Wat is er bij de komende verkiezingen aan ideeën te koop over de rechtsstaat bij rechts, of althans bij ‘niet-links’? In het gehele tijdperk Rutte bepaalden VVD en CDA vrijwel de koers op Justitie. Stel dat er straks eerder ‘over rechts’ zal worden geregeerd dan over links. Dendert de trein van ‘harder aanpakken, strenger straffen’ dan onverminderd verder? Wat wil gematigd tot radicaal rechts eigenlijk? Ook als het vooral over bestaanszekerheid zal gaan en de rechtsstaat bijvangst is.
Bij ‘veiligheid’ is het zwart-wit denken dominant. Nu is bij verkiezingen enige overdrijving toegestaan. Dit is wat men écht denkt of wil. De PVV is dan de beste barometer, die met provocerende voorstellen het speelveld definieert. „Inzetten leger tegen straatterroristen” is dan typerend, zij het beperkt tot „waar nodig”. Concurrent JA21 ziet het leger ook als ultieme ordebewaker, maar dan juist „waar mogelijk”. Baas boven baas: wie het leger het snelst inzet heeft gewonnen. Veel woede en rancune aan die kant.
Nieuw in het electorale schap bij rechts is steun voor het Amerikaanse concept van ‘three strikes is out’. Wie drie keer een misdrijf pleegt (welk is nog te bepalen), krijgt automatisch levenslang. Ook het ‘straf stapelen’ is ontdekt. Als iemand voor meerdere delicten wordt veroordeeld dan worden in sommige landen de straffen opeenvolgend uitgezeten, althans in theorie. Alleen BBB beperkt zich tot het harde ‘driemaal is scheepsrecht’.
Het geloof in ‘zero tolerance’ is wat rechts bindt. Voor kennis uit wetenschap, beleid of de praktijk lijkt men immuun. De vrije ruimte voor de rechter moet ook zo klein mogelijk zijn. Dat uit zich in pleidooien voor „stevige” minimumstraffen, en wel voor alles (PVV), voor terroristische en oorlogsmisdrijven (VVD), voor georganiseerde criminaliteit, terroristische misdrijven, ernstige gewelds- of zedenmisdrijven (BBB), „bepaalde” geweldsdelicten (FVD), of voor „uithalers”, die van JA21 verplicht vijf jaar cel krijgen. De PVV wil taakstraffen in beginsel afschaffen, de andere rechtse partijen willen vooral beperkingen. Bij de VVD komt de wens voor om „uitreizigers” die terug in Nederland zijn behalve „onder toezicht te houden” hen ook „maximaal te ontregelen”. Wat dat betekent staat er niet bij, maar het klinkt dystopisch. Zijn dan alle burgerrechten geschorst? Loopt er de hele dag een agent achter je aan, die je bij alles hindert? Brr.
Er zijn ook institutionele ideeën. JA21 wil lekenrechtspraak, „net als in de rest van Europa”. De Hoge Raad moet de enige bestuursrechter worden: de andere drie hoogste bestuursrechters kunnen verdwijnen. De mogelijkheid van het procederen in het algemeen belang, dat belangenorganisaties toegang tot de rechter geeft, moet geschrapt. Dat leidt maar tot inmenging in de politiek. FVD wil van het opportuniteitsbeginsel af – dat politie en OM vrij zijn in de keuze wat op te sporen en te vervolgen. Voortaan moet álles worden vervolgd. JA21 kopieert de financiering van de NAVO-norm voor Defensie met een 2% budgetnorm voor veiligheid. Denk stuurt rechters op cursus tegen institutionele vooringenomenheid. En JA21 wil een „meer transparante benoemingsprocedure” van rechters, gezien de „politieke vooringenomenheid” daar.
