Op Schiphol voelen jongeren geen vliegschaamte maar ‘klimaatverlamming’: ‘Wat ik doe voor het klimaat, heeft niet echt zin’

De vluchten met geslaagde feestscholieren zijn in alle vroegte al vertrokken, maar op Schiphol zijn op vrijdagochtend genoeg jongeren om te vragen hoe zij aankijken tegen klimaatverandering. Maken zij zich zorgen en houden ze er in hun dagelijkse leven rekening mee? Een groep meiden zit buiten in de zon, wachtend op een vlucht naar Malta. Wat ze daar dit weekeinde gaan doen? „Zuipen!” roepen ze in koor.

„Klimaatverandering verliest aan urgentie onder Nederlanders, in het bijzonder onder jongeren”, meldde donderdag een rapport van Ipsos I&O. Het woord „klimaatverlamming” gebruiken de onderzoekers. „Jongeren voelen zich vaak overweldigd door de omvang van het klimaatprobleem en het gebrek aan tastbare vooruitgang op beleidsniveau.” Ipsos ziet die ontwikkeling vooral onder jongeren (18-24 jaar) en ook onder oudere twintigers. Zij weten, beter dan ouderen, dat het bijvoorbeeld de voorkeur verdient minder goedkope kleding aan te schaffen, korter te douchen en minder te vliegen. Dat doen ze echter niet, „omdat zij veelal het gevoel hebben dat hun eigen individuele duurzame keuzes het verschil niet gaan maken”.

Reizen maakt mijn leven leuk

Voor de meiden uit het Twentse dorp Reutem is de korte trip naar Malta een jaarlijks uitje. Ze vormen samen een voetbalteam. De enige die over het klimaat wil praten is boerendochter Femke Stevelink (21), student verpleegkunde. „Ik hou van plezier maken en van reizen. Als ik niet zou vliegen, zou mijn leven minder leuk zijn. En waarom zou ik thuis blijven om het klimaat te redden? Als ik me anders ga gedragen, lost dat niks op”, vertelt ze.

Femke (21), student verpleegkunde, vliegt met vriendinnen naar Malta. „Ik hou van plezier maken en van reizen. Als ik niet zou vliegen, zou mijn leven minder leuk zijn.

Klimaatverandering is misschien niet zo’n groot probleem als wel wordt gesteld, denkt ze. „Want anders had de politiek wel hardere maatregelen genomen. Ik zou zeggen: als het allemaal zo erg is, ga dan niet eerst alle boeren aanpakken maar begin dan met de luxe dingen en laat bijvoorbeeld minder vliegtuigen naar Malta gaan. Maar dat gebeurt niet.”

Ze herkent de conclusie uit het onderzoek dat klimaat bij jongeren naar de achtergrond is verdrongen door andere kwesties. Zoals de woningnood. „Dat is in ons dorp een groot probleem. Daar kan ik me veel drukker om maken dan over het klimaat.”

Naar Napels met de trein

Er zijn natuurlijk jongeren die zich nog steeds zorgen maken om het klimaat. Zoals Roebijn Tutein Nolthenius (17) en Juul van Veldhuizen (18) uit Utrecht, zojuist geslaagd voor hun eindexamen gymnasium en nu samen op reis. Ze vliegen naar Vietnam, waar ze een maand zullen backpacken. „Proberen jullie stiekem namens Extinction Rebellion, als een nieuwe tactiek, alle jongeren aan de praat te houden tot ze hun vlucht missen?”, grapt de vader van Roebijn tegen de journalist.

Juul: „We zijn bezorgd om het klimaat.” Roebijn: „Maar niet voldoende om ons van deze reis te weerhouden. We zijn er niet activistisch mee bezig.” Juul: „We denken er over na. We zouden niet voor een week naar Vietnam heen en weer vliegen. We zijn naar Napels met de trein geweest. We laten thuis de waterkraan niet onnodig lopen. We scheiden ons afval. Maar het zou hypocriet zijn om te zeggen dat we alles helemaal goed doen voor het klimaat. Want we staan hier wel op het vliegveld.”

De twee vriendinnen vermoeden dat klimaat niet altijd als een urgente kwestie wordt beschouwd, omdat de gevolgen ervan pas in de verre toekomst worden gevoeld. En, zegt Roebijn, de verminderde aandacht heeft wellicht ook met de polarisatie in de politiek te maken. „Mensen maken zich zorgen om het huizentekort en migratie en oorlogen. Als je bezorgd bent om het klimaat, word je weggezet als iemand die zich met de verkeerde dingen bezighoudt. Dan ben je links.”

Zelf denken ze niet anders over het klimaat dan een aantal jaren geleden. Enigszins teleurgesteld in de politiek zijn ze wel. Roebijn: „Er gebeurt nu bijna niks. Alle klimaatpotjes worden leeggetrokken. Dat is geen goed nieuws.” Juul: „Het is zonde. Wat juist voor een laag gelegen landje zou klimaatbeleid belangrijk moeten zijn. En als we migratie ineens heel belangrijk vinden, bedenk dan dat er door klimaatverandering heel veel migratie zal plaatsvinden. Dat moeten wij misschien ooit ons land uit.”

Waarom plannen die mislukken?

Merlijn (19) vliegt met zijn vriendin naar Sicilië. „Ik denk na over mijn ecologische voetafdruk. Ik vlieg hooguit een of twee keer per jaar.”

Ergens tussen onverschilligheid, berusting, verbazing en bezorgdheid bevindt zich de stemming van Merlijn Bruinsma (19) uit Diemen. „Zeg maar Amsterdam.” Merlijn gaat na de zomer studeren om denim designer te worden, ontwerper van spijkerbroeken. Met zijn vriendin staat hij op het punt voor tien dagen naar Sicilië te vliegen. „Als het over klimaat gaat, zit ik op hetzelfde level als twee jaar geleden. Ik denk na over mijn ecologische voetafdruk. Ik vlieg hooguit een of twee keer per jaar. Naar Zuid-Frankrijk zou ik nooit vliegen, dan zou ik de auto pakken.”

Klimaat is naar Merlijns indruk iets wat geen acuut probleem is, maar voortdurend „op de achtergrond” aanwezig is. Zijn eigen invloed is zeer beperkt, vindt hij. „Ik heb het gevoel dat wat ik doe voor het klimaat, niet echt zin heeft. En dat de landen van de Europese Unie ook geen logische doelen stellen. Plannen om de uitstoot te verminderen zijn niet haalbaar. En waarom kom je met plannen om boeren uit te kopen? Dat gaan die boeren nooit doen, daar zijn ze veel te koppig voor.”

Minder vliegen, minder vlees, verwarming lager: de één vindt dat het nog beter moet, de ander vindt dat je nergens meer van mag genieten.