Zelfs nu het verkiezingsprogramma van de PVV bekend is, houdt de VVD de mogelijkheid om samen te regeren open. Op een vraag van D66-fractievoorzitter Jan Paternotte zegt VVD-fractievoorzitter Sophie Hermans dat haar partij in eventuele onderhandelingen wil kijken of „de scherpe randjes” er bij de PVV inderdaad af zijn, zoals PVV-leider Geert Wilders zaterdag in een interview met De Telegraaf zei.
Deze houding verbaast Paternotte. Hij zegt: „Elf jaar lang, onder leiding van Mark Rutte, heeft de VVD gezegd: regeren met Wilders is uitgesloten. Om verschillende redenen: de rechtsstaat, de ‘minder-Marokkanen uitspraak’. Het verkiezingsprogramma is er nu, we hebben het net gehoord. Moskeeën verbieden, korans verbieden, een hoofddoekjesverbod hier in de Staten-Generaal. Geen enkele steun aan Oekraïne. Dus milder? Milder voor Rusland, en extremer voor Nederland.”
Hermans schaart zich in de rest van haar beantwoording achter de positie die VVD-lijsttrekker Dilan Yesilgöz eerder heeft ingenomen: dat het na al die jaren tijd is om „vooruit te kijken” als het om mogelijke samenwerking met de PVV gaat. „Wij gaan campagne voeren en dan gaan we zien hoe het met die scherpe randjes zit. Gaan die er inderdaad vanaf? Wat zijn met de PVV eventuele bespreekpunten en wat zijn de breekpunten?”
Jurgen Nobel, staatssecretaris van Integratie en Participatie (VVD), begon zijn eerste debat over integratie met een achterstand en iets goed te maken. Twee weken terug had hij gezegd, naar aanleiding van de rellen in Amsterdam en het geweld tegen Maccabi-supporters, dat „een heel groot deel” van de islamitische jongeren „onze normen en waarden niet onderschrijft”.
Met deze woorden maakte de bewindspersoon – voor wie de media tot die uitspraak weinig aandacht hadden – zichzelf in één klap bekend. Veel Nederlanders met een migratieachtergrond voelden zich aangesproken en Nobels opmerking belandde in een rijtje van uitingen van coalitie- en oppositiepartijen die de integratie tot mislukt project verklaarden of een integratiecrisis uitriepen. Moskeeverbond K7 klaagde Nobel aan en de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme, Rabin Baldewsingh, eiste dat de staatssecretaris zijn woorden terugnam.
Maandag nuanceerde Nobel zijn uitspraken ten overstaan van de Tweede Kamercommissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Hij had nooit bedoeld om mensen „zo voor het hoofd te stoten” met „stevige woorden”. „Het raakt mij persoonlijk als iemand die ik ken, zegt: ‘Bedoelde je mij, heb je het ook over mijn kinderen?’ Als dat zo is overgekomen, is dat absoluut niet mijn bedoeling geweest. Ik ben er nooit op uit om een hele groep mensen over een kam te scheren. Want de meeste mensen – en de meeste Nederlandse moslims vallen daar uiteraard ook onder – zijn gewoon hard aan het werk.”
Op vrijdag 15 november zei Nobel al dat hij de uitspraken nooit zo hard had bedoeld, maar die nuancering viel weg door het opstappen van staatssecretaris Nora Achahbar (NSC) die onder meer de uitspraken van Nobel aanhaalde als reden voor haar vertrek.
Lees ook
Opgestapte staatssecretaris Achahbar hekelt ‘onwaarheden’ die rondgaan over haar vertrek
Motie van wantrouwen
Nobel wilde het rechtzetten maandag. Maar sorry zeggen, dat wilde hij niet. Ook niet toen D66-Kamerlid Mpanzu Bamenga daar meermaals op aandrong, omdat Nobel volgens hem „miljoenen mensen hier in Nederland in de ziel geraakt” heeft. En ook niet toen Dogukan Ergin (Denk) excuses eiste. Nobel: „Ik heb het gevoel dat de heer Ergin op citatenjacht is.” Nobel ging er niet op in.
Ergin: „Hij zegt aan al die mensen die diep gekwetst zijn: het ligt aan u, u heeft mij verkeerd begrepen.” Ergin greep de gelegenheid aan voor een poging de staatssecretaris zijn eerste motie van wantrouwen te doen toekomen. Maar die werd niet aangenomen, zelfs de linkse oppositie wilde niet meestemmen. Motie van wantrouwen of niet, duidelijk is dat Nobel de linkse oppositie allerminst tevreden heeft gestemd met zijn knieval.
