Opinie | De Japanse witte kool is niet opgewassen tegen inflatie

In de buurtsuper van de welvarende wijk Shirokane in Tokio is een groep jonge moeders aan het discussiëren. Ze staan rond een rieten mand in de groenteafdeling en wijzen naar de witte kolen die daarin als een piramide opgestapeld zijn. „Dit is toch niet te geloven”, zegt een van hen opgelaten met het prijskaartje tussen haar wijsvinger en duim vastgeknepen. „Vorig jaar was deze nog maar 200 yen.” De groep slaakt een gemeenschappelijke zucht. De witte kool staat sinds dit jaar symbool voor de exploderende kosten van levensonderhoud.

Op het prijskaartje staat 534 yen afgedrukt, iets meer dan 3,30 euro. Dat klinkt niet als veel, maar een jaar geleden kostte een krop witte kool nog geen euro. Sinds november vorig jaar is de prijs echter verdriedubbeld, en nu moeten Japanners een van hun favoriete groenten links laten liggen omwille van kostenbesparing. „Ik gebruikte kool vaak om gerechten aan te vullen, maar nu aarzel ik”, vertelt een 37-jarige parttimewerker aan de krant Yomiuri. „Ik wil overstappen op Chinese kool, maar die is ook duur.”

Japan worstelt al sinds de jaren negentig van de vorige eeuw met stagnerende prijzen. Tijdens de coronapandemie hadden Japanners zelfs te maken met negatieve inflatie. Het dieptepunt was in december 2020, toen het algemene prijspeil met meer dan een procent zakte. De Bank van Japan heeft daarom decennialang inflatie als een van de belangrijkste doelen van haar landelijke economische strategie gehad. Prijsstijgingen zouden leiden tot salarisverhogingen en de koopkracht van het gemiddelde huishouden versterken. Dat was de aanname.

Vanaf 2022 kregen de bankiers hun zin: Japan ziet sindsdien maandelijks meerdere procentpunten aan inflatie. En het heeft vorige zomer inderdaad geleid tot de scherpste loonsverhogingen in 33 jaar tijd. Maar liefst 5,1 procent. Bier- en whiskybrouwer Suntory kondigde trots aan met hoofd en schouders boven alle andere Japanse bedrijven te staan en hun werknemers zelfs met een salarisstijging van 7 procent te gaan belonen.

Japanners hebben een behoorlijke kater overgehouden aan de blijdschap van vorig jaar. Alles in de supermarkt wordt almaar duurder terwijl het gemiddelde inkomen amper meegroeit. Vijf procent in 33 jaar blijkt toch wat weinig vergeleken met de boodschappen die nu maandelijks met 3 à 4 procent in prijs stijgen.

‘Extreme weersomstandigheden’

Lange tijd hebben de Japanners hun frustraties opgekropt, maar met de witte kool is er een lijn overschreden. Inmiddels moeten economen op televisie verklaren waarom de inflatie tóch positieve gevolgen kan hebben op de lange termijn, en bieden boeren hun excuses aan. „De weersomstandigheden zijn de laatste jaren extreem”, verklaart koolboer Takayoshi Yamaguchi somber in een nieuwsbericht op nationale omroep NHK.

Volgens krant Nikkei hebben sommige supermarkten bordjes geplaatst met daarop de boodschap: ‘Verander uw menu, of overweeg groentealternatieven’. In de buurtsuper beginnen de moeders zich één voor één richting de vrieskast met goedkopere bevroren groente te bewegen. Slechts een enkeling accepteert de financiële klap van 3,30 euro, en het topje van de koolpiramide verdwijnt in een boodschappenmandje. „Hier moeten we een paar dagen mee doen”, zegt de jonge mama terwijl ze met haar hand over de rode muts van haar dochtertje aait. „Even zuinig doen.”