Ook Hoge Raad oordeelt dat Deliveroo-koeriers geen zzp’ers waren. Heeft dat grote gevolgen?

Zelfstandige zonder personeel De fietskoeriers van Deliveroo waren werknemers en geen zzp’ers, zo zegt ook de Hoge Raad. Heeft dat gevolgen voor alle 1,2 miljoen zzp’ers in Nederland?

Deliveroo vertrok eind vorig jaar definitief uit Nederland.
Deliveroo vertrok eind vorig jaar definitief uit Nederland.

Foto Sem van der Wal/ANP

De fietskoeriers van maaltijdbezorger Deliveroo waren geen zelfstandig ondernemers, maar werknemers. Dat heeft de Hoge Raad vrijdag besloten. Met die uitspraak is definitief vastgelegd dat de constructie van Deliveroo om bezorgers gedwongen als freelancers te laten werken, niet is toegestaan. Deliveroo is inmiddels uit Nederland vertrokken, maar de uitspraak is met veel belangstelling gevolgd omdat er mogelijk gevolgen zouden zijn voor de 1,2 miljoen zzp’ers in Nederland.

1 Waarom heeft de Hoge Raad zich uitgesproken over Deliveroo?

Het Britse bedrijf Deliveroo, dat sinds 2015 in Nederland actief was, besloot in 2018 dat fietskoeriers geen dienstverband meer zouden krijgen, maar als zelfstandig ondernemers aan de slag moesten. Het platform zelf, zo betoogde Deliveroo in de rechtszaken die daarna namens vakbond FNV werden aangespannen, was alleen een bemiddelaar tussen de fietskoerier en de klant. Daar waren de verschillende rechters het niet mee eens: tot in hoger beroep luidde het vonnis dat er een zogeheten gezagsrelatie bestond tussen Deliveroo en de koeriers en dat ze daarom als werknemers moesten worden beschouwd. Deliveroo ging in cassatie bij de Hoge Raad, maar besloot de uitspraak niet af te wachten. Eind vorig jaar vertrok het bedrijf uit Nederland; een deel van de koeriers ontving hiervoor financiële compensatie.

2 Waarom werd er uitgekeken naar deze uitspraak? Deliveroo is toch al weg?

Deliveroo is niet het enige bedrijf dat zzp’ers inschakelt op de werkvloer. Op dit moment zijn er zo’n 1,2 miljoen zzp’ers in Nederland en dat aantal groeit nog dagelijks. Al jaren wordt er gediscussieerd over de vraag wat de grens is tussen een werknemer en een zelfstandig ondernemer die zichzelf verhuurt, de zogeheten zelfstandige zonder personeel. Door de almaar stijgende populariteit van deze constructie is de discussie over de afbakening steeds urgenter geworden, zeker in situaties waarin de werknemer en de zzp’er hetzelfde werk doen.

Vakbonden, maar ook de politiek, maken zich zorgen over deze groep schijnzelfstandigen. Een duidelijke definitie laat nog steeds op zich wachten, wat het ook moeilijk maakt voor de Arbeidsinspectie of de Belastingdienst om te handhaven. Een uitspraak van de Hoge Raad had die helderheid kunnen geven. Maar terwijl de rechter in andere dossiers, zoals het klimaat of stikstof, de kaders voor de politiek strak heeft afgebakend, verwijst de Hoge Raad nu heel nadrukkelijk terug naar de politiek. „De vraag of er aanleiding bestaat voor nadere algemene regels of uitgangspunten om te bepalen of een overeenkomst een arbeidsovereenkomst is, mede ter afgrenzing van het werken als zelfstandig ondernemer, heeft volgens de Hoge Raad de aandacht van de wetgever. […] Omdat de wetgever met dit onderwerp bezig is, ziet de Hoge Raad op dit moment geen aanleiding voor rechtsontwikkeling.”

3 Wat is het probleem met schijnzelfstandigen?

Na de economische crisis in 2008 waren het aanvankelijk vooral werkgevers die verantwoordelijk waren voor de groei van het aantal zzp’ers, die ze gebruikten voor hun zogenoemde flexibele schil. Het grote voordeel voor hen: geen werkgeverslasten of ingewikkelde ontslagprocedures. De laatste jaren zijn het steeds vaker werknemers zelf die voor het zzp-bestaan kiezen, vooral in sectoren als de zorg en het onderwijs. Zij houden netto meer over en ze hebben meer vrijheid.