De inbreng van Nobel was onderdeel van een gespannen debat in de Kamercommissie. Waar de linkerflank vooral bleef benoemen wat goed gaat in de integratie – zoals het toenemende aantal kinderen met een migratieachtergrond dat naar de havo of vwo gaat – bleef de rechterflank erop hameren dat óók veel mis zou gaan. VVD-Kamerlid Bente Becker verwees naar een „kleine harde kern van de islamitische gemeenschap die steeds orthodoxer wordt” en jongeren die niet het gevoel hebben Nederlands te zijn, maar eerder Turks of Marokkaans. Een „déél van de islamitische jongeren”, zei Becker keer op keer.
Benoemen is belangrijk, vindt rechts. Problemen overdrijven is schadelijk, zegt links.
Voor wie?
De Kamerleden waren het er zelfs niet over eens voor wie integratie nou eigenlijk is bedoeld. Voor nieuwkomers die een handje geholpen moeten worden, vond Ergin van Denk. Voor iedereen met een migratieachtergrond, meende Maikel Boon van de PVV. En NSC-Kamerlid Diederik Boomsma maakte een filosofisch punt, namelijk dat integratie gaat over álle Nederlanders. Elke nieuwe generatie, ongeacht afkomst, wordt volgens hem geïntegreerd door middel van opvoeding.
Staatssecretaris Ingrid Coenradie (Justitie en Veiligheid, PVV) was ook aangeschoven. Ze verzuchtte: „Waarin vinden we elkaar wél, dat is de vraag die mij is bijgebleven.” Die hoeft en kan nu niet beantwoord worden, zei Coenradie. Maar „wellicht” kan dat in de toekomst wel.
Lees ook
Hoe het kabinet bijna viel na de rellen in Amsterdam
In Nederland kregen zo’n 1,7 miljoen mensen van zestien jaar of ouder het afgelopen jaar te maken met seksuele intimidatie of geweld. Bijna 1,3 miljoen werden daarnaast slachtoffer van huiselijk geweld. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) maandag. Biseksuele vrouwen, non-binaire of genderqueer mensen en homoseksuele mannen waren het vaakst slachtoffer.
De cijfers komen uit de tweejaarlijkse Prevalentiemonitor Huiselijk Geweld en Seksueel Grensoverschrijdend Gedrag en zijn steekproefsgewijs verzameld via een online enquête. Dit jaar deden ruim 25.000 mensen van zestien jaar of ouder mee.
Van die deelnemers zei 12 procent het afgelopen jaar slachtoffer te zijn geweest van seksuele intimidatie of geweld. Voor de hele bevolking komt dat neer op 1,7 miljoen mensen, schrijft het CBS. Zo’n 2 procent (230.000 mensen) is structureel slachtoffer, wat betekent dat ze minstens één keer per maand te maken kregen met seksueel grensoverschrijdend gedrag.
Het CBS deed zowel onderzoek naar online als offline seksuele intimidatie. Die laatste vorm kwam vaker voor: 8 procent van de deelnemers zei in het afgelopen jaar weleens offline seksueel geïntimideerd te zijn. 5 procent zei dat ze seksuele intimidatie op internet hadden ervaren.
Staren
Offline ging het in de meeste gevallen om seksueel getinte opmerkingen en ‘grapjes’, of om mensen die ongewenst op een seksuele manier staarden. In 80 procent van de gevallen was de pleger een man of een groep mannen.
Vrouwen waren relatief veel vaker slachtoffer: zo’n 12 procent had in het afgelopen jaar offline seksuele intimidatie meegemaakt, tegenover minder dan 5 procent van de mannen. Bij jonge vrouwen (18 tot 24 jaar) was dat zelfs ruim een derde.
Ook vrouwen die zich identificeren als bi-plus, wat wil zeggen dat ze op meer dan één gender vallen, kregen vaak te maken met offline seksuele intimidatie. Bijna 30 procent van hen maakte daar melding van.
Ook online waren bi-plus vrouwen relatief vaak slachtoffer, al werden ze ‘ingehaald’ door een andere categorie: homoseksuele mannen
Ook online waren bi-plus vrouwen relatief vaak slachtoffer, al werden zij „ingehaald” door een andere categorie: homoseksuele mannen. Zo’n 17 procent van hen had naar eigen zeggen te maken gehad met online seksuele intimidatie. Het ging dan vooral om kwetsende opmerkingen, aandringen op een date, of het ongewenst sturen van of vragen om seksueel getinte beelden.
Heteroseksuele mannen werden zowel online als offline het minst vaak slachtoffer van seksuele intimidatie. In beide gevallen zei zo’n 3 procent van hen dit in de afgelopen twaalf maanden te hebben meegemaakt.