De echte vernieuwing zit bij debutant Nieuw Sociaal Contract dat prominent twee ingrijpende staatsrechtelijke vernieuwingen voorstelt. De instelling van een Constitutioneel Hof, zodat de rechter direct aan de Grondwet kan toetsen. En een nieuw kiesstelsel met provinciale kieskringen. Gevolgd door het „op orde brengen van rechtsbescherming”, een versterking van de rijksinspecties en een politieke opwaardering van de Grondwet. Sinds de kroonjuwelen van D66 is er niet meer zoveel politiek kapitaal gestoken in het opschudden van de trias politica. Ooit wilde die partij een gekozen burgemeester, een gekozen premier, het referendum en een districtenstelsel. Omtzigt als erfgenaam van Hans van Mierlo. Diens afkeer van verzuiling en streven naar ontvoogding is Omtzigts strijd tegen de vastgelopen overheid geworden. Met teveel technocratie, te grote machtsconcentratie, te weinig rechtsbescherming. Nooit gedacht dat de barricaden nog eens opgezocht zouden worden met ‘Constitutionele Toetsing!’ als strijdkreet. Ook gesteund door Denk trouwens. En in 2004 was constitutionele toetsing al een initiatiefwetsvoorstel van GroenLinks leider Femke Halsema. Nadat de senaat akkoord was stierf dat ‘in tweede lezing’ een stille dood, vooral omdat de VVD er niet meer aan wilde. Maar revoluties herleven!
Folkert Jensma is juridisch redacteur en schrijft om de week op maandag.
Bij gevechten tussen bedoeïenenstammen en lokale strijders in de overwegend druzische stad Sweida in het zuiden van Syrië zijn zeker 37 mensen om het leven gekomen, meldt het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten (SOHR). Ook raakten zeker vijftig mensen gewond.
Onder de doden zijn 27 druzen, onder wie twee kinderen, en tien bedoeïenen. Het is voor het eerst sinds mei dat er weer een uitbarsting is van dodelijk geweld in het gebied. Toen ging het om gevechten tussen de druzengemeenschap en regeringstroepen. Ook in andere steden in het zuiden van Syrië zouden gevechten zijn uitgebroken.
De regering heeft militairen naar het gebied gestuurd om de situatie weer onder controle te krijgen. Een aantal van hen is volgens het SOHR al betrokken geraakt bij de gevechten tegen druzische schutters.
Druzen zijn een religieuze en etnische minderheidsgroepering die een langdurige vete hebben met bedoeïenen in Zuid-Syrië, dat zijn nomadische Arabische stammen. Sinds de val van het regime van Assad afgelopen december hebben de spanningen tussen verschillende bevolkingsgroepen tot nieuw geweld geleid.
Een dapper strijdend Oranje in de eerste helft, met enig uitzicht op het wonder waarop vooraf was gehoopt. Maar in de tweede helft ging het net als tegen Engeland in de vorige groepswedstrijd op alle fronten mis. Het Nederlands elftal werd totaal zoek gespeeld door het ijzersterke Frankrijk. Waar Nederland met drie doelpunten verschil had moeten winnen om de kwartfinale te bereiken, was die op voorhand al onwaarschijnlijke score nu precies andersom: 2-5. De ploeg van bondscoach Andries Jonker kan na drie wedstrijden naar huis. Het avontuur op het EK voetbal in Zwitserland heeft nog geen tien dagen geduurd.
Nu dat gedroomde Wonder van Bazel is uitgebleven is niet alleen het toernooi voor Nederland mislukt, maar ook de missie van Jonker. Het was, na 43 wedstrijden in zijn tweede periode als bondscoach, zijn laatste interland. Om meerdere redenen een pijnlijk afscheid.
In de eerste plaats omdat hij al een half jaar geleden van de KNVB te horen had gekregen dat zijn contract na het EK niet zal worden verlengd. Een beslissing van technisch directeur Nigel de Jong die Jonkers gezag zowel binnen als buiten het veld onmiddellijk beschadigde. Niettemin was de 62-jarige coach erop gebrand om sportieve revanche te nemen op zijn bazen in Zeist.
Hij ging in Zwitserland, herhaalde hij na zijn onvrijwillige congé steeds vaker, voor de hoofdprijs. En geloofde daar ook in. In zijn selectie beschikt hij immers over enkele spelers van wereldklasse, die al jaren in de zwaarste competities van Europa meespelen. En hij benadrukte dat zijn team een hechte eenheid vormde, zowel de oudere garde als de jonge talenten die nog maar kort meedraaien.
‘We zijn geen wereldtop’
Na afloop van de uitschakeling was Jonker realistischer en moest hij erkennen dat het er met dit Nederlands elftal gewoon niet in zat. ,,We zijn geen wereldtop.” Als je met 4-0 verliest van Engeland, met 5-2 van Frankrijk en – al ruim een maand vóór het EK – ook al met 4-0 van Duitsland ,,dan hoor je er gewoon niet bij. Punt.”
