Noorwegen, Ierland en Spanje besloten ertoe in 2024: erkenning van de Palestijnse staat. Nu volgen Canada, waarschijnlijk het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. Vier vragen over de erkenning van landen.
1Wat is ervoor nodig om een land te erkennen?
Elk land afzonderlijk kan bepalen welke landen het als zodanig erkent. Een erkenning is dus van het ene aan het andere land. Bij de recente steunbetuigingen worden de in 1967 door de Verenigde Naties erkende grenzen erkend als Palestijnse staat gezien: Gaza, de Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem. Die gebieden worden door ruwweg driekwart van de landen als Palestijnse staat erkend; Nederland behoort tot de minderheid die dat niet doet.
Er zijn regels voor wanneer een gebied een land kan zijn. Zo moet er een duidelijk grondgebied zijn, een vaste bevolking, effectief gezag en de capaciteit om internationale relaties te onderhouden. Dat zijn de ‘Montevideo-criteria’: internationale afspraken die in 1933 zijn gemaakt.
Israël voert het argument aan dat de Palestijnse staat niet aan die criteria voldoet, omdat de Palestijnen geen effectief gezag over hun grondgebied hebben. Maar die kritiek is niet houdbaar, zegt hoofddocent internationaal strafrecht Marieke de Hoon van de Universiteit van Amsterdam. ,,Er zijn veel landen geweest die wél erkend werden, ook al voldeden ze niet aan die criteria, vooral rondom de dekolonisatie.” Daar voegt ze aan toe: ,,Israëls schendingen van het internationaal recht destabiliseren Palestina al decennialang, waardoor juist Israël het argument niet mag inroepen dat het de Palestijnen aan effectief en stabiel gezag ontbreekt.”
Ook al erkent een aanzienlijk deel van de wereld de Palestijnse staat, het gebied is geen lid van de Verenigde Naties. Wel is Palestina sinds 2012 een waarnemend niet-lidstaat. Onder de 193 landen die wel VN-lid zijn, steunt een meerderheid de erkenning van de Palestijnse staat. Maar voor toetreding tot die internationale gemeenschap is goedkeuring van de VN-Veiligheidsraad nodig, waar de Verenigde Staten een veto kunnen uitspreken.
Een land kan overigens onderdeel zijn van de VN en tegelijk niet door alle leden erkend worden: Israël bijvoorbeeld, wel lid, wordt door ruim twintig lidstaten niet erkend.
2Waar committeert een land zich aan als het een ander land erkent?
Zo’n erkenning tussen landen is in eerste instantie vooral een besluit dat de twee landen op gelijke voet staan. Kushtrim Istrefi, hoofddocent internationaal en Europees recht aan de Universiteit Utrecht: ,,Erkenning van een staat betekent in principe alleen dat: dat je verklaart dat je erkent dat een land bestaat.”
Aan die erkenning zijn geen directe verplichtingen verbonden, het betekent vooral dat er van alles mogelijk wordt, zegt Istrefi. ,,Je kunt onderhandelen, verdragen sluiten met elkaar. Zónder die erkenning is dat niet mogelijk, dan heb je dat recht niet. Dus erkenning van een staat betekent: mogelijkheden.”
3Wat heeft de Palestijnse staat concreet aan erkenning?
De genocidale oorlogsvoering in Gaza wordt niet tegengehouden met erkenning. De nieuwe erkenningen betekenen ook niet dat de Palestijnse staat méér staat wordt, want zo werkt het niet.
De erkenning betekent wel dat er bijvoorbeeld diplomatiek verkeer en vertegenwoordiging tot stand kunnen komen tussen landen, dat er ambassades gevestigd kunnen worden, dat een Palestijns paspoort geldig is. Die internationale relaties zijn er al, via permanente vertegenwoordigingen. Maar met erkenning, zegt De Hoon, ,,komen die verhoudingen op een gelijkwaardig niveau, en mogen de posten ambassade heten”.
Palestina kan, aan een land dat het erkent, vragen om ondersteuning voor zelfverdediging. Het kan verdragen sluiten met een ander land. Maar Istrefi verwacht niet dat dat zal gebeuren. ,,Ten eerste: omdat landen met erkenning geen verplichting aangaan om defensiesteun aan te bieden. Het is een keuze. Ten tweede: landen hebben er geen belang bij om zo ver te gaan in een strijd tegen een land dat ze nog steeds als bondgenoot beschouwen.”
Het helpt Palestina wel om een staat te zijn, zegt Göran Sluiter, hoogleraar internationaal strafrecht aan de Universiteit van Amsterdam. Voor internationale conflicten, dus als er twee landen bij betrokken zijn, of meer, zijn de regels strenger dan voor een ‘intern’ conflict. ,,Het Internationaal Strafhof heeft al gezegd: we zien dit conflict als een combinatie van internationaal gewapend conflict en een intern conflict”.
Voor de toekomst, nog onbepaald wanneer precies, kunnen bilaterale relaties met andere landen helpen om hulp te krijgen bij de ontwikkeling van het land. Misschien, zegt Istrefi, ,,helpen goede relaties ook om een voedingsbodem te bieden voor niet-Hamas-krachten”.
4Met welk doel komen landen dan nu met erkenning?
Je kunt het een kantelpunt noemen, zegt Marieke de Hoon. Al zal de rest van de wereld nu niet meteen tot erkenning overgaan – de Verenigde Staten al helemaal niet. ,,Maar het is wél zo dat veel landen die traditioneel Israël hebben gesteund, nu besluiten dat de maat vol is.” En dus overgaan tot erkenning van de Palestijnse staat.
Een reden voor landen om dat niet te doen, was dat ze vertrouwden op het proces naar een tweestatenoplossing. ,,Maar ook voor 7 oktober was er kritiek op in hoeverre Israël zich nou daadwerkelijk inzet voor die oplossing”, zegt De Hoon. ,,Een aantal staten die daarop wachtten besluit nu: we draaien het om, we erkennen de Palestijnse staat eerst, om Israël verder onder druk te zetten.” Een drukmiddel dus, om de uithongering van de Gazaanse bevolking door Israël te doen stoppen en een staakt-het-vuren af te dwingen.
De erkenning van een staat kán tot veel meer leiden, maar experts in het internationaal recht zien die mogelijkheden niet direct ten volle benut worden. Kushtrim Istrefi: ,,De vraag wat die erkenning betekent is heel complex. Het kan veel betekenen. Hoe ik het zie: de timing is hier belangrijk.”
Het gaat hier niet om een geïsoleerde beoordeling van statelijkheid. Zo ziet het Verenigd Koninkrijk bijvoorbeeld af van erkenning als Israël overgaat tot een staakt-het-vuren. Onder meer de mensenrechtenorganisatie The Rights Forum vindt dit problematisch: ,,Het VK maakt van het bestaansrecht van Palestina een politiek drukmiddel en het recht op zelfbeschikking van Palestijnen voorwaardelijk. En de bal ligt uiteindelijk ook nog eens bij Israël. Dat is geen zelfbeschikking.”
De manier waarop landen nu hun erkenning of mogelijke erkenning van Palestina rechtvaardigen, zegt Istrefi, is dus eerder een vorm van straf of sanctie voor wat Israël in Gaza doet dan een gevolg van wat Palestijnen hebben gedaan om die erkenning te verkrijgen. ,,De erkennende landen zeggen in de kern: ‘deze verschrikkingen worden niet langer geaccepteerd.’”
Met medewerking van Bobby Uilen
