Onderzoek BBC: Mohamed al-Fayed misbruikte jarenlang vrouwelijke werknemers Harrods

‘Waarschuwing: dit verhaal bevat details die sommigen als schokkend kunnen ervaren.’

Dat staat er boven het donderdag door de BBC gepubliceerde artikel over de vorig jaar overleden miljardair Mohamed al-Fayed. Hierin wordt de oud-eigenaar van Harrods – van 1985 tot 2010 bezat hij het luxe warenhuis – beschuldigd van ernstig seksueel misbruik.

Ook toen Al-Fayed nog leefde werd hij regelmatig beschuldigd van seksueel misbruik. Zo leidde een Vanity Fairartikel in 1995 al eens tot een (later teruggetrokken) rechtszaak wegens smaad. Maar nog nooit waren de aanklachten zo uitvoerig en serieus. Op basis van meer dan twintig verklaringen van oud-medewerkers maakte de BBC een documentaire en podcast (Al-Fayed: Predator at Harrods) waarin uitgebreid en gedetailleerd verslag wordt gedaan van hoe Al-Fayed zijn oud-medewerkers intimideerde, kleineerde en misbruikte.

Al-Fayed werd in 1929 geboren in een arme wijk in de Egyptische stad Alexandrië. Als kind begon hij ooit met het verkopen van limonade op straat. Via de broer van zijn eerste huwelijkspartner, Samira Khashoggi, kwam hij in contact met zakenrelaties in de Golfstaten en uiteindelijk in Londen. Hij zette zijn eigen transportbedrijf op, waarmee hij een fortuin verdiende. In 1985 kocht hij Harrods.

Scouten jonge medewerksters

Daar begon het seksueel misbruik, aldus de BBC. De Britse omroep omschrijft Al-Fayed als een „seksueel roofdier” dat regelmatig de vloeren van het warenhuis afspeurde om jonge vrouwelijke winkelmedewerkers te scouten. Waren zij aantrekkelijk genoeg, dan werden ze „omhoog” gepromoveerd om bij hem op kantoor te komen werken, waar zij uiteindelijk werden misbruikt. Vijf vrouwen zeggen tegen de BBC dat Al-Fayed hen heeft verkracht.

Al die tijd greep de top van Harrods niet in en hielpen hoge functionarissen zelfs mee met het verhullen van de aanklachten tegen Al-Fayed, aldus de BBC. Zijn misbruik was een „open geheim” dat met een „angstcultuur” werd onderdrukt. Slachtoffers zeggen tegen de BBC dat hun telefoon werd afgeluisterd en dat zij stiekem werden gefilmd. Sommigen moesten na klachten een geheimhoudingsplicht tekenen.

Al-Fayeds aankoop van Harrods kwam niet uit de lucht vallen. Zijn leven lang probeerde hij aansluiting bij de Britse elite te vinden. Tweemaal vroeg hij een paspoort aan. Die aanvragen werden geweigerd, volgens Al-Fayed zelf omdat hij als Egyptenaar het typisch Britse warenhuis had durven over te nemen.

Vader van Dodi

Naast Harrods bezat Al-Fayad ook de Londense voetbalclub Fulham en een hotel in Parijs. Uiteindelijk verwierf hij vooral bekendheid als ‘vader-van’: hij zou zijn zoon Dodi, een filmproducent, gekoppeld hebben aan de Britse prinses Diana. Niet langer zou de Britse elite om hem heen kunnen. Dat liep anders. De geliefden kwamen in 1997 samen om bij een auto-ongeluk in Parijs.

Al-Fayed bleef tot zijn dood bij hoog en laag beweren dat Dodi en Diana bewust om het leven waren gebracht door inlichtingendienst MI6, omdat de Britse koninklijke familie tegen hun relatie was. Door deze beschuldigingen verloor Harrods zijn status als hofleverancier aan het koningshuis. In 2010 deed Al-Fayed het warenhuis voor 1,5 miljard pond van de hand aan het investeringsfonds van de koninklijke familie van Qatar.

Het warenhuis schrijft in reactie op de beschuldigingen van hun oud-eigenaar dat het „de acties betreft van een individu die er op stond waar hij ook was zijn macht te misbruiken”. Het warenhuis veroordeelt het misbruik en benadrukt dat het „Harrods van vandaag een hele andere organisatie is dan de organisatie die onder controle stond van Al-Fayed”.