Onderwijsinspectie over veiligheid: ‘Scholen focussen te veel op procedures’

Op Nederlandse scholen is te weinig aandacht voor het gedrag van het personeel. Die aandacht is cruciaal voor het waarborgen van de sociale veiligheid. Dat schrijft de Onderwijsinspectie in een onderzoek dat deze dinsdag wordt gepubliceerd.

De onderzochte scholen – vijf basisscholen, zeven middelbare scholen en negen scholen in het speciaal onderwijs – hebben volgens de inspectie te veel vertrouwen in procedures en de mate waarin onveiligheid wordt herkend en besproken. Wat mist is een „continu gesprek” over wat sociale veiligheid voor iedereen in de organisatie inhoudt. In de gesprekken die wél worden gevoerd, ligt de focus te veel op het gedrag van leerlingen en te weinig op dat van het personeel.

Aanleiding voor het onderzoek is de ‘zorgelijke stijgende lijn’ van meldingen over (sociaal) onveilige situaties op school

Aanleiding voor het (kwalitatieve) onderzoek is de „zorgelijke stijgende lijn” die de inspectie afgelopen jaren ziet in het aantal meldingen over (sociaal) onveilige situaties op school, schrijft inspecteur-generaal Alida Oppers in het rapport. Afgelopen februari kwam de inspectie naar buiten met de cijfers van schooljaar 2023-2024. Toen werden ruim 2.300 dossiers geregistreerd bij de vertrouwensinspecteurs, bijna 200 meer dan het jaar ervoor en bijna 600 meer dan het jaar dáárvoor.

In schooljaar 2023-2024 gingen 377 dossiers over seksueel geweld, waar seksueel misbruik en seksuele intimidatie onder vallen. Als het gaat om seksueel misbruik is een stijging te zien van het aandeel dossiers waarin de beklaagde een ‘met taken belast persoon’ is, zoals een leraar of conciërge.


Lees ook

Het onderzoek naar sociale veiligheid deugde niet, toch raakten de onderzochte docenten hun baan kwijt

Het onderzoek naar sociale veiligheid deugde niet, toch raakten de onderzochte docenten hun baan kwijt

Antipestcoördinator

Vandaar dat het onderzoek vooral focust op sociale veiligheid in de context van de leraar-leerlingrelatie, vertelt Mickey Valkenburg-Waringa via een videoverbinding. Ze is vertrouwensinspecteur bij de Onderwijsinspectie en projectleider van het onderzoek. „We hebben ons voornamelijk gericht op de vraag: hoe zorgen schoolleiders en -besturen ervoor dat de mensen die ze in dienst hebben zich niet grensoverschrijdend, dus integer, opstellen?”

„Wat we in dit onderzoek veel zagen,” zegt ze, „is dat een klein clubje het beleid omtrent sociale veiligheid maakt, met bijvoorbeeld de zorgcoördinator, de antipestcoördinator. Dat beleid wordt dan ergens weggezet in een online omgeving die de medewerkers wel kunnen vinden, maar het wordt niet bespróken. En stel: je betrapt een collega op seksueel misbruik van een leerling, dan ga je niet eerst even die online omgeving openen om te kijken wat je moet doen.”

Het gesprek is óók belangrijk, omdat ‘sociaal veilig’ niet voor iedereen hetzelfde betekent, zegt Valkenburg-Waringa. „Bovendien betekent het iets anders dan twintig jaar geleden. Dat zagen we ook terug in het onderzoek. Een schoolleider vertelde bijvoorbeeld over een mannelijke kleuterleerkracht. Die nam een kind op schoot omdat het was gevallen en aaide het over de rug om het te kalmeren. Daar werd wat van gevonden door de ouders, terwijl die er twintig jaar geleden waarschijnlijk niet zoveel van hadden gevonden.”

Daarom zou het volgens Valkenburg-Waringa ook goed zijn als ouders en leerlingen iets in te brengen hebben in het socialeveiligheidsbeleid op school.


Lees ook

Schoolruzies die vroeger op vrijdagmiddag klaar waren, etteren nu het hele weekend door, en meisjes gaan vaker op de vuist

Schoolruzies die vroeger op vrijdagmiddag klaar waren, etteren nu het hele weekend door, en meisjes gaan vaker op de vuist