Lees ook
Mariëtte Hamer wil door ‘cultuurverandering’ grensoverschrijdend gedrag voorkomen: ‘Het draait uiteindelijk ook om zelf nadenken’
Fysiek
Fysiek seksueel geweld kwam een stuk minder vaak voor dan seksuele intimidatie. 4 procent van de mensen van zestien jaar of ouder zei er in het afgelopen jaar slachtoffer van te zijn geweest. Meestal ging het dan om ongewenste seksuele aanrakingen, of ongewenst gezoend worden. Met name jonge vrouwen kregen er het afgelopen jaar vaak mee te maken: 18 procent maakte er melding van. Dat is drie keer zo vaak als hun mannelijke leeftijdgenoten, schrijft het CBS.
Als het gaat om huiselijk geweld (zowel psychisch als fysiek) zijn de genderrollen een stuk gelijker verdeeld. Vrouwen en mannen werden afgelopen jaar ongeveer even vaak slachtoffer: gemiddeld 9 procent. Wel werden jongeren relatief veel vaker slachtoffer. Van de 18- tot 24 jarigen ervoer een vijfde in 2024 huiselijk geweld, van de 16- tot 18-jarigen was dat zelfs een kwart. De meest voorkomende vormen waren (structurele) vernedering, schreeuwen, vloeken, slaan en dreigen met geweld.
Opvallend is dat dit jaar in de hele breedte minder mensen melding maken van grensoverschrijdend gedrag dan in 2022, de laatste keer dat de monitor uitkwam. De aantallen zijn ongeveer op hetzelfde niveau als in 2020.
Volgens het CBS komt dat mogelijk doordat de media in 2022 veel aandacht hadden voor seksueel grensoverschrijdend gedrag. Zo onthulde programma Boos dat jaar de misstanden bij The Voice of Holland. Ook in 2024 zou die media-aandacht volgens het CBS tot meer meldingen kunnen leiden.
Lees ook
Aantal meldingen grensoverschrijdend gedrag in sportsector blijft stijgen
De Israëlische regering heeft zondag een wetsvoorstel van minister van Communicatie Shlomo Karhi goedgekeurd, dat alle door de overheid gefinancierde organisaties verbiedt om met de progressieve krant Haaretz te communiceren of advertenties in de krant te plaatsen. De wet sluit aan bij de toenemende druk van de regering op media die kritisch berichten over de oorlog in Gaza. Wat betekent de nieuwe wet voor het voortbestaan van Haaretz en de persvrijheid in Israel? Vier vragen.
1 Wat voor krant is Haaretz?
Haaretz werd in 1918 opgericht, waarmee het de oudste krant is die in Israël verschijnt. De krant staat bekend om zijn onderzoeksverhalen met eigen nieuws, scherpe politieke analyses en kritische hoofdredactionele commentaren, en heeft zowel een Hebreeuwse als een Engelse editie. In 2022 had de krant het op twee na grootste marktaandeel in Israël (5 procent), ver achter de conservatieve krant Israel Hayom (31 procent), eigendom van de familie van de in 2021 overleden miljardair en casino-uitbater Sheldon Adelson (grote geldschieter en vriend van Trump) en de populaire tabloid Yedioth Ahronoth (24 procent).
Haaretz heeft meer invloed dan zijn kleine lezersschare doet vermoeden. Dat komt doordat de Engelstalige editie veel wordt gelezen door buitenlandse journalisten, waarnemers, hulpverleners en andere betrokkenen bij het Israëlisch-Palestijnse conflict. Volgens het Center for Research Libraries, een samenwerkingsverband van Amerikaanse bibliotheken, wordt Haaretz „beschouwd als de meest invloedrijke en gerespecteerde [Israëlische krant] vanwege zowel de nieuwsverslaggeving als het commentaar”.
De progressieve koers van Haaretz is te herleiden tot de Asjkenazische (Europese) Joden die aan de wieg stonden van de krant in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw. Vooral belangrijk was Salman Schocken, een Joodse zakenman die nazi-Duitsland in 1934 inruilde voor mandaatgebied Palestina en die deel uitmaakte van een Joods-Arabische vredesalliantie. Hij kocht Haaretz in 1935, de krant is nog altijd grotendeels in handen van de familie Schocken. Tot de lezerskring behoren leden van de politieke, economische en culturele elite. Veel prominente Israëlische schrijvers, als Amos Oz en David Grossman, hebben in Haaretz gepubliceerd.
2 Wat is de aanleiding voor de maatregelen?
Volgens de regering is de wet een reactie op „de vele hoofdredactionele commentaren die de legitimiteit van de staat Israël en het recht op zelfverdediging schaadden. Met name de uitspraken die Amos Schocken, uitgever van Haaretz, deed in Londen, waar hij zijn steun uitsprak voor terrorisme en opriep tot het opleggen van sancties aan de regering van Israël”. Minister van Communicatie Karhi pleitte op het sociale mediaplatform X „voor een vrije pers en vrijheid van meningsuiting, maar ook voor de vrijheid van de regering om te besluiten geen geld te steken in opruiing tegen de staat Israël”.
