Ook de recherche komt kijken als de wolf uit Wapse op de snijtafel ligt

Post-mortemonderzoek De wolf die is doodgeschoten nadat een schapenhouder in Wapse werd gebeten, lag maandag al op de snijtafel voor onderzoek. Voor- en tegenstanders van het dier zitten vol vragen en verwijten.

Een patholoog van het Dutch Wildlife Health Centre van de Universiteit Utrecht neemt een monster bij de tanden van de wolf.
Een patholoog van het Dutch Wildlife Health Centre van de Universiteit Utrecht neemt een monster bij de tanden van de wolf. Foto Jelle Boontje / Universiteit Utrecht

„Het wordt nu iets te bloederig, dus ik ga zo”, zegt Jelle Boontje door de telefoon. De persvoorlichter van de faculteit Diergeneeskunde aan de Universiteit Utrecht staat in de sectieruimte van het Dutch Wildlife Health Centre (DWHC). Hier worden secties verricht op dode wilde dieren. Vandaag ligt een wolf op tafel.

Het DWHC had afgelopen jaren veel meer wolven op tafel, maar dit exemplaar trekt bijzonder de aandacht. Dit is de wolf die zondagochtend een man in het Drentse Wapse in zijn hand zou hebben gebeten. Waar wolvenvriend en -vijand het over eens zijn, is dat de schapenhouder werd gebeten nadat een wolf door een raster brak en eerst twee schapen en een geit te grazen nam. Waar de meningen uiteenlopen: viel de wolf de boer aan, of andersom?

Intussen is de kwestie een zaak voor de politie geworden. Na het incident volgden diverse aangiftes, zowel tegen de boer als tegen de burgemeester die het dier liet afschieten. Bij de sectie waren behalve ecologen en een patholoog ook rechercheurs aanwezig.

Lees ook dit artikel: Wolf bijt man. Is dit een kantelpunt in de discussie rond het dier?

Van LTO tot BBB tot actiegroep Animal Rights: vragen en verwijten alom

Nadat de wolf was afgeschoten, moest snel worden gehandeld. Voor goed onderzoek is een ‘vers’ kadaver nodig, niet ouder dan 24 uur. „In dit geval gaf de provincie Drenthe een seintje”, zegt Christian Jansen, woordvoerder wolvenschade bij BIJ12 (een uitvoeringsorganisatie voor Nederlandse provincies). Vervolgens zorgde de provincie voor vervoer naar de Utrechtse snijtafel.

Het onderzoek dat volgt, is volgens Jansen een „standaard protocol”, het maakt niet uit dat deze wolf is doodgeschoten. „We doen hetzelfde onderzoek naar een aangereden wolf.”

Alle partijen roeren zich

De patholoog van het DWHC onderzoekt de buiten-en binnenkant van het dier, en neemt monsters van het bloed en de organen. Tijdens de sectie wordt vastgesteld of het door een kogel is overleden, en waar de kogel zit.

Ook wordt onderzocht of de wolf een onderliggende ziekte had. Bij twee dode wolven (overleden door aanrijdingen) die het DWHC in 2021 onderzocht, werd bijvoorbeeld ook een longontsteking door Franse hartworm vastgesteld.

„De ecologen van WENR (Wageningen Environmental Research) kijken daarnaast naar geslacht, leeftijd, conditie, voortplantingsstatus en voedselkeuze”, legt Jansen uit. Het instituut vergelijkt het dna van de wolf met dna dat op de getroffen schapen is gevonden. „Op basis van dat onderzoek moet blijken of de wolf die geschoten is, wel hetzelfde dier is dat de schapen heeft aangevallen”, zegt Jansen. „Ook wordt gekeken of het wellicht meerdere wolven zijn geweest.” De provincie Drenthe heeft gevraagd om een spoed-onderzoek naar het dna. Eind juli is de uitslag bekend.

Naar het onderzoek naar de toedracht van dit incident wordt door alle partijen reikhalzend uitgekeken. Van LTO tot BBB tot actiegroep Animal Rights: voor- en tegenstanders roeren zich met verwijten over en weer.

Ecoloog Hugh Jansman van WENR, aanwezig bij de sectie, heeft zich „enigszins verbaasd” over de gang van zaken in Wapse. „Er wordt gemeld dat er experts zouden zijn gebeld, maar dat die niet bereikbaar waren. Maar wij van WENR zijn niet gebeld. En naar ik begreep uit media ook de andere deskundigen niet. Terwijl, iedereen was bereikbaar. Alle telefoons stonden aan.”

‘Acute noodsituatie?’

Deze gang van zaken roept volgens Jansman vragen op over hoe het besluit het dier uit de populatie te verwijderen, tot stand is gekomen. „Als er twee uur tussen een incident en het afschot zit, kan van een acute noodsituatie eigenlijk geen sprake meer zijn. Het is dan eigenlijk logischer de provincie in te schakelen. Die kan het dier vervolgens zenderen, weer loslaten en in de gaten blijven houden. Ik vraag me af waarom dat niet is gebeurd.”

Ook omwonende Johan Moes, die zondag als een van de eersten ter plekke was, zit nog vol vragen over de gang van zaken. En vol frustratie bovendien.

„Dat de Faunabescherming het eerste menselijke slachtoffer van een wolf in honderden jaren meteen aangrijpt voor een aangifte, vind ik bijzonder laag. Ze hebben niet eens gebeld, maar hadden hun oordeel al klaar.”

De wolf zelf vervolgt intussen zijn weg naar de eeuwige jachtvelden. Na de sectie in Utrecht namen Wageningse ecologen enkele samples van het dier mee naar hun eigen onderzoeksinstituut. Het lijk reist vervolgens verder naar Naturalis, het museum in Leiden. De botten worden daar bewaard, de rest van het lichaam wordt vervolgens gecremeerd.

Lees ook dit artikel: Aangifte tegen schapenboer en burgemeester na doodschieten wolf