„Neuh, wij zijn niet zo zuinig.” Opgewekt kijken Netty en Hans Mosselman elkaar aan. „Wij kunnen lekker van ons pensioen genieten”, zegt Hans. De goedgemutste pensionado’s vertoeven een paar dagen in Utrecht en maken een rondje door het winkelcentrum Hoog Catharijne. „Gisteren waren we naar een tribute concert van Queen, binnenkort gaan we naar André Hazes en de musical Moulin Rouge. Wij zitten goed hoor”, zegt Netty.
Het is nog geen twaalf uur ’s middags en er is weinig bedrijvigheid in het winkelcentrum. Maar deze kalmte is bepaald geen afspiegeling van het Nederlandse consumentengedrag. Nederlandse huishoudens consumeerden afgelopen januari ruim 1 procent meer dan een jaar daarvoor, en de economie groeide met 0,9 procent.
Dat is opmerkelijk. Want terwijl ze meer consumeren zijn Nederlanders bijzonder negatief over de staat van de economie, blijkt al ruim vijf jaar uit peilingen over het consumentenvertrouwen van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Oorlog, importheffingen, cyberdreigingen. Daar denken we wel aan
Economen breken hun hoofd over deze schijnbare paradox, zegt Peter Hein van Mulligen, hoofdeconoom bij het CBS. „We hebben maandcijfers over het consumentenvertrouwen die teruggaan tot 1986. Nog nooit is het vertrouwen zo lang op rij negatief geweest in die kleine veertig jaar.” Dat is gek, omdat het economisch helemaal niet zo slecht gaat: het aantal mensen met een baan is nog nooit zo hoog geweest en de lonen zijn aan het stijgen.
Deze vrijdag maakt het CBS nieuwe cijfers over het consumentenvertrouwen bekend. Maandelijks houdt het onderzoeksbureau een enquête over hoe mensen tegen hun eigen financiën en de economie in het algeheel aankijken. Afgelopen februari stond het consumentenvertrouwen op -32, een score ruim onder het gemiddelde van de afgelopen twintig jaar: -10.
Maar ondanks hun negatieve oordeel over de economie, kiezen Nederlanders er over het algemeen niet voor om op grotere luxe uitgaven zoals auto’s en vakanties te besparen, ziet Van Mulligen: „Als het vertrouwen zo laag is, zou je verwachten dat mensen kiezen om te bezuinigen. Maar dat zien we niet.
‘Geen goede verklaring’
Is de onrustige geopolitieke situatie een mogelijke reden voor de negativiteit over de economie? „Ik kan me voorstellen dat alle onzekerheid over handelsoorlogen tussen Europa en de Verenigde Staten en ander slecht nieuws een negatiever oordeel over de economie als resultaat heeft”, zegt Van Mulligen.
Opvattingen over de algehele economie zijn veelal afhankelijk van wat er in de wereld gebeurt en wat mensen in krantenkoppen zien, weet de econoom. Maar of dat de reden is voor het constante negatieve oordeel over de economie, kan hij uit de huidige onderzoeken niet opmaken.
Van Mulligen: „Eerlijk gezegd heb ik geen goede verklaring voor dat negatieve oordeel. Er is genoeg reden om te denken: ‘Zo slecht gaat het ook weer niet.’”
Vorig jaar groeide de Nederlandse economie met 0,9 procent. Dat is niet bijster veel, maar wel positief. „Voor het overgrote deel van de Nederlanders ziet het er lang niet slecht uit”, weet Van Mulligen. En als mensen zich positief stemmen over hun financiën, geven ze vaak meer uit.
‘Andere tijden’
Het Utrechtse winkelpubliek is op de hoogte van de ontwikkelingen op het wereldtoneel, maar past de uitgaven daar vooralsnog niet op aan. „Het zijn andere tijden”, merkt Hans Mosselman op. „Oorlog, importheffingen, cyberdreigingen. Daar denken we wel aan.” Pas als hun huidige levensstandaard dreigt te veranderen, denkt het koppel meer op de centen te moeten letten.
Met de wereld gaat het „slecht”, meent Yvan Ruvakuki (29). Met zijn dochtertje op de arm bekijkt hij een etalage van een kledingwinkel. Maar Ruvakuki merkt meer van inflatie dan van de wereldorde. Zelf werkt hij als beveiliger. „Vroeger, toen ik nog bij mijn moeder woonde, had je genoeg aan 1.500 euro in de maand. Met drie kinderen heb ik nu drie keer zo veel nodig. Alles is duurder.”
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data129626395-fdf9c8.jpg|https://images.nrc.nl/KvxnGg7xl2FnmEqZ7e43ELL5s4Q=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data129626395-fdf9c8.jpg|https://images.nrc.nl/y8KFH8YQGIlft2wwBQphr7nnWtU=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data129626395-fdf9c8.jpg)
Toch heeft zijn gezin weinig last van alle negatieve ontwikkelingen. Zijn vrouw heeft een cosmeticabedrijf. „Wij verdienen goed, we gaan vaak luxe uit eten en komen net terug van vakantie”, zegt de jonge vader.
Financiële zorgen hebben Ruvakuki en het koppel Mosselman niet. Ruvakuki: „Iedere maand doen we wel grote uitgaven. Ik heb net een nieuwe telefoon gekocht, die kostte 1.400 euro. Ik had hem echt nodig. Deze kan weer lang mee.”
„Als ik iets leuks zie, dan koop ik dat”, zegt Netty Mosselman. Haar man Hans grinnikt. „Ja, jij wel!” Maar ook hij kocht laatst nog een nieuwe auto, iPad en elektrische fiets. „Wel om er weer lang mee te doen, hoor!”
Dichter bij huis
Handelsoorlogen zijn voor velen een probleem van ver. De prijsstijgingen van dagelijkse kosten zijn belangrijker voor een aantal bezoekers van de woonboulevard in het zuiden van de Domstad.
Daar loopt Zahide Sönmez (49) arm in arm met haar moeder. Na een zoektocht naar gordijnhaakjes is het duo weer op weg naar huis. Een zakje met haakjes van minder dan 5 euro konden de vrouwen niet vinden.
„Alles is heel duur. Ik koop het liefst alleen iets groots als dingen kapot zijn”, zegt Sönmez. Onlangs begaf haar wasmachine het. „Toen heb ik toch maar een nieuwe gekocht, met de hand wassen gaat niet”, zegt ze lachend.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data129626358-79e7ac.jpg|https://images.nrc.nl/LHSxNeIB_u8WZs2UcFpkUjVy3uw=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data129626358-79e7ac.jpg|https://images.nrc.nl/4z5fM2oFFaaoIOzhkeigjQ2bIwA=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data129626358-79e7ac.jpg)
Even verderop bindt Lisa Zanarella (25) een bouwpakket voor een IKEA-keukentrolley op haar fietsrek. Ze is teleurgesteld dat ze zo’n trolley bij de meubelgigant moest halen. „Voor ik dit kocht, ben ik naar drie kringloopwinkels gegaan”, zegt de Italiaanse studente. Van tevoren bestudeerde ze de prijzen op de website van IKEA. „Ik geef nooit geld uit.”
Zanarella maakt zich meer zorgen over problemen dichter bij huis, zoals de huizenmarkt en inflatie. Voor eventuele tegenslagen spaart ze haar geld zo veel mogelijk op, en werkt ze zowel in een restaurant als in een winkel. „Ik wil niet dakloos worden.”
