Een archeoloog zit in een ruimteschip als ze zich met een abortus van een buitenaardse inktvis wil verlossen. Maar de robotchirurg blijkt alleen op mannen afgesteld, en wat volgt is een gruwelijke keizersnee. Cat Bohannon (44) kijkt in 2012 naar deze scène van de film Prometheus en denkt: wie stuurt er zo’n dure expeditie de ruimte in en vergeet dat de medische apparatuur aan boord ook op vrouwen moet werken? Meteen realiseert ze zich: dit is precies hoe het gáát in de geneeskunde. Antidepressiva, pijnbestrijding, hartinfarcten – op bijna alle terreinen laat of liet de wetenschap vrouwen buiten beschouwing. Met goede redenen soms: je wilt niet dat hormooncycli je resultaten verstoren of dat vrouwen zwanger zijn als ze deelnemen aan riskante experimenten.
Maar intussen levert de ‘mannelijke norm’ wel een blinde vlek op en weten we lang niet altijd waarom het vrouwelijk lichaam werkt zoals het werkt. Denk alleen al aan liposuctie, schrijft ze. Dat vet hebben we niet voor niets. Wat gebeurt er als je dat weghaalt? Wat als dat lichaam zwanger wordt?
Haar verbazing en verontwaardiging leverden wetenschapsjournalist en feminist Bohannon genoeg brandstof om zich in 200 miljoen jaar evolutie te verdiepen. Eva heet haar debuut waarin ze, puttend uit de wetenschap, levende vrouwen van fossielen maakt. Met voor elke evolutionaire afslag een andere ‘Eva’, genoemd naar voorouders uit verschillende periodes. Van het eerste zoogdier, Morganucodon (‘Morgie’) tot homo sapiens, de Eva van taal, menopauze, moderne liefde en seksisme.
Bohannon deed er tien jaar over. „En tussendoor nog even promoveren en een paar kinderen baren.” Maar nu, tijdens het ontbijt in een hotel in Amsterdam, kan ze constateren dat Eva op The New York Times-bestsellerlijst staat en in 24 vertalingen verschijnt. „Het is intimiderend. Het is spannend. Het is bevestigend. Ik wist waar ik het voor deed.”
U begint met Morgie, 200 miljoen jaar geleden. Waarom zover terug, toen Eva nog lang geen mens was, maar een soort wezel?
„We hebben niet één moeder, we hebben er velen. Wat je in de spiegel ziet, is gemaakt van waar we vandaan komen. Veel van mijn Eva’s zijn exemplarisch voor kenmerken die op een bepaald moment in de evolutie zijn begonnen. We kunnen niet wezenlijk begrijpen wat het is om vrouw te zijn zonder te zeggen: dat komt doordat we zoogdieren zijn. En van ‘Morgie’ – die naam bedacht ik niet zelf, die gaven wetenschappers aan dit oertype – weten we dat ze een van de eerste dieren was die melk gaven.”
Na Morgie komt Donna, de Eva van de baarmoeder en de placenta.
„Een van de dingen die ons leven tot vandaag beïnvloeden is dat de ontwikkeling van nageslacht in de baarmoeder plaatsvindt en niet in een buidel, zoals bij kangoeroes. Die kant had het ook op kunnen gaan, maar 66 miljoen jaar geleden, na de inslag van de meteoriet die het einde van de dinosaurus inleidde, kregen dieren met een placenta de overhand. Veel placenta’s zijn klein en oppervlakkig, maar de menselijke variant is geïntegreerd met de bloedvaten en de baarmoederwand en het loskomen daarvan is zo gevaarlijk omdat moeders ervan kunnen doodbloeden.”
Sommigen zeggen dat taal is wat ons mens heeft gemaakt. U schrijft dat het begin van de gynaecologie een bepalend moment was.
„De gynaecologie zoals we die nu kennen is hooguit een paar honderd jaar oud, maar het helpen van zwangere en barende vrouwen bestaat al sinds Lucy (een van de oudste mensachtigen), omdat zij een probleem had. Niet alleen had ze die invasieve placenta. Ook moest ze, net als wij, een watermeloen door een opening van citroenformaat persen. Onze zwangerschappen zijn gevaarlijker dan die van de meeste andere primaten. En ze zijn op zichzelf niet per se voordelig voor onze soort, maar de manier waarop we daaromheen werken misschien wel. Hoe we problemen oplossen is het grote verhaal over gereedschap, over samenwerken, en dus ook over taal.
