We zijn op weg naar huis na een familiebezoek in Ierland. Alles moet mee: autostoel, campingbedje, en bergen luiers. Reizen met onze baby is nog wennen. Mijn man en ik dragen onze twee zware en onhandige tassen om en om. We zijn er bijna: we lopen door een druk Londen op weg naar de bushalte. Mijn man duwt de lichtgewicht kinderwagen met baby en ik draag de tassen. De hengsels snijden in mijn schouders. Het zeulen met deze tassen is echt zwaar werk. Dan spreekt iemand op straat ons aan en kijkt bewonderend naar mijn man: „Wow, a superdad!”
Suzanne van Dam (Londen)
Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]
De Amerikaanse president Joe Biden heeft woensdag tijdens zijn afscheidstoespraak op televisie gewaarschuwd voor „een gevaarlijke machtsconcentratie van technologie, macht en rijkdom bij een aantal buitensporig rijke mensen”. Zonder namen te noemen verwees Biden daarmee duidelijk naar Elon Musk en Mark Zuckerberg.
Beide techmiljardairs haalden onlangs hun banden met aankomend president Donald Trump aan. Trump wil onder meer dat Musk een nieuw ministerie voor Overheidsefficiëntie gaat leiden. Maandag draagt Biden het stokje over aan Donald Trump, die dan geïnstalleerd wordt als president.
In de ruim twintig minuten durende toespraak vanuit het Oval Office zei Biden dat zich in „Amerika een oligarchie vormt die onze hele democratie ondermijnt, onze fundamentele rechten en vrijheden en eerlijke kans voor iedereen om vooruit te komen”. Volgens Biden is de macht in handen van een paar ultrarijke mensen en kan het gevaarlijke gevolgen hebben „als hun machtsmisbruik ongecontroleerd blijft”.
Bezorgd
Biden haalde in zijn toespraak de waarschuwingen aan van zijn voorganger Dwight Eisenhouwer. Die zei in zijn afscheidstoespraak in 1961 dat hij bezorgd was over „een militair-industrieel complex”. Biden waarschuwde op zijn beurt voor het „tech-industriële complex”. Zo haalde Biden het feit aan dat techbedrijf Meta, waarvan Mark Zuckerberg de baas is, heeft besloten om te stoppen met het gebruik van factcheckers. Amerikanen dreigen zo volgens Biden op sociale media te worden „begraven in desinformatie”.
De oplossing voor het probleem ligt volgens Biden bij de belastingwetgeving. Volgens hem moet die worden veranderd om ervoor te zorgen dat de techmiljardairs „hun eerlijke deel betalen”.
De toespraak van Biden wordt niet alleen gezien als het afscheid van de 82-jarige president van het Witte Huis, maar ook van de Amerikaanse politiek. Oud-president Barack Obama bedankte Biden direct na zijn toespraak op X „voor zijn leiderschap, vriendschap en leven van dienstbaarheid aan dit land”.
De kraan opendoen en een glas water drinken. De kraan opendoen en je wassen. De wc doortrekken. De vaatwasser aan, de wasmachine, de tuinsproeier. Sinds vrijwel alle huishoudens sinds begin jaren zestig aangesloten zijn op de waterleiding, weet Nederland niet beter dan dat er stromend – én schoon – water is.
Waarom ook niet? Water in overvloed toch, op wat droge zomers na? Stroom leek het probleem van de eenentwintigste eeuw te worden, gas dat van de laatste jaren. Wie zuinig doucht, doet dat meestal om energie te besparen. Water is in de hoofden van de meeste inwoners van dit land iets dat of buiten de deur gehouden moet worden door dijken, of iets is dat thuis gewoon uit de kraan komt.
De vijf-voor-twaalf-waarschuwingen dat schoon water op waarde moet worden geschat en eindig is, die elkaar de laatste jaren in rap tempo opvolgden, leken daardoor in het diepe te verdwijnen. Of alleen voor droge zomers bedoeld, als er een sproeiverbod kwam. Zelfs het meest alarmerende rapport, in 2023 van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), leek een druppel op een gloeiende plaat.
Het RIVM constateerde toen dat het onzeker is of er in 2030 genoeg water is voor de productie van drinkwater. Alle tien waterbedrijven, die de wettelijke plicht hebben drinkwater te leveren, kampen met een veelvoud aan problemen waardoor waterwinning steeds moeilijker is. Landelijk is er nét voldoende drinkwatercapaciteit, maar regionaal zijn er al problemen. In drie regio’s is al een tekort.
Onmiddellijk actie was nodig, schreef het RIVM. Drie jaar overigens nadat het instituut een ‘escalatiesysteem drinkwaterbeperking’ had opgesteld, waarmee het kabinet kon ingrijpen bij ernstige tekorten. 2030 is inmiddels over vijf jaar.