Lees ook: De zzp’er heeft het voor het zeggen in de zorg en onderwijs

Voor de samenleving als geheel heeft de zzp-constructie als groot nadeel dat er niet of minder wordt bijgedragen aan de sociale zekerheid en dat de meeste zzp’ers geen aanvullend pensioen opbouwen waardoor ze later vooral van de AOW afhankelijk zullen zijn.

4 Waarom is het zo moeilijk om schijnzelfstandigheid aan te pakken?

De discussie draait om het begrip gezagsrelatie. Wie in dienst is bij een werkgever valt onder diens gezag, wat onder andere betekent dat de werkgever bepaalt hoe het werk moet worden gedaan en wanneer de werknemer aan de slag moet (bijvoorbeeld in roosterdiensten). Als een zzp’er op dezelfde manier wordt ingezet en hetzelfde werk doet als collega’s die in dienst zijn, kan er ook sprake zijn van een gezagsrelatie en is de zzp’er dus een werknemer. Met alle bijbehorende voor- en nadelen, voor beide partijen.

Om te bepalen of de zzp’er een verkapte werknemer is, wordt nu nog naar verschillende factoren gekeken, zoals de vraag of de baas (of een algoritme, in het geval van platformbedrijven) kan bepalen hoe en wanneer het werk moet worden gedaan. Maar ook welk werk de zzp’er doet. Als dat werk tot de reguliere activiteiten van de organisatie behoort, is de kans groot dat er sprake zou moeten zijn van een dienstverband. Maar dat klinkt eenvoudiger dan het is. De receptioniste die het hele jaar bij één bedrijf achter de balie zit op een freelancecontract is dan een schijnzelfstandige. Maar wat nou als ze dat werk een paar dagen of weken doet en dan weer naar een andere klant gaat? En waar ligt dan de grens?

Minister Karien van Gennip (Sociale Zaken, CDA) heeft aangekondigd dat er per 1 januari 2025 meer helderheid moet zijn over het gewicht dat aan de verschillende factoren wordt toegekend. Probleem is vooral dat het kabinet schijnzelfstandigheid wil aanpakken, maar de echte ondernemers niet in de weg wil zitten.

5 Wat zijn de reacties op de uitspraak?

Vakbond FNV is tevreden. „Dit is de langverwachte en zeer terechte uitspraak voor de bezorgers van Deliveroo en voor al die andere mensen die via rare constructies in schijnzelfstandigheid gedwongen zijn”, zei vicevoorzitter Zakaria Boufangacha vrijdagmorgen. Volgens hem is de uitspraak van breder belang. „Immers op veel meer plaatsen doen mensen werk waarbij de afhankelijkheid groter is dan de onafhankelijkheid. Denk aan kinderopvang, omroepen, zorg en onderwijs.”

Hoogleraar arbeidsrecht Jaap van Slooten, die ook werkzaam is bij advocatenkantoor Stibbe en daar onder andere platforms bijstaat, ziet in dit arrest niet de aardverschuiving die de afgelopen maanden werd voorspeld. Het vermoeden vooraf was dat de Hoge Raad zou kunnen gaan oordelen dat het werk zelf allesbepalend zou worden voor de vraag of je een werknemer bent of niet. Dus: wie binnen een organisatie werk doet dat ook regulier door werknemers wordt gedaan, zou dit niet als zzp’er kunnen doen. Daarmee zou dan direct een einde komen aan de inzet van zzp’ers in bijvoorbeeld de zorg of het onderwijs.

Dat is niet gebeurd. „De Hoge Raad heeft nog eens bevestigd dat bij de beoordeling met alle omstandigheden van het geval rekening moet worden gehouden”, aldus Van Slooten. Daarmee zegt de Hoge Raad volgens hem eigenlijk dat er in het huidige recht geen duidelijke oplossing is te vinden voor de gewenste scheidslijn. „Op het ministerie hadden ze het waarschijnlijk wel prettig gevonden als de rechter helderheid had gegeven. Nu ligt de bal weer terug bij de politiek.”