Opinie | Regel je het water, dan regel je de natuur

Droogstaande rivieren, overstromingen in Limburg, een overschot aan stikstof, bodemdaling en de slechtste waterkwaliteit van Europa. Als we de krantenkoppen mogen geloven, gaan we in Nederland van crisis naar crisis en lijken oplossingen complex. Als land van waterbouwers en geïndustrialiseerde voedselproductie hebben we een groot geloof in de maakbaarheid van natuur en in technische oplossingen. Dit heeft ons ver gebracht maar deze aanpak beperkt ons ook.

Het recente rapport ‘Voorbij de dijk’ van de Algemene Rekenkamer pleit voor een bredere benadering van onze waterveiligheidsopgave. Hierbij past het vergroten van onze veerkracht en weerbaarheid tegen overstromingen en droogte. De natuur kan hier een essentiële rol in spelen. We hebben in Nederland al laten zien dat we dit kunnen, denk bijvoorbeeld aan het Ruimte voor de rivier-programma van Rijkswaterstaat.

Ik pleit ervoor dat we dergelijke programma’s opzetten door heel Nederland en voor alle landschappen. Laten we niet enkel streven naar het halen van de klimaatdoelen van Parijs, maar laten we een grotere ambitie tonen. Nederland heeft de kennis, kunde en de middelen om als eerste land in de wereld CO2-negatief te worden, weer mee te groeien met zeespiegelstijging en de neergaande trend op het gebied van biodiversiteit te keren.

Lastige opgaven

We staan in Nederland de komende jaren voor grote uitdagingen. De transities op het gebied van klimaat, voedsel en energie vragen veel van onze denkkracht, ons bestuur en onze maatschappij. Technische innovatie vormt een deel van de oplossing maar het heilige vertrouwen dat we ons wel uit deze problemen innoveren, kan leiden tot inertie op het gebied van het echt aanpakken van de lastige opgaven.

In goed watermanagement, waar we als Nederlanders internationaal vermaard om zijn, zeggen we altijd dat je moet beginnen bij de bron. Dat betekent als eerste de uitstoot van schadelijke stoffen, stikstof en CO2 verminderen. De tweede stap zou ontegenzeggelijk moeten zijn dat we weer leren om de kracht van de natuur te benutten. Als we weer leren werken met de natuur en natuurlijke processen, dan snijdt het mes aan meerdere kanten en kunnen we de transities in samenhang aanpakken.


Lees ook
Nederland is slecht voorbereid op extreem weer: ‘Arme en eenzame mensen zonder airco lopen het meeste risico’

Luchtfoto van het gebied rond de Maas ten zuiden van Roermond na <strong>zware overstromingen</strong>.” class=”dmt-article-suggestion__image” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2023/11/opinie-regel-je-het-water-dan-regel-je-de-natuur.jpg”><br />
</a> </p>
<p>Natuurlijke systemen nemen stikstof op, leggen CO<sub>2</sub> vast in plantenmateriaal, kunnen water zuiveren, en bijvoorbeeld ook water opvangen in tijden van regenval en water vasthouden voor tijden van droogte. Natuurlijke systemen hebben ook de mogelijkheid om door fotosynthese CO<sub>2</sub> uit de atmosfeer te halen en op te slaan in bijvoorbeeld veen. Veen vervliegt in de lucht als er zuurstof bijkomt. Afgelopen decennia is veel veen verloren gegaan doordat we het waterniveau omlaag pompen. Hierdoor daalt in veel gebieden de bodem. </p>
<p><dmt-quote type=Samenwerking tussen ecologen, ingenieurs, natuurbeheerders en agrariërs, kan leiden tot herstel van landschappen

Met omgekeerd watermanagement, waarbij we het waterniveau weer omhoog brengen, kunnen we dus ook op een natuurlijke manier plantenresten opslaan en nieuw veen vormen. Nieuwe samenwerkingen tussen ecologen en ingenieurs, water- en natuurbeheerders, agrariërs, kunnen leiden tot grootschalig herstel van landschappen waarin meerdere functies samenkomen.

Dit is daarom geen discussie tussen traditionele waterbouw en natuur. Het werken met de natuur vraagt kennis en kunde van zowel ingenieurs als van ecologen. Kijk bijvoorbeeld naar de Amerikaanse staat Louisiana, waar na de orkaan Katrina het besef indaalde dat de stad New Orleans onmogelijk beschermd kon worden met alleen dijken. Daar werd een plan opgezet bestaand uit herstel van zoete en zoute moerassen die als eerste de krachten van het water moeten dempen, met daarachter dijken die het water kunnen tegenhouden. Om dit goed te doen, was het nodig om het water van de Mississippi deels terug te voeren door de moerassen. Wederom sloegen ecologen en ingenieurs de handen ineen en bedachten een systeem van diversions waarbij met grote sluizen het water terug de moerassen in kan.

Waterveiligheid

Ook in Nederland hebben we al ervaring met het gebruiken van de natuur voor waterveiligheid. We hebben immers onze stranden en duinen die in het westen van Nederland onze bescherming tegen de zee vormen. Behalve dat dit systeem extra ruimte vraagt in vergelijking met een harde zeewering, herbergt het veel meer functies dan alleen waterkering. Het is ons grootste aaneengesloten recreatiegebied. Onze kust trekt jaarlijks ruim 2,5 miljoen toeristen en we zuiveren ook ons drinkwater in de duinen.

Dergelijke ingenieuze combinaties waarin natuurbeheerders, waterbedrijven, waterschappen en Rijkswaterstaat gezamenlijk kapitaliseren op de functies die de natuur biedt, kunnen we ook in stelling brengen voor andere landschappen in Nederland. Bijvoorbeeld zoals we ons na de overstromingen van Limburg realiseren dat we het waterbergend en vertragend vermogen van het landschap moeten herstellen om de waterveiligheid bij toekomstige onzekerheden blijvend te vergroten.

Laten we de plannen voor andere gebieden maken voordat zich daar ook een ramp voordoet. Wat we daarvoor nodig hebben is een sterke samenwerking tussen ecologen en ingenieurs, mensen die buiten gebaande paden durven gaan. Ideeën zijn er genoeg, laten we die koppelen met visie, een plan en een klein beetje lef en voordat je het weet is Nederland koploper in de wereld op het gebied van klimaat en natuur.