Ophef alom na de presentatie van het hoofdlijnenakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB. Veel aandacht ging met name uit naar een betrekkelijk kleine maatregel in het voorgestelde budget: het verhogen van de btw voor culturele goederen en diensten van 9 naar 21 procent. Deze verhoging betekent dat kaartjes voor concerten en toneelstukken duurder worden, en dat u meer belasting gaat betalen op bijvoorbeeld een krantenabonnement of een boek. Met andere woorden, deze belastingverhoging raakt meerdere sectoren.
En dat was te merken. De culturele sector en de media mobiliseerden zich en masse tegen de belastingverhoging. De Creatieve Coalitie vroeg de bevolking zich uit te spreken tegen de btw-verhoging, net als belangenorganisatie Kunsten ’92. „Laat kunstenaars met rust!”, aldus een opiniestuk in de Leeuwarder Courant. En in het televisieprogramma Buitenhof kwamen vertegenwoordigers uit de kunstsector zich publiekelijk verzetten tegen de btw-verhoging, waarbij ze vertelden dat niet zij, maar vooral het „grootkapitaal” de echte elites zijn van Nederland. Als we de media en de cultuursector moeten geloven is deze btw-verhoging de tiende penning en Geert Wilders de hertog van Alva.
Symbool voor dedain
Die ophef is opmerkelijk, omdat de mensen die nu klagen over een btw-verhoging op culturele goederen en diensten, doorgaans geen piep laten horen als een belastingverhoging de midden- en lage inkomens raakt.
Bijvoorbeeld toen dankzij Rutte III de btw op voedingsmiddelen in 2018 van 6 naar 9 procent ging. Dit was een kleinere toename dan de btw-verhoging nu voorgesteld door de formerende partijen. Maar voor lagere inkomens had deze verhoging een veel grotere invloed op het dagelijks leven, waarmee de maatregelen symbool kwam te staan voor het dedain van de Nederlandse elite voor de gewone burger waar Wilders electoraal op gedijt.
Volgens het CBS geven huishoudens met lage inkomens relatief veel uit aan voedingsmiddelen. In 2020 gaven huishoudens met de hoogste inkomens zo’n 14 procent van hun besteedbaar inkomen uit aan voedingsmiddelen, terwijl dat bij de laagste inkomstengroep liefst 19 procent was. En dit waren de getallen vóór de enorme inflatie van de afgelopen vier jaar.
Neem dan nu een fictief éénoudergezin met twee kinderen op de armoedegrens van het CBS, met een inkomen van 1.720 euro per maand. Een dergelijk huishouden geeft ongeveer 325 euro per maand, ofwel 3.900 euro per jaar, aan voedingsmiddelen uit. Een simpele rekensom laat zien dat dit huishouden vóór de btw-verhoging 234 euro belasting zou betalen over voedingsmiddelen ter waarde van 3.900 euro, maar 351 euro na de verhoging. Dat betekent per jaar 117 euro minder voedingsmiddelen of stuk hogere uitgaven voor dezelfde hoeveelheid voedingsmiddelen. Dat is veel geld voor iemand op of onder de armoedegrens, maar ook voor middeninkomens.
Minder interesse in cultuur
Daarentegen raakt de voorgestelde btw-verhoging voor de cultuursector met name hogere inkomens en hoger opgeleiden. Volgens een rapport van het Sociaal en Cultureel Planbureau uit 2021 hebben burgers met een lager inkomen en lagere opleiding structureel minder interesse in cultuur, met uitzondering van film, dan hogere inkomens. Het ligt eveneens voor de hand dat mensen die worstelen met laaggeletterdheid gemiddeld genomen niet de toneelzalen vullen, laat staan in groten getale boeken kopen of een abonnement op de krant nemen.
Bij Buitenhof afgelopen zondag beschreef toneelschrijver Nathan Vecht cultuur als iets onmeetbaars en ik ben het helemaal met hem eens. Maar weet u wat wel meetbaar is? De hoge prijzen van vlees, groente, fruit, brood en zuivel in de supermarkt, mede dankzij overheidsbeleid. Excessief belaste benzine, diesel en elektriciteit. De bizar hoge inkomstenbelasting, die zelfs Nederlanders met lage inkomens moeten betalen. En ja, ook het 21-procentstarief dat consumptie breed genomen ontmoedigt.
Het geklaag over deze, ook in mijn optiek onterechte, btw-verhoging op cultuur is onwerkelijk als je bedenkt hoe muisstil het was toen regeringen keer op keer de kleine luiden afstraften voor hard werken en consumeren van alledaagse producten. En de populisten maken er hartelijk gebruik van. Raad eens welke geblondeerde meneer vijf jaar geleden tevergeefs een motie indiende om de btw-verhoging op boodschappen terug te draaien?
Lees ook
Als de btw omhoog gaat, zullen de boeken blijven liggen in de winkel
Mijn oproep aan de culturele elite: vaardig een mea culpa uit en strijd voor een brede lastenverlichting voor een overbelast land. Spring niet alleen maar in de bres voor begunstigde en bevriende sectoren in Den Haag, Amsterdam en Hilversum, maar verdedig ook de waardigheid en belangen van mensen in de middenstand en met een kleine portemonnee. Het is namelijk dankzij de blindheid en het dedain van de culturele elite voor deze mensen – zo pijnlijk zichtbaar in het panische verzet tegen de voorgestelde btw-verhoging – dat Wilders nu een kabinet mag vormen.