N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Diversiteit Partijleden van GroenLinks noemen de vastgestelde volgorde op de Eerste Kamer-kandidatenlijst ondemocratisch, blijkt uit een brandbrief aan het landelijke partijbestuur.
GroenLinksers zien het niet zitten dat de Noord-Brabander Roel van Gurp dankzij voorkeursstemmen van Statenleden uit Noord-Brabant in de Eerste Kamer mag blijven. Dat blijkt uit een brandbrief aan het landelijke partijbestuur van GroenLinks, in handen van NRC. In de brief verwijzen ze naar het GroenLinks-partijcongres van 4 februari. Tijdens het congres is gestemd over de volgorde op de Eerste Kamer-kandidatenlijst. „Hierbij is nadrukkelijk een lijst vastgesteld met meer diversiteit”, schrijven de partijleden. Ze noemen de gang van zaken ondemocratisch.
De brief is met name ondertekend door jonge GroenLinksers en door zes afdelingen van DWARS (de jongerenvereniging gelieerd aan GroenLinks). Onder meer de afdelingen Gelderland, Overijssel, Utrecht en Amsterdam. De brief is opnieuw een aanwijzing dat de Eerste Kamerverkiezingen voor GroenLinks moeizaam en hobbelig verliepen. De partij verloor al een zetel in de Eerste Kamer, omdat het Zuid-Hollandse Statenlid Debora Fernald op Volt stemde in plaats van GroenLinks. Andere Statenleden stemden relatief vaak niet op de nummer één: Paul Rosenmöller.
Ontevreden
In eerste instantie stond Roel van Gurp op plek zes van de kandidatenlijst voor de Eerste Kamer. Alleen: op de concept-kandidatenlijst stond niemand onder de dertig jaar en stonden maar twee kandidaten onder de veertig jaar. Daar waren leden ontevreden over. Een aangenomen motie op het partijcongres in februari riep de kandidatencommissie op om ten minste één jongere op een verkiesbare plek te plaatsen. Bij stemmingen over de kandidatenlijst is Van Gurp (66) uiteindelijk op plek negen terechtgekomen. De (toen) 31-jarige Rotterdammer Menno van der Ven is vanaf plek negen naar plek zeven verplaatst. Hij zou in de senaat terecht zijn gekomen als Van Gurp niet met voorkeursstemmen was verkozen.
Met name Statenleden en -fracties van GroenLinks buiten de Randstad waren juist ontevreden over de regionale spreiding van de senaatskandidaten. Statenfractievoorzitter Jade van der Linden (25) uit Noord-Brabant zegt dat de fractie heeft afgesproken om op Van Gurp te stemmen, omdat ze vinden dat de senaatsfractie representatief moet zijn voor heel Nederland. Ze zegt dat de Noord-Brabanders ook op Van Gurp hebben gestemd omdat hij veel „ervaring op decentraal niveau” heeft en „een bewezen goed Eerste Kamerlid” is.
Dat samen woog voor hen zwaarder dan het besluit van het congres. „Wij vonden het heel jammer dat er in plaats van via een ledenreferendum op een congres over is besloten. Hierdoor heeft maar een klein deel van de leden zich uitgesproken over de volgorde”, schrijft Van der Linden in een reactie.
Lees ook deze column: Zetelroof pleeg je niet op klaarlichte dag
Tegen het advies partijtop
Het besluit van onder meer de Noord-Brabanders ging ook in tegen het advies van de partijtop. Bij de Eerste Kamerverkiezingen heeft het partijbestuur op 23 mei de Statenleden geadviseerd om op de nummer één, Paul Rosenmöller, of nummer twee, Farah Karimi, te stemmen. Nummer twee mocht ook, omdat veel GroenLinksers graag op een vrouw stemmen, licht een woordvoerder toe. Ze benadrukt dat de partij de afspraak heeft dat het congres de lijst vaststelt. Van der Linden schrijft in reactie dat ze „zonder last” (zonder opdracht, betekent dat) is gekozen in de Staten van Noord-Brabant. „Wij voelden ons dan ook vrij om onze eigen afweging te maken.”
De volledige Statenfractie in Gelderland stemde ook op een kandidaat uit hun regio: Lara de Brito. Zij staat op plek acht. De stemmen van de Gelderse Statenleden waren alleen niet genoeg voor een voorkeurszetel. Deels stemde de Gelderse Statenfractie op De Brito uit ontevredenheid met de regionale spreiding, zegt de fractievoorzitter Charlotte de Roo. „Maar wij hoorden ook van andere afdelingen dat ze op regionale kandidaten zouden stemmen. Daarom wilden wij onze Lara verzekeren van een plekje.” De Brito stond op nummer acht. Als de Zuid-Hollandse Fernald op GroenLinks had gestemd, was zíj degene die haar plek had moeten afstaan aan Van Gurp.
‘Onvoldoende grond’
Partijvoorzitter Katinka Eikelenboom is ongelukkig met de voorkeursstemmen van Statenleden. De partij gaat intern bespreken hoe dit kon gebeuren. En Van Gurp? Hij zag niet aankomen dat hij met voorkeursstemmen verkozen zou worden, appt hij. „Ik heb eerst het partijbestuur gevraagd of zij bezwaar hadden als ik mijn zetel zou innemen”, zegt hij. „Zij zagen onvoldoende grond om een beroep op mij te doen om van mijn zetel af te zien, omdat ik met voorkeursstemmen ben verkozen.” Voor partijvoorzitter Eikelenboom lijkt uiteindelijk de Eerste Kamerverkiezing tóch zwaarder te wegen dan de beslissing op het congres: „Wij zien deze uitslag als de uitkomst van een democratisch proces.”
Met medewerking van Philip de Witt Wijnen