In een toespraak in Londen vorige maand zei Haaretz-uitgever Amos Schocken dat Israël „een wreed apartheidsregime” aan de Palestijnen heeft opgelegd en „Palestijnse vrijheidsstrijders die Israël ‘terroristen’ noemt” bestrijdt. Nadat er grote ophef ontstond, kwam hij op zijn opmerkingen terug. „Voor de volledigheid, Hamas bestaat niet uit vrijheidsstrijders”, schreef Schocken op X. „Ik had moeten zeggen: terrorisme gebruiken is onrechtmatig. Het was een fout om dat niet te zeggen.”
Maar de Israëlische regering heeft al langer moeite met de berichtgeving van Haaretz, dat sinds 7 oktober 2023 een niet aflatende stroom kritische artikelen publiceert over premier Netanyahu, de Israëlische bezetting van de Palestijnse gebieden en de oorlog in Gaza. Minister van Communicatie Karhi haalde uit naar de „defaitistische en valse propaganda” van Haaretz. En de extreemrechtse minister van Nationale Veiligheid Itamar Ben-Gvir noemde Haaretz „de krant van Hamas”.
Lees ook
Wat doe je in Israël met je kritiek als iedereen je dan een landverrader noemt?
3 Wat zijn de gevolgen voor Haaretz?
Haaretz reageerde strijdbaar op de nieuwe wet. „De opportunistische resolutie om Haaretz te boycotten, die vandaag in de regeringsvergadering werd aangenomen zonder enige juridische toetsing, is een nieuwe stap op Netanyahu’s reis om de Israëlische democratie te ontmantelen”, aldus een verklaring van de krant op X. „Net als zijn vrienden Poetin, Erdogan en Orbán probeert Netanyahu een kritische, onafhankelijke krant het zwijgen op te leggen. Haaretz zal niet aarzelen en zal niet veranderen in een regeringspamflet dat berichten publiceert die zijn goedgekeurd door de regering en haar leider.”
Omdat de resolutie niet juridisch is getoetst, is het de vraag of die overeind blijft als Haaretz die aanvecht bij de rechter. De rechterlijke macht heeft deze regering vaker teruggefloten. Ook is nog niet geheel duidelijk hoe de resolutie in de praktijk zal uitpakken. Hoeveel advertentie-inkomsten krijgt Haaretz van overheidsinstellingen? Valt hiermee een belangrijke inkomstenbron weg, of leunt de krant toch al sterk op abonnementen? Hoeveel overheidsbronnen zullen hun contacten met de krant volledig verbreken? En zijn journalisten van de krant ook niet meer welkom bij persconferenties van de regering? Veel moet nog blijken.
4 Hoe is het gesteld met de persvrijheid in Israël?
De persvrijheid in Israël staat al jaren onder druk, een trend die sinds de aanval van Hamas op 7 oktober 2023 alleen maar is versterkt. In reactie op het gevoel van existentiële dreiging in Israël, volgden de meeste Israëlische media het narratief van de Israëlische regering en bagatelliseerden kritiek op de militaire operatie van het leger in de Gazastrook. De weinige media die een andere redactionele koers varen zijn kleine, onafhankelijke kranten en websites zoals Haaretz, +972mag en Mondoweiss.
Eerder dit jaar sloot de Israëlische regering de kantoren van de Qatarese nieuwszender Al Jazeera in Jeruzalem en Ramallah op de Westelijke Jordaanoever omdat de zender een „spreekbuis van Hamas” zou zijn. Het verbond van Palestijnse journalisten veroordeelde het besluit. „Deze arbitraire militaire beslissing is een nieuwe schending van de vrijheid van de media, die de misdaden van de bezetter tegenover het Palestijnse volk aan de kaak stellen.”
De regering nam zondag ook een resolutie aan om staatspersbureau Kan binnen twee jaar te privatiseren, wat volgens The Times of Israël in feite neerkomt op een sluiting. Haggai Matar, de directeur van de onafhankelijke Israëlisch-Palestijnse nieuwswebsite +972mag, schreef in reactie op X dat sommige ministers Kan te onafhankelijk vinden: „In de woorden van een van de ministers: ‘Wat is het [staatspersbureau] waard als we het niet controleren?’”
Lees ook
Israël sluit lokale kantoren Al Jazeera, nieuwszender noemt besluit een ‘misdaad’
<dmt-util-bar article="4874388" headline="Met de boycot van Haaretz staat de persvrijheid in Israël nog meer onder druk” url=”https://www.nrc.nl/nieuws/2024/11/25/met-de-boycot-van-haaretz-staat-de-persvrijheid-in-israel-nog-meer-onder-druk-a4874388″>