„Het was kennelijk voordelig om barende vrouwen te helpen, onze soort is niet uitgestorven. In de evolutie lijken veel kenmerken op het eerste gezicht verschrikkelijk, maar ze zijn niet zo verschrikkelijk dat ze het voortbestaan van de soort bedreigen, en het vermogen om genen door te geven verminderen. Vooral niet als ze worden opgevangen door andere kenmerken.”
Eerst dat baren, en als je denkt dat je ervan af bent, komt de overgang. Moeten vrouwen daar blij mee zijn?
„Het lijkt erop dat onze eierstokken nog gewoon het oude apenplan volgen, en verouderen met een snelheid alsof we aan het einde van de vruchtbaarheid sterven. De rest van ons lichaam is intussen geëvolueerd om veel ouder te worden en daarom zitten we nu een derde van ons leven met de gevolgen van de menopauze. Het goede daarvan is dat je oudere mensen in een gemeenschap hebt. Die kunnen helpen met de zorg voor de kleinkinderen – anders zat ik hier nu niet. Maar het evolutionaire voordeel is vooral dat ze zich dingen herinneren die jongeren niet weten.
„Bij orka’s bijvoorbeeld, heb je groepen waarbij de oudere dieren niet zozeer helpen met de kleinkinderen, maar wel met hun kennis, door ze naar voedsel te leiden. We weten niet waarom vrouwen gemiddeld langer leven dan mannen, anders dan dat het vrouwelijke zoogdier-lichaam beter is in niet doodgaan. Gefeliciteerd! Maar het is ook vreselijk verdrietig, omdat we afscheid moeten nemen van de mannen van wie we houden.”
Ooit werkte u als naaktmodel en het viel u op dat jongens uw borsten altijd te groot tekenden. Waarom deze anekdote?
„Ten eerste omdat het goed is om af en toe om je lichaam te lachen. En het was een manier om iets over de zintuigen te vertellen. Er zijn onmiskenbaar verschillen tussen mannen en vrouwen, al zijn ze subtiel. Maar het is ook zo dat onze hersenen enorm kneedbaar zijn en de hele kindertijd in ontwikkeling blijven. We reageren op sociale signalen omdat we hypersociale primaten zijn. De jongens zagen me anders omdat hun zintuigen net iets anders werken, maar ook omdat ze zijn opgevoed in een omgeving die het oog naar borsten stuurt.”
Om een vrouwelijk brein te krijgen, moet je in een seksistische wereld leven, schrijft u.
„Er zijn allerlei ideeën over het vrouwelijk brein en over hoe vrouwen horen te zijn. Maar als je weet dat onze omgeving diepe invloed heeft op hoe onze hersenen zich ontwikkelen, weet je ook wat het gevaar is van stereotypering. Als je meisjes direct of indirect laat merken dat ze slecht zijn in wiskunde, zullen ze op testen slechter scoren. Als je jongens voorhoudt dat ze minder goed zijn met emoties, zullen ze emoties van anderen ook slechter herkennen. Het komt niet door stress dat we slechter testen, we nemen over wat er van ons verwacht wordt en presteren daarnaar, omdát we zo sociaal zijn.”
Het vermogen om lief te hebben kwam in de evolutie tegelijkertijd met seksisme. Waarom?