Dat er deze week een Actieprogramma Beschikbaarheid Drinkwaterbronnen werd gepresenteerd, is dan ook rijkelijk laat. Toe te juichen is dat de handtekeningen van zowel de minister van Infrastructuur en Waterstaat, als die van de provincies en drinkwaterbedrijven eronder staan.
Lees ook
Zo moet het water uit de kraan drinkbaar en betaalbaar blijven
Tegelijkertijd baart het Actieprogramma zorgen. Het staat er mooi: „Tezamen kunnen de op regionaal en landelijk niveau geformuleerde acties ervoor zorgen dat de drinkwatervoorziening in de periode tot 2030 wordt gewaarborgd.” Het cruciale zinnetje daarna is: „Onder de nadrukkelijke voorwaarde dat alle betrokken partijen de gemaakte afspraken daadwerkelijk én tijdig kunnen nakomen.”
De voorzitter van de vereniging van waterbedrijven Vewin klonk bij het tv-programma Nieuwsuur nog minder geruststellend. Hij kon niet met „100 procent zekerheid zeggen” dat de benodigde 100 miljoen kubieke meter extra er in 2030 zal zijn. Het fijne aan het Actieprogramma was dat de partijen „in elk geval elkaar weten te vinden” en dat iedereen „het belang onderkent”. Zoals het spreekwoord zegt: „Dat is warm water (her)uitvinden.” Oftewel: daar had geen Actieprogramma voor nodig hoeven te zijn.
De urgentie is er al jaren, nu moet er actie worden ondernomen. Door de overheid, die waterbedrijven voorrang zal moeten geven op andere ruimtevragers. Door de waterbedrijven zelf, die ook in droge zomers nog zeiden dat er om één voor twaalf ook nog water uit de kraan zou komen. Door bedrijven, die zich moeten afvragen of er bij productieprocessen wel water van drinkwaterkwaliteit nodig is. En door de burger, die dagelijks 129 liter drinkwater verbruikt. Waarvan 46 liter onder de douche.
Op X werd Joost Eerdmans (JA21) „een niet populaire populist” genoemd. In de roos. Hoe meer deze volksvertegenwoordiger het volk naar de mond praat, hoe minder het geneigd is om hem op het schild te hijsen. Elke dag een mening die de meerderheid graag hoort – gisteren weer over het NS-station Maarheeze waar reizigers worden geplaagd door asielzoekers, Joost wil er tanks naartoe sturen – maar de credits gaan altijd naar de PVV, waar de gemiddelde woordvoerder veel minder sterk is in de debatten dan Joost. Altijd iets vinden, onvermoeibaar opdraven als kop van jut in talkshows, je hele salaris besteden aan pakken en brillen en in de peilingen nou nooit eens omhoogschieten. Voor ijver een acht, maar altijd uitgeloot worden voor de vervolgopleiding. En tegelijkertijd, heel lief eigenlijk, tijdens de kabinetsformatie net iets te nadrukkelijk naar je ene zetel wijzen. Als niet populaire populist doet het er eigenlijk helemaal niet toe wat je vindt, hij is tafelvulling voor de talkshows. Als er een onderwerp is dat geen normaal mens kan of wil komen verdedigen bellen ze Joost, die dan met al zijn welsprekendheid precies zegt wat ze willen horen wat de kijkers al van verre zagen aankomen. Harder straffen, grenzen dicht, nog meer vrijheid van meningsuiting, minder diversiteit. Het doet denken aan oud-international en FC Utrecht-speler John van Loen die in een al gewonnen wedstrijd alleen op de keeper afgaat. Het wordt waarschijnlijk wel een doelpunt, maar we zullen het ons niet herinneren. Eergisteren haalde hij in de Tweede Kamer uit naar het oorlogsarchief waarin de naam van zijn opa is opgenomen terwijl Joost „heel zeker weet” dat die juist onderduikers in huis had. Nou en? Het zal niet aan hem blijven kleven, dat is juist het onderliggende probleem: aan Joost Eerdmans blijft niets kleven. Alles wat hij zeker weet wordt schouderophalend afgedaan. Het lukt maar niet om de massa te bereiken, het zijn de ingrediënten voor een comedy- of realityserie waarin een niet populaire populist op zoek gaat naar kiezers die hem verder links laten liggen. Joost Eerdmans die poolshoogte komt nemen op station Maarheeze en dan weer geen kiezers ontmoet. Ze worden helaas voor hem al bediend door anderen met minder verstand van zaken. Joost Eerdmans is niet relevant, zelfs als hij op zoek is naar ophef windt niemand zich op over zijn mening. Ik heb de stille hoop dat ik hem met dit stukje een enorm plezier doe, een stil bewijs dat het allemaal niet voor niets is geweest. De kille waarheid is dat ik even echt niet wist waar ik over moest schrijven en toen dacht ik logischerwijs aan hem.
Marcel van Roosmalen schrijft op maandag en donderdag een column.