om uiteindelijk „het lijden van het Haïtiaanse volk te verlichten”.
Een machtige coalitie van bendes ontketende eind februari in de Haïtiaanse hoofdstad Port-au-Prince een golf van geweld, met als doel de omstreden premier Ariel Henry van de macht te verdrijven. Henry verbleef op het moment van de geweldsuitbraak in Kenia en houdt zich momenteel schuil in Puerto Rico. Bendes staken politiebureaus in brand, openden het vuur op de belangrijkste internationale luchthaven en bestormden de twee grootste gevangenissen van het land. Bij die actie kwamen zo’n vierduizend gevangenen vrij. Tientallen mensen kwamen door het geweld om en ongeveer 17.000 Haïtianen raakten dakloos. Het geweld is inmiddels enigszins afgenomen, maar desondanks verlengde de Haïtiaanse regering donderdag de noodtoestand in de westelijke regio’s van het land en Port-au-Prince tot 3 april.
‘Duidelijk actieplan’
Het Caribische landenblok Caricom bepaalde twee weken geleden dat Henry de macht moet overdragen aan een ‘presidentiële overgangsraad’. De Haïtiaanse oppositie wil dat al langer. De officiële oprichting van de raad laat langer dan gewenst op zich wachten, onder meer omdat de bendes zich buitengesloten voelen en dreigden met meer geweld als de raad er daadwerkelijk komt. Daarnaast wilden meerdere partijen geen politici leveren en ook de katholieke kerk hield afstand, om een neutrale rol te kunnen blijven spelen.
Lees ook
Haïti: het land dat nooit mocht zijn, heeft geen bestuur meer
Die leden, die uit de politiek maar ook uit de private sector moeten komen, zijn nu wel gevonden. Zij beloven „een duidelijk actieplan uit te voeren”. Ze zouden onder meer criteria hebben vastgesteld waarop zij de benoeming van een nieuwe premier, raadsvoorzitter en een ministerieel kabinet kunnen baseren. Henry, die sinds de geweldsuitbraak geen toegang heeft tot Haïti, heeft beloofd af te treden zodra de raad officieel is opgericht.
Binnenlandse ontheemden
Het aantal binnenlandse ontheemden in Haïti is door het geweld gestegen tot ongeveer 360.000 – in het land wonen ruim 11 miljoen mensen. Haïtianen die het land willen verlaten, lukt dat vaak niet of met moeite. Dat komt door streng immigratiebeleid van het enige buurland Dominicaanse Republiek, maar ook van de Verenigde Staten. Zo’n vijfhonderd migratie- en mensenrechtenorganisaties willen daarom dat de Amerikaanse regering de deportaties van Haïtianen stopzet en een soepelere migratieregeling invoert voor Haïtianen, schrijft persbureau Reuters.
Landen als de Verenigde Staten, Canada en Frankrijk zijn juist bezig met evacuaties van hun burgers die in Haïti verblijven. Zij halen onder meer personeel uit de Haïtiaanse operaties van internationale organisaties zoals de Verenigde Naties, de Europese Unie en de Wereldbank terug. Het Franse ministerie van Buitenlandse Zaken meldde woensdag dat het land 170 Fransen met een schip naar Martinique, een Frans overzees departement, heeft gebracht.