Was het dan bluf geweest dat de coach het lange tijd maar bleef beweren? Nee, legde hij uit op de persconferentie na de wedstrijd, hij heeft zijn team steeds gewoon willen motiveren door een ,,brandende ambitie” uit te spreken. ,,We zijn niet naar dit mooie Zwitserland gereisd om te recreëren.”
Lees ook
Het Engeland van Sarina Wiegman overklast de Nederlandse ploeg
Dat Nederland het kwalitatief aflegt tegen de wereldtop is in de tweede helft tegen Frankrijk op een veel momenten te zien. Oranje is hoopvol de kleedkamer uitgekomen, met een 2-1 voorsprong – nog twee doelpunten zijn dan nodig om de groepsfase te overleven – maar na een kwartier gaat het goed en herhaaldelijk mis.
Dominique Janssen neemt iets over de middenlijn nonchalant een vrije trap, veel te slap op Victoria Pelova. Die wordt onmiddellijk van de bal gezet door Delphine Cascarino. De razendsnelle Franse aanvaller sprint met grote passen weg, bal aan de voet. Jackie Groenen kan haar niet afstoppen. Ze speelt razendsnel op spits Marie-Antoinette Katoto, die volledig ongedekt het zestienmetergebied kan binnengaan. Centrale verdediger Sherida Spitse is te laat. Binnen tien seconden na het balverlies haalt Katoto uit en staat het 2-2.
Dan volgt snel de genadeklap. Nog geen vijf minuten later staat het al 2-4: tweemaal Cascarino. En steeds hetzelfde patroon: slordig balverlies, afgestraft door razendsnel reagerende Fransen, met een snelle counter of vlotte combinaties dwars door de Nederlandse verdediging heen.
Nederland kan het tempo van een topteam niet meer bijbenen. En waar het in de eerste helft, in de woorden van Jonker, de speelsters van Oranje ,,door de muur heen gingen”, ontbreekt de energie daarvoor in de tweede helft.
Ambities voor de titel
Dat Jonker en zijn speelsters vooraf nog vol goede hoop waren om tegen de Fransen te stunten was uit mentaal oogpunt begrijpelijk – ze wílden er nog in geloven – maar historisch gezien was het al erg onwaarschijnlijk. Voor het laatste tien jaar geleden wist Nederland van Frankrijk te winnen, met 2-1 in een oefeninterland in Parijs.
En als Nederland alleen naar zichzelf zou hebben gekeken, dan wist het ook dat het een loodzwaar toernooi zou worden en de ambitie om voor de titel te gaan niet erg realistisch. Daarvoor ging er in aanloop naar het EK te veel mis.
De onverwachte aankondiging van Jonkers vertrek was de eerste grote knauw. De KNVB heeft nooit goed kunnen of willen uitleggen wat daarvan nou de reden was, en waarom men zo’n besluit een half jaar vóór zo’n belangrijk eindtoernooi genomen. Dat Jonker er zelf geïrriteerd over was, bleek bij een persconferentie eind februari. Hij bleef diplomatiek, maar kon de teleurstelling en frustratie niet onderdrukken.
Daarna bleef het een paar maanden rustig – vragen van journalisten over de kwestie werden zorgvuldig genegeerd. Tot het begin van het toernooi. Twee dagen vóór de eerste groepswedstrijd van Nederland – 3-0 winst tegen het zwakke Wales – had nota bene Jonker de kwestie over z’n vertrek zelf weer opgerakeld.
In een interview met de NOS had hij gezegd kort voor het EK alsnog te hebben willen opstappen, na de slechte wedstrijd in de Nations League tegen Duitsland eind mei. Kon hij zijn ploeg nog wel voldoende inspireren voor het toernooi, had hij zich afgevraagd? Jonker bleef aan, maar hij had nu wel zijn zelfvertrouwen beschadigd en mogelijk dus ook dat van zijn selectie.
Lineth Beerensteyn en Esmee Brugts verwerken de uitschakeling van Oranje op het EK Voetbal.
Foto Gerrit van Keulen/ANP
Jonker voelde zich daags voor de wedstrijd tegen Frankrijk gesteund door zijn grote leermeester Louis van Gaal. De voormalig bondscoach van het mannen-Oranje had in een talkshow op RTL gezegd dat de KNVB Jonker ,,in de steek had gelaten” en de goede verstandhouding tussen hem en zijn speelsters ,,had verstoord”.