„Ooit was seksisme ergens goed voor. Ons grote probleem was dat we slecht waren in baby’s maken. Als soort, bedoel ik. Terwijl baby’s maken de essentie van evolutie is. Seksregels waren een manier om de toegang tot het vrouwelijk lichaam te controleren – waar je als vrouw mag komen, wat je van je lichaam mag laten zien, hoe vaak, wanneer en door wie je wordt aangeraakt. Ons hele reproductieve leven wordt beïnvloed door ‘seksistische’ regels en normen, voordat we zelfs maar op het punt staan echt zwanger te worden. Als bioloog kun je zeggen: zo wordt het nageslacht veiliggesteld. Seksisme en gynaecologie werken samen, ze helpen ons voortplanten met alle beperkingen die we hebben. En natuurlijk zijn er regels waar we nog steeds blij mee zijn, zoals het afwijzen van pedofilie – ik wil ook niet dat elfjarigen zwanger worden. Maar op andere punten heeft de gynaecologie de voordelen van seksisme ruim ingehaald, er zijn nu betere manieren om vrouwen en hun vruchtbaarheid te beschermen dan met seksistische regels.”
Heeft de evolutie van mannen verkrachters gemaakt?
„Mijn vraag zou zijn: laat de evolutie bewijs zien voor verkrachting als voortplantingsstrategie? Andere soorten gebruiken dwang en verkrachting om hun genen door te geven, maar hun lichaam heeft vaak kenmerken die wij niet hebben, zoals extravagante penissen, die zijn geëvolueerd in competitie met extravagante vagina’s. Bij chimpansees stolt het sperma in een soort prop voor de baarmoedermond om sperma van andere mannetjes te blokkeren, terwijl de penis een soort omgekeerde kegel is, met een punt om die prop opzij te duwen. Vrouwtjeseenden hebben een cloaca met valstrikken om sperma buiten te houden. Vergeleken met veel dieren hebben wij heel saaie geslachtsorganen. Het biologische bewijs dat onze lichamen gemaakt zijn voor verkrachting heb ik niet gevonden.”
Was het geen glibberig pad om de vrouw vanuit de evolutie te verklaren? Hoe vaak wordt de evolutie niet misbruikt om vrouwen te onderdrukken en thuis bij de kinderen te houden?
„Zodra je over het vrouwelijk lichaam praat, kom je op het territorium waar iedereen boos is, links en rechts. Maar mocht ik niet duidelijk zijn: ik zeg niet dat vrouwen alleen gemaakt zijn om te baren. Nee, nee, nee! Ons lichaam is geëvolueerd om het baren te overleven, niet om ons thuis met een stel kinderen allerlei ellende te laten welgevallen.
„Op evolutionair niveau groeien mannen en vrouwen steeds dichter naar elkaar toe, zo groot zijn de verschillen niet. Met deze conclusie begon ik tien jaar geleden. Maar toen werd Donald Trump president van de Verenigde Staten en nu leef ik in een land waar abortus niet meer overal legaal is. Ik maak me zorgen over de toekomst van mijn dochter. Het lijden van vrouwen en meisjes overal op de wereld is reëel. Maar kijk vierhonderd jaar terug en je ziet dat we via lussen en omwegen vooruitkomen: onze lichamen lijken meer op elkaar, de mannelijke concurrentie neemt af, vrouwen krijgen meer sociale macht. We moeten nooit stoppen op te komen voor vrouwen, maar we hoeven niet de hoop te verliezen.”
Zou u in een volgend leven liever een man zijn of een bonobo?
„Ik zou best willen weten hoe het is om een penis te hebben. En hoe het voor mijn zoon is om een jongen te zijn. En ik zou in mijn eentje overal willen kunnen reizen. Maar is een reis naar Saoedi-Arabië een reden om man te willen zijn? Ik denk het niet.
„En een bonobo? Er zijn veel dingen die ik waardeer in de bonobosamenleving. Niet noodzakelijkerwijs dat ze zoveel seks hebben, al lijkt het ze gelukkig te maken. Het is meer de sterke verbondenheid van de vrouwtjes in deze matriarchale samenlevingen. Maar de vrouwtjes zijn ongelooflijk dominant. Er was eens een mannetje dat zich misdroeg, waarop een hele groep vrouwtjes achter hem aanging. De onderzoekers hadden dagen nodig om hem terug te vinden. Zijn penis had hij nog. Maar zijn teen was hij kwijt, en let wel: die vrouwtjes hadden geen wapens, hè? De vrouwtjes hebben van die arme jongen dus met hun handen en tanden een teen afgescheurd. Nee, ik wil niet leven in een samenleving die conflicten zo oplost.”