N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Zware gevechten in Tripoli Deze week braken in de Libische hoofdstad korte maar hevige gevechten uit tussen milities. Steeds meer bepalen zij het lot van het land.
Veel inwoners van Tripoli beleefden deze week benauwde uren, toen er her en der in de Libische hoofdstad zware gevechten uitbraken. Toen de wapens na een etmaal zwegen bleken er 55 doden te zijn gevallen en 146 gewonden.
De gevechten waren het gevolg van een frontale botsing tussen twee machtige milities in Tripoli. De ene, de fundamentalistische Speciale Afschrikkingseenheden (SDF), die onder meer het vliegveld van Tripoli in handen heeft, arresteerde maandag onverhoeds Mahmoud Hamza, leider van de concurrerende 444-ste Brigade. Die was op de luchthaven om een vlucht te nemen.
Uit wraak vielen Hamza’s collega’s SDF-doelen aan. Pas na bemiddeling van Abdelhamid Dbeibah, premier van een van de twee regeringen die Libië momenteel telt, werd Hamza overhandigd aan een derde militie. Die liet Hamza vrij, waarna deze zich woensdagavond weer bij zijn manschappen kon voegen en de rust terugkeerde.
Het incident toont hoezeer de milities het algemeen belang steeds weer ondergeschikt maken aan dat van henzelf
Deze donderdag sprak Dbeibah de milities vermanend toe via de televisie: „We zijn gewend aan het geluid van schermutselingen maar dichtbij burgers komen is verboden”, hield hij de militieleiders voor. Slechts weinigen verwachten echter dat die zich hiervan veel zullen aantrekken.
Het incident toont aan hoezeer Libië in de greep is geraakt van de talrijke milities en hoezeer die het algemeen belang steeds weer ondergeschikt maken aan dat van henzelf. De milities zijn vooral ontstaan ten tijde van de val van de vroegere sterke man van het land, kolonel Moammar Gaddafi, in 2011.
Het land viel uiteen en er ontstonden in de loop der jaren meerdere rivaliserende regeringen – soms zelfs drie tegelijk. In een chaotisch klimaat vol schietpartijen en ontvoeringen riepen lokale politieke leiders dikwijls de hulp in van milities. Die zorgden weliswaar voor enige veiligheid, maar trokken geleidelijk aan ook steeds meer macht naar zich toe.
Migrantensmokkel
Schoolvoorbeeld hiervan is generaal Khalifa Haftar. Steeds talrijker werden diens manschappen en zo groeide ook zijn politieke invloed. Inmiddels is hij al jaren de machtigste man in het oosten van Libië. Een rivaliserende regering en een parlement kunnen er weinig uitrichten zonder zijn goedkeuring. Met behulp van zijn militaire macht eigenden Haftar en zijn zoons zich bovendien steeds meer land, bedrijven en andere bezittingen toe, dikwijls via ordinaire roof. Een andere bron van inkomsten is de migrantensmokkel. Nu eens werkt Haftar met smokkelaars samen, dan weer met Europese landen die de migrantenstroom uit Libië proberen te keren.
Lees ook: Libië hoopte op rust, maar krijgt twee concurrerende premiers
Niet alleen binnen Libië groeide de aanhang van Haftar; ook uit het buitenland kreeg hij steun – onder meer van Rusland en de Emiraten. Een poging in 2019 zich van heel Libië meester te maken door een aanval op Tripoli mislukte echter. Wel wist hij zich via een akkoord met Dbeibah alsnog toegang te verschaffen tot een deel van de aanzienlijke olie-inkomsten van Libië.
Ook in het Westen van Libië groeiden de milities snel in omvang en macht. De toonaangevende militie daar is nu de 444-ste brigade, die nauw samenwerkt met het ministerie van Defensie van Dbeibah’s regering. Deze militie geniet ook in de ogen van burgers meer gezag dan andere omdat ze gedisciplineerder te werk gaat dan rivalen en soms hard optreedt tegen misdaden. De SDF, ook wel al-Radaa genoemd, maakt zich vaker schuldig aan willekeurige arrestaties. In februari hielden deze radicale moslims een Irakees op het vliegveld aan, omdat die in een video een sigaret had gerookt.
Remmende rol
Zonder uitzondering proberen de milities na verloop van tijd ook de politiek naar hun hand te zetten. Bijvoorbeeld door bondgenoten benoemd te krijgen op belangrijke posten in regering of leger en door geld aan hun welgevallige doelen besteed te krijgen. „De gewapende groepen die in Libië zijn ontstaan sinds 2011 hebben steeds meer de staat overgenomen”, constateerde de Duitse Libië-expert Wolfram Lacher eind vorige maand in een artikel. De milities varen daar wel bij, het land minder.
Het zijn ook de milities die op de achtergrond een remmende rol spelen bij pogingen om Libië uit de langdurige politieke impasse te trekken. Deze zomer werd er door politici uit Oost en West weer druk overlegd over een oplossing. Ze leken dichtbij overeenstemming over verkiezingen en een nieuwe interim-regering. Maar op het laatste moment mislukte het overleg weer. Er waren te veel militieleiders die er bij nader inzien voor terugdeinsden om de Libische kiezers te laten meebeslissen over hun belangen.