Zonder er inhoudelijk teveel op in te gaan, reageerde Jonker er veelzeggend op: ,,Louis van Gaal is iemand die dingen uitermate goed doorziet.” Zo beheerste het aanstaande vertrek van Jonker toch een deel van de stemming rond het team.
En ook in tactisch opzicht is er ook het nodige misgegaan in de maanden dat Jonker aan zijn EK-team bouwde. Verzachtende omstandigheid: hij had te maken met veel blessureleed, waardoor hij bij oefenduels en de wedstrijden in de Nations League geregeld topspelers als Vivianne Miedema en Lineth Beerensteyn moest missen.
Geen vast speelsysteem
Maar los van de ziekenboeg en heeft Jonker wel heel veel verschillende speelsters opgesteld en systemen uitgeprobeerd. Juist voor een belangrijk eindtoernooi zul je op tijd een eenheid op het veld moeten zien te smeden, met een voorkeursopstelling en een duidelijke speelwijze. Zoals voormalig international en tegenwoordig tv-analist Leonne Stentler kort voor het toernooi in NRC zei: ,,Zonder een vast systeem en fundament wordt het lastiger automatismen in te passen. Daar heeft Jonker een risico genomen.”
Datzelfde risico heeft de bondscoach ook in de slotwedstrijd tegen Frankrijk genomen. Natuurlijk, hij moest ook va banque spelen, maar dat deed hij met een wel heel andere opstelling dan tegen Wales en Engeland. Liefst vier andere namen in de basis en eigenlijk maar drie speelsters op hun vertrouwde plek. De jonge talenten Wieke Kaptein, Esmee Brugts en Veerle Buurman bleven op de bank ten gunste van ervaren krachten.
In de eerste helft blijkt het te werken. De organisatie, met name achterin met de ervaren Spitse en Janssen in het centrum, staat beter en steviger dan voorheen. De speelsters gaan voor elkaar door het vuur, zijn fel in de duels en geven goed rugdekking. Maar in de tweede helft is het pijpje snel leeg. Jonker besluit wel te wisselen, maar veel te laat. Als Brugts en Kaptein in het veld mogen zijn er nog maar 22 minuten te spelen en staat het al 2-4.
Topscorer Vivianne Miedema, die tegen Engeland haar honderdste interland goal scoorde, komt helemaal niet meer in actie. Iedereen uit het Oranjekamp – en de ruim 34.000 toeschouwers in het Sankt Jakob Park – heeft dan wel door: Nederland gaat dit niet meer redden. In de blessuretijd volgt nog een rake penalty die de eindstand van 2-5 bepaalt. Einde toernooi.
Lees ook
Jonge meiden haken af bij voetbal: ‘Dat is toch een jongenssport?’
Een domper voor Jonker – hij gaat naar huis met lege handen. Maar hij over het team is beslist hoopvol voor de toekomst, zei hij zondagavond na de wedstrijd. ,,In de eerste helft tegen Frankrijk hebben we laten zien: dit is wel een goed elftal hoor. De potentie van deze ploeg is enorm groot, maar op moment schieten we te kort.” Spijtig voor hem – hij wilde zo graag door – zal hij aan die ontwikkeling niet zelf meer kunnen werken. Dat is aan zijn opvolger, die de KNVB al heeft benoemd: de 38-jarige Arjan Veurink.
Die kon afgelopen woensdag van heel dichtbij zien hoe Oranje er op dit moment voorstaat. Hij zat als assistent-bondscoach van Engeland op de bank naast Sarina Wiegman. Veurink zal euforisch zijn geweest met de enorme dreun die zijn team Oranje uitdeelde. En hij zal vast ook even hebben gedacht aan zijn nieuwe klus vanaf 1 september in Zeist: veel werk aan de winkel om dit Nederlands elftal terug naar de wereldtop te brengen.
Wandelingetje door de buurt met mijn zoon (12), zijn brugklasjaar zit er bijna op. We passeren het ene naar het andere huis waar scholieren iets te vieren hebben, aan het uiteinde van de vlaggenstokken bungelen hun rugtassen feestelijk naast het roodwitblauw. Bij wéér zo’n huis houdt mijn zoon zijn pas in. „Wat gebeurt er eigenlijk als je zakt?” zegt hij. „Gaat de vlag dan halfstok?